EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32019R0829

Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/829 van de Commissie van 14 maart 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad betreffende beschermende maatregelen tegen plaagorganismen bij planten, waarbij de lidstaten toestemming wordt verleend om in tijdelijke afwijkingen te voorzien ten behoeve van officiële tests, wetenschappelijke of onderwijskundige doeleinden, proefnemingen, selectiewerkzaamheden of veredeling

C/2019/1922

PB L 137 van 23.5.2019, p. 15–25 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force: This act has been changed. Current consolidated version: 23/05/2019

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_del/2019/829/oj

23.5.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 137/15


GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2019/829 VAN DE COMMISSIE

van 14 maart 2019

tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad betreffende beschermende maatregelen tegen plaagorganismen bij planten, waarbij de lidstaten toestemming wordt verleend om in tijdelijke afwijkingen te voorzien ten behoeve van officiële tests, wetenschappelijke of onderwijskundige doeleinden, proefnemingen, selectiewerkzaamheden of veredeling

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2016 betreffende beschermende maatregelen tegen plaagorganismen bij planten, tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 228/2013, (EU) nr. 652/2014 en (EU) nr. 1143/2014 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van de Richtlijnen 69/464/EEG, 74/647/EEG, 93/85/EEG, 98/57/EG, 2000/29/EG, 2006/91/EG en 2007/33/EG van de Raad (1), en met name artikel 8, lid 5, en artikel 48, lid 5,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op grond van Verordening (EU) 2016/2031 kunnen de lidstaten het binnenbrengen op, het verkeer binnen, en het houden en vermeerderen op hun grondgebied van EU-quarantaineorganismen of plaagorganismen die onderworpen zijn aan de krachtens artikel 30, lid 1, van die verordening vastgestelde maatregelen, op verzoek tijdelijk toestaan voor officiële tests, wetenschappelijke of onderwijskundige doeleinden, proefnemingen, selectiewerkzaamheden of veredeling. Bovendien mogen de lidstaten, op verzoek, tijdelijk toestemming verlenen voor het binnenbrengen op en het verkeer binnen hun grondgebied van planten, plantaardige producten en andere materialen die voor officiële tests, wetenschappelijke of onderwijskundige doeleinden, proefnemingen, selectiewerkzaamheden of veredeling worden gebruikt.

(2)

Het is noodzakelijk Verordening (EU) 2016/2031 aan te vullen door regels vast te stellen betreffende de uitwisseling van informatie tussen de lidstaten en de Commissie over het binnenbrengen op en het verkeer binnen het grondgebied van de Unie van de betrokken plaagorganismen, planten, plantaardige producten en andere materialen, betreffende de procedures en voorwaarden voor het verlenen van desbetreffende toestemming, alsook betreffende de voorschriften voor de monitoring van de naleving en de te nemen maatregelen in geval van niet-naleving.

(3)

Om ervoor te zorgen dat het fytosanitaire risico in verband met de gespecificeerde activiteiten wordt geëlimineerd of tot een aanvaardbaar niveau wordt teruggebracht, moeten voor de toestemming voor het binnenbrengen op en het verkeer binnen het grondgebied van de Unie van enig gespecificeerd materiaal bepaalde voorwaarden gelden die zorgen voor de indiening van een volledig en passend verzoek, het onderzoek van de aard en doelstellingen van de gespecificeerde activiteiten, de bevestiging dat de gespecificeerde activiteiten worden uitgeoefend binnen quarantainestations of gesloten faciliteiten en de vernietiging en veilige verwijdering van besmet materiaal.

(4)

Teneinde te zorgen voor de monitoring en traceerbaarheid van het betrokken gespecificeerd materiaal en onverwijld ieder daaraan verbonden fytosanitair risico aan te pakken, is het passend dat de bevoegde autoriteit van de lidstaat waar de goedgekeurde gespecificeerde activiteit zal worden uitgevoerd, na het verlenen van de toestemming een vergunning afgeeft, waarvan het betrokken gespecificeerd materiaal altijd vergezeld dient te gaan.

(5)

Het formulier van de vergunning dient gelijk te zijn aan het formulier dat is opgenomen in bijlage II bij Richtlijn 2008/61/EG van de Commissie, aangezien is gebleken dat dat formulier op doeltreffende en consequente wijze wordt gebruikt (2).

(6)

Om te voorzien in een evenredig en doeltreffend kader voor herhaald binnenbrengen in en verkeer binnen de Unie van gespecificeerd materiaal dat het voorwerp van de gespecificeerde activiteiten vormt, dient te worden bepaald dat in dergelijke gevallen, overeenkomstig bijzondere voorwaarden, een enkele vergunning wordt gebruikt.

(7)

Officiële tests worden vaker uitgevoerd dan de andere gespecificeerde activiteiten. Het zou daarom doeltreffender zijn om voor officiële tests een flexibeler kader toe te staan dan voor de andere gespecificeerde activiteiten.

(8)

Om te waarborgen dat zo snel mogelijk corrigerende maatregelen worden genomen, dienen regels te worden vastgesteld voor de maatregelen die de bevoegde autoriteiten moeten nemen wanneer de bepalingen van deze verordening niet worden nageleefd. Deze maatregelen dienen verplichtingen te omvatten voor persoon die voor de gespecificeerde activiteiten verantwoordelijk is.

(9)

Omwille van de rechtszekerheid en duidelijkheid moet Richtlijn 2008/61/EG worden ingetrokken.

(10)

Deze verordening dient van toepassing te zijn onverminderd eventuele regels die worden vastgesteld uit hoofde van artikel 48 van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad (3) (verordening officiële controles) met betrekking tot goederen die zijn vrijgesteld van officiële controles aan grenscontroleposten.

(11)

Om een soepele beëindiging van de toegestane activiteiten mogelijk te maken, is het passend om de geldigheidsduur van de goedkeuring van die activiteiten voor een bepaalde termijn te verlengen.

(12)

Omwille van de rechtszekerheid moet deze verordening op dezelfde datum van toepassing worden als Verordening (EU) 2016/2031,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Toepassingsgebied

Bij deze verordening worden de voorwaarden voor afwijking van een aantal bepalingen van Verordening (EU) 2016/2031 vastgesteld, waaronder de gespecificeerde plaagorganismen, planten, plantaardige producten en andere materialen, als gedefinieerd in artikel 2 van deze verordening, in de Unie of in beschermde gebieden daarvan mogen worden binnengebracht, in het verkeer mogen zijn of mogen worden gehouden, vermeerderd of gebruikt, voor officiële tests, wetenschappelijke of onderwijskundige doeleinden, proefnemingen, selectiewerkzaamheden of veredeling. Met name bevat deze verordening afwijkingen van de volgende bepalingen van Verordening (EU) 2016/2031:

a)

artikel 5, lid 1, inzake het verbod op het binnenbrengen op, in het verkeer zijn binnen, en houden, vermeerderen en vrijlaten op het grondgebied van de Unie van EU-quarantaineorganismen;

b)

artikel 30, lid 1, inzake maatregelen van de Unie die zijn vastgesteld voor plaagorganismen die niet zijn opgenomen in de lijst van EU-quarantaineorganismen, maar die mogelijk voldoen aan de voorwaarden voor opneming in die lijst;

c)

artikel 32, lid 2, inzake het verbod op het binnenbrengen in, in het verkeer zijn binnen of houden, vermeerderen en vrijlaten in beschermde gebieden van de Unie van beschermdgebiedquarantaineorganismen;

d)

artikel 40, lid 1, inzake het verbod op het binnenbrengen op het grondgebied van de Unie van bepaalde planten, plantaardige producten en andere materialen uit enig of uit bepaalde derde landen of gebieden;

e)

artikel 41, lid 1, inzake bijzondere of gelijkwaardige voorschriften voor het binnenbrengen in en in het verkeer zijn binnen het grondgebied van de Unie van bepaalde planten, plantaardige producten en andere materialen;

f)

artikel 42, lid 2, inzake het verbod bepaalde planten, plantaardige producten of ander materialen met een hoog risico vanuit derde landen binnen te brengen op het grondgebied van de Unie;

g)

artikel 49, lid 1, inzake tijdelijke maatregelen met betrekking tot het binnenbrengen op en het verkeer binnen het grondgebied van de Unie van planten, plantaardige producten en andere materialen uit derde landen;

h)

artikel 53, lid 1, inzake het verbod bepaalde planten, plantaardige producten of andere materialen, die afkomstig zijn uit derde landen of uit het grondgebied van de Unie, binnen te brengen in beschermde gebieden van de Unie;

i)

artikel 54, lid 1, inzake bijzondere voorschriften voor het binnenbrengen in beschermde gebieden van de Unie van planten, plantaardige producten en andere materialen.

Bij deze verordening worden met name vastgesteld:

a)

de regels inzake de uitwisseling van informatie tussen de lidstaten en de Commissie over het binnenbrengen in en het verkeer binnen of het houden, vermeerderen of gebruik van gespecificeerde plaagorganismen of planten, plantaardige producten en andere materialen in de Unie of in beschermde gebieden daarvan;

b)

de procedure en de voorwaarden krachtens welke de lidstaten tijdelijk toestemming verlenen voor de uitvoering van de gespecificeerde activiteiten;

c)

de regels inzake de monitoring van de naleving en de te nemen maatregelen in geval van niet-naleving.

Artikel 2

Definities

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

a)   "gespecificeerde plaagorganismen":

i)

EU-quarantaineorganismen die krachtens artikel 5 van Verordening (EU) 2016/2031 in een lijst zijn opgenomen;

ii)

plaagorganismen die zijn onderworpen aan krachtens artikel 30, lid 1, van die verordening vastgestelde maatregelen;

iii)

beschermdgebiedquarantaineorganismen die krachtens artikel 32, lid 3, van die verordening in een lijst zijn opgenomen;

b)   "planten, plantaardige producten of andere materialen": planten, plantaardige producten of andere materialen die zijn onderworpen aan maatregelen die zijn vastgesteld krachtens artikel 30, lid 1, en in een lijst zijn opgenomen krachtens artikel 40, leden 2 en 3, artikel 41, leden 2 en 3, artikel 42, leden 2 en 3, artikel 49, lid 1, artikel 53, leden 2 en 3, en artikel 54, leden 2 en 3, van Verordening (EU) 2016/2031;

c)   "gespecificeerd materiaal": alle gespecificeerde plaagorganismen, planten, plantaardige producten of andere materialen waarvoor toestemming in de zin van deze verordening is vereist;

d)   "gespecificeerde activiteiten": elke activiteit die door eender welke persoon, met inbegrip van bevoegde autoriteiten, academische instellingen, onderzoeksinstellingen of professionele marktdeelnemers, wordt uitgeoefend in verband met officiële tests, wetenschappelijke of onderwijskundige doeleinden, proefnemingen, selectiewerkzaamheden of veredeling, en die gepaard gaat met het tijdelijk binnenbrengen in, verkeer binnen of houden, vermeerderen of gebruiken in de Unie en de beschermde gebieden daarvan, van enig gespecificeerd materiaal.

Artikel 3

Uitwisseling van informatie tussen de lidstaten en de Commissie

1.   De lidstaten werken administratief samen met betrekking tot de uitwisseling van informatie tussen de lidstaten en de Commissie over het binnenbrengen op, verkeer binnen, en het houden, vermeerderen en gebruik van alle gespecificeerd materiaal op het grondgebied van de Unie of de beschermde gebieden daarvan.

2.   Voor de toepassing van lid 1 sturen de lidstaten de Commissie en de andere lidstaten elk jaar vóór 31 maart alle hiernavolgende informatie:

a)

een lijst van de soorten en hoeveelheden gespecificeerd materiaal waarvoor op grond van deze verordening toestemming is verleend en dat tijdens het voorgaande kalenderjaar de Unie werd binnengebracht of daarbinnen in het verkeer was;

b)

een verslag over de aanwezigheid van tijdens de gespecificeerde activiteiten opgespoorde gespecificeerde plaagorganismen waarvoor geen toestemming krachtens deze verordening is verleend, en van alle andere, tijdens de gespecificeerde activiteiten opgespoorde plaagorganismen die door de bevoegde autoriteit als een risico voor de Unie worden beschouwd;

c)

maatregelen in geval van niet-naleving;

d)

de lijst van quarantainestations en gesloten faciliteiten die voor de toepassing van deze verordening worden gebruikt.

3.   Het verkeer binnen en het binnenbrengen in de Unie van het gespecificeerd materiaal ten behoeve van de krachtens artikel 5 toegestane gespecificeerde activiteiten wordt, samen met de respectieve toestemming, geregistreerd in een geautomatiseerd informatiemanagementsysteem voor officiële controles (Imsoc), zoals bedoeld in artikel 131 van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad.

Artikel 4

Verzoek

Voorafgaand aan het binnenbrengen in, het verkeer binnen, en het houden, vermeerderen en gebruik in de Unie van het gespecificeerd materiaal in overeenstemming met, al naargelang het geval, artikel 8, lid 1, of artikel 48, lid 1, van Verordening (EU) 2016/2031 wordt bij de bevoegde autoriteiten een verzoek ingediend.

De inhoud daarvan moet voldoen aan de vereisten in bijlage I bij deze verordening.

Artikel 5

Voorwaarden voor de verlening van toestemming

De toestemming voor het binnenbrengen in, het verkeer binnen, en het houden, vermeerderen en gebruik in de Unie van het gespecificeerd materiaal in overeenstemming met, al naargelang het geval, artikel 8, lid 1, of artikel 48, lid 1, van Verordening (EU) 2016/2031 wordt door de lidstaten verleend voor een beperkte termijn en uitsluitend wanneer aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

a)

er is vastgesteld dat het verzoek in overstemming met artikel 4 van deze verordening is;

b)

de aard en de doelstellingen van de in het verzoek voorgestelde gespecificeerde activiteiten zijn door de bevoegde autoriteit onderzocht en in overeenstemming bevonden met de definitie van gespecificeerde activiteiten in artikel 2 van deze verordening;

c)

er is vastgesteld dat de gespecificeerde activiteiten worden verricht in quarantainestations of gesloten faciliteiten als vermeld in het verzoek en aangewezen door de bevoegde autoriteit in overeenstemming met de artikelen 60 en 61 van Verordening (EU) 2016/2031;

d)

er is gewaarborgd dat het gespecificeerd materiaal na de voltooiing van de gespecificeerde activiteit waarop die toestemming betrekking heeft, is vernietigd en veilig verwijderd is of onder passende omstandigheden is opgeslagen voor verder gebruik overeenkomstig artikel 64 van Verordening (EU) 2016/2031.

Artikel 6

Na toestemming afgegeven vergunning

1.   Na de verlening van de in artikel 5 bedoelde toestemming geeft de bevoegde autoriteit van de lidstaat waar de goedgekeurde gespecificeerde activiteit zal worden uitgevoerd, een vergunning af. Het betrokken gespecificeerd materiaal gaat altijd vergezeld van deze vergunning.

2.   In geval van gespecificeerd materiaal dat uit de Unie afkomstig is, stemt de vergunning overeen met het formulier dat is opgenomen in bijlage II, deel A. Zij wordt officieel door de lidstaat van oorsprong bekrachtigd, met het oog op het verkeer van het betrokken gespecificeerd materiaal onder quarantaineomstandigheden of omstandigheden die ontsnappen onmogelijk maken.

3.   In geval van gespecificeerd materiaal dat uit de Unie afkomstig is, stemt de vergunning overeen met het formulier dat is opgenomen in bijlage II, deel B. Zij wordt officieel door het derde land van oorsprong bekrachtigd, met het oog op het binnenbrengen van het respectieve gespecificeerde materiaal onder quarantaineomstandigheden of omstandigheden die ontsnappen onmogelijk maken.

4.   In geval van herhaald binnenbrengen in of verkeer binnen de Unie van een specifiek type gespecificeerd materiaal, kan de bevoegde autoriteit op het moment van de eerste verzending één enkele vergunning afgeven, die al deze bewegingen omvat, mits aan elk van de volgende voorwaarden is voldaan:

a)

het binnenbrengen of verkeer vindt meerdere keren per jaar plaats;

b)

de verpakkingsomstandigheden van het gespecificeerd materiaal zijn hetzelfde;

c)

het gespecificeerd materiaal is afkomstig van dezelfde aanbieder en bestemd voor dezelfde persoon die verantwoordelijk is voor de goedgekeurde activiteiten.

De bevoegde autoriteit geeft in vak 10 van het in bijlage II, delen A en B, opgenomen model expliciet aan dat de vergunning betrekking heeft op herhaald binnenbrengen in of verkeer binnen de Unie van dat gespecificeerd materiaal. De vergunning heeft een geldigheid van ten hoogste één jaar vanaf de datum van afgifte.

Artikel 7

Speciale bepalingen voor officiële tests

In afwijking van de artikelen 4, 5 en 6 verlenen de lidstaten toestemming voor de uitvoering van officiële tests, die door de bevoegde autoriteiten of professionele marktdeelnemers onder officieel toezicht van de bevoegde autoriteiten worden uitgevoerd, mits aan elk van de volgende voorwaarden is voldaan:

a)

de persoon die voor de goedgekeurde activiteiten verantwoordelijk is, heeft de bevoegde autoriteit in kennis gesteld van de officiële tests voordat deze plaatsvinden;

b)

die kennisgeving vermeldt de aard en de doelstellingen van de officiële tests;

c)

de kennisgeving bevat een bevestiging dat de officiële test worden uitgevoerd in quarantainestations of gesloten faciliteiten als bedoeld in artikel 5, onder c);

d)

de officiële tests worden zo uitgevoerd dat er geen verspreiding is van gespecificeerde plaagorganismen tijdens de hantering en het vervoer van het gespecificeerd materiaal voorafgaand aan, tijdens en na de officiële tests.

Artikel 8

Algemene bepalingen inzake de monitoring van de naleving

De bevoegde autoriteit monitort de gespecificeerde activiteiten om ervoor te zorgen dat aan elk van de volgende voorwaarden wordt voldaan:

a)

elke besmetting van het gespecificeerd materiaal met eender welke tijdens de gespecificeerde activiteiten opgespoorde gespecificeerde plaagorganismen waarvoor geen toestemming krachtens deze verordening is verleend, of met eender welke andere, tijdens de gespecificeerde activiteiten opgespoorde plaagorganismen die als een risico voor de Unie worden beschouwd, wordt door de voor de activiteiten verantwoordelijke persoon onmiddellijk ter kennis gebracht aan de bevoegde autoriteit. Wanneer het gespecificeerd materiaal zelf een gespecificeerd plaagorganisme is, betreft de monitoring de mogelijke besmetting door andere, tijdens de gespecificeerde activiteiten opgespoorde gespecificeerde plaagorganismen waarvoor geen toestemming krachtens deze verordening is verleend, of eender welke andere, tijdens de gespecificeerde activiteiten opgespoorde plaagorganismen die door de bevoegde autoriteit als een risico voor de Unie worden beschouwd;

b)

elk incident dat leidt tot de ontsnapping of de waarschijnlijke ontsnapping van onder a) bedoelde plaagorganismen in het milieu, wordt door de voor de activiteiten verantwoordelijke persoon onmiddellijk aan de bevoegde autoriteit ter kennis gebracht.

