(1)

Uitvoeringsverordening (EU) 2018/659 van de Commissie (3) bevat de voorschriften voor het binnenbrengen in de Unie van paardachtigen en sperma, eicellen en embryo’s van paardachtigen. Bij die verordening is de lijst vastgesteld van derde landen waaruit de lidstaten het binnenbrengen van paardachtigen en sperma, eicellen en embryo’s daarvan moeten toestaan alsook de veterinairrechtelijke voorschriften en de voorschriften inzake veterinaire certificering die daarop van toepassing zijn.

(2)

Richtlijn 2009/156/EG bevat de veterinairrechtelijke voorschriften voor de invoer in de Unie van paardachtigen uit derde landen. Volgens die richtlijn is de invoer in de Unie van paardachtigen slechts toegestaan uit derde landen of delen daarvan die gedurende een periode van ten minste zes maanden vrij zijn van kwade droes (Burkholderia mallei).

(3)

Op 25 juli 2019 heeft Koeweit de Commissie in kennis gesteld van twee gevallen van kwade droes (Burkholderia mallei) bij geregistreerde paarden die zich in de quarantaine voorafgaand aan de uitvoer bevonden, voor verzending naar de Unie. Koeweit heeft de uitvoer van geregistreerde paarden naar de Unie onmiddellijk opgeschort en de nodige bewakings- en bestrijdingsmaatregelen genomen. Het binnenbrengen in de Unie van geregistreerde paarden uit Koeweit werd daarom opgeschort bij Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2147 van de Commissie (4). Op 8 september 2019 werden nog drie paarden op hetzelfde bedrijf positief bevonden voor kwade droes door middel van een complementbindingsreactie (CBR), uitgevoerd in het regionale referentielaboratorium van de Wereldorganisatie voor Diergezondheid (OIE). Op 23 juni 2020 heeft Koeweit de Commissie meegedeeld dat het op 30 april 2020 een actief klinisch en serologisch onderzoek, waaronder tests op kwade droes, had uitgevoerd bij 7 914 paarden in een regionaal referentielaboratorium van de OIE, met negatief resultaat.

(4)

Koeweit heeft daarmee aangetoond dat het sinds het laatste geconstateerde geval op 8 september 2019 vrij is gebleven van kwade droes. Bijgevolg moeten de tijdelijke toelating van geregistreerde paarden, het opnieuw binnenbrengen van geregistreerde paarden na tijdelijke uitvoer en de invoer van geregistreerde paarden uit alsook de doorvoer van paardachtigen vanuit Koeweit worden toegelaten. De vermelding voor Koeweit in bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) 2018/659 moet derhalve worden gewijzigd.

(5)

Turkije heeft op 25 december 2019 via het systeem voor de melding van dierziekten een geval van kwade droes gemeld dat op 4 december 2019 bij een paard op het eiland Büyükada in de provincie Istanboel in Turkije was bevestigd. Het binnenbrengen in de Unie van paardachtigen en van levende producten van paardachtigen vanuit Turkije werd gedurende een periode van ten minste zes maanden opgeschort bij Uitvoeringsverordening (EU) 2020/581 van de Commissie (5).

(6)

Turkije heeft informatie verstrekt waaruit blijkt dat de provincies Ankara, Edirne, Istanboel, Izmir, Kirklareli en Tekirdag na de melding op 25 december 2019 van een uitbraak van kwade droes op het eiland Büyükada gedurende meer dan zes maanden vrij van die ziekte zijn gebleven. Het land heeft bovendien maatregelen genomen om het risico op insleep van kwade droes in die provincies te verminderen. Bijgevolg moeten de tijdelijke toelating van geregistreerde paarden, het opnieuw binnenbrengen van geregistreerde paarden na tijdelijke uitvoer en de invoer van geregistreerde paarden uit alsook de doorvoer van paardachtigen vanuit de provincies Ankara, Edirne, Istanboel, Izmir, Kirklareli en Tekirdag worden toegelaten. Derhalve moet de vermelding voor Turkije in bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) 2018/659 worden gewijzigd.

(7)

Uitvoeringsverordening (EU) 2018/659 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(8)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders,