EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32018R1640

Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/1640 van de Commissie van 13 juli 2018 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot technische reguleringsnormen waarin de governance- en controlevereisten voor onder toezicht staande contribuanten nader worden gespecificeerd (Voor de EER relevante tekst.)

C/2018/4425

PB L 274 van 5.11.2018, p. 16–20 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_del/2018/1640/oj

5.11.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 274/16


GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2018/1640 VAN DE COMMISSIE

van 13 juli 2018

tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot technische reguleringsnormen waarin de governance- en controlevereisten voor onder toezicht staande contribuanten nader worden gespecificeerd

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2016 betreffende indices die worden gebruikt als benchmarks voor financiële instrumenten en financiële overeenkomsten of om de prestatie van beleggingsfondsen te meten en tot wijziging van Richtlijnen 2008/48/EG en 2014/17/EU en Verordening (EU) nr. 596/2014 (1), en met name artikel 16, lid 5, vierde alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Artikel 16 van Verordening (EU) 2016/1011 legt onder toezicht staande contribuanten bepaalde governance- en controlevereisten op, inclusief een vereiste om een controlekader in werking te stellen om de integriteit, nauwkeurigheid en betrouwbaarheid van inputgegevens te waarborgen en een vereiste om effectieve systemen en controles in werking te stellen om de integriteit en betrouwbaarheid van alle aanleveringen van inputgegevens te waarborgen. Sommige van deze vereisten zijn reeds geregeld in de artikelen 11 en 15 van Verordening (EU) 2016/1011 en de overeenkomstige gedelegeerde verordeningen. In bepaalde opzichten gaat de bepaling van deze gedelegeerde verordening van de Commissie echter verder dan die in de artikelen 11 en 15 van Verordening (EU) 2016/1011 en is het mogelijk dat bepaalde onder toezicht staande contribuanten niet onder de bepalingen van de artikelen 11 en 15 vallen omdat zij gegevens aanleveren voor benchmarks die worden verstrekt door beheerders die zijn vrijgesteld van het toepassingsgebied van Verordening (EU) 2016/1011. Om rechtsonzekerheid te vermijden, laten de bij deze gedelegeerde verordening van de Commissie vastgestelde vereisten de artikelen 11 en 15 van Verordening (EU) 2016/1011 en de overeenkomstige gedelegeerde verordeningen onverlet en zijn zij derhalve slechts van toepassing voor zover zij de bovengenoemde bepalingen aanvullen.

(2)

Het door een onder toezicht staande contribuant ingestelde controlekader dient een procedure te omvatten voor het opsporen en beheren van inbreuken op Verordening (EU) 2016/1011 en inbreuken op de toepasselijke gedragscode, en beleid inzake klokkenluiden, toezicht op en periodieke evaluatie van het proces voor het aanleveren van inputgegevens. Dit is van dien aard dat onder toezicht staande contribuanten kunnen garanderen dat zij rechtmatig handelen en nauwkeurige en betrouwbare invoergegevens indienen.

(3)

De opleiding die indieners die in dienst zijn van een onder toezicht staande contribuant ingevolge artikel 16, lid 2, onder b), van Verordening (EU) 2016/1011 moeten hebben, moet ook opleiding omvatten in de wijze waarop de benchmark bestemd is om de onderliggende markt- of economische realiteit te meten en opleiding in alle elementen van de gedragscode die van toepassing zijn op de aanlevering van inputgegevens. Dit is een essentieel instrument om ervoor te zorgen dat indieners adequaat en in lijn met de methodiek van de benchmark handelen.

(4)

De maatregelen voor het beheer van belangenconflicten die een onder toezicht staande contribuant ingevolge artikel 16, lid 2, onder c), van Verordening (EU) 2016/1011 in werking moet stellen, moeten maatregelen omvatten voor de scheiding van indieners van andere werknemers van de contribuant en maatregelen betreffende het beloningsbeleid van de contribuant voor indieners om de prikkels voor indieners om de aanlevering van inputgegevens te manipuleren tot een minimum te beperken.

