Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32019R0564

    Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/564 van de Commissie van 28 maart 2019 tot wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/2251 van de Commissie tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de datum tot wanneer tegenpartijen hun risicobeheerprocedures voor bepaalde niet door een centrale tegenpartij geclearde otc-derivatencontracten mogen blijven toepassen (Voor de EER relevante tekst.)

    C/2019/2530

    PB L 99 van 10.4.2019, p. 3–5 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_del/2019/564/oj

    10.4.2019   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 99/3


    GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2019/564 VAN DE COMMISSIE

    van 28 maart 2019

    tot wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/2251 van de Commissie tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de datum tot wanneer tegenpartijen hun risicobeheerprocedures voor bepaalde niet door een centrale tegenpartij geclearde otc-derivatencontracten mogen blijven toepassen

    (Voor de EER relevante tekst)

    DE EUROPESE COMMISSIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    Gezien Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters (1), en met name artikel 11, lid 15,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Op 29 maart 2017 heeft het Verenigd Koninkrijk kennisgegeven van zijn voornemen om zich uit de Unie terug te trekken krachtens artikel 50 van het Verdrag betreffende de Europese Unie. De Verdragen zullen niet meer van toepassing zijn op het Verenigd Koninkrijk met ingang van de datum van inwerkingtreding van een terugtrekkingsakkoord of, bij gebreke daarvan, na verloop van twee jaar na die kennisgeving, tenzij de Europese Raad met instemming van het Verenigd Koninkrijk met eenparigheid van stemmen besluit deze termijn te verlengen.

    (2)

    Door Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/397 van de Commissie (2) wordt voorzien in een wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/2251 van de Commissie (3) wat betreft de datum tot wanneer tegenpartijen hun risicobeheerprocedures voor bepaalde, niet door een centrale tegenpartij geclearde otc-derivatencontracten mogen blijven toepassen. Overeenkomstig artikel 2 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/397 is die verordening van toepassing met ingang van de datum na die waarop de Verdragen niet meer van toepassing zijn op en in het Verenigd Koninkrijk overeenkomstig artikel 50, lid 3, van het Verdrag betreffende de Europese Unie, tenzij er tegen die datum een terugtrekkingsakkoord in werking is getreden dan wel de in artikel 50, lid 3, van het Verdrag betreffende de Europese Unie genoemde termijn van twee jaar is verlengd.

    (3)

    Bij brief van 20 maart 2019 heeft het Verenigd Koninkrijk een verzoek ingediend om de in artikel 50, lid 3, van het Verdrag betreffende de Europese Unie bepaalde periode te verlengen tot en met 30 juni 2019, om de ratificatie van het terugtrekkingsakkoord te kunnen afronden (4). Op 21 maart 2019 heeft de Europese Raad, op voorwaarde dat het Lagerhuis de week nadien het terugtrekkingsakkoord goedkeurde, ingestemd met een verlenging tot en met 22 mei 2019. Voor het geval dat niet zou gebeuren, stemde de Europese Raad in met een verlenging tot en met 12 april 2019. Bijgevolg zal Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/397 niet van toepassing zijn.

    (4)

    De redenen die ten grondslag liggen aan Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/397 blijven evenwel bestaan, ongeacht een eventuele verlenging van de in artikel 50, lid 3, van het Verdrag betreffende de Europese Unie genoemde termijn. Meer bepaald zullen de risico's voor het soepele functioneren van de markt en een gelijk speelveld tussen in de Unie gevestigde spelers blijven bestaan in geval van de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk uit de Unie zonder een akkoord na de verlengde termijn. Die risico's zullen naar verwachting blijven bestaan voor de voorzienbare toekomst.

    (5)

    Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/2251 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd.

    (6)

    Deze verordening is gebaseerd op het ontwerp van technische reguleringsnormen die door de Europese Bankautoriteit, door de Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen en door de Europese Autoriteit voor effecten en markten aan de Commissie zijn voorgelegd.

