Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32005D0305

    2005/305/EG: Beschikking van de Commissie van 7 juli 2004 waarbij aan een onderneming geldboetes worden opgelegd wegens het verstrekken van onjuiste of verdraaide gegevens in een procedure inzake concentratiecontrole (Zaak nr. COMP/M.3255 — Tetra Laval/Sidel) (Kennisgeving geschied onder nummer C(2004) 2500) (Voor de EER relevante tekst)

    PB L 98 van 16.4.2005, p. 27–31 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2005/305/oj

    16.4.2005   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 98/27


    BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

    van 7 juli 2004

    waarbij aan een onderneming geldboetes worden opgelegd wegens het verstrekken van onjuiste of verdraaide gegevens in een procedure inzake concentratiecontrole

    (Zaak nr. COMP/M.3255 — Tetra Laval/Sidel)

    (Kennisgeving geschied onder nummer C(2004) 2500)

    (Slechts de tekst in de Engelse taal is authentiek)

    (Voor de EER relevante tekst)

    (2005/305/EG)

    Op 7 juli 2004 heeft de Commissie een beschikking gegeven in het kader van Verordening (EEG) nr. 4064/89 van de Raad van 21 december 1989 betreffende de controle op concentraties tussen ondernemingen (1), en met name van de artikelen 14, lid 1, onder b), en 14, lid 1, onder c). Een niet-vertrouwelijke versie van de volledige tekst van de beschikking in de authentieke taal van de zaak en in de werktalen van de Commissie is te vinden op de website van het Directoraat-generaal Concurrentie, op het volgende adres: http://europa.eu.int/comm/competition/index_en.html

    I.   DE PARTIJEN

    (1)

    Tetra Laval BV („Tetra”), dat in Nederland is gevestigd, is een ondernemingengroep die in particuliere handen is en die zich bezighoudt met het ontwerp en de productie van machines, hulpstoffen en nevendiensten voor de verwerking, verpakking en distributie van vloeibare levensmiddelen. Sidel SA („Sidel”) is een Franse onderneming die verpakkingsmachines en -systemen ontwerpt en vervaardigt, met name stretch blow moulding-machines, barrièretechnologie en afvulmachines voor polyethyleentereftalaat flessen („PET-flessen”).

    II.   DE TRANSACTIE

    (2)

    Op 18 mei 2001 ontving de Commissie overeenkomstig artikel 4 van Verordening (EEG) nr. 4064/89 van de Raad (de „concentratieverordening”) een aanmelding (de „oorspronkelijke aanmelding”) van een concentratie waarbij Tetra door middel van een op 27 maart 2001 aangekondigd openbaar overnamebod zeggenschap over Sidel verwierf in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van de concentratieverordening.

    III.   PROCEDURE

    (3)

    Na de oorspronkelijke aanmelding te hebben onderzocht, concludeerde de Commissie dat de aangemelde transactie onder het toepassingsgebied viel van de concentratieverordening en uitte zij ernstige twijfels omtrent de verenigbaarheid ervan met de gemeenschappelijke markt en met de EER-Overeenkomst. Op 5 juli 2001 besloot de Commissie om overeenkomstig artikel 6, lid 1, onder c), van de concentratieverordening de procedure in deze zaak in te leiden.

    (4)

    Op 30 oktober 2001 verklaarde de Commissie de transactie na een diepgaand onderzoek onverenigbaar met de gemeenschappelijke markt („Tetra I”). Bij een arrest („het arrest”) van 25 oktober 2002, heeft het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschappen de beschikking van de Commissie in haar geheel nietig verklaard. In aansluiting op het arrest hervatte de Commissie het onderzoek van de aangemelde concentratie overeenkomstig artikel 10, leden 1 en 5, van de concentratieverordening. Op 13 januari 2003 besloot de Commissie geen bezwaar te maken tegen de aangemelde transactie en deze overeenkomstig artikel 6, lid 1, onder b), en artikel 6, lid 2, van de concentratieverordening verenigbaar te verklaren met de gemeenschappelijke markt en met de EER-Overeenkomst mits een verbintenis en verplichtingen volledig werden nageleefd („Tetra II”).

