Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32015D1027(02)

    Besluit van de Commissie van 26 oktober 2015 tot erkenning van het Groenlandse ministerie van Visserij, Jacht en Landbouw (APNN) overeenkomstig artikel 3 van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1850 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1007/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de handel in zeehondenproducten

    PB C 355 van 27.10.2015, p. 6–7 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document In force

    27.10.2015   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 355/6


    BESLUIT VAN DE COMMISSIE

    van 26 oktober 2015

    tot erkenning van het Groenlandse ministerie van Visserij, Jacht en Landbouw (APNN) overeenkomstig artikel 3 van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1850 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1007/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de handel in zeehondenproducten

    (2015/C 355/05)

    DE EUROPESE COMMISSIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    Gezien Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1850 van de Commissie van 13 oktober 2015 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1007/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de handel in zeehondenproducten (1), en met name artikel 3, lid 1,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Verordening (EU) nr. 737/2010 van de Commissie (2) stelt de voorwaarden vast waaronder zeehondenproducten die afkomstig zijn van door de Inuit- en andere inheemse gemeenschappen beoefende jacht, en zeehondenproducten die zijn voortgekomen uit het beheer van de rijkdommen van de zee, in de Unie op de markt mogen worden gebracht.

    (2)

    Dergelijke producten mogen alleen op de markt worden gebracht als ze vergezeld gaan van een document van een erkende instantie waarin wordt verklaard dat aan de voorwaarden van Verordening (EU) nr. 737/2010 is voldaan.

    (3)

    Op 25 april 2013 heeft de Commissie een besluit (3) vastgesteld waarbij het Groenlandse ministerie van Visserij, Jacht en Landbouw (APNN) werd erkend overeenkomstig artikel 6 van Verordening (EU) nr. 737/2010.

    (4)

    Bij Verordening (EU) 2015/1775 van het Europees Parlement en de Raad (4) is artikel 3 van Verordening (EG) nr. 1007/2009 van het Europees Parlement en de Raad (5) gewijzigd, waarin de voorwaarden waren vastgelegd waaronder zeehondenproducten die afkomstig zijn van door Inuit- of andere inheemse gemeenschappen beoefende jacht, in de Unie op de markt mogen worden gebracht.

    (5)

    Bij Verordening (EU) 2015/1775 is Verordening (EU) nr. 737/2010 ingetrokken met ingang van de datum van toepassing van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1850.

    (6)

    Op 28 september 2015 heeft de Commissie een van bewijsstukken vergezeld en op 24 september gedateerd verzoek van het Groenlandse ministerie van Visserij, Jacht en Landbouw (APNN) ontvangen om opnieuw als instantie erkend te worden in het licht van de wijzigingen van artikel 3 van Verordening (EG) nr. 1007/2009.

    (7)

    De Commissie heeft de ingediende bewijsstukken geëvalueerd om na te gaan of aan de voorwaarden voor de erkenning van instanties krachtens Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1850 is voldaan in het licht van de wijzigingen van artikel 3 van Verordening (EG) nr. 1007/2009. Zij is tot de conclusie gekomen dat het Groenlandse ministerie van Visserij, Jacht en Landbouw (APNN) voldoet aan de voorwaarden uit hoofde van artikel 3, lid 1, onder b) en e), van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1850.

    (8)

    Het Groenlandse ministerie van Visserij, Jacht en Landbouw (APNN) moet daarom de gewenste erkenning worden verleend,

    HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Het Groenlandse ministerie van Visserij, Jacht en Landbouw (APNN) wordt erkend overeenkomstig artikel 3 van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1850.

    Artikel 2

    Aan de directeur-generaal van het directoraat-generaal Milieu wordt opgedragen ervoor te zorgen dat de aanvrager van dit besluit in kennis wordt gesteld en dat de inhoud van dit besluit onverwijld op de website van de Commissie wordt bekendgemaakt.

    Gedaan te Brussel, 26 oktober 2015.

    Voor de Commissie

    Karmenu VELLA

    Lid van de Commissie


    (1)  PB L 271 van 16.10.2015, blz. 1.

    (2)  Verordening (EU) nr. 737/2010 van de Commissie van 10 augustus 2010 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1007/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de handel in zeehondenproducten (PB L 216 van 17.8.2010, blz. 1).

    (3)  http://ec.europa.eu/environment/biodiversity/animal_welfare/seals/pdf/2013_2277_en.pdf

    (4)  Verordening (EU) 2015/1775 van het Europees Parlement en de Raad van 6 oktober 2015 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1007/2009 betreffende de handel in zeehondenproducten en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 737/2010 van de Commissie (PB L 262 van 7.10.2015, blz. 1).

    (5)  Verordening (EG) nr. 1007/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 betreffende de handel in zeehondenproducten (PB L 286 van 31.10.2009, blz. 36).


    Top