This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32016R0364
Commission Delegated Regulation (EU) 2016/364 of 1 July 2015 on the classification of the reaction to fire performance of construction products pursuant to Regulation (EU) No 305/2011 of the European Parliament and of the Council (Text with EEA relevance)
Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/364 van de Commissie van 1 juli 2015 betreffende de indeling van bouwproducten in klassen van materiaalgedrag bij brand overeenkomstig Verordening (EU) nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad (Voor de EER relevante tekst)
Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/364 van de Commissie van 1 juli 2015 betreffende de indeling van bouwproducten in klassen van materiaalgedrag bij brand overeenkomstig Verordening (EU) nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad (Voor de EER relevante tekst)
C/2015/4394
PB L 68 van 15.3.2016, p. 4–11
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
In force
|
15.3.2016 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 68/4 |
GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2016/364 VAN DE COMMISSIE
van 1 juli 2015
betreffende de indeling van bouwproducten in klassen van materiaalgedrag bij brand overeenkomstig Verordening (EU) nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2011 tot vaststelling van geharmoniseerde voorwaarden voor het verhandelen van bouwproducten en tot intrekking van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad (1), en met name artikel 27, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
|
(1) |
Bij Beschikking 2000/147/EG van de Commissie (2) is een systeem vastgesteld voor de indeling van bouwproducten in klassen van materiaalgedrag bij brand. Het systeem was gebaseerd op een geharmoniseerde oplossing om dit gedrag te beoordelen en de resultaten van die beoordelingen in te delen. |
|
(2) |
Beschikking 2000/147/EG voorziet verscheidene klassen van materiaalgedrag bij brand. Daarnaast bevat zij de klassen F, FFL, FL en Fca die worden gedefinieerd als „geen prestatie bepaald”. |
|
(3) |
Overeenkomstig artikel 2, lid 7, van Verordening (EU) nr. 305/2011 wordt verstaan onder „klasse”: een reeks niveaus voor de prestaties van een bouwproduct, die wordt begrensd door een minimum- en een maximumprestatiewaarde. De klassen die zijn vastgesteld op grond van „geen prestatie bepaald” komen niet overeen met die definitie en kunnen daarom geen deel uitmaken van een klassenindeling volgens Verordening (EU) nr. 305/2011. |
|
(4) |
Het gebruik van „geen prestatie bepaald” bij het opstellen van de prestatieverklaring is vastgesteld in artikel 6, lid 3, onder f), van Verordening (EU) nr. 305/2011. |
|
(5) |
Om het de fabrikanten mogelijk te maken een lagere prestatie aan te geven dan vermeld in de klassen E, EFL, EL en Eca is het noodzakelijk de indelingscriteria voor de klassen F, FFL, FL en Fca navenant te wijzigen. |
|
(6) |
Daarom is het noodzakelijk de klassen F, FFL, FL en Fca van Beschikking 2000/147/EG te vervangen door nieuwe klassen voor producten die het minimale prestatieniveau van materiaalgedrag bij brand in de klassen E, EFL, EL en Eca niet bereiken. |
|
(7) |
Beschikking 2000/147/EG is verscheidene malen gewijzigd en er zijn nog verdere wijzigingen van die beschikking nodig. Duidelijkheids- en redelijkheidshalve moet die beschikking daarom worden ingetrokken en vervangen, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Bouwproducten die bij het beoogde gebruik zouden kunnen bijdragen tot het ontstaan en de verspreiding van brand en rook in de ruimte waar de brand is ontstaan of daarbuiten moeten aan de hand van het materiaalgedrag bij brand worden ingedeeld volgens het in de bijlage opgenomen systeem.
Artikel 2
Beschikking 2000/147/EG wordt ingetrokken.
Verwijzingen naar de ingetrokken beschikking gelden als verwijzingen naar deze verordening.
Artikel 3
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 1 juli 2015.