    (5)

    In de loop van het hernieuwde onderzoek van de voorgenomen concentratie na het arrest van het Gerecht van eerste aanleg werd duidelijk dat Tetra had verzuimd belangrijke informatie mee te delen betreffende de ontwikkeling van Tetra Fast waaraan op dat ogenblik actief werd gewerkt, alsook het potentiële effect ervan op de concurrentievoorwaarden op de markt voor stretch blow moulding-machines (SBM). Tetra had nagelaten deze gegevens bekend te maken:

    i)

    in de oorspronkelijke aanmelding van 18 mei 2001, en

    ii)

    in een antwoord op een verzoek om inlichtingen dat op 13 juli 2001 overeenkomstig artikel 11 van de concentratieverordening (het „antwoord op het verzoek om inlichtingen”) werd gedaan.

    (6)

    De Tetra Fast-technologie is een techniek die door Tetra is ontwikkeld en die door deze onderneming is gepatenteerd. Bij deze techniek worden PET-flessen in SBM-machines door middel van een nieuwe methode waarbij explosieve stoffen worden gebruikt, geblazen. Deze nieuwe methode heeft talrijke commerciële voordelen, zoals de Commissie in haar Tetra II-beschikking concludeerde (zie punt 63): „“… the technology appears to offer a range of economic, operational and environmental advantages over conventional stretch blow moulding”. [De technologie heeft kennelijk een hele reeks economische, praktische en milieuvoordelen tegenover het conventionele stretch blow moulding-procédé].

    (7)

    In het kader van de eerste procedure (Tetra I) heeft Tetra, zowel op het formulier CO zelf als in het antwoord op ten minste één brief op grond van artikel 11 waarin om inlichtingen over de markten voor PET-verpakkingen werd verzocht, verzuimd het bestaan van de Tetra Fast-technologie bekend te maken. De Commissie was in het geheel niet op de hoogte van het bestaan van de technologie en, derhalve, van het belang ervan.

    (8)

    De Commissie kreeg enkele maanden na de goedkeuring van de Tetra I-beschikking voor het eerst informatie over het bestaan van Tetra Fast. De zaak werd onder de aandacht van de Commissie gebracht door de met het toezicht op de tenuitvoerlegging van de beschikking van de Commissie belaste trustee. Hierna maakte Tetra in het kader van de Tetra II-procedure gegevens over Tetra Fast bekend.

    (9)

    Het verzuim van Tetra om de relevante informatie bekend te maken valt onder artikel 14, lid 1, onder b) en c), van de concentratieverordening, waarin wordt bepaald dat de Commissie aan ondernemingen geldboetes kan opleggen van 1 000 tot 50 000 EUR wanneer zij opzettelijk of uit onachtzaamheid onjuiste of verdraaide gegevens verstrekken bij een aanmelding of in antwoord op een verzoek om inlichtingen overeenkomstig artikel 11 onjuiste gegevens verstrekken.

    (10)

    De inbreuken waarop de Commissie de beschikking betreffende de boetes baseert zijn:

    a)

    inbreuk van artikel 14, lid 1, onder b), van de concentratieverordening wegens het verzuim door Tetra om de Tetra Fast-technologie te vermelden in rubriek 8.10 van het formulier CO (informatie over O&O-activiteiten op de relevante markten);

    b)

    inbreuk van artikel 14, lid 1, onder c), van de concentratieverordening wegens het verzuim van Tetra om in het antwoord op het verzoek om inlichtingen van 13 juli 2001 de Tetra Fast-technologie te vermelden. In het verzoek om inlichtingen:

    i)

