Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32003D0127

2003/127/EG: Beschikking van de Commissie van 24 februari 2003 houdende wijziging van Beschikking 2001/218/EG tot tijdelijke verplichting van de lidstaten om ten aanzien van andere gebieden in Portugal dan die waarvan bekend is dat Bursaphelenchus xylophilus (Steiner et Buhrer) Nickle et al. (het dennenaaltje) er niet voorkomt, aanvullende maatregelen te nemen teneinde de verspreiding ervan tegen te gaan (kennisgeving geschied onder nummer C(2003) 581)

PB L 50 van 25.2.2003, p. 27–28 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/03/2005

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2003/127(1)/oj

32003D0127

2003/127/EG: Beschikking van de Commissie van 24 februari 2003 houdende wijziging van Beschikking 2001/218/EG tot tijdelijke verplichting van de lidstaten om ten aanzien van andere gebieden in Portugal dan die waarvan bekend is dat Bursaphelenchus xylophilus (Steiner et Buhrer) Nickle et al. (het dennenaaltje) er niet voorkomt, aanvullende maatregelen te nemen teneinde de verspreiding ervan tegen te gaan (kennisgeving geschied onder nummer C(2003) 581)

Publicatieblad Nr. L 050 van 25/02/2003 blz. 0027 - 0028


Beschikking van de Commissie

van 24 februari 2003

houdende wijziging van Beschikking 2001/218/EG tot tijdelijke verplichting van de lidstaten om ten aanzien van andere gebieden in Portugal dan die waarvan bekend is dat Bursaphelenchus xylophilus (Steiner et Buhrer) Nickle et al. (het dennenaaltje) er niet voorkomt, aanvullende maatregelen te nemen teneinde de verspreiding ervan tegen te gaan

(kennisgeving geschied onder nummer C(2003) 581)

(2003/127/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 2000/29/EG van de Raad van 8 mei 2000 betreffende de beschermende maatregelen tegen het binnenbrengen en de verspreiding in de Gemeenschap van voor planten en voor plantaardige producten schadelijke organismen(1), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2002/89/EG(2), en met name op artikel 16, lid 3,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) De Commissie heeft Beschikking 2001/218/EG van 12 maart 2001 tot tijdelijke verplichting van de lidstaten om ten aanzien van andere gebieden in Portugal dan die waarvan bekend is dat Bursaphelenchus xylophilus (Steiner et Buhrer) Nickle et al. (het dennenaaltje) er niet voorkomt, aanvullende maatregelen te nemen teneinde de verspreiding ervan tegen te gaan(3), gewijzigd bij Beschikking 2002/124/EG(4), vastgesteld.

(2) Uit een verdere beoordeling door het Voedsel- en Veterinair Bureau in april 2002 en uit door Portugal verstrekte aanvullende informatie blijkt dat, als gevolg van de toepassing van een uitroeiingsprogramma, de verspreiding van het dennenaaltje in Portugal beperkt is gebleven tot het afgebakende gebied. Bij onderzoeken in dat gebied worden echter nog steeds bomen gevonden die symptomen ervan vertonen.

(3) Bij door de andere lidstaten in 2002 uitgevoerde officiële onderzoeken van hout, aparte schors en planten van Abies Mill., Cedrus Trew, Larix Mill., Picea A. Dietr., Pinus L., Pseudotsuga Carr. en Tsuga Carr., van oorsprong uit Portugal, is geen van de geanalyseerde monsters positief bevonden wat de aanwezigheid van het dennenaaltje betreft.

(4) Daarom moet Portugal verdere specifieke maatregelen nemen en een programma voor de uitroeiing op middellange termijn indienen om verdere verspreiding van het dennenaaltje tegen te gaan en de plaag uiteindelijk uit te roeien. Het kan ook voor de andere lidstaten nodig zijn verdere aanvullende maatregelen te blijven nemen om hun grondgebied te beschermen tegen het dennenaaltje. De resultaten van de specifieke maatregelen en van de tenuitvoerlegging van het programma op middellange termijn worden voortdurend geëvalueerd en, indien nodig, moeten de maatregelen en het programma worden bijgestuurd.

(5) Specifieke regelingen moeten worden getroffen voor het vervoer van spaanders die zijn verkregen van symptoomloze bomen of van bomen die negatief hebben gereageerd bij een test op de aanwezigheid van het dennenaaltje, naar andere gebieden in Portugal dan de afgebakende gebieden.

(6) De bepalingen inzake de melding aan de andere lidstaten en aan de Commissie van in de lidstaten verricht onderzoek naar het dennenaaltje, moeten worden toegelicht.

