Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32010R0802

    Verordening (EU) nr. 802/2010 van de Commissie van 13 september 2010 ter uitvoering van artikel 10, lid 3, en artikel 27 van Richtlijn 2009/16/EG van het Europees Parlement en de Raad wat de prestaties van de rederij betreft Voor de EER relevante tekst

    PB L 241 van 14.9.2010, p. 4–7 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Dit document is verschenen in een speciale editie. (HR)

    Legal status of the document In force: This act has been changed. Current consolidated version: 04/01/2013

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2010/802/oj

    14.9.2010   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 241/4


    VERORDENING (EU) Nr. 802/2010 VAN DE COMMISSIE

    van 13 september 2010

    ter uitvoering van artikel 10, lid 3, en artikel 27 van Richtlijn 2009/16/EG van het Europees Parlement en de Raad wat de prestaties van de rederij betreft

    (Voor de EER relevante tekst)

    DE EUROPESE COMMISSIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    Gezien Richtlijn 2009/16/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 inzake havenstaatcontrole (1), en met name artikel 10, lid 3, en artikel 27,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    De prestaties van de rederij vormen een van de algemene parameters die het risicoprofiel van een schip bepalen.

    (2)

    Teneinde de prestaties van rederijen in de zin van Richtlijn 2009/16/EG te bepalen, moeten inspecteurs bij de inspectie van een schip het aan een rederij toegekende IMO-nummer registreren.

    (3)

    Ter beoordeling van de prestaties van de rederij moet het relatieve aantal tekortkomingen en aanhoudingen van ieder schip van de vloot van de rederij die binnen de Unie dan wel binnen het onder het Memorandum van overeenstemming van Parijs inzake havenstaatcontrole (Memorandum van Parijs) vallende gebied aan een inspectie zijn onderworpen, in aanmerking worden genomen.

    (4)

    Het is noodzakelijk voort te bouwen op de met de toepassing van het Memorandum van Parijs verworven deskundigheid met betrekking tot de gebruikte methode voor de beoordeling van de prestaties van de rederij.

    (5)

    De Commissie moet voor de publicatie op een publiek toegankelijke website van een lijst van rederijen met een laag of zeer laag prestatieniveau gebruikmaken van de diensten van het bij Verordening (EG) nr. 1406/2002 van het Europees Parlement en de Raad (2) opgerichte Europees Agentschap voor maritieme veiligheid.

    (6)

    De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor maritieme veiligheid en voorkoming van verontreiniging door schepen,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Identificatie van rederijen

    De lidstaten zien erop toe dat de rederij (maatschappij), zoals gedefinieerd in artikel 2, punt 18, van Richtlijn 2009/16/EG, wordt geïdentificeerd door middel van het IMO-nummer indien het schip moet voldoen aan de International Safety Management Code (ISM-code) als bedoeld in hoofdstuk IX van het Internationaal Verdrag voor de beveiliging van mensenlevens op zee (SOLAS-Verdrag).

    Artikel 2

    Criteria voor de beoordeling van de prestaties van de rederij

    1.   Ter beoordeling van de prestaties van de rederij als bedoeld in bijlage I, deel I.1, onder e), van Richtlijn 2009/16/EG, worden de in de bijlage bij deze verordening vermelde criteria gebruikt.

    2.   Het niveau van de prestaties van de rederij wordt dagelijks bijgewerkt en berekend op basis van de 36 maanden voorafgaande aan de beoordeling. Hiertoe geschiedt de berekening op basis van de vanaf 17 juni 2009 verzamelde gegevens. Indien minder dan 36 maanden zijn verstreken sinds 17 juni 2009, geschiedt de berekening op basis van de beschikbare gegevens.

    3.   De rederijen worden ingedeeld volgens hun prestatieniveau: zeer laag, laag, middelmatig of hoog, zoals weergegeven in punt 3 van de bijlage.

    Artikel 3

    Publicatie van lijsten van rederijen met een laag en een zeer laag prestatieniveau

    1.   Voor de regelmatige publicatie op een publiek toegankelijke website van een lijst van rederijen met een laag en een zeer laag prestatieniveau overeenkomstig artikel 27 van Richtlijn 2009/16/EG, wordt de Commissie bijgestaan door het Europees Agentschap voor maritieme veiligheid (EMSA).

    2.   Op zijn publiek toegankelijke website publiceert en actualiseert het EMSA dagelijks de volgende gegevens:

    a)

    de lijst van rederijen die in de voorafgaande 36 maanden gedurende een aaneengesloten periode van ten minste drie maanden een zeer laag prestatieniveau hebben behaald,

    b)

    de lijst van rederijen die in de voorafgaande 36 maanden gedurende een aaneengesloten periode van ten minste drie maanden een laag of zeer laag prestatieniveau hebben behaald,

    c)

    de lijst van rederijen die in de voorafgaande 36 maanden gedurende een aaneengesloten periode van ten minste zes maanden een laag prestatieniveau hebben behaald.