    werd Tetra in vraag 4 verzocht de nieuwste ontwikkelingen met betrekking tot de PET-verpakking van sappen en vloeibare zuivelproducten te beschrijven (Tetra was op de hoogte van de aseptische eigenschappen van Tetra Fast, die juist bij de verpakking van sappen en vloeibare zuivelproducten een belangrijke rol spelen);

    ii)

    werd Tetra in vraag 5 verzocht gegevens over de huidige ontwikkeling op het gebied van de barrièretechnologieën bij PET-verpakkingen mee te delen (Tetra had octrooi aangevraagd op een op de Tetra Fast-technologie gebaseerd coatingprocédé).

    (11)

    De inbreuken van Tetra zijn bijzonder ernstig aangezien de informatie belangrijk was voor de beoordeling door de Commissie en Tetra zich hiervan bewust had moeten zijn. Indien de informatie over Tetra Fast tijdens de Tetra I-procedure aan de Commissie bekend was gemaakt, zou dit zeker een belangrijke rol hebben gespeeld bij de beoordeling van de zaak door de Commissie. De Commissie was bij haar eerste analyse derhalve zeer slecht geïnformeerd.

    IV.   INBREUK OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 14, LID 1, ONDER B), IN DE OORSPRONKELIJKE AANMELDING

    (12)

    Tetra begon al in 1996 met de ontwikkeling van Tetra Fast. De onderneming had voor de nieuwe technologie een Zwitsers octrooi (1996) en een Europees octrooi (1997) verworven en ten tijde van de oorspronkelijke aanmelding op 18 mei 2001 (Tetra I) ten minste nog vier andere octrooien aangevraagd. Eind 2000 was al meer dan [0-10] miljoen EUR aan de ontwikkeling van Tetra Fast uitgegeven en in het jaar van de oorspronkelijke aanmelding was een verdere investering ten belope van miljoen EUR gepland. In 2000 had Tetra studies naar deze technologie uitgevoerd of laten uitvoeren. Daarnaast was het procédé in 2000 en 2001 in of door universitaire centra en instellingen voor hoger onderwijs getest. Tetra had in 2000 voor de technologie een goedkeuring uit het oogpunt van de veiligheidsvoorschriften gekregen en startte enkele maanden voordat het formulier CO aan de Commissie werd toegezonden met praktijktests.

    (13)

    In rubriek 8.10 van formulier CO wordt de aanmeldende partij(en) verzocht informatie over onderzoek en ontwikkeling op de relevante markten, en met name over de eigen O&O-activiteiten, te vermelden. Er staat daar onder meer:

    „Beschrijf de O&O-activiteiten van de partijen bij de concentratie op de betrokken markt”.

    Hierbij dienen de partijen in te gaan op de volgende punten: „b) beschrijf het verloop van de technologische ontwikkeling op deze markten over een passende periode (ontwikkelingen inzake producten en/of diensten, productieprocessen, distributiesystemen, enz.)” en „c) welke belangrijke innovaties hebben op deze markten plaatsgevonden ? welke ondernemingen hebben deze gerealiseerd?”.

    (14)

    In de oorspronkelijke aanmelding wordt met geen woord van de Tetra Fast-technologie gerept.

    (15)

    Tetra beroept zich er voornamelijk op dat Tetra Fast geen deel uitmaakt van de markt waarop de transactie betrekking heeft en dat er geen rechtstreeks verband bestaat met de betrokken markt voor SBM-machines en het derhalve niet noodzakelijk was Tetra Fast in rubriek 8.10 van formulier CO te vermelden. Volgens Tetra vervangt de Tetra Fast-technologie een afzonderlijk apparaat dat voor de nodige druk voor het blazen van de fles in de SBM-machine zorgt. Bij de conventionele methode wordt samengeperste lucht gebruikt, die wordt geproduceerd door een compressor (die meestal niet van de leveranciers van SBM-machines afkomstig is), terwijl bij de Tetra Fast-technologie de druk door een explosieve chemische reactie van waterstof en zuurstof ontstaat.