Artikel 9

In geval van niet-naleving te nemen maatregelen

1.   De bevoegde autoriteit kan de voor de activiteiten verantwoordelijke persoon ertoe verplichten corrigerende maatregelen uit te voeren om ervoor te zorgen dat de in deze verordening vastgestelde bepalingen worden nageleefd, hetzij onmiddellijk, hetzij binnen een bepaalde termijn.

2.   Wanneer de bevoegde autoriteit concludeert dat de voor de activiteiten verantwoordelijke persoon de in deze verordening vastgestelde bepalingen niet naleeft, neemt die autoriteit onverwijld de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de niet-naleving van die bepalingen wordt beëindigd. Die maatregelen kunnen de intrekking of tijdelijke schorsing van de in artikel 5 bedoelde toestemming omvatten.

3.   Indien de bevoegde autoriteit overeenkomstig lid 2 andere maatregelen dan de intrekking van de toestemming heeft genomen, maar de niet-naleving van deze verordening voortduurt, trekt die autoriteit die toestemming onverwijld in.

Artikel 10

Intrekking van Richtlijn 2008/61/EG en overgangsperiode voor de op grond van die richtlijn toegestane activiteiten

Richtlijn 2008/61/EG wordt ingetrokken.

Verwijzingen naar de ingetrokken richtlijn gelden als verwijzingen naar de onderhavige verordening en worden gelezen volgens de concordantietabel in bijlage III.

De krachtens artikel 2 van die richtlijn verleende toestemmingen voor de activiteiten verstrijken op 31 december 2020.

Artikel 11

Inwerkingtreding en datum van toepassing

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 14 december 2019.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 14 maart 2019.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 317 van 23.11.2016, blz. 4.

(2)  Richtlijn 2008/61/EG van de Commissie van 17 juni 2008 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder bepaalde in de bijlagen I tot en met V bij Richtlijn 2000/29/EG van de Raad vermelde schadelijke organismen, planten, plantaardige producten en andere materialen voor proefnemingen of wetenschappelijke doeleinden en voor selectiewerkzaamheden in de Gemeenschap of in bepaalde beschermde gebieden daarvan mogen worden binnengebracht of naar een andere plaats overgebracht (PB L 158 van 18.6.2008, blz. 41).

(3)  Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 betreffende officiële controles en andere officiële activiteiten die worden uitgevoerd om de toepassing van de levensmiddelen- en diervoederwetgeving en van de voorschriften inzake diergezondheid, dierenwelzijn, plantgezondheid en gewasbeschermingsmiddelen te waarborgen, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 999/2001, (EG) nr. 396/2005, (EG) nr. 1069/2009, (EG) nr. 1107/2009, (EU) nr. 1151/2012, (EU) nr. 652/2014, (EU) 2016/429 en (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad, de Verordeningen (EG) nr. 1/2005 en (EG) nr. 1099/2009 van de Raad en de Richtlijnen 98/58/EG, 1999/74/EG, 2007/43/EG, 2008/119/EG en 2008/120/EG van de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad, de Richtlijnen 89/608/EEG, 89/662/EEG, 90/425/EEG, 91/496/EEG, 96/23/EG, 96/93/EG en 97/78/EG van de Raad en Besluit 92/438/EEG van de Raad (verordening officiële controles) (PB L 95 van 7.4.2017, blz. 1).


BIJLAGE I

1.   

