Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32002R2208

    Verordening (EG) nr. 2208/2002 van de Commissie van 12 december 2002 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 814/2000 van de Raad betreffende voorlichtingsacties op het gebied van het gemeenschappelijk landbouwbeleid

    PB L 337 van 13.12.2002, p. 21–23 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    Dit document is verschenen in een speciale editie. (CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL, BG, RO, HR)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 21/11/2014: This act has been changed. Current consolidated version: 24/10/2004

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2002/2208/oj

    13.12.2002   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 337/21


    VERORDENING (EG) Nr. 2208/2002 VAN DE COMMISSIE

    van 12 december 2002

    tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 814/2000 van de Raad betreffende voorlichtingsacties op het gebied van het gemeenschappelijk landbouwbeleid

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

    Gelet op Verordening (EG) nr. 814/2000 van de Raad van 17 april 2000 betreffende voorlichtingsacties op het gebied van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (1), en met name op artikel 9,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    In het licht van de in 2000, 2001 en 2002 opgedane ervaring dienen de uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 814/2000, die zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1557/2001 van de Commissie (2), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1366/2002 (3), te worden gewijzigd om de regeling te verbeteren. Wegens de omvang van de noodzakelijke wijzigingen dient, met het oog op transparantie voor alle belanghebbenden, Verordening (EG) nr. 1557/2001 te worden vervangen.

    (2)

    Bij Verordening (EG) nr. 814/2000 zijn de aard en de inhoud van de voorlichtingsacties op het gebied van het gemeenschappelijk landbouwbeleid omschreven.

    (3)

    Een uitnodiging tot het indienen van voorstellen is het doeltreffendste en meest transparante middel om ervoor te zorgen dat aan de door Verordening (EG) nr. 814/2000 geboden subsidiëringsmogelijkheden de ruimst mogelijke bekendheid wordt gegeven en dat de beste acties worden geselecteerd.

    (4)

    De voorwaarden waaraan de aanvragers moeten voldoen, de gronden tot uitsluiting en de in artikel 3, lid 2, van Verordening (EG) nr. 814/2000 genoemde algemene criteria voor de selectie van de acties en de gunningscriteria dienen nader te worden gepreciseerd.

    (5)

    Ter bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschap dient bij de toekenning van een voorschot op de subsidie te worden geëist dat een gelijkwaardige zekerheid wordt gesteld.

    (6)

    Om te bewerkstelligen dat zoveel mogelijk gegadigden van de beschikbare financiële middelen kunnen profiteren, moet financiering voor meer dan 50 % een uitzondering blijven.

    (7)

    De Commissie stelt een lijst vast van begunstigden en gefinancierde voorlichtingsacties. Er wordt tussen de Commissie en de begunstigden een overeenkomst gesloten waarin de uit het subsidiebesluit voortvloeiende rechten en verplichtingen zijn geregeld. Elke overeenkomst dient uitdrukkelijke bepalingen te bevatten aangaande de controlebevoegdheid van de Commissie.

    (8)

    De verstrekking van informatie betreffende de overeenkomstig deze verordening gefinancierde acties aan het Comité van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) dat is ingesteld bij Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (4), kan bijdragen tot een betere coördinatie van de door de lidstaten ondernomen acties met die welke door de Gemeenschap worden ondersteund.

    (9)

    Gezien de termijn voor de bekendmaking van de uitnodiging tot het indienen van voorstellen, dient deze verordening onmiddellijk in werking te treden.

    (10)

    De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van het EOGFL,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Werkingssfeer

    Bij deze verordening worden de uitvoeringsbepalingen vastgesteld voor de in artikel 2, lid 1, onder a) en b), van Verordening (EG) nr. 814/2000 bedoelde voorlichtingsacties op het gebied van het gemeenschappelijk landbouwbeleid in de vorm van activiteitenprogramma's en gerichte acties die voor een communautaire subsidie in aanmerking komen.