    (16)

    De Commissie vindt dat deze argumentatie duidelijk verkeerd is. Het ligt voor de hand dat een technologie die tot een ingrijpende wijziging in de prestatie van SBM-machines leidt, tot de relevante markt voor SBM-machines behoort zolang de technologie niet daadwerkelijk afzonderlijk op de markt wordt gebracht (in dit geval had Tetra immers de gegevens op basis van een afzonderlijke technologiemarkt moeten verstrekken). Tetra's O&O-overzicht voor 2000, dat pas in de loop van de Tetra II-procedure werd bekendgemaakt, laat zien dat Tetra zelf Tetra Fast als onderdeel van de markt voor SBM-machines zag.

    (17)

    De Commissie verwerpt eveneens het argument van Tetra dat de technologie irrelevant was omdat deze de wijze waarop de SBM-machines werken niet significant zou verbeteren. Uit de interne documenten van Tetra blijkt juist duidelijk dat het bedrijf hierin een aanzienlijk potentieel zag voor onder andere besparing op energieverbruik.

    Juridische beoordeling

    (18)

    Uit hoofde van artikel 14, lid 1, onder b), van de concentratieverordening kan de Commissie bij beschikking aan een onderneming geldboetes van 1 000 tot 50 000 EUR opleggen wanneer deze opzettelijk of uit onachtzaamheid in een aanmelding op grond van artikel 4 onjuiste of verdraaide gegevens verstrekt.

    (19)

    Het is duidelijk dat Tetra, door de informatie over Tetra Fast in rubriek 8.10 van het formulier CO niet te verstrekken, onjuiste gegevens heeft verstrekt. Aangezien de Commissie niet kan bewijzen dat Tetra opzettelijk aldus heeft gehandeld moet de door de onderneming begane inbreuk als grove nalatigheid worden aangemerkt.

    (20)

    Terwijl de Commissie haar eerste onderzoek verrichtte (Tetra I), vonden er praktijktests en verschillende bijeenkomsten op het niveau van de bedrijfsleiding plaats. Op het tijdstip waarop de Commissie de verbodsbeschikking goedkeurde, waren er al miljoenen flessen met de Tetra Fast-technologie vervaardigd. Zelfs indien Tetra zich ten tijde van de aanmelding niet van het belang van de technologie bewust was geweest, heeft de onderneming in de loop van de Tetra I-procedure vaak genoeg de gelegenheid gehad om te beseffen dat de in het formulier CO verstrekte gegevens onjuist waren. In dit verband zij erop gewezen dat in artikel 4, lid 3, van de uitvoeringsverordening de verplichting is vervat de Commissie in kennis te stellen van „inhoudelijke wijzigingen in de feiten” die tijdens de administratieve procedure aan het licht komen.

    V.   INBREUK OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 14, LID 1, ONDER C), IN HET ANTWOORD OP HET VERZOEK OM INLICHTINGEN OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 11 VAN 13 JULI 2001

    (21)

    In het verzoek om inlichtingen van 13 juli 2001 verzocht de Commissie de partijen om het volgende:

    V4.

    Gelieve ons alle beschikbare gegevens over het toekomstige potentiële gebruik van PET bij vloeibare zuivelproducten en in het sapsegment te verschaffen. Hiertoe behoren ook alle studies en interne documenten die over dit onderwerp gaan. Geef in detail aan welke technologieën nodig zouden zijn om ervoor te zorgen dat PET met succes voor de verpakking van vloeibare zuivelproducten en sappen kan worden gebruikt. Beschrijf uw activiteiten en die van anderen op dit gebied.

    V5.