Voor de Commissie
De voorzitter
Jean-Claude JUNCKER
(1) PB L 88 van 4.4.2011, blz. 5.
(2) Beschikking 2000/147/EG van de Commissie van 8 februari 2000 ter uitvoering van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad wat de indeling van voor de bouw bestemde producten in klassen van materiaalgedrag bij brand betreft (PB L 50 van 23.2.2000, blz. 14).
BIJLAGE
Klassen van materiaalgedrag bij brand
|
1.1. |
Binnen het kader van de tabellen 1 tot en met 4 zijn de volgende symbolen van toepassing (1): 1) „ΔΤ”— temperatuurstijging; 2) „Δm”— massaverlies; 3) „tf”— duur van de ontvlamming; 4) „PCS”— bruto calorische waarde; 5) „LFS”— laterale vlamuitbreiding; 6) „SMOGRA”— rookontwikkelingssnelheid. |
|
1.2. |
Binnen het kader van de tabellen 1, 2 en 3 zijn de volgende symbolen van toepassing (1): 1) „FIGRA”— brandvoortplantingssnelheid; 2) „THR”— totale warmteafgifte; 3) „TSP”— totale rookproductie; 4) „Fs”— vlamuitbreiding. |
|
1.3. |
Binnen het kader van tabel 4 zijn de volgende symbolen en testparameters van toepassing: 1) „HRRsm30, kW”— warmteafgifte volgens een voortschrijdend gemiddelde over 30 s; 2) „SPRsm60, m2/s”— rookproductie volgens een voortschrijdend gemiddelde over 60 s; 3) „HRRmax, kW”— maximum van HRRsm30 tussen begin en einde van de test, zonder de bijdrage van de ontstekingsbron; 4) „SPRmax, m2/s”— maximum van SPRsm60 tussen begin en einde van de test; 5) „THR1200, MJ”— totale warmteafgifte (HRRsm30) van begin tot einde van de test, zonder de bijdrage van de ontstekingsbron; 6) „TSP1200, m2”— totale rookproductie (HRRsm60) van begin tot einde van de test; 7) „FIGRA, W/s”— brandvoortplantingssnelheid gedefinieerd als de hoogste waarde van het quotiënt van HRRsm30, zonder de bijdrage van de ontstekingsbron, en de tijd. Drempelwaarden: HRRsm30 = 3 kW en THR = 0,4 MJ; 8) „FS”— vlamuitbreiding (beschadigde lengte); 9) „H”— vlamuitbreiding. |
|
2. |
Binnen het kader van de tabellen 1 tot en met 4 wordt verstaan onder: 1) „materiaal”: een enkelvoudige basisstof of een gelijkmatig verdeeld mengsel van stoffen; 2) „homogeen product”: een product bestaande uit één enkel materiaal met een gelijke dichtheid en samenstelling van het gehele product; 3) „niet-homogeen product”: een product dat niet aan de omschrijving van een homogeen product voldoet en dat is samengesteld uit één of meer wezenlijke en/of niet-wezenlijke onderdelen; 4) „wezenlijk onderdeel”: een materiaal dat een belangrijk deel van een niet-homogeen product uitmaakt; een