EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32017R0400

Verordening (EU) 2017/400 van de Raad van 7 maart 2017 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 224/2014 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van de Centraal-Afrikaanse Republiek

PB L 63 van 9.3.2017, p. 1–2 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2017/400/oj

9.3.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 63/1


VERORDENING (EU) 2017/400 VAN DE RAAD

van 7 maart 2017

tot wijziging van Verordening (EU) nr. 224/2014 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van de Centraal-Afrikaanse Republiek

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 215,

Gezien Besluit 2013/798/GBVB van de Raad van 23 december 2013 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van de Centraal-Afrikaanse Republiek (1),

Gezien het gezamenlijke voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid en van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EU) nr. 224/2014 van de Raad (2) geeft uitvoering aan bepaalde bij Besluit 2013/798/GBVB vastgestelde maatregelen.

(2)

Bij Besluit 2013/798/GBVB wordt voorzien in een wapenembargo tegen de Centraal-Afrikaanse Republiek, alsook in de bevriezing van de tegoeden en economische middelen van bepaalde personen die handelingen verrichten of steunen die de vrede, de stabiliteit of de veiligheid van de Centraal-Afrikaanse Republiek ondermijnen.

(3)

Op 27 januari 2017 heeft de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties Resolutie 2339 (2017) aangenomen waarin de aanwijzingscriteria voor de bevriezing van tegoeden worden gewijzigd. De Raad heeft Besluit (GBVB) 2017/412 (3) vastgesteld tot wijziging van Besluit 2013/798/GBVB teneinde uitvoering te geven aan Resolutie 2339 (2017) van de VN-Veiligheidsraad.

(4)

Deze maatregel valt onder het toepassingsgebied van het Verdrag en derhalve is regelgeving op het niveau van de Unie noodzakelijk voor de tenuitvoerlegging ervan, met name om te garanderen dat de maatregel in alle lidstaten uniform door marktdeelnemers wordt toegepast.

(5)

Verordening (EU) nr. 224/2014 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EG) nr. 224/2014 van de Raad wordt als volgt gewijzigd:

1)

Artikel 3, onder c), wordt vervangen door:

„c)

die verband houden met de levering van niet-dodelijke uitrusting en het verlenen van bijstand, met inbegrip van operationele en niet-operationele opleiding aan de veiligheidstroepen van de Centraal-Afrikaanse Republiek en de civiele rechtshandhavingsinstanties van het land, die uitsluitend bedoeld zijn ter ondersteuning van of voor gebruik in het kader van de hervorming van de beveiligingssector in de Centraal-Afrikaanse Republiek, in coördinatie met Minusca, op voorwaarde dat het Sanctiecomité hiervan vooraf in kennis is gesteld.”.

2)

Artikel 5, lid 3, wordt vervangen door:

„3.   Bijlage I omvat natuurlijke personen, rechtspersonen, entiteiten en lichamen die volgens het Sanctiecomité:

a)

handelingen verrichten of steunen die de vrede, de stabiliteit of de veiligheid van de Centraal-Afrikaanse Republiek ondermijnen, waaronder handelingen die het stabilisatie- en verzoeningsproces bedreigen of verhinderen, of die het geweld aanwakkeren;

b)

het krachtens punt 54 van Resolutie 2127 (2013) van de VN-Veiligheidsraad ingestelde wapenembargo overtreden, of die direct of indirect leveringen, verkopen of overdrachten aan gewapende groepen of criminele netwerken in de Centraal-Afrikaanse Republiek hebben verricht, of die in verband met gewelddadige activiteiten van gewapende groepen of criminele netwerken in de Centraal-Afrikaanse Republiek wapens of aanverwant materiaal, technisch advies, opleiding of bijstand, inclusief financiering en financiële bijstand, hebben ontvangen;

c)

betrokken zijn bij het beramen, aansturen of plegen van handelingen in de Centraal-Afrikaanse Republiek die een schending zijn van respectievelijk het internationale recht inzake mensenrechten of het internationale humanitaire recht, of die een schending van of inbreuk op de mensenrechten vormen, waaronder handelingen waarbij burgers het doelwit vormen, etnische of religieuze aanslagen, aanslagen op scholen en ziekenhuizen, ontvoering en gedwongen verplaatsing;

d)

betrokken zijn bij het beramen, aansturen of plegen van handelingen in de Centraal-Afrikaanse Republiek waarbij seksueel of gendergerelateerd geweld wordt gebruikt;

e)

kinderen rekruteren of misbruik maken van kinderen voor het gewapend conflict in de Centraal-Afrikaanse Republiek, hetgeen een schending is van het toepasselijke internationale recht;

f)

gewapende groepen of criminele netwerken steunen door de illegale ontginning van of de handel in natuurlijke hulpbronnen, waaronder diamanten, goud, wilde dieren en producten daarvan in of vanuit de Centraal-Afrikaanse Republiek;

g)

de verstrekking van humanitaire bijstand aan de Centraal-Afrikaanse Republiek dwarsbomen, of de toegang ertoe en de verdeling ervan in de Centraal-Afrikaanse Republiek verhinderen;

h)

betrokken zijn bij het beramen, aansturen, steunen of plegen van aanslagen tegen missies van de Verenigde Naties of internationale veiligheidstroepen, waaronder Minusca, de missies van de Unie en de Franse operaties die hen ondersteunen;

i)

de leiding hebben over een door het Sanctiecomité aangewezen entiteit, of steun hebben verleend aan, dan wel gehandeld hebben ten behoeve van, namens of op aanwijzing van een door het Sanctiecomité aangewezen persoon, entiteit of lichaam, dan wel van een entiteit die eigendom is of onder zeggenschap staat van een door het comité aangewezen persoon, entiteit of lichaam.”.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 7 maart 2017.

Voor de Raad

De voorzitter

L. GRECH


(1)  PB L 352 van 24.12.2013, blz. 51.

(2)  Verordening (EU) nr. 224/2014 van de Raad van 10 maart 2014 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van de Centraal-Afrikaanse Republiek (PB L 70 van 11.3.2014, blz. 1).

(3)  Besluit (GBVB) 2017/412 van de Raad van 7 maart 2017 tot wijziging van Besluit 2013/798/GBVB betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van de Centraal-Afrikaanse Republiek (zie bladzijde 102 van dit Publicatieblad).


Top