    Gelieve ons alle documenten met betrekking tot de ontwikkeling van een barrièretechnologie te doen toekomen die u in uw bezit heeft. Hiertoe behoren met name alle studies, interne documenten, technische en economische analyses en wetenschappelijke stukken die op de PET-barrièretechnologie betrekking hebben

    (22)

    De partijen deden als antwoord op deze vragen zes bijlagen toekomen, die ook vele technische documenten bevatten. In Tetra's antwoord van 26 juli 2002 verschafte de onderneming echter geen enkel document dat enige verwijzing bevatte naar Tetra Fast zelf of naar de barrière- of coatingtechnologie (PCT/EP02/02160) die Tetra Laval had ontwikkeld om met zijn Tetra Fast-technologie te worden gebruikt.

    (23)

    Tetra Fast is niet alleen een geheel nieuwe methode om een PET-fles te blazen (door explosie), maar heeft nog twee andere voordelen: i) de explosie heeft een steriliserende werking op de fles en ii) door speciale gassen in het explosieproces toe te voegen, kan de binnenkant van de fles worden bekleed met stoffen die als barrière fungeren.

    (24)

    Tetra was van deze beide voordelen volledig op de hoogte. Het bedrijf had op 23 maart 2001 octrooi aangevraagd voor een nieuwe barrièretechnologie met betrekking tot Tetra Fast, waardoor zowel het aseptische karakter van de met de Tetra Fast-technologie geblazen fles werd onderstreept alsook werd getracht de gasbarrièrebevorderende eigenschappen van de nieuwe technologie te patenteren. Ook in een interne analyse van Tetra werden deze aseptische kwaliteiten onderstreept.

    (25)

    Tetra beroept zich op het naar de mening van de onderneming bestaande verschil tussen het formulier CO en een verzoek om inlichtingen. Naar de mening van Tetra bevat het formulier CO een reeks standaardvragen over feitelijke zaken aan de hand waarvan moet worden nagegaan of de aanmelding volledig is, terwijl de vragen in het verzoek om inlichtingen worden opgesteld naar gelang van de behoefte van de Commissie aan informatie op een bepaald tijdstip gedurende het besluitvormingsproces en als zodanig moeten worden gezien; de adressaten wordt daarin doorgaans alleen verzocht hun subjectieve mening over de ter sprake gekomen onderwerpen mee te delen. Tetra is daarnaast van mening dat verzoeken om inlichtingen van minder formele aard zijn en een middel verschaffen voor discussie en gedachtewisseling tussen de Commissie en de partijen. Volgens Tetra blijkt dit ook in artikel 14, lid 1, onder c), waarin het verschaffen van onjuiste, maar niet van verdraaide informatie wordt gesanctioneerd, terwijl artikel 14, lid 1, onder b), het verstrekken van onjuiste of verdraaide gegevens bestraft. Hiervan uitgaande concludeert Tetra dat artikel 14, lid 1, onder c), minder ruimte biedt voor het opleggen van sancties dan artikel 14, lid 1, onder b).

    (26)

    De Commissie is van oordeel dat de argumenten van Tetra in zoverre geen steek houden dat ten minste de eisen die door formulier CO worden gesteld aan de juistheid van de verstrekte gegevens niet anders zijn dan bij een verzoek om inlichtingen overeenkomstig artikel 11. Daarom is ook de bewering van Tetra dat artikel 14, lid 1, onder c), beperktere mogelijkheden biedt voor het opleggen van geldboetes, ongefundeerd.

    (27)

    Wat vraag 4 betreft, is Tetra van mening dat deze techniek „niet nodig is” voor de verpakking van sappen en vloeibare zuivelproducten en dat in het antwoord op deze vraag het bestaan daarvan dan ook niet vermeld hoefde te worden. De Commissie wijst er echter op dat in de vraag werd verzocht om alle studies en interne documenten te verschaffen waarin het potentiële gebruik van PET voor de verpakking van vloeibare zuivelproducten en sappen ter sprake kwam en dat daarin ook werd gevraagd wat er nodig was om vloeibare zuivelproducten en sappen zodanig te verpakken dat met succes op de markt kan worden geconcurreerd. Voorts werd Tetra verzocht de eigen activiteiten en de activiteiten van de concurrenten in deze sector te beschrijven. Hiervoor was ook een toelichting nodig op de technieken waarover de partijen en hun concurrenten beschikken of die zij op dit moment ontwikkelen om in de toekomst concurrentieel te zijn.