laag met een massa per oppervlakte-eenheid ≥ 1,0 kg/m2 of een dikte ≥ 1,0 mm wordt als wezenlijk onderdeel beschouwd; 5) „niet-wezenlijk onderdeel”: een materiaal dat geen belangrijk deel van een niet-homogeen product uitmaakt; een laag met een massa per oppervlakte-eenheid < 1,0 kg/m2 en een dikte < 1,0 mm wordt als niet-wezenlijk onderdeel beschouwd; 6) „inwendig niet-wezenlijk onderdeel”: een niet-wezenlijk onderdeel dat aan beide zijden wordt afgedekt door ten minste één wezenlijk onderdeel; 7) „uitwendig niet-wezenlijk onderdeel”: een niet-wezenlijk onderdeel dat aan één zijde niet wordt afgedekt door een wezenlijk onderdeel. Twee of meer niet-wezenlijke lagen die aan elkaar grenzen, d.w.z. zonder één of meer wezenlijke onderdelen tussen de lagen, worden als één niet-wezenlijk onderdeel beschouwd en moeten daarom worden ingedeeld volgens de criteria voor een laag die een niet-wezenlijk onderdeel is. |
Tabel 1
Klassen van materiaalgedrag bij brand van bouwproducten met uitzondering van vloeren, lineaire warmte-isolatieproducten voor buizen, en elektrische leidingen
|
Klasse |
Testmethode(n) |
Indelingscriteria |
Verplichte aanvullende verklaring |
|
A1 |
EN ISO 1182 (2); en |
ΔT ≤ 30 °C; en Δm ≤ 50 %; en tf = 0 (d.w.z. ontvlamming niet in stand gehouden) |
|
|
EN ISO 1716 |
PCS ≤ 2,0 MJkg– 1 (2); en PCS ≤ 1,4 MJm– 2 (4); en PCS ≤ 2,0 MJkg– 1 (5) |
|
|
|
A2 |
EN ISO 1182 (2); of |
ΔT ≤ 50 °C; en Δm ≤ 50 %; en tf ≤ 20s |
|
|
EN ISO 1716; en |
PCS ≤ 3,0 MJkg– 1 (2) en PCS ≤ 4,0 MJm– 2 (3); en PCS ≤ 4,0 MJm– 2 (4); en PCS ≤ 3,0 MJkg– 1 (5) |
|
|
|
EN 13823 (SBI) |
FIGRA ≤ 120 Ws– 1; en LFS < rand van het proefstuk; en THR600s ≤ 7,5 MJ |
Rookproductie (6); en Brandende druppels/deeltjes (7) |
|
|
B |
EN 13823 (SBI); en |
FIGRA ≤ 120 Ws– 1; en LFS < rand van het proefstuk; en THR600s ≤ 7,5 MJ |
Rookproductie (6); en Brandende druppels/deeltjes (7) |
|
EN ISO 11925-2 (9): Blootstelling = 30s |
Fs ≤ 150 mm binnen 60s |
||
|
C |
EN 13823 (SBI); en |
FIGRA ≤ 250 Ws– 1; en LFS < rand van het proefstuk; en THR600s ≤ 15 MJ |
Rookproductie (6); en Brandende druppels/deeltjes (7) |
|
EN ISO 11925-2 (9): Blootstelling = 30s |
Fs ≤ 150 mm binnen 60s |
||
|
D |
EN 13823 (SBI); en |
FIGRA ≤ 750 Ws– 1 |
Rookproductie (6); en Brandende druppels/deeltjes (7) |
|
EN ISO 11925-2 (9): Blootstelling = 30s |
Fs ≤ 150 mm binnen 60s |
||
|
E |
EN ISO 11925-2 (9): Blootstelling = 15s |
Fs ≤ 150 mm binnen 20s |
Brandende druppels/deeltjes (8) |
|
F |
