EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32006D0361

2006/361/EG: Besluit van de Commissie van 19 mei 2006 tot beëindiging van de antisubsidieprocedure betreffende de invoer van zakken van kunststof uit Maleisië en Thailand

PB L 134 van 20.5.2006, p. 43–44 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)
PB L 118M van 8.5.2007, p. 740–741 (MT)

Legal status of the document Date of entry into force unknown (pending notification) or not yet in force.

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2006/361/oj

20.5.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 134/43


BESLUIT VAN DE COMMISSIE

van 19 mei 2006

tot beëindiging van de antisubsidieprocedure betreffende de invoer van zakken van kunststof uit Maleisië en Thailand

(2006/361/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 2026/97 (1) (hierna „de basisverordening” genoemd), met name op artikel 14,

Na overleg in het Raadgevend Comité,

Overwegende hetgeen volgt:

A.   PROCEDURE

(1)

Op 30 juni 2005 heeft de Commissie, met een bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie  (2) de inleiding aangekondigd van een antisubsidieprocedure betreffende de invoer van zakken van kunststof bestaande uit ten minste 20 % polyethyleen en met een dikte van niet meer dan 100 micrometer die doorgaans worden aangegeven onder de GN-codes ex 3923 21 00, ex 3923 29 10 en ex 3923 29 90, uit Maleisië en Thailand.

(2)

Op dezelfde dag heeft de Commissie de inleiding aangekondigd van een antidumpingprocedure betreffende de invoer van zakken van kunststof bestaande uit ten minste 20 % polyethyleen en met een dikte van niet meer dan 100 micrometer uit de Volksrepubliek China, Maleisië en Thailand.

(3)

De antisubsidieprocedure werd ingeleid op grond van artikel 10 van de basisverordening naar aanleiding van een klacht die op 18 mei 2005 was ingediend door 30 EU-producenten van bedoelde kunststof zakken die goed waren voor meer dan 25 % van de productie van deze zakken in de EU. De klacht bevatte voldoende bewijsmateriaal inzake de subsidiëring van het betrokken product en de aanmerkelijke schade die daarvan het gevolg was om een onderzoek te openen.

(4)

De Commissie heeft de volgende partijen van de opening van het onderzoek in kennis gesteld: de Maleisische en Thaise autoriteiten, de Maleisische en Thaise producenten/exporteurs, de haar bekende belanghebbende importeurs/handelaren en verwerkende bedrijven en de organisaties die hen vertegenwoordigen, de vertegenwoordigers van de betrokken exportlanden en de indieners van de klacht. Belanghebbenden werden in de gelegenheid gesteld om binnen de in het bericht van inleiding vermelde termijn hun standpunt schriftelijk bekend te maken en te verzoeken te worden gehoord.

B.   INTREKKING VAN DE KLACHT

(5)

Bij schrijven d.d. 10 februari 2006 hebben de indieners van de klacht de klacht ingetrokken.

(6)

Overeenkomstig artikel 14, lid 1 van de basisverordening kan de procedure worden beëindigd wanneer de klacht wordt ingetrokken tenzij zulks niet in het belang van de EU is.

(7)

De Commissie was van oordeel dat deze procedure beeindigd moest worden aangezien bij het onderzoek niet is gebleken dat dit tegen het belang van de EU is. Belanghebbenden werden van dit voornemen in kennis gesteld en konden hierover opmerkingen maken. Geen belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen de beëindiging van de procedure.

(8)

Gelet op het voorgaande concludeert de Commissie dat het anti-subsidieonderzoek betreffende de invoer van zakken van kunststof uit Maleisië en Thailand moet worden beëindigd zonder instelling van compenserende maatregelen.

(9)

De bepalingen van dit besluit zijn in overeenstemming met het advies van het Raadgevend Comité,

BESLUIT:

Enig artikel

De antisubsidieprocedure betreffende de invoer van zakken van kunststof bestaande uit ten minste 20 % polyethyleen met een dikte van niet meer dan 100 micrometer uit Maleisië en Thailand wordt hierbij beëindigd.

Gedaan te Brussel, 19 mei 2006.

Voor de Commissie

Peter MANDELSON

Lid van de Commissie


(1)  PB L 288 van 21.10.1997, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 461/2004 (PB L 77 van 13.3.2004, blz. 12).

(2)  PB C 159 van 30.6.2005, blz. 15.


Top