    (28)

    Zoals reeds gezegd had Tetra octrooi aangevraagd voor een met Tetra Fast verband houdende nieuwe barrièretechnologie waarin, met expliciete verwijzing naar sappen, de gasbarrièrebevorderende eigenschappen van de nieuwe technologie werden onderstreept en met nadruk op de aseptische eigenschappen daarvan werd gewezen, waarbij laatstgenoemd aspect van groot belang is voor een succesvolle marketing van verpakkingen voor zowel sappen als vloeibare zuivelproducten. Tetra zelf geeft aan dat de verbeteringen in de gasbarrièretechnologie zeer belangrijk zijn voor de toekomstige verpakking van sappen en dat het aseptisch afvullen zowel voor de verpakking van sappen als voor die van vloeibare zuivelproducten een belangrijke rol zou kunnen spelen. Daarom had de onderneming Tetra Fast moeten behandelen in haar antwoord op vraag 4 waarin werd gevraagd naar technologieën die nodig zijn om ervoor te zorgen dat PET met succes voor verpakkingen voor vloeibare zuivelproducten en sappen kan worden gebruikt en waarin Tetra werd verzocht haar eigen activiteiten te beschrijven.

    (29)

    Ten aanzien van vraag 5 betoogt Tetra dat Tetra Fast niet een barrièretechnologie als zodanig is en dat de onderneming derhalve in haar antwoord op de vraag het bestaan ervan niet hoefde te vermelden. De Commissie wijst erop dat de octrooiaanvraag van Tetra van 23 maart 2001 betreffende de coatingtechnologie Tetra Fast ondubbelzinnig in verband brengt met de barrièretechnologie. In de octrooiaanvraag wordt een procédé voor het blazen van flessen beschreven waarbij tegelijkertijd met het blazen de binnenkant van de fles door een gasmengsel wordt bekleed, hetgeen weliswaar verband houdt met het blazen van de fles, maar waarbij het toch ook een techniek voor het aanbrengen van een barrière aan de binnenkant van de fles betreft. Het feit dat de barrière niet zoals bij andere barrièretechnologieën op het oppervlak van de fles wordt gespoten of aangebracht, verandert niets aan het feit dat dit in verband staat met de technieken voor de barrièrebehandeling van PET-flessen.

    Juridische beoordeling

    (30)

    Overeenkomstig artikel 14, lid 1, onder c), van de concentratieverordening kan de Commissie bij beschikking aan een onderneming geldboetes opleggen van 1 000 tot 50 000 EUR wanneer deze opzettelijk of uit onachtzaamheid een op grond van artikel 11 verlangde inlichting onjuist verstrekt.

    (31)

    Ten aanzien van vraag 4 is het duidelijk dat een volledige beschrijving van het toekomstige potentiële concurrentieklimaat een uitvoerige beschrijving van de Tetra Fast-technologie had moeten bevatten, waarbij zowel het mogelijke gebruik ervan voor het aanbrengen van barrièrecoating als de verbeterde aseptische eigenschappen daarvan genoemd hadden moeten worden. Gasbarrièretechnologie is, zoals Tetra zelf erkent, van belang voor de verpakking van sappen en aseptische afvulling speelt een belangrijke rol voor de verpakking van zowel sappen als vloeibare zuivelproducten. Het antwoord van Tetra was in zoverre onjuist, dat het de Commissie geen volledig beeld gaf van de potentiële toekomstige ontwikkeling van de concurrentie op de markt.