EN ISO 11925-2 (9): Blootstelling = 15s |
Fs > 150 mm binnen 20s |
|
Tabel 2
Klassen van materiaalgedrag bij brand van bouwproducten voor vloeren
|
Klasse |
Testmethode(n) |
Indelingscriteria |
Verplichte aanvullende verklaring |
|
A1FL |
EN ISO 1182 (10); en |
ΔT ≤ 30 °C; en Δm ≤ 50 %; en tf = 0 (d.w.z. ontvlamming niet in stand gehouden) |
|
|
EN ISO 1716 |
PCS ≤ 2,0 MJkg– 1 (10); en PCS ≤ 2,0 MJkg– 1 (11); en PCS ≤ 1,4 MJm– 2 (12); en PCS ≤ 2,0 MJkg– 1 (13) |
||
|
A2FL |
EN ISO 1182 (10); of |
ΔT ≤ 50 °C; en Δm ≤ 50 %; en tf ≤ 20s |
|
|
EN ISO 1716; en |
PCS ≤ 3,0 MJkg– 1 (10); en PCS ≤ 4,0 MJm– 2 (11); en PCS ≤ 4,0 MJm– 2 (12); en PCS ≤ 3,0 MJkg– 1 (13) |
||
|
EN ISO 9239-1 (14) |
Kritieke flux (15) ≥ 8,0 kWm– 2 |
Rookproductie (16) |
|
|
BFL |
EN ISO 9239-1 (14) en |
Kritieke flux (15) ≥ 8,0 kWm– 2 |
Rookproductie (16) |
|
EN ISO 11925-2 (17): Blootstelling = 15s |
Fs ≤ 150 mm binnen 20s |
||
|
CFL |
EN ISO 9239-1 (14) en |
Kritieke flux (15) ≥ 4,5 kWm– 2 |
Rookproductie (16) |
|
EN ISO 11925-2 (17): Blootstelling = 15s |
Fs ≤ 150 mm binnen 20s |
||
|
DFL |
EN ISO 9239-1 (14) en |
Kritieke flux (15) ≥ 3,0 kWm– 2 |
Rookproductie (16) |
|
EN ISO 11925-2 (17): Blootstelling = 15s |
Fs ≤ 150 mm binnen 20s |
||
|
EFL |
EN ISO 11925-2 (17): Blootstelling = 15s |
Fs ≤ 150 mm binnen 20s |
|
|
FFL |
EN ISO 11925-2 (17): Blootstelling = 15s |
Fs > 150 mm binnen 20s |
|
Tabel 3
Klassen van materiaalgedrag bij brand van lineaire warmte-isolatieproducten voor buizen
|
Klasse |
Testmethode(n) |
Indelingscriteria |
Verplichte aanvullende verklaring |
|
A1L |
EN ISO 1182 (18); en |
ΔT ≤ 30 °C; en Δm ≤ 50 %; en tf = 0 (d.w.z. ontvlamming niet in stand gehouden) |
|
|
EN ISO 1716 |
PCS ≤ 2,0 MJkg– 1 (18); en PCS ≤ 2,0 MJkg– 1 (19); en PCS ≤ 1,4 MJm– 2 (20); en PCS ≤ 2,0 MJkg– 1 (21) |
||
|
A2L |
EN ISO 1182 (18); of |
ΔT ≤ 50 °C; en Δm ≤ 50 %; en tf ≤ 20s |
|
|
EN ISO 1716; en |
PCS ≤ 3,0 MJkg– 1 (18); en PCS ≤ 4,0 MJm– 2 (19); en PCS ≤ 4,0 MJm– 2 (20); en PCS ≤ 3,0 MJkg– 1 (21) |
||
|
EN 13823 (SBI) |
FIGRA ≤ 270 Ws– 1; en LFS < rand van het proefstuk; en THR600s ≤ 7,5 MJ |
Rookproductie (22); en Brandende druppels/deeltjes (23) |
|
|
BL |
EN 13823 (SBI); en |
FIGRA ≤ 270 Ws– 1; en LFS < rand van het proefstuk; en THR600s ≤ 7,5 MJ |
Rookproductie (22); en Brandende druppels/deeltjes (23) |
|
EN ISO 11925-2 (25): Blootstelling = 30s |
Fs ≤ 150 mm binnen 60s |
||
|
CL |
EN 13823 (SBI); en |
FIGRA ≤ 460 Ws– 1; en LFS < rand van het proefstuk; en THR600s ≤ 15 MJ |