(5)

De registratiesystemen die een onder toezicht staande contribuant overeenkomstig artikel 16, lid 2, onder d), van Verordening (EU) 2016/1011 moet hebben opgezet, moeten de vereiste omvatten om mededelingen in verband met de verstrekking van inputgegevens, met inbegrip van de namen van de indieners, te registreren. Dit is om te zorgen voor een adequaat niveau van transparantie.

(6)

Het toestaan dat contribuanten gebruikmaken van hun keuzevrijheid brengt het risico met zich mee dat verschillende deskundigen deze anders gebruiken of dat zelfs dezelfde deskundige deze in de loop van de tijd anders gebruikt. Keuzevrijheid vergroot ook de kwetsbaarheid van de relevante benchmark voor manipulatie. Het is derhalve noodzakelijk dat het ingevolge artikel 16, lid 3, van Verordening (EU) 2016/1011 ingestelde beleid een kader omvat om consistentie in het gebruik van beoordeling of de uitoefening van keuzevrijheid te waarborgen en het risico van manipulatie te verminderen. Een dergelijk kader zou een verplichting moeten opleggen om de toepassing van deskundige beoordeling regelmatig intern te evalueren. Ook moet het vaststellen welke soorten informatie al dan niet in aanmerking moeten worden genomen teneinde de ruimte voor keuzevrijheid op passende wijze vorm te geven.

(7)

Beheerders dient voldoende tijd te worden gegeven om de naleving van de vereisten van deze verordening te waarborgen. Deze verordening dient derhalve twee maanden na de inwerkingtreding ervan van toepassing te worden.

(8)

Deze verordening is gebaseerd op de ontwerpen van technische reguleringsnormen die de Europese Autoriteit voor effecten en markten (ESMA, European Securities and Markets Authority) bij de Commissie heeft ingediend.

(9)

De ESMA heeft open publieke raadplegingen gehouden over de ontwerpen van technische reguleringsnormen waarop deze verordening is gebaseerd, heeft de mogelijke daaraan verbonden kosten en baten geanalyseerd en heeft de bij artikel 37 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 van het Europees Parlement en de Raad opgerichte Stakeholdergroep effecten en markten om advies verzocht (2),

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Toepassingsgebied

Deze verordening omvat geen of is niet van toepassing op onder toezicht staande contribuanten die alleen voor niet-significante benchmarks gegevens aanleveren.

De op grond van deze verordening opgelegde vereisten laten de vereisten onverlet die zijn opgelegd op grond van de artikelen 11 en 15 van Verordening (EU) 2016/1011 en de technische reguleringsnormen die zijn vastgesteld op grond van artikel 11, lid 5, en artikel 15, lid 6, van Verordening (EU) 2016/1011 (3).

Artikel 2

Controlekader

Het controlekader dat een onder toezicht staande contribuant ingevolge artikel 16, lid 1, van Verordening (EU) 2016/1011 in werking moet hebben gesteld, omvat de instelling en instandhouding van ten minste de volgende controles:

a)

een effectief toezichtsmechanisme voor het toezicht op het proces voor het aanleveren van inputgegevens dat een risicobeheersysteem omvat, de identificatie van senior personeel dat verantwoordelijk is voor het proces van aanleveren van gegevens en de betrokkenheid van compliance- en interne auditfuncties binnen de organisatie van de contribuant;

b)

een beleid inzake klokkenluiden, met inbegrip van passende waarborgen voor klokkenluiders;

c)

een procedure voor het opsporen en beheren van inbreuken op Verordening (EU) 2016/1011 en inbreuken op de toepasselijke gedragscode die is ontwikkeld op grond van artikel 15 van die verordening, met inbegrip van een procedure voor het onderzoeken van elke vastgestelde inbreuk en voor het registreren van de naar aanleiding daarvan genomen maatregelen;

d)

periodieke evaluaties van het proces voor het aanleveren van gegevens, uit te voeren ten minste jaarlijks en telkens wanneer er een wijziging is in de toepasselijke gedragscode.