(7) De looptijd van Beschikking 2001/218/EG moet worden verlengd tot en met 31 maart 2005 en de beschikking moet dienovereenkomstig worden aangepast.

(8) De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Plantenziektekundig Comité,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

Beschikking 2001/218/EG wordt als volgt gewijzigd:

1. Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

i) In de eerste alinea wordt "28 februari 2003" vervangen door "31 maart 2005";

ii) na de tweede alinea wordt de volgende alinea toegevoegd:"Uiterlijk op 15 maart 2003 dient Portugal een programma voor de uitroeiing op middellange termijn in om verdere verspreiding van het dennenaaltje tegen te gaan en de plaag uiteindelijk uit te roeien.".

2. Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

i) In de eerste alinea worden tussen de woorden "planten" en "officieel" de woorden "eens per jaar" ingevoegd;

ii) de tweede alinea wordt vervangen door:"Onverminderd het bepaalde in artikel 16, lid 1, van Richtlijn 2000/29/EG moeten de lidstaten de resultaten van de in de eerste alinea bedoelde onderzoeken, wanneer deze wijzen op de aanwezigheid van het dennenaaltje in gebieden waarvan voorheen niet bekend was dat het er voorkwam, aan de andere lidstaten en aan de Commissie meedelen uiterlijk op 15 november 2003 en nog eens uiterlijk op 15 november 2004.".

3. (Niet van toepassing voor het Nederlands.)

4. In artikel 6 wordt "15 december 2002" vervangen door "15 januari 2004 en nog eens uiterlijk op 15 januari 2005".

5. De bijlage wordt als volgt gewijzigd:

i) Het bepaalde in punt 2, onder b), ii), wordt vervangen door:

"ii) wanneer het is verkregen van andere bomen dan de onder i) bedoelde, officieel worden getest op de aanwezigheid van het dennenaaltje en van Monochamus spp.; als de aanwezigheid van het dennenaaltje en van Monochamus spp. wordt bevestigd, moet het hout worden onderworpen aan het bepaalde onder i); als de aanwezigheid van het dennenaaltje en van Monochamus spp. niet wordt aangetoond, mag het hout onder officieel toezicht naar een verwerkend bedrijf worden vervoerd voor verder gebruik als timmerhout of mag het, in afwijking daarvan, onder officieel toezicht naar een bij de Commissie aangemeld erkend verwerkend bedrijf in een ander gebied in Portugal dan een van de afgebakende gebieden worden vervoerd, waar tussen 1 november en 1 april:

- de van dat hout vervaardigde spaanders voor industriële doeleinden worden gebruikt in een erkend verwerkend bedrijf, of

- het hout:

- een warmtebehandeling ondergaat waarbij gedurende 30 minuten een kerntemperatuur van ten minste 56 °C wordt aangehouden. Dit warmtebehandelde hout mag verder worden vervoerd als het vergezeld gaat van een plantenpaspoort, of

- tot spaanders wordt verwerkt en wordt gefumigeerd om ervoor te zorgen dat het vrij is van levende dennenaaltjes. Dit gefumigeerde hout mag verder worden vervoerd als het vergezeld gaat van een plantenpaspoort, of

- binnen dit bedrijf tot spaanders wordt verwerkt en voor industriële doeleinden wordt gebruikt, of

- onder officieel toezicht wordt vervoerd naar een bedrijf waar het:

- een warmtebehandeling ondergaat waarbij gedurende 30 minuten een kerntemperatuur van ten minste 56 °C wordt aangehouden, of

- tot spaanders wordt verwerkt en gefumigeerd om ervoor te zorgen dat het vrij is van levende dennenaaltjes, of

- tot spaanders wordt verwerkt en voor industriële doeleinden wordt gebruikt;";

ii) in punt 2, onder c), ii), wordt het eerste streepje vervangen door:

"- officieel worden getest op de aanwezigheid van het dennenaaltje en van Monochamus spp.; als de aanwezigheid van het dennenaaltje en van Monochamus spp. wordt bevestigd, moet het hout worden onderworpen aan het bepaalde onder i); als de aanwezigheid van het dennenaaltje en van Monochamus spp. niet wordt aangetoond, mag het hout onder officieel toezicht naar een verwerkend bedrijf worden vervoerd voor verder gebruik als timmerhout, of".

Artikel 2

Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 24 februari 2003.

Voor de Commissie

David Byrne

Lid van de Commissie

(1) PB L 169 van 10.7.2000, blz. 1.

(2) PB L 355 van 30.12.2002, blz. 45.

(3) PB L 81 van 21.3.2001, blz. 34.

(4) PB L 45 van 15.2.2002, blz. 56.

Top