This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32020D0170
Council Decision (CFSP) 2020/170 of 6 February 2020 amending Decision 2010/231/CFSP concerning restrictive measures against Somalia
Besluit (GBVB) 2020/170 van de Raad van 6 februari 2020 houdende wijziging van Besluit 2010/231/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Somalië
Besluit (GBVB) 2020/170 van de Raad van 6 februari 2020 houdende wijziging van Besluit 2010/231/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Somalië
ST/13666/2019/INIT
PB L 36 van 7.2.2020, p. 5–12
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
In force
7.2.2020 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 36/5 |
BESLUIT (GBVB) 2020/170 VAN DE RAAD
van 6 februari 2020
houdende wijziging van Besluit 2010/231/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Somalië
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name artikel 29,
Gezien het voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De Raad heeft op 26 april 2010 Besluit 2010/231/GBVB (1) vastgesteld. |
(2) |
De Veiligheidsraad van de Verenigde Naties heeft op 15 november 2019 Resolutie (UNSCR) 2498 (2019) aangenomen. Bij die resolutie wordt het algemene en volledige wapenembargo ten aanzien van Somalië opnieuw bevestigd en worden de bepalingen inzake vrijstellingen, voorafgaande goedkeuringen en kennisgevingen met betrekking tot de levering van wapens en verwant materieel aan Somalië gewijzigd. Deze resolutie herbevestigt het verbod op invoer van Somalische houtskool, en stelt beperkingen in op de verkoop, levering en overdracht van onderdelen van geïmproviseerde explosieven aan Somalië. |
(3) |
Besluit 2010/231/GBVB dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd. |
(4) |
Verdere actie van de Unie is nodig om bepaalde in dit besluit vastgestelde maatregelen uit te voeren, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Besluit 2010/231/GBVB wordt als volgt gewijzigd:
1) |
Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:
|
2) |
Het volgende artikel wordt ingevoegd: “Artikel 1 quater 1. Onverminderd artikel 1, lid 3, is de rechtstreekse of onrechtstreekse levering, verkoop of overdracht aan Somalië van onderdelen van geïmproviseerde explosieven die voorkomen in de gemeenschappelijke EU-lijst van militaire goederen, en zijn opgenomen in bijlage IV bij dit besluit, door onderdanen van de lidstaten of vanaf het grondgebied van de lidstaten, ongeacht de vraag of de goederen daar vandaan komen, verboden. 2. Voor de rechtstreekse of onrechtstreekse levering, verkoop of overdracht aan Somalië van andere onderdelen van geïmproviseerde explosieven als vermeld in bijlage V bij dit besluit, is voorafgaande toestemming van de bevoegde autoriteiten van de lidstaten vereist. Zij verlenen geen toestemming indien er voldoende aanwijzingen zijn dat de goederen gebruikt zullen worden, of indien er een aanzienlijk risico bestaat dat ze gebruikt zullen worden bij de vervaardiging van geïmproviseerde explosieven in Somalië. 3. De lidstaten stellen het Sanctiecomité binnen 15 werkdagen na de verkoop, levering of overdracht van goederen als bedoeld in lid 2, hiervan in kennis. De kennisgevingen bevatten alle relevante informatie, met inbegrip van het gebruiksdoel van de goederen, de eindgebruiker, de technische specificaties en de hoeveelheid van de te verzenden goederen. Zij zorgen ervoor dat de federale regering van Somalië en de federale lidstaten van Somalië de geschikte financiële en technische bijstand krijgen om te voorzien in passende waarborgen voor de opslag en de verdeling van deze materialen. 4. De lidstaten bevorderen de waakzaamheid van onder hun rechtsgebied vallende natuurlijke en rechtspersonen ten aanzien van de rechtstreekse of onrechtstreekse levering, verkoop of overdracht aan Somalië van precursoren voor explosieven of van explosieve stoffen die gebruikt kunnen worden bij de vervaardiging van geïmproviseerde explosieven, en die andere goederen zijn dan de in de bijlagen IV en V bij dit besluit vermelde goederen. De lidstaten houden registers bij van bij hen bekende transacties in verband met verdachte aankopen van — of informatieverzoeken over — deze andere goederen door natuurlijke of rechtspersonen in Somalië, en delen deze informatie met de federale regering van Somalië, het Sanctiecomité en het deskundigenpanel inzake Somalië.”. |
3) |
Bijlage I bij dit besluit komt in de plaats van bijlage II. |
4) |
Bijlage II bij dit besluit wordt toegevoegd als nieuwe bijlage III. |
5) |
Bijlage III bij dit besluit wordt toegevoegd als nieuwe bijlage IV. |
6) |
Bijlage IV bij dit besluit wordt toegevoegd als nieuwe bijlage V. |
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Brussel, 6 februari 2020.
Voor de Raad
De voorzitter
A. METELKO-ZGOMBIĆ
(1) Besluit 2010/231/GBVB van de Raad van 26 april 2010 betreffende beperkende maatregelen tegen Somalië en tot intrekking van Gemeenschappelijk Standpunt 2009/138/GBVB (PB L 105 van 27.4.2010, blz. 17).
BIJLAGE I
“BIJLAGE II
LIJST VAN DE IN ARTIKEL 1, LID 3, PUNT F), I), BEDOELDE GOEDEREN
1.