Artikel 3

Controles op indieners

1.   De systemen en controles die een onder toezicht staande contribuant overeenkomstig artikel 16, lid 2, onder a), van Verordening (EU) 2016/1011 in werking moet hebben gesteld, omvatten een gedocumenteerd en doeltreffend proces voor het aanleveren van gegevens en omvatten ten minste het volgende:

a)

een proces voor de aanwijzing van indieners en procedures voor het aanleveren van gegevens wanneer een indiener onverwacht niet beschikbaar is, met inbegrip van de aanwijzing van plaatsvervangers;

b)

procedures en systemen voor de monitoring van de gegevens die voor de aanleveringen worden gebruikt, en de aanleveringen zelf, die waarschuwingen kunnen geven overeenkomstig vooraf door de contribuant vastgestelde parameters.

2.   Onverminderd vereisten op grond van artikel 15 van Verordening (EU) 2016/1011 houdt de contribuant rekening met de volgende criteria om voor de toepassing van artikel 16, lid 2, onder a), van die verordening te bepalen of het evenredig is te beschikken over een proces van aftekening door een natuurlijke persoon die een hogere functie bekleedt dan die van de indiener:

a)

de mate van keuzevrijheid die met het proces van aanleveren gepaard gaat;

b)

de aard, omvang en complexiteit van de activiteiten van de onder toezicht staande contribuant;

c)

of er belangenconflicten kunnen ontstaan tussen de aanlevering van de inputgegevens voor de benchmark en handels- of andere activiteiten die door de contribuant worden verricht.

3.   Indien de door een onder toezicht staande contribuant ingestelde controles een proces omvatten voor het aftekenen door een natuurlijke persoon die een hogere functie bekleedt dan die van de indiener, omvatten die controles duidelijke regels over de timing van de aftekening en, indien zij de mogelijkheid van aftekenen na indiening van de inputgegevens omvatten, specificeren zij de omstandigheden waarin aftekenen na indiening is toegestaan en de maximale termijn waarbinnen dat aftekenen dient plaats te vinden.

Artikel 4

Opleiding voor indieners

1.   De systemen en controles die een onder toezicht staande contribuant overeenkomstig artikel 16, lid 2, onder b), van Verordening (EU) 2016/1011 moet hebben opgezet, omvatten opleidingsprogramma's om ervoor te zorgen dat elke indiener beschikt over:

a)

voldoende kennis van en ervaring met de wijze waarop de benchmark bestemd is om de onderliggende markt- of economische realiteit te meten;

b)

voldoende kennis van alle eventuele onderdelen van de toepasselijke gedragscode die op grond van artikel 15, lid 1, van die verordening is ontwikkeld.

2.   De kennis van de in lid 1, onder a) en b), bedoelde indieners en van de vereisten van Verordening (EU) 2016/1011 alsook Verordening (EU) nr. 596/2014 van het Europees Parlement en de Raad (4), voor zover van toepassing op de taken van de indieners, wordt periodiek, en in elk geval ten minste jaarlijks, opnieuw beoordeeld om na te gaan of dezen nog steeds als indiener kunnen optreden.

3.   Lid 2 is niet van toepassing op onder toezicht staande contribuanten aan significante benchmarks.

Artikel 5

Belangenconflicten

1.   De maatregelen voor het beheer van belangenconflicten die een onder toezicht staande contribuant overeenkomstig artikel 16, lid 2, onder c), van Verordening (EU) 2016/1011 moet nemen, omvatten ten minste de volgende maatregelen:

a)

een register van belangenconflicten, dat wordt bijgewerkt en wordt gebruikt om geïdentificeerde belangenconflicten en de maatregelen die zijn genomen om deze op te lossen, te registreren. Het register is toegankelijk voor interne of externe auditors;

b)

fysieke scheiding tussen indieners en andere werknemers van de contribuant, indien een dergelijke scheiding passend is, rekening houdend met de mate van keuzevrijheid bij het aanleveren, de aard, omvang en complexiteit van de activiteiten van de contribuant en de vraag of belangenconflicten kunnen ontstaan tussen de aanlevering van inputgegevens voor de benchmark en enige handels- of andere activiteiten die door de contribuant worden uitgevoerd;

c)

passende interne toezichtprocedures, met inbegrip van regels voor de interactie tussen indieners en frontofficemedewerkers, indien er geen organisatorische of fysieke scheiding van werknemers is.

