This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32021O0565
Guideline (EU) 2021/565 of the European Central Bank of 17 March 2021 amending Guideline (EU) 2019/1265 on the euro short-term rate (€STR) (ECB/2021/10)
Richtsnoer (EU) 2021/565 van de Europese Centrale Bank van 17 maart 2021 tot wijziging van Richtsnoer (EU) 2019/1265 betreffende de kortetermijnrente voor de euro (EURSTR) (ECB/2021/10)
Richtsnoer (EU) 2021/565 van de Europese Centrale Bank van 17 maart 2021 tot wijziging van Richtsnoer (EU) 2019/1265 betreffende de kortetermijnrente voor de euro (EURSTR) (ECB/2021/10)
PB L 119 van 7.4.2021, p. 128–131
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
In force
7.4.2021 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 119/128 |
RICHTSNOER (EU) 2021/565 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK
van 17 maart 2021
tot wijziging van Richtsnoer (EU) 2019/1265 betreffende de kortetermijnrente voor de euro (EURSTR) (ECB/2021/10)
DE RAAD VAN BESTUUR VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 127, leden 2 en 5,
Gezien de statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank, en met name artikel 12.1 en artikel 14.3,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de Raad (1) vereist de vaststelling van robuuste terugvalbepalingen (“fallback provisions”) in een groot aantal financiële contracten en instrumenten. Bij gebrek aan dergelijke terugvalbepalingen kan de mogelijke toekomstige stopzetting van een cruciale benchmark, zoals Euribor, ernstige gevolgen hebben voor de werking van de markten en, bijgevolg, voor de uitvoering van het monetair beleid. Deze gevolgen kunnen onder meer betrekking hebben op het onvermogen van marktdeelnemers om balansposities te waarderen, de frustratie van een aanzienlijk aantal contracten en de verstoring van bepaalde markten — waaronder kredietmarkten — die belangrijk zijn voor het monetair beleid van het Eurosysteem. Daggeldrente, vermeerderd met achterstallige betalingen, is een haalbare terugvaloptie die door de Raad voor financiële stabiliteit wordt aanbevolen en de invoering ervan wordt door marktdeelnemers ondersteund. De publicatie door de Europese Centrale Bank (ECB) van samengestelde rentevoeten op basis van historische waarden van de kortetermijnrente voor de euro (EURSTR) zou daarom bijdragen tot het beperken van het systeemrisico in het scenario van stopzetting van een benchmark, en tegelijkertijd een breder gebruik van de EURSTR en consistentie tussen belangrijke valutagebieden in de terugvalopties voor marktdeelnemers bevorderen. |
(2) |
De taken en verantwoordelijkheden van de ECB die zijn beschreven Richtsnoer (EU) 2019/1265 van de Europese Centrale Bank (ECB/2019/19) (2), moeten worden geactualiseerd om daarin de berekening en publicatie van samengestelde tarieven op te nemen. |
(3) |
Ter wille van de duidelijkheid moet het artikel 14 van Richtsnoer (EU) 2019/1265 (ECB/2019/19) vervatte kader voor de raadpleging van belanghebbenden worden geactualiseerd. |
(4) |
Derhalve moet Richtsnoer (EU) 2019/1265 (ECB/2019/19) dienovereenkomstig worden gewijzigd, |
HEEFT HET VOLGENDE RICHTSNOER VASTGESTELD:
Artikel 1
Wijzigingen
Richtsnoer (EU) 2019/1265 (ECB/2019/19) wordt als volgt gewijzigd:
1) |
Artikel 1 wordt vervangen door: “Artikel 1 Onderwerp 1. Dit richtsnoer regelt de kortetermijnrente voor de euro en legt de verantwoordelijkheid van de ECB vast voor de administratie en het toezicht op het vaststellingsproces voor de kortetermijnrente voor de euro. Dit richtsnoer stelt tevens de taken en verantwoordelijkheden van de ECB en de NCB’s met betrekking tot hun bijdrage aan het vaststellingsproces voor de kortetermijnrente voor de euro en andere bedrijfsprocessen vast. 2. Dit richtsnoer regelt eveneens de berekening en publicatie van de samengestelde gemiddelde rentes voor de kortetermijnrente voor de euro en de samengestelde index voor de kortetermijnrente voor de euro.”. |
2) |
Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:
|
3) |