    (7)

    Het is noodzakelijk om de uitvoering van efficiënte oplossingen door marktdeelnemers zo snel mogelijk te faciliteren. Daarom hebben de Europese Bankautoriteit, de Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen en de Europese Autoriteit voor effecten en markten de potentiële hieraan gerelateerde kosten en baten geanalyseerd, maar hebben zij overeenkomstig artikel 10, lid 1, tweede alinea, van Verordening (EU) nr. 1093/2010 van het Europees Parlement en de Raad (5), artikel 10, lid 1, tweede alinea, van Verordening (EU) nr. 1094/2010 van het Europees Parlement en de Raad (6) en artikel 10, lid 1, tweede alinea, van Verordening (EU) nr. 1095/2010 van het Europees Parlement en de Raad (7) geen openbare raadpleging gehouden. Om dezelfde reden moet deze verordening in werking treden op de dag na die van de bekendmaking ervan,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Artikel 35 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/2251 wordt vervangen door:

    "Artikel 35

    Overgangsbepalingen

    1.   Tegenpartijen bedoeld in artikel 11, lid 3, van Verordening (EU) nr. 648/2012 kunnen hun op de datum van toepassing van deze verordening toepasselijke risicobeheerprocedures blijven toepassen ten aanzien van niet-centraal geclearde otc-derivatencontracten die tussen 16 augustus 2012 en de desbetreffende data van toepassing van deze verordening zijn aangegaan of vernieuwd.

    2.   Tegenpartijen bedoeld in artikel 11, lid 3, van Verordening (EU) nr. 648/2012 kunnen hun op 14 maart 2019 toepasselijke risicobeheerprocedures tevens blijven toepassen ten aanzien van niet-centraal geclearde otc-derivatencontracten die voldoen aan alle volgende voorwaarden:

    a)

    de niet-centraal geclearde otc-derivatencontracten zijn aangegaan of vernieuwd vóór hetzij de desbetreffende data van toepassing van deze verordening, zoals vastgesteld in de artikelen 36, 37 en 38 van deze verordening, hetzij 11 april 2019, indien dit vroeger is;

    b)

    de niet-centraal geclearde otc-derivatencontracten worden vernieuwd met als enig doel de in het Verenigd Koninkrijk gevestigde tegenpartij te vervangen door een in een lidstaat gevestigde tegenpartij;

    c)

    de niet-centraal geclearde otc-derivatencontracten worden vernieuwd tussen de datum na die waarop het recht van de Unie op grond van artikel 50, lid 3, van het Verdrag betreffende de Europese Unie niet meer van toepassing is op en in het Verenigd Koninkrijk, en een van de volgende data, naargelang welke datum later komt:

    i)

    de in de artikelen 36, 37 en 38 van deze verordening vastgestelde desbetreffende data van toepassing; of

    ii)

    twaalf maanden na de datum na die waarop het recht van de Unie op grond van artikel 50, lid 3, van het Verdrag betreffende de Europese Unie niet meer van toepassing is op en in het Verenigd Koninkrijk."

    Artikel 2

    Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Zij is van toepassing vanaf de dag na die waarop de Verdragen niet langer van toepassing zijn op en in het Verenigd Koninkrijk krachtens artikel 50, lid 3, van het Verdrag betreffende de Europese Unie.

    Deze verordening is evenwel niet van toepassing in een van de volgende gevallen:

    a)

    een met het Verenigd Koninkrijk in overeenstemming met artikel 50, lid 2, van het Verdrag betreffende de Europese Unie gesloten terugtrekkingsakkoord is van kracht geworden uiterlijk op de in tweede alinea van dit artikel bedoelde datum;

    b)

    er is een besluit genomen om de in artikel 50, lid 3, van het Verdrag betreffende de Europese Unie genoemde periode van twee jaar te verlengen tot na 31 december 2019.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 28 maart 2019.

    Voor de Commissie

    De voorzitter

    Jean-Claude JUNCKER


    (1)  PB L 201 van 27.7.2012, blz. 1.

    (2)  Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/397 van de Commissie van 19 december 2018 tot wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/2251 van de Commissie tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de datum tot wanneer tegenpartijen hun risicobeheerprocedures voor bepaalde niet door een centrale tegenpartij geclearde otc-derivatencontracten mogen blijven toepassen (PB L 71 van 13.3.2019, blz. 15).

    (3)  Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/2251 van de Commissie van 4 oktober 2016 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters ten aanzien van technische reguleringsnormen met betrekking tot risicolimiteringstechnieken voor niet door een centrale tegenpartij geclearde otc-derivatencontracten (PB L 340 van 15.12.2016, blz. 9).

    (4)  Akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (PB C 66 I van 19.2.2019, blz. 1).

    (5)  Verordening (EU) nr. 1093/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Bankautoriteit), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/78/EG van de Commissie (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 12).

    (6)  Verordening (EU) nr. 1094/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/79/EG van de Commissie (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 48).

    (7)  Verordening (EU) nr. 1095/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/77/EG van de Commissie (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 84).


    Top