    Artikel 2

    Definities

    Voor deze verordening gelden de volgende definities:

    a)

    „gerichte voorlichtingsactie” als bedoeld in artikel 2, lid 1 onder b), van Verordening (EG) nr. 814/2000: een voorlichtingsevenement dat zowel qua omvang als qua tijd beperkt is en dat op basis van één begroting wordt georganiseerd;

    b)

    „jaarlijks activiteitenprogramma”, als bedoeld in artikel 2, lid 1, onder a), van Verordening (EG) nr. 814/2000: een geheel van twee tot vijf gerichte acties.

    c)

    „voorlichtingsacties”: de gerichte voorlichtingsacties en de jaarlijkse activiteitenprogramma's.

    Artikel 3

    Uitnodiging tot het indienen van voorstellen

    Uiterlijk op 31 juli van elk jaar maakt de Commissie in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen een uitnodiging tot het indienen van voorstellen voor de organisatie van voorlichtingsacties bekend, waarin met name de prioritaire thema's en soorten acties en doelgroepen, de uitvoeringsmiddelen, de uiterste datum voor de toezending van voorstellen, de periode waarin de met de acties samenhangende werkzaamheden dienen plaats te vinden, de voorwaarden voor subsidiëring, selectie en gunning, de subsidiabele kosten, alsmede de methode voor de beoordeling van de aanvragen voor het toekennen van subsidies, zijn aangegeven.

    Voor het jaar 2002 wordt de uitnodiging tot het indienen van voorstellen uiterlijk 31 december 2002 bekendgemaakt.

    Artikel 4

    Voorwaarden waaraan inschrijvers moeten voldoen om voor subsidie in aanmerking te komen

    1.   De in artikel 2, lid 1, onder a), van Verordening (EG) nr. 814/2000 bedoelde organisaties en verenigingen moeten aan de volgende voorwaarden voldoen:

    a)

    zij moeten een particulier karakter dragen; in het geval van organisaties of verenigingen waarin andere organisaties of verenigingen zijn gegroepeerd, moeten deze laatste eveneens een particulier karakter dragen; in het geval waarin een activiteitenprogramma in partnerschap wordt uitgevoerd, moeten de partners eveneens een particulier karakter dragen;

    b)

    zij mogen geen winstoogmerk nastreven;

    c)

    zij moeten sinds ten minste twee jaar in een lidstaat zijn gevestigd.

    2.   De in artikel 2, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 814/2000 bedoelde personen of instanties moeten sinds ten minste twee jaar in een lidstaat rechtsgeldig zijn opgericht.

    3.   In het geval dat de in artikel 8 bedoelde overeenkomst in de betaling van een voorfinanciering op de subsidie voorziet, stelt de inschrijver een bankgarantie voor een gelijkwaardig bedrag, overeenkomstig het door de Commissie verstrekte model.

    Deze zekerheid wordt niet gevraagd indien de inschrijver een overheidsinstantie is.

    Artikel 5

    Gronden tot uitsluiting van inschrijvers

    Een inschrijver wordt uitgesloten van subsidiëring indien in het kader van de toekenningsprocedure blijkt dat hij:

    a)

    zich in staat van faillissement of liquidatie bevindt, een schikking heeft getroffen of in surséance van betaling verkeert, zijn werkzaamheden heeft gestaakt dan wel in een procedure is verwikkeld die daartoe leidt, of in een vergelijkbare toestand verkeert als gevolg van een procedure van soortgelijke aard krachtens de nationale wet- en regelgeving;

    b)

    bij een rechterlijk vonnis met kracht van gewijsde is veroordeeld voor een delict dat zijn reputatie op het gebied van beroepsethiek schaadt;

    c)

    bij de uitoefening van zijn beroep een ernstige fout heeft begaan, vastgesteld op elke grond die de aanbestedende diensten aannemelijk kunnen maken;

    d)

