EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32004R1222

Verordening (EG) nr. 1222/2004 van de Raad van 28 juni 2004 betreffende de berekening en indiening van gegevens over de driemaandelijkse overheidsschuld

PB L 233 van 2.7.2004, p. 1–2 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)
PB L 333M van 11.12.2008, p. 1–7 (MT)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (BG, RO, HR)

Legal status of the document In force: This act has been changed. Current consolidated version: 01/07/2013

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2004/1222/oj

2.7.2004   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 233/1


VERORDENING (EG) Nr. 1222/2004 VAN DE RAAD

van 28 juni 2004

betreffende de berekening en indiening van gegevens over de driemaandelijkse overheidsschuld

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 104, lid 14, derde alinea,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van het Europees Parlement (1),

Gezien het advies van de Europese Centrale Bank (2),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EG) nr. 3605/93 van de Raad van 22 november 1993 betreffende de toepassing van het aan het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap gehechte protocol betreffende de procedure bij buitensporige tekorten (3) bevat de definitie van de aan het einde van het jaar uitstaande overheidsschuld die relevant is voor de toepassing van de procedure bij buitensporige tekorten en stelt tevens een tijdschema vast voor de kennisgeving aan de Commissie van gegevens over de jaarlijkse overheidsschuld en andere jaarlijkse overheidsgegevens.

(2)

De driemaandelijkse beschikbaarheid van overheidsgegevens, met inbegrip van gegevens over de overheidsschuld, is van het allergrootste belang voor de economische analyse en voor een adequaat toezicht op de begrotingssituatie in de lidstaten. Verordening (EG) nr. 264/2000 van de Commissie van 3 februari 2000 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 2223/96 van de Raad met betrekking tot kortetermijnstatistieken van de overheidsfinanciën (4), Verordening (EG) nr. 1221/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 10 juni 2002 met betrekking tot niet-financiële kwartaalrekeningen van de overheid (5) en Verordening (EG) nr. 501/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 10 maart 2004 betreffende financiële kwartaalrekeningen van de overheid (6) regelen de berekening en indiening van kwartaalgegevens over de niet-financiële en financiële rekeningen van de overheid, maar hebben geen betrekking op de driemaandelijkse overheidsschuld.

(3)

Ter wille van de duidelijkheid en gezien de specifieke rol die Verordening (EG) nr. 3605/93 in het kader van de toepassing van de procedure bij buitensporige tekorten vervult, dient de berekening en indiening van gegevens over de driemaandelijkse overheidsschuld bij een apart wetgevingsbesluit te worden geregeld.

(4)

De driemaandelijkse overheidsschuld moet zodanig worden gedefinieerd dat zij consistent is met de in Verordening (EG) nr. 3605/93 opgenomen definitie van de aan het einde van het jaar uitstaande overheidsschuld. Deze samenhang moet bewaard blijven ingeval de Raad Verordening (EG) nr. 3605/93 wijzigt of de Commissie in Verordening (EG) nr. 3605/93 nieuwe verwijzingen aanbrengt naar het Europees rekeningenstelsel („ESR 95”) dat is ingevoerd bij Verordening (EG) nr. 2223/96 van de Raad van 25 juni 1996 inzake het Europees systeem van nationale en regionale rekeningen in de Gemeenschap (7).

(5)

In de Verordeningen (EG) nr. 264/2000, (EG) nr. 1221/2002 en (EG) nr. 501/2004 is bepaald dat de kwartaalgegevens over de niet-financiële en financiële rekeningen van de overheid uiterlijk drie maanden na het einde van het kwartaal waarop ze betrekking hebben, moeten worden ingediend. Deze indieningstermijn is ook passend voor gegevens over de driemaandelijkse overheidsschuld,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Definities

Voor de toepassing van deze verordening, wordt verstaan onder:

 

„overheid”: de sector overheid, als gedefinieerd in het bij Verordening (EG) nr. 2223/96 ingevoerde Europees systeem van nationale en regionale rekeningen in de Gemeenschap (hierna „ESR 95” genoemd). De tussen haakjes vermelde codes zijn die van het ESR 95;

 

„driemaandelijkse overheidsschuld”: de nominale waarde van alle aan het einde van elk kwartaal uitstaande brutoverplichtingen van de sector overheid (S.13), met uitzondering van de verplichtingen waarvan de corresponderende financiële activa door de sector overheid (S.13) worden aangehouden.

