EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32013R0201

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 201/2013 van de Commissie van 8 maart 2013 houdende wijziging van Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 788/2011 en (EU) nr. 540/2011 wat betreft een uitbreiding van het gebruik waarvoor de werkzame stof fluazifop-P is goedgekeurd Voor de EER relevante tekst

PB L 67 van 9.3.2013, p. 6–9 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (HR)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_impl/2013/201/oj

9.3.2013   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 67/6


UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 201/2013 VAN DE COMMISSIE

van 8 maart 2013

houdende wijziging van Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 788/2011 en (EU) nr. 540/2011 wat betreft een uitbreiding van het gebruik waarvoor de werkzame stof fluazifop-P is goedgekeurd

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad (1), en met name artikel 13, lid 2, onder c),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De werkzame stof fluazifop-P is goedgekeurd bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 788/2011 van de Commissie van 5 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof fluazifop-P overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en bij Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (2). De goedkeuring omvatte de bijzondere bepaling „De stof mag alleen worden toegelaten voor gebruik als herbicide op fruitbomen onderaan de stam, eenmaal per jaar.”.

(2)

Op 29 juni 2011 heeft Syngenta Crop Protection AG, op wiens verzoek fluazifop-P was goedgekeurd, een aanvraag ingediend voor een wijziging van de goedkeuringsvoorwaarden van de werkzame stof fluazifop-P om gebruik ervan als herbicide zonder beperkingen toe te staan. Bij het wijzigingsverzoek was informatie betreffende de aangevraagde uitbreiding van het gebruik gevoegd. De aanvraag werd ingediend bij Frankrijk, dat bij Verordening (EG) nr. 1490/2002 van de Commissie (3) was aangewezen als rapporterende lidstaat.

(3)

Frankrijk heeft de door de aanvrager ingediende informatie onderzocht en een addendum bij het ontwerpevaluatieverslag opgesteld. Het land heeft dat addendum op 2 april 2012 ingediend bij de Commissie, met een kopie aan de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid, hierna „de Autoriteit” genoemd.

(4)

De Autoriteit heeft het addendum aan de aanvrager en de lidstaten, met uitzondering van de rapporterende lidstaat, verstuurd en ter beschikking gesteld van het publiek, en gaf gedurende een periode van zestig dagen gelegenheid voor het indienen van schriftelijke opmerkingen.

(5)

De Autoriteit heeft een raadpleging van deskundigen over de toxicologie bij zoogdieren georganiseerd.

(6)

Rekening houdend met het addendum op het ontwerpevaluatieverslag heeft de Autoriteit op 18 oktober 2012 haar conclusie (4) over fluazifop-P vastgesteld wat het onbeperkte gebruik als herbicide betreft. Zij heeft die conclusie meegedeeld aan de aanvrager, de lidstaten en de Commissie en deze ter beschikking gesteld van het publiek. Het ontwerpevaluatieverslag, het addendum hierop en de conclusie van de Autoriteit zijn door de lidstaten en de Commissie in het kader van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid onderzocht en op 1 februari 2013 goedgekeurd in de vorm van het evaluatieverslag van de Commissie voor fluazifop-P. De aanvrager heeft de mogelijkheid gekregen om opmerkingen op het evaluatieverslag in te dienen.

(7)

Uit de door de aanvrager verstrekte gegevens is gebleken dat het toestaan van het gebruik als herbicide zonder beperkingen geen andere risico’s oplevert dan die waarmee reeds rekening is gehouden in Uitvoeringsverordening (EU) nr. 788/2011 en in het evaluatieverslag van de Commissie waarop die uitvoeringsverordening was gebaseerd.

(8)

Op basis van het evaluatieverslag zoals goedgekeurd op 1 februari 2013 en van de conclusie van de autoriteit van 18 oktober 2012 is het wenselijk de goedkeuring van fluazifop-P uit te breiden tot gebruik als herbicide zonder beperkingen.

(9)

Om rekening te houden met de resterende onzekerheid over de berekening van de afbraakhalfwaardetijd van de metabolietverbinding X (5) moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan de veiligheid van de consument wat de aanwezigheid van die metaboliet in het grondwater betreft.

(10)

De Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 788/2011 en (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (6) moeten daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(11)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 788/2011

Bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 788/2011 wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage I bij deze verordening.

Artikel 2

Wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011

De bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage II bij deze verordening.

Artikel 3

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 8 maart 2013.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO


(1)  PB L 309 van 24.11.2009, blz. 1.

(2)  PB L 203 van 6.8.2011, blz. 21.

(3)  PB L 224 van 21.8.2002, blz. 23.