2.   De maatregelen voor het beheer van belangenconflicten omvatten ook een beloningsbeleid ten aanzien van indieners dat waarborgt dat de beloning van een indiener niet gekoppeld is aan een van de volgende elementen:

a)

de waarde van de benchmark;

b)

de specifieke waarden van de verrichte indieningen, en

c)

de uitvoering van enige specifieke activiteit van de onder toezicht staande contribuant die aanleiding kan geven tot een belangenconflict met de aanlevering van inputgegevens voor de benchmark.

Artikel 6

Het houden van een register

1.   In het krachtens artikel 16, lid 2, onder d), van Verordening (EU) 2016/1011 bij te houden register van mededelingen met betrekking tot de verstrekking van inputgegevens worden de verrichte aanleveringen en de namen van de indieners opgenomen.

2.   De ingevolge artikel 16, lid 2, onder d), van Verordening (EU) 2016/1011 te bewaren vastleggingen over de blootstelling van de contribuant aan financiële instrumenten die de benchmark als referentie gebruiken, bevat onder meer vastleggingen over het soort door de onder toezicht staande contribuant verrichte activiteit die tot de blootstelling aanleiding geeft.

3.   De krachtens artikel 16, lid 2, onder e), van Verordening (EU) 2016/1011 bij te houden vastleggingen over interne en externe audits omvat vastleggingen over het auditmandaat, het auditverslag en de naar aanleiding van elke audit genomen maatregelen.

4.   Lid 3 is niet van toepassing op onder toezicht staande contribuanten aan significante benchmarks.

Artikel 7

Deskundige beoordelingen

Het beleid dat een onder toezicht staande contribuant overeenkomstig artikel 16, lid 3, van Verordening (EU) 2016/1011 moet vaststellen indien de inputgegevens op een beoordeling van deskundigen berusten, omvat ten minste de volgende elementen:

a)

een kader om te zorgen voor samenhang tussen de verschillende indieners en consistentie in de tijd met betrekking tot het gebruik van beoordelingen of de uitoefening van keuzevrijheid;

b)

vaststelling van de soorten informatie waarmee al dan niet rekening kan worden gehouden bij het gebruik van beoordelingen of de uitoefening van keuzevrijheid;

c)

procedures voor de evaluatie van enig gebruik van beoordelingen of uitoefening van keuzevrijheid.

Artikel 8

Inwerkingtreding en toepassing

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 25 januari 2019.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 13 juli 2018.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 171 van 29.6.2016, blz. 1.

(2)  Verordening (EU) nr. 1095/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/77/EG van de Commissie (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 84).

(3)  Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/1638 van de Commissie van 13 juli 2018 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot technische reguleringsnormen tot nadere specificatie van de wijze waarop ervoor moet worden gezorgd dat inputgegevens passend en verifieerbaar zijn, en de interne toezicht- en verificatieprocedures van een contribuant waarvan de beheerder van een cruciale of significante benchmark moet garanderen dat deze in werking zijn gesteld indien de inputgegevens door frontofficefuncties worden aangeleverd (zie bladzijde 6 van dit Publicatieblad), en Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/1639 van de Commissie van 13 juli 2018 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot technische reguleringsnormen tot nadere specificatie van de elementen van de gedragscode die moet worden ontwikkeld door beheerders van benchmarks die zijn gebaseerd op inputgegevens van contribuanten (zie bladzijde 11 van dit Publicatieblad).

(4)  Verordening (EU) nr. 596/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende marktmisbruik (Verordening marktmisbruik) en houdende intrekking van Richtlijn 2003/6/EG van het Europees Parlement en de Raad en Richtlijnen 2003/124, 2003/125/EG en 2004/72/EG van de Commissie (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 1).


Top