Het in artikel 4 bedoelde verzoek bevat ten minste de volgende elementen, al naargelang het geval:

a)

naam, adres, e-mailadres en telefoonnummer van de verzoeker en van de perso(o)n(en) verantwoordelijk voor de gespecificeerde activiteit indien verschillend, met inbegrip van hun wetenschappelijke en technische kwalificaties met het oog op de gespecificeerde activiteiten;

b)

het type gespecificeerd materiaal, de wetenschappelijke naam of de naam van het gespecificeerd materiaal en, indien relevant, eventuele gepubliceerde referenties, met inbegrip van informatie over potentiële vectoren;

c)

de hoeveelheid van het gespecificeerd materiaal, het aantal zendingen en de hoeveelheid per zending in geval van herhaalde zendingen, onderbouwd overeenkomstig het doel van de betrokken gespecificeerde activiteit en de capaciteit van het quarantainestation of de gesloten faciliteit;

d)

de plaats van oorsprong van het gespecificeerd materiaal, met inbegrip van de naam, het adres, het e-mailadres en het telefoonnummer van de verzender en de aanbieder, samen met passende bewijsstukken in geval het gespecificeerd materiaal uit een derde land wordt binnengebracht;

e)

de duur van de gespecificeerde activiteit alsmede een samenvatting van de aard en de doelstellingen van de gespecificeerde activiteit en, aanvullend, een specificatie in geval van proefnemingen en wetenschappelijke of onderwijskundige werkzaamheden met betrekking tot selectie;

f)

de verpakkingsomstandigheden waaronder het gespecificeerd materiaal in het verkeer zal zijn of zal worden ingevoerd;

g)

de naam, het adres en de beschrijving van het quarantainestation of de gesloten faciliteit;

h)

het eindgebruik van het gespecificeerd materiaal wanneer de gespecificeerde activiteit is afgelopen, bijvoorbeeld vernietiging, verzameling of opslag;

i)

in voorkomend geval, de wijze van vernietiging of behandeling van het gespecificeerd materiaal wanneer de gespecificeerde activiteit is afgelopen.

2.   

Op verzoek van de bevoegde autoriteit wordt overige informatie of toelichting verstrekt.


BIJLAGE II

A.   Modelvergunning voor verkeer binnen de Unie van plaagorganismen, planten, plantaardige producten en andere materialen voor wetenschappelijke of onderwijskundige doeleinden, proefnemingen, selectiewerkzaamheden of veredeling, als bedoeld in artikel 6, lid 2

Titel: Vergunning

 

1.

Naam, adres, e-mailadres en telefoonnummer van de [verzender]/[plantenziektekundige dienst]* van de lidstaat van oorsprong

2.

Naam van de verantwoordelijke instantie van de lidstaat van afgifte

3.

Naam, adres, e-mailadres en telefoonnummer van de voor de gespecificeerde activiteiten verantwoordelijke persoon

4.

Naam en adres van [het quarantainestation]/[de gesloten faciliteit]*

5.

Wetenschappelijke naam indien van toepassing, of naam van het gespecificeerd materiaal, met inbegrip van de wetenschappelijke naam van het betrokken gespecificeerd plaagorganisme

6.

Hoeveelheid van het gespecificeerd materiaal

7.

Type gespecificeerd materiaal

8.

Verpakkings- en vervoersomstandigheden

Specificeer een van de volgende omstandigheden

8.1.

Post/koeriersbedrijf/passagier/overige, nader aan te geven

8.2.

Weg/trein/vliegtuig/boot/overige, nader aan te geven

8.3.

Overig

9.

Aanvullende informatie

Het verkeer van dit gespecificeerd materiaal binnen het grondgebied van de Unie vindt plaats krachtens Verordening (EU)…/…[Publicatiebureau, gelieve de referentie van deze verordening in te voegen]

10.

Herhaalde zendingen: [ja]/[neen]*

Zo ja:

Datum van afgifte:

Referentienummer van de zending:

Aantal zendingen en hoeveelheid per zending gespecificeerd materiaal:

11.