    (32)

    Ten aanzien van vraag 5 moet worden opgemerkt dat Tetra zich er destijds van bewust was dat Tetra Fast ook als procédé voor het aanbrengen van een laag aan de binnenkant van de PET-fles geschikt is. Door het niet vermelden van Tetra Fast wordt het antwoord van Tetra onjuist.

    VI.   ERNST VAN DE INBREUK EN HOOGTE VAN DE GELDBOETE

    (33)

    Aangezien er geen aanwijzingen voor zijn dat Tetra opzettelijk heeft gehandeld, moet de door de onderneming begane inbreuk als grove nalatigheid worden aangemerkt. In haar antwoord op de mededeling van punten van bezwaar maakte Tetra geen opmerkingen over de ernst van de inbreuk. Evenmin beriep de onderneming zich op verzachtende omstandigheden.

    (34)

    De Commissie acht de inbreuken waar het in deze zaak om gaat zeer ernstig. Een aanmelding is de basis en het startpunt voor het onderzoek van een concentratie door de Commissie. De aanmelding bepaalt in sterke mate op welke wijze de Commissie de zaak aanpakt en op welke punten zij haar onderzoek richt. Bij onjuiste gegevens bestaat het risico dat belangrijke factoren die voor de beoordeling van de transactie uit het oogpunt van de concurrentie relevant zijn, door de Commissie niet worden onderzocht of geanalyseerd, wat tot gevolg heeft dat de eindbeschikking van de Commissie lacunes vertoont omdat deze op onjuiste of onvolledige gegevens is gebaseerd. Hetzelfde geldt voor het verzuim juiste informatie te verschaffen naar aanleiding van een verzoek om inlichtingen overeenkomstig artikel 11, omdat de Commissie hierdoor niet een volledige en deugdelijke beoordeling van de concentratie kon maken.

    (35)

    De ontwikkeling van Tetra Fast was belangrijk voor de analyse door de Commissie van de concurrentievoorwaarden op de markten voor PET-verpakkingen. De niet bekendgemaakte informatie was van groot belang voor de beoordeling van de overname van Sidel door Tetra in Tetra I. De mogelijkheden die deze technologie biedt, zouden een sterke invloed hebben gehad op de beoordeling door de Commissie van: a) de markten voor PET-verpakkingen en met name de SBM-markten, en b) de toekomstige positie van de nieuwe onderneming op de markten voor PET-verpakkingen, met name op de betrokken SBM-markten.

    (36)

    Een ander element waarmee rekening moet worden gehouden bij de vaststelling dat het een bijzonder ernstige inbreuk overeenkomstig artikel 14, lid 1, onder c), betreft, is het feit dat Tetra in haar reactie op het verzoek om inlichtingen van de Commissie op twee vragen van uiteenlopende strekking een onjuist antwoord heeft gegeven, hoewel bij de beantwoording van elk van deze twee vragen om verschillende redenen Tetra Fast vermeld had moeten worden.

    (37)

    Bij inbreuken overeenkomstig artikel 14, lid 1, onder b), en artikel 14, lid 1, onder c), kan de Commissie geldboetes opleggen van 1 000 tot 50 000 EUR.

    (38)

    Gelet op het voorgaande is de Commissie van mening dat in beide gevallen, dat wil zeggen wegens de twee inbreuken die door Tetra zijn begaan overeenkomstig artikel 14, lid 1, onder b), en artikel 14, lid 1, onder c), een geldboete van 25 000 EUR gepast is.

    VII.   CONCLUSIE

    (39)

    De Commissie legt aan Tetra twee geldboetes op van elk 45 000 EUR (in totaal 90 000 EUR) met betrekking tot de inbreuk van artikel 14, lid 1, onder b), en artikel 14, lid 1, onder c).


    (1)  PB L 395 van 30.12.1989, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1310/97 (PB L 180 van 9.7.1997, blz. 1).


    Top