    Artikel 4

    Inwerkingtreding en toepassing

    Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2011.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 13 september 2010.

    Voor de Commissie

    De voorzitter

    José Manuel BARROSO


    (1)  PB L 131 van 28.5.2009, blz. 57.

    (2)  PB L 208 van 5.8.2002, blz. 1.


    BIJLAGE

    CRITERIA VOOR DE PRESTATIES VAN DE REDERIJ

    (bedoeld in artikel 10, lid 3, van Richtlijn 2009/16/EG)

    1.   Aanhoudingsindex van een rederij

    De aanhoudingsindex is de verhouding tussen het aantal aanhoudingen van alle schepen in de vloot van een rederij en het aantal inspecties van alle schepen in de vloot van die rederij in de voorafgaande 36 maanden, vergeleken met de gemiddelde aanhoudingsverhouding voor alle schepen die in het onder het Memorandum van Parijs vallende gebied in de voorafgaande 36 maanden zijn geïnspecteerd.

    De aanhoudingsindex wordt als gemiddeld beschouwd indien deze binnen een marge van 2 procentpunten ligt boven of onder de gemiddelde aanhoudingsverhouding voor alle schepen die in de voorafgaande 36 maanden in het onder het Memorandum van Parijs vallende gebied zijn geïnspecteerd.

    De aanhoudingsindex wordt als bovengemiddeld beschouwd indien deze meer dan 2 procentpunten ligt boven de gemiddelde aanhoudingsverhouding voor alle schepen die in de voorafgaande 36 maanden in het onder het Memorandum van Parijs vallende gebied zijn geïnspecteerd.

    De aanhoudingsindex wordt als benedengemiddeld beschouwd indien deze meer dan 2 procentpunten ligt onder de gemiddelde aanhoudingsverhouding voor alle schepen die in de voorafgaande 36 maanden in het onder het Memorandum van Parijs vallende gebied zijn geïnspecteerd.

    De aanhoudingsindex van een rederij wordt als bovengemiddeld beschouwd, ongeacht alle andere inspectieresultaten, indien in de voorafgaande 36 maanden een weigering van de toegang overeenkomstig Richtlijn 2009/16/EG is uitgevaardigd voor een schip van de vloot van die rederij.

    2.   Tekortkomingsindex van een rederij

    De tekortkomingsindex is de verhouding tussen het puntentotaal van alle tekortkomingen van alle schepen in de vloot van een rederij en het aantal inspecties van alle schepen in de vloot van die rederij in de voorafgaande 36 maanden, vergeleken met de gemiddelde tekortkomingsverhouding voor alle schepen die in het onder het Memorandum van Parijs vallende gebied in de voorafgaande 36 maanden zijn geïnspecteerd.

    Voor de toepassing van de eerste alinea worden voor tekortkomingen met betrekking tot de ISM-code 5 punten toegekend, terwijl voor alle andere tekortkomingen 1 punt wordt toegekend. De gemiddelde tekortkomingsverhouding binnen het onder het Memorandum van Parijs vallende gebied wordt gewogen met inachtneming van de gemiddelde hoeveelheid op de ISM-code betrekking hebbende tekortkoningen en alle andere tekortkomingen per inspectie.

    De tekortkomingsindex wordt als gemiddeld beschouwd indien deze binnen een marge van 2 procentpunten ligt boven of onder het gewogen gemiddelde van de tekortkomingen in het onder het Memorandum van Parijs vallende gebied in de voorafgaande 36 maanden.

    De tekortkomingsindex wordt als bovengemiddeld beschouwd indien deze meer dan 2 procentpunten ligt boven het gewogen gemiddelde van de tekortkomingen in het onder het Memorandum van Parijs vallende gebied in de voorafgaande 36 maanden.

    De tekortkomingsindex wordt als benedengemiddeld beschouwd indien deze meer dan 2 procentpunten ligt onder het gewogen gemiddelde van de tekortkomingen in het onder het Memorandum van Parijs vallende gebied in de voorafgaande 36 maanden.

    3.   Prestatiematrix van de rederij

    De prestaties van de rederij worden als volgt ingedeeld:

    Aanhoudingsindex

    Tekortkomingsindex

    Prestaties van de rederij

    bovengemiddeld

    bovengemiddeld

    zeer laag

    bovengemiddeld

    gemiddeld

    laag

    bovengemiddeld

    benedengemiddeld

    gemiddeld

    bovengemiddeld

    benedengemiddeld

    bovengemiddeld

    gemiddeld

    gemiddeld

    middelmatig

    gemiddeld

    benedengemiddeld

    benedengemiddeld

    gemiddeld

    benedengemiddeld

    benedengemiddeld

    hoog

    Indien de vloot van een rederij evenwel geen inspecties heeft ondergaan of indien de rederij niet verplicht is over een IMO-nummer te beschikken, worden haar prestaties geacht middelmatig te zijn.


    Top