Eindgebruik

Vernietiging/verzameling of opslag*

12.

Bekrachtiging door de bevoegde autoriteit van de lidstaat van oorsprong van het gespecificeerd materiaal

13.

Handtekening en stempel of elektronisch stempel en elektronische handtekening van de bevoegde autoriteit

Plaats van bekrachtiging:

 

Datum:

Plaats van afgifte:

Naam en handtekening van de bevoegde functionaris:

Datum van afgifte:

Vervaldatum

Naam en handtekening van de bevoegde functionaris:

14.

Imsoc-referentie

 

*

Doorhalen wat niet van toepassing is.

B.   Modelvergunning voor het binnenbrengen in de Unie van plaagorganismen, planten, plantaardige producten en andere materialen voor wetenschappelijke of onderwijskundige doeleinden, proefnemingen, selectiewerkzaamheden of veredeling, als bedoeld in artikel 6, lid 3

Titel: Vergunning

 

1.

Naam, adres, e-mailadres en telefoonnummer van de [verzender]/[plantenziektekundige dienst]* van het derde land van oorsprong

2.

Naam van de verantwoordelijke instantie van de lidstaat van afgifte

3.

Naam, adres, e-mailadres en telefoonnummer van de voor de gespecificeerde activiteiten verantwoordelijke persoon

4.

Naam en adres van [het quarantainestation]/[de gesloten faciliteit]*

5.

Wetenschappelijke naam indien van toepassing, of naam van het gespecificeerd materiaal, met inbegrip van de wetenschappelijke naam van het betrokken gespecificeerd plaagorganisme

6.

Hoeveelheid van het gespecificeerd materiaal

7.

Type gespecificeerd materiaal

8.

Verpakkings- en vervoersomstandigheden*

Specificeer een van de volgende omstandigheden

8.1.

Post/koeriersbedrijf/passagier/overige, nader aan te geven

8.2.

Weg/trein/vliegtuig/boot/overige, nader aan te geven

8.3.

Overig

9.

Aanvullende informatie

De invoer van dit gespecificeerd materiaal op het grondgebied van de Unie vindt plaats krachtens Verordening (EU)…/…[Publicatiebureau, gelieve de referentie van deze verordening in te voegen]

10.

Herhaalde zendingen: [ja]/[neen]*

Zo ja:

Datum van afgifte:

Referentienummer van de zending:

Aantal zendingen en hoeveelheid per zending gespecificeerd materiaal:

11.

Eindgebruik

Vernietiging/verzameling of opslag*

12.

Bekrachtiging door de nationale organisatie ter bescherming van planten van het derde land van oorsprong van het gespecificeerd materiaal

12.

Handtekening en stempel of elektronisch stempel en elektronische handtekening van de bevoegde autoriteit

Plaats van bekrachtiging:

 

Datum:

Plaats van afgifte:

Naam en handtekening van de bevoegde functionaris:

Datum van afgifte:

Vervaldatum

Naam en handtekening van de bevoegde functionaris:

13.

Imsoc-referentie

 

*

Doorhalen wat niet van toepassing is.

BIJLAGE III

Concordantietabel

Richtlijn 2008/61/EG

Deze verordening

Artikel 1, lid 1

Artikel 4

Artikel 1, lid 2

Artikel 4, bijlage I

Artikel 2, lid 1, eerste alinea

Artikel 5

Artikel 2, lid 1, tweede alinea

Artikel 9, lid 2

Artikel 2, lid 2

Artikel 6, bijlage II

Artikel 2, lid 3

Artikel 8

Artikel 2, lid 4

__

Artikel 3

__

Artikel 4

__

Artikel 5

__

Artikel 6

Artikel 11

Artikel 7

__

Bijlage I, punt 1

Artikel 5

Bijlage I, punt 2

__

Bijlage II

Bijlage II

Bijlage III

__

Bijlage IV

__

Bijlage V

Bijlage III


Top