De driemaandelijkse overheidsschuld wordt gevormd door de verplichtingen van de overheid in de volgende rubrieken: chartaal geld en deposito's (AF.2), effecten met uitzondering van aandelen (exclusief financiële derivaten) (AF.33) en leningen (AF.4), overeenkomstig de definities van het ESR 95.

De nominale waarde van een aan het einde van elk kwartaal uitstaande verplichting is de op het schuldbewijs vermelde waarde.

De nominale waarde van een aan een indexcijfer gekoppelde verplichting komt overeen met de op het schuldbewijs vermelde waarde, aangepast met de uit de indexering voortvloeiende wijziging van de waarde van de hoofdsom aan het einde van elk kwartaal.

Verplichtingen die in vreemde valuta's luiden of via contractuele overeenkomsten van een vreemde valuta worden gewisseld in een of meer andere vreemde valuta's, worden in die andere vreemde valuta's omgerekend tegen de in die overeenkomsten bepaalde koers en worden in de nationale valuta omgerekend tegen de representatieve marktkoers op de laatste werkdag van elk kwartaal.

Verplichtingen die in de nationale valuta luiden en via contractuele overeenkomsten worden gewisseld in een vreemde valuta, worden in die vreemde valuta omgerekend tegen de in die overeenkomsten bepaalde koers en worden in de nationale valuta omgerekend tegen de representatieve marktkoers op de laatste werkdag van elk kwartaal.

Verplichtingen die in vreemde valuta's luiden en via contractuele overeenkomsten worden gewisseld in nationale valuta, worden in de nationale valuta omgerekend tegen de in die overeenkomsten bepaalde wisselkoers.

Artikel 2

Tijdschema

1.   De gegevens over de driemaandelijkse overheidsschuld worden uiterlijk drie maanden na het einde van het kwartaal waarop ze betrekking hebben door de lidstaten berekend en bij de Commissie ingediend.

Tegelijkertijd worden eventuele herziene gegevens voor eerdere kwartalen ingediend.

2.   De gegevens over de driemaandelijkse overheidsschuld worden uiterlijk op 31 december 2004 voor het eerst ingediend.

3.   De Commissie kan met betrekking tot de eerste indiening van de kwartaalgegevens voor een periode van ten hoogste één jaar een afwijking toestaan indien een nationaal statistisch systeem een aanzienlijke wijziging moet ondergaan.

Artikel 3

Historische gegevens

De historische gegevens vanaf het eerste kwartaal van 2000 worden uiterlijk op 31 december 2004 ingediend. Waar nodig mogen historische gegevens worden verstrekt die op grond van zo goed mogelijke schattingen zijn verkregen.

Artikel 4

Wijzigingen

1.   Ingeval de Raad overeenkomstig de bij het Verdrag vastgestelde bevoegdheids- en procedurevoorschriften beslist Verordening (EG) nr. 3605/93 te wijzigen, wijzigt hij gelijktijdig artikel 1 van deze verordening, zodat de samenhang tussen de daarin vervatte definities bewaard blijft.

2.   Ingeval de Commissie overeenkomstig artikel 7 van Verordening (EG) nr. 3605/93 nieuwe verwijzingen naar het ESR 95 aanbrengt in artikel 1, lid 5, van genoemde verordening, brengt zij gelijktijdig dezelfde nieuwe verwijzingen in artikel 1 van deze verordening aan, zodat de samenhang tussen de daarin vervatte definities bewaard blijft.

Artikel 5

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Luxemburg, 28 juni 2004.

Voor de Raad

De voorzitter

M. CULLEN


(1)  Advies uitgebracht op 30 maart 2004 (nog niet verschenen in het Publicatieblad).

(2)  Advies uitgebracht op 19 april 2004.

(3)  PB L 332 van 31.12.1993, blz. 7. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 351/2002 van de Commissie (PB L 55 van 26.2.2002, blz. 23).

(4)  PB L 29 van 4.2.2000, blz. 4.

(5)  PB L 179 van 9.7.2002, blz. 1.

(6)  PB L 81 van 19.3.2004, blz. 1.

(7)  PB L 310 van 30.11.1996, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1267/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 180 van 18.7.2003, blz. 1).


Top