Rookproductie (22); en Brandende druppels/deeltjes (23) |
|
EN ISO 11925-2 (25): Blootstelling = 30s |
Fs ≤ 150 mm binnen 60s |
||
|
DL |
EN 13823 (SBI); en |
FIGRA ≤ 2 100 Ws– 1 THR600s ≤ 100 MJ |
Rookproductie (22); en Brandende druppels/deeltjes (23) |
|
EN ISO 11925-2 (25): Blootstelling = 30s |
Fs ≤ 150 mm binnen 60s |
||
|
EL |
EN ISO 11925-2 (25): Blootstelling = 15s |
Fs ≤ 150 mm binnen 20s |
Brandende druppels/deeltjes (24) |
|
FL |
EN ISO 11925-2 (25): Blootstelling = 15s |
Fs > 150 mm binnen 20s |
|
Tabel 4
Klassen van materiaalgedrag bij brand voor elektrische leidingen
|
Klasse |
Testmethode(n) |
Indelingscriteria |
Verplichte aanvullende verklaring |
|
Aca |
EN ISO 1716 |
PCS ≤ 2,0 MJ/kg (26) |
|
|
B1ca |
EN 50399 (30 kW vlambron) en |
FS ≤ 1,75 m en THR1200s ≤ 10 MJ en HRRmax ≤ 20 kW en FIGRA ≤ 120 Ws– 1 |
Rookproductie (27) (30) en brandende druppels/deeltjes (28) en aciditeit (pH en geleidingsvermogen) (29) |
|
EN 60332-1-2 |
H ≤ 425 mm |
||
|
B2ca |
EN 50399 (20,5 kW vlambron) en |
FS ≤ 1,5 m; en THR1200s ≤ 15 MJ; en HRRmax ≤ 30 kW; en FIGRA ≤ 150 Ws– 1 |
Rookproductie (27) (31) en brandende druppels/deeltjes (28) en aciditeit (pH en geleidingsvermogen) (29) |
|
EN 60332-1-2 |
H ≤ 425 mm |
||
|
Cca |
EN 50399 (20,5 kW flame source) en |
FS ≤ 2,0 m; en THR1200s ≤ 30 MJ; en HRRmax ≤ 60 kW; en FIGRA ≤ 300 Ws– 1 |
Rookproductie (27) (31) en brandende druppels/deeltjes (28) en aciditeit (pH en geleidingsvermogen) (29) |
|
EN 60332-1-2 |
H ≤ 425 mm |
||
|
Dca |
EN 50399 (20,5 kW vlambron) en |
THR1200s ≤ 70 MJ; en HRRmax ≤ 400 kW; en FIGRA ≤ 1 300 Ws– 1 |
Rookproductie (27) (31) en brandende druppels/deeltjes (28) en aciditeit (pH en geleidingsvermogen) (29) |
|
EN 60332-1-2 |
H ≤ 425 mm |
||
|
Eca |
EN 60332-1-2 |
H ≤ 425 mm |
|
|
Fca |
EN 60332-1-2 |
H > 425 mm |
|
(1) De kenmerken zijn vermeld bij de toepasselijke testmethode.
(2) Voor homogene producten en wezenlijke onderdelen van niet-homogene producten.
(3) Voor elk uitwendig niet-wezenlijk onderdeel van niet-homogene producten.
|
(2a) |
Ook elk uitwendig niet-wezenlijk onderdeel met een PCS ≤ 2,0 MJm– 2 op voorwaarde dat het product aan de volgende criteria van EN 13823(SBI) voldoet: FIGRA ≤ 20 Ws– 1; en LFS < rand van het proefstuk; en THR600s ≤ 4,0 MJ; en s1; en d0. |
(4) Voor elk inwendig niet-wezenlijk onderdeel van niet-homogene producten.
(5) Voor het gehele product.
(6) s1 = SMOGRA ≤ 30 m2s– 2 en TSP600s ≤ 50 m2; s2 = SMOGRA ≤ 180 m2s– 2 en TSP600s ≤ 200 m2; s3 = niet s1 of s2.