(4)  Europese Autoriteit voor voedselveiligheid: Conclusion on the peer review of the pesticide risk assessment of the active substance fluazifop-P. The EFSA Journal 2012, 10(11):2945. (18 blz.). Doi: 10.2903/j.efsa.2012.2945. Online beschikbaar op: www.efsa.europa.eu/efsajournal.

(5)  5-(trifluormethyl)-2(1H)-pyridinon.

(6)  PB L 153 van 11.6.2011, blz. 1.


BIJLAGE I

De kolom „Specifieke bepalingen” in bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 788/2011 wordt vervangen door:

„DEEL A

Mag alleen worden toegelaten voor gebruik als herbicide.

DEEL B

Voor de toepassing van de in artikel 29, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1107/2009 bedoelde uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over fluazifop-P dat op 1 februari 2013 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de bijlagen I en II.

Bij deze algemene beoordeling moeten de lidstaten:

bijzondere aandacht besteden aan de veiligheid van de consument wat betreft het voorkomen in grondwater van de metabolietverbinding X (1);

bijzondere aandacht besteden aan het risico voor toedieners en ervoor zorgen dat de gebruiksvoorwaarden het gebruik van geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen voorschrijven;

bijzondere aandacht besteden aan de bescherming van oppervlaktewater en grondwater in kwetsbare gebieden;

bijzondere aandacht besteden aan niet tot de doelsoorten behorende planten.

De gebruiksvoorwaarden moeten, indien nodig, risicobeperkende maatregelen omvatten.

De aanvrager moet bevestigende informatie indienen wat betreft:

1.

de specificatie van het technische materiaal zoals commercieel vervaardigd, waaronder informatie over de relevantie van de onzuiverheid R154719;

2.

de gelijkwaardigheid tussen de specificaties van het technische materiaal zoals commercieel vervaardigd, en die van het in de toxiciteitsonderzoeken gebruikte testmateriaal;

3.

het potentiële langetermijnrisico voor herbivore zoogdieren;

4.

het uiteindelijke lot en gedrag in het milieu van de metabolietverbindingen X (1) en IV (2);

5.

het potentiële risico van de metabolietverbinding IV (2) voor vissen en ongewervelde waterdieren.

De aanvrager moet uiterlijk op 30 juni 2012 de in de punten 1 en 2 bedoelde informatie en uiterlijk op 31 december 2013 de in de punten 3, 4 en 5 bedoelde informatie indienen bij de Commissie, de lidstaten en de EFSA.


(1)  5-(trifluormethyl)-2(1H)-pyridinon.

(2)  4-{[5-(trifluormethyl)-2-pyridinyl]oxy}fenol.


BIJLAGE II

De kolom „Specifieke bepalingen” van rij 15, fluazifop-P van deel B van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wordt vervangen door:

„DEEL A

Mag alleen worden toegelaten voor gebruik als herbicide.

DEEL B

Voor de toepassing van de in artikel 29, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1107/2009 bedoelde uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over fluazifop-P, dat op 1 februari 2013 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de bijlagen I en II.

Bij deze algemene beoordeling moeten de lidstaten:

bijzondere aandacht besteden aan de veiligheid van de consument wat betreft het voorkomen in grondwater van de metabolietverbinding x (1);

bijzondere aandacht besteden aan het risico voor toedieners en ervoor zorgen dat de gebruiksvoorwaarden het gebruik van geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen voorschrijven;

bijzondere aandacht besteden aan de bescherming van oppervlaktewater en grondwater in kwetsbare gebieden;

bijzondere aandacht besteden aan niet tot de doelsoorten behorende planten.

De gebruiksvoorwaarden moeten, indien nodig, risicobeperkende maatregelen omvatten.

De aanvrager moet bevestigende informatie indienen wat betreft:

1.

de specificatie van het technische materiaal zoals commercieel vervaardigd, waaronder informatie over de relevantie van de onzuiverheid R154719;

2.

de gelijkwaardigheid tussen de specificaties van het technische materiaal zoals commercieel vervaardigd, en die van het in de toxiciteitsonderzoeken gebruikte testmateriaal;

3.

het potentiële langetermijnrisico voor herbivore zoogdieren;

4.

het uitendelijke lot en gedrag in het milieu van de metabolietverbindingen X (1) en IV (2);

5.

het potentiële risico van de metabolietverbinding IV (2) voor vissen en ongewervelde waterdieren.

De aanvrager moet uiterlijk op 30 juni 2012 de in de punten 1 en 2 bedoelde informatie en uiterlijk op 31 december 2013 de in de punten 3, 4 en 5 bedoelde informatie indienen bij de Commissie, de lidstaten en de EFSA.


(1)  5-(trifluormethyl)-2(1H)-pyridinon.

(2)  4-{[5-(trifluormethyl)-2-pyridinyl]oxy}fenol.


Top