    niet heeft voldaan aan zijn verplichtingen met betrekking tot betaling van socialezekerheidsbijdragen of belastingen, volgens de wetgeving van het land waar hij is gevestigd, die van het land waar de aanbestedende diensten zijn gevestigd, of die van het land waar de opdracht moet worden uitgevoerd;

    e)

    bij een rechterlijk vonnis met kracht van gewijsde is veroordeeld voor fraude, corruptie, deelname aan een criminele organisatie of enige andere activiteit die de financiële belangen van de Gemeenschap schaadt;

    f)

    na de procedure voor de plaatsing van een andere opdracht of voor de toekenning van een subsidie uit de communautaire begroting ernstig in gebreke is gesteld wegens niet-nakoming van zijn contractuele verplichtingen;

    g)

    zich bij het verstrekken van de verlangde gegevens schuldig heeft gemaakt aan valse verklaringen.

    Artikel 6

    Selectie- en gunningscriteria

    1.   Om in aanmerking te komen voor communautaire financiering, moet de inschrijver het bewijs leveren over de vereiste technische bekwaamheid en financiële middelen te beschikken.

    2.   De subsidies worden toegekend op grond van de in de uitnodiging tot het indienen van voorstellen vastgestelde criteria inzake kwaliteit en kosteneffectiviteit.

    Artikel 7

    Percentage financiële steun

    1.   De communautaire financiering voor de geselecteerde acties bedraagt ten hoogste 50 % van de subsidiabele kosten.

    2.   Het maximumpercentage van de communautaire financiering kan op verzoek van de inschrijver worden verhoogd tot 75 % van de subsidiabele kosten indien de betrokken gerichte voorlichtingsactie een uitzonderlijk karakter vertoont zoals omschreven in de uitnodiging tot het indienen van voorstellen.

    Artikel 8

    Overeenkomst

    1.   Op grond van de in deze verordening en de in de uitnodiging tot het indienen van voorstellen vastgelegde criteria stelt de Commissie de lijst vast van begunstigden van een communautaire financiering en de aangehouden bedragen.

    2.   De uit het subsidiebesluit van de Commissie voortvloeiende rechten en plichten worden geregeld in een overeenkomst tussen de Commissie en de begunstigden.

    Artikel 9

    Subsidiëring op jaarbasis

    De subsidies worden strikt op jaarbasis toegekend en er kan geen enkel recht voor de volgende jaren aan worden ontleend, zelfs niet indien de actie past in een meerjarenstrategie.

    Artikel 10

    Verstrekking van informatie aan het Comité van het EOGFL

    Het Comité van het EOGFL wordt in kennis gesteld van:

    a)

    de inhoud van de uitnodiging tot het indienen van voorstellen, vóór de bekendmaking ervan,

    b)

    de gerichte voorlichtingsacties en de jaarlijkse activiteitenprogramma's waaraan subsidie is toegekend,

    c)

    de op initiatief van de Commissie opgezette activiteiten, zoals bedoeld in artikel 2, lid 1, onder c), van Verordening (EG) nr. 814/2000.

    Artikel 11

    Bekendmaking

    Jaarlijks wordt in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen een lijst bekendgemaakt van de begunstigden en de in het kader van deze verordening gefinancierde voorlichtingsactiviteiten met vermelding van het bedrag en het percentage financiële steun.

    Artikel 12

    Intrekking

    Verordening (EG) nr. 1557/2001 wordt ingetrokken. Zij blijft van toepassing op de voorlichtingsacties die de Commissie vóór de inwerkingtreding van deze verordening heeft goedgekeurd.

    Artikel 13

    Inwerkingtreding

    Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 12 december 2002.

    Voor de Commissie

    Franz FISCHLER

    Lid van de Commissie


    (1)  PB L 100 van 20.4.2000, blz. 7.

    (2)  PB L 205 van 31.7.2001, blz. 25.

    (3)  PB L 198 van 27.7.2002, blz. 29.

    (4)  PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103.


    Top