(7) d0 = geen brandende druppels/deeltjes in EN 13823 (SBI) binnen 600s; d1 = geen brandende druppels/deeltjes langer dan 10s in EN 13823 (SBI) binnen 600s; d2 = niet d0 of d1; ontbranding van het papier in EN ISO 11925-2 leidt tot indeling in d2.
(8) Geen ontbranding van het papier = geen bijkomende indeling; ontbranding van het papier = indeling in d2.
(9) Bij oppervlakteblootstelling aan de vlam en, indien relevant voor het beoogde gebruik van het product, blootstelling van de rand aan de vlam.
(10) Voor homogene producten en wezenlijke onderdelen van niet-homogene producten.
(11) Voor elk uitwendig niet-wezenlijk onderdeel van niet-homogene producten.
(12) Voor elk inwendig niet-wezenlijk onderdeel van niet-homogene producten.
(13) Voor het gehele product.
(14) Testduur = 30 minuten.
(15) Kritieke flux is gedefinieerd als de laagste van de volgende twee waarden: de stralingsflux waarbij de vlam uitdooft of de stralingsflux na een testperiode van 30 minuten (d.w.z. de flux die correspondeert met de grootste vlamuitbreiding).
(16) s1 = rook ≤ 750 % min; s2 = niet s1.
(17) Bij oppervlakteblootstelling aan vlam en, indien relevant voor het beoogde gebruik van het product, blootstelling van de rand aan de vlam.
(18) Voor homogene producten en wezenlijke onderdelen van niet-homogene producten.
(19) Voor elk uitwendig niet-wezenlijk onderdeel van niet-homogene producten.
(20) Voor elk inwendig niet-wezenlijk onderdeel van niet-homogene producten.
(21) Voor het gehele product.
(22) s1 = SMOGRA ≤ 105 m2s– 2 en TSP600s ≤ 250 m2; s2 = SMOGRA ≤ 580 m2s– 2 en TSP600s ≤ 1 600 m2; s3 = niet s1 of s2.
(23) d0 = geen brandende druppels/deeltjes in EN 13823 (SBI) binnen 600s; d1 = geen brandende druppels/deeltjes langer dan 10s in EN 13823 (SBI) binnen 600s; d2 = niet d0 of d1; ontbranding van het papier in EN ISO 11925-2 leidt tot indeling in d2.
(24) Geen ontbranding van het papier = geen bijkomende indeling; ontbranding van het papier = indeling in d2.
(25) Bij oppervlakteblootstelling aan de vlam en, indien relevant voor het beoogde gebruik van het product, blootstelling van de rand aan de vlam.
(26) Voor het gehele product, met uitzondering van metallische materialen, en voor uitwendige onderdelen (bv. mantel) van het product.
(27) s1 = TSP1200 ≤ 50 m2 en SPRmax ≤ 0,25 m2/s
s1a = s1 en transmissie overeenkomstig EN 61034-2 ≥ 80 %
s1b = s1 en transmissie overeenkomstig EN 61034-2 ≥ 60 % < 80 %
s2 = TSP1200 ≤ 400 m2 en SPRmax ≤ 1,5 m2/s
s3 = niet s1 of s2
(28) d0 = geen brandende druppels/deeltjes binnen 1 200 s; d1 = geen brandende druppels/deeltjes langer dan 10 s binnen 1 200 s; d2 = niet d0 of d1.
(29) EN 60754-2: a1 = geleidingsvermogen < 2,5 μS/mm en pH > 4,3; a2 = geleidingsvermogen < 10 μS/mm en pH > 4,3; a3 = niet a1 of a2.
(30) De voor kabels van klasse B1ca aangegeven rookklasse moet resulteren uit de EN 50399-test (30 kW vlambron).
(31) De voor leidingen van klasse B2ca, Cca, Dca aangegeven rookklasse moet resulteren uit de EN 50399-test (20,5 kW vlambron).