Het volgende artikel 4 bis wordt ingevoegd: “Artikel 4 bis Taken en verantwoordelijkheden van de ECB met betrekking tot de samengestelde gemiddelde rentes voor de kortetermijnrente voor de euro en de samengestelde index voor de kortetermijnrente voor de euro 1. De ECB is belast met de volgende taken:
Met ingang van 15 april 2021 publiceert de ECB elke Target-2-werkdag om uiterlijk om 9.15 uur CET op haar website de samengestelde gemiddelde rentes voor de kortetermijnrente voor de euro voor de in de eerste alinea bedoelde reeks van looptijden, alsmede de samengestelde index voor de kortetermijnrente voor de euro, afgerond op vijf decimalen voor de rentes en acht decimalen voor de index. Na die tijd vindt geen herziening plaats van gepubliceerde waarden voor de samengestelde gemiddelde rentes voor de kortetermijnrente voor de euro of de samengestelde index voor de kortetermijnrente voor de euro. 2. Niettegenstaande lid 1 zijn de ECB en de NCB’s niet verantwoordelijk voor het gebruik van, noch het vertrouwen op, de samengestelde gemiddelde rentes voor kortetermijnrente voor de euro en de samengestelde index voor kortetermijnrente voor de euro door een belanghebbende of een andere derde partij bij financiële instrumenten, contracten, transacties of andere commerciële activiteiten of beleggingsbeslissingen. De ECB publiceert op haar website een disclaimer ten aanzien van de verantwoordelijkheid van de ECB en van de NCB’s in dat verband.”. |
4) |
In artikel 6 wordt lid 3 vervangen door: “3. Naast de methodologie voor de kortetermijnrente voor de euro stelt de ECB bedrijfsprocedures vast waarin het volgende wordt beschreven:
|
5) |
In artikel 7 wordt lid 1 vervangen door: “1. De in artikel 4, artikel 4 bis en artikel 5 vastgestelde taken en verantwoordelijkheden worden niet aan een derde uitbesteed.”. |
6) |
Aan artikel 8 wordt het volgende lid 6 toegevoegd: “6. De berekening door de ECB van de samengestelde gemiddelde rentes voor de kortetermijnrente voor de euro en de samengestelde index voor de kortetermijnrente voor de euro is onderworpen aan de in artikel 6, lid 3, bedoelde bedrijfsprocedures van de ECB en aan de in artikel 11 beschreven klachtenprocedure.”. |
7) |
Aan artikel 9, lid 5, wordt het volgende punt k) toegevoegd:
|
8) |
Aan artikel 11 wordt het volgende lid 7 toegevoegd: “7. Overeenkomstig de leden 1 tot en met 6 kunnen bij de ECB ook schriftelijke klachten worden ingediend met betrekking tot de berekening en publicatie door de ECB van de samengestelde gemiddelde rentes voor de kortetermijnrente voor de euro en de samengestelde index voor de kortetermijnrente voor de euro krachtens artikel 4 bis.”. |
9) |
Artikel 14 wordt vervangen door: “Artikel 14 Consultatie van belanghebbenden 1. Voor zover dit mogelijk of uitvoerbaar is, raadpleegt de ECB belanghebbenden voordat een van de volgende gebeurtenissen zich voordoet:
In een dergelijk geval maakt de ECB de start van een raadplegingsprocedure bekend en houdt zij deze geruime tijd vóór de voorgestelde maatregel. 2. Overeenkomstig artikel 9, lid 5, onder d) en k), evalueert het Comité van toezicht de in lid 1 genoemde acties voordat de belanghebbenden worden geraadpleegd.”. |
Artikel 2
Vankrachtwording en implementatie
1. Dit richtsnoer wordt van kracht op de dag van kennisgeving ervan aan de nationale centrale banken van de lidstaten die de euro als munt hebben (NCB’s).
2. De NCB’s voldoen uiterlijk met ingang van 15 april 2021 aan dit richtsnoer.
Artikel 3
Geadresseerden
Dit richtsnoer is gericht tot alle centrale banken van het Eurosysteem.
Gedaan te Frankfurt am Main, 17 maart 2021.
Voor de Raad van bestuur van de ECB
De president van de ECB
Christine LAGARDE
(1) Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2016 betreffende indices die worden gebruikt als benchmarks voor financiële instrumenten en financiële overeenkomsten of om de prestatie van beleggingsfondsen te meten en tot wijziging van Richtlijnen 2008/48/EG en 2014/17/EU en Verordening (EU) nr. 596/2014 (PB L 171 van 29.6.2016, blz. 1).
(2) Richtsnoer (EU) 2019/1265 van de Europese Centrale Bank van 10 juli 2019 betreffende de kortetermijnrente voor de euro (EURSTR) (ECB/2019/19) (PB L 199 van 26.7.2019, blz. 8)