Grond-luchtraketten, met inbegrip van draagbare luchtverdedigingssystemen (MANPADS, Man-Portable Air-Defence Systems.).
2.
Wapens met een kaliber groter dan 12,7 mm en speciaal daarvoor ontworpen onderdelen, en bijbehorende munitie (uitgezonderd vanaf de schouder afgevuurde antitank-raketwerpers, zoals RPG’s of LAW’s, geweergranaten of granaatwerpers).
3.
Mortieren met een kaliber groter dan 82 mm en bijbehorende munitie.
4.
Geleide antitankwapens, waaronder geleide antitankprojectielen (ATGM’s, Anti-tank Guided Missiles) en munitie en speciaal hiervoor ontworpen onderdelen.
5.
Speciaal voor militair gebruik ontworpen of aangepaste ladingen en apparaten; mijnen en aanverwant materieel.
6.
Wapenvizieren die nachtzicht mogelijk maken.
7.
Speciaal voor militair gebruik ontworpen of aangepaste luchtvaartuigen (onder “luchtvaartuigen” wordt begrepen: toestellen met vaste vleugels, toestellen met draaibare vleugel, draaivleugelvliegtuigen, luchtvoertuigen met kantelende rotor of met kantelende vleugel, of helikopters).
8.
Speciaal voor militair gebruik ontworpen of aangepaste “vaartuigen” en amfibievoertuigen (onder “vaartuigen” wordt begrepen: schepen, vaartuigen met grondeffect, vaartuigen met geringe onderwaterrompdoorsnede of draagvleugelboten, alsook de romp of een deel van de romp van schepen).
9.
Onbemande gevechtsluchtvaartuigen (aangeduid als categorie IV in het VN-register van Conventionele Wapens).
BIJLAGE II
“BIJLAGE III
LIJST VAN DE IN ARTIKEL 1, LID 3, PUNT F), II) EN III), BEDOELDE GOEDEREN
1.
Alle soorten wapens met een kaliber tot 12,7 mm en bijbehorende munitie.
2.
RPG-7 en terugstootloze vuurwapens, en bijbehorende munitie.
3.
Helmen vervaardigd volgens militaire normen of specificaties, of vergelijkbare nationale normen.
4.
Lichaamspantser of beschermende kleding, zoals volgt:
a) |
zacht lichaamspantser of beschermende kleding vervaardigd volgens militaire of daaraan gelijkwaardige normen of specificaties (militaire normen of specificaties bevatten ten minste specificaties in verband met fragmentatiebescherming); |
b) |
harde lichaamspantserplaten die ballistische bescherming bieden die gelijk is aan of groter is dan niveau III (NIJ 0101.06, juli 2008) of nationale equivalenten. |
5.
Speciaal voor militair gebruik ontworpen of aangepaste voertuigen.
6.
Speciaal voor militair gebruik ontworpen of aangepaste communicatieapparatuur.
7.
Speciaal voor militair gebruik ontworpen of aangepaste positioneringsapparatuur met mondiaal satellietnavigatiesysteem (GNSS).
BIJLAGE III
„BIJLAGE IV
LIJST VAN DE IN ARTIKEL 1 QUATER, LID 1, BEDOELDE GOEDEREN
1.
Tetryl (trinitrofenylmethylnitramine).
2.
Apparatuur die zowel speciaal ontworpen is voor militair gebruik als speciaal ontworpen is voor het in werking stellen, het eenmalig toedienen van energie, het ontsteken of het detoneren van geïmproviseerde explosieven (IED).
3.
“Technologie” die nodig is voor de “productie” of het “gebruik” van de in de punten 1 en 2 vermelde goederen. (De definities van de termen “technologie”, “nodig”, “productie” en “gebruik” zijn ontleend aan de gemeenschappelijke EU-lijst van militaire goederen (1)).
BIJLAGE IV
“BIJLAGE V
LIJST VAN DE IN ARTIKEL 1 QUATER, LID 2, BEDOELDE GOEDEREN
1.
Niet in bijlage IV, punt 2, gespecificeerde uitrusting en toestellen die speciaal ontworpen zijn voor het al dan niet elektrisch inleiden van explosies (bijv. ontstekingstoestellen, detonatoren, ontstekers, slagkoord).
2.
“Technologie” die nodig is voor de “productie” of het “gebruik” van de in punt 1, vermelde goederen. (De termen “technologie”, “nodig”, “productie” en “gebruik” zijn ontleend aan de gemeenschappelijke EU-lijst van militaire goederen.)
3.
Explosieve stoffen, als hieronder, en mengsels die een of meer van deze materialen bevatten:
a. |
ammoniumnitraat met stookolie (ANFO); |
b. |
nitrocellulose (met een stikstofgehalte van meer dan 12,5 % gewicht per gewicht); |
c. |
nitroglycol; |
d. |
pentaerythritoltetranitraat (PETN); |
e. |
picrylchloride; |
f. |
2,4,6-trinitrotolueen (TNT). |
4.
Precursoren voor explosieven:
a. |
ammoniumnitraat; |
b. |
kaliumnitraat; |
c. |
natriumchloraat; |
d. |
salpeterzuur; |
e. |
zwavelzuur. |