Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32000R2886

    Verordening (EG) nr. 2886/2000 van de Commissie van 27 december 2000 tot afwijking van artikel 31, lid 10, van Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten, wat betreft het bewijs van aankomst ter bestemming in geval van gedifferentieerde restituties en tot vaststelling van bepalingen betreffende de toepassing van het laagste eenheidsbedrag van de restitutie bij uitvoer van bepaalde zuivelproducten

    PB L 333 van 29.12.2000, p. 79–80 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 27/07/2002; opgeheven door 32002R1369

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2000/2886/oj

    32000R2886

    Verordening (EG) nr. 2886/2000 van de Commissie van 27 december 2000 tot afwijking van artikel 31, lid 10, van Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten, wat betreft het bewijs van aankomst ter bestemming in geval van gedifferentieerde restituties en tot vaststelling van bepalingen betreffende de toepassing van het laagste eenheidsbedrag van de restitutie bij uitvoer van bepaalde zuivelproducten

    Publicatieblad Nr. L 333 van 29/12/2000 blz. 0079 - 0080


    Verordening (EG) nr. 2886/2000 van de Commissie

    van 27 december 2000

    tot afwijking van artikel 31, lid 10, van Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten, wat betreft het bewijs van aankomst ter bestemming in geval van gedifferentieerde restituties en tot vaststelling van bepalingen betreffende de toepassing van het laagste eenheidsbedrag van de restitutie bij uitvoer van bepaalde zuivelproducten

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

    Gelet op Verordening (EG) nr. 1255 1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten(1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening {EG) nr. 1670/2000(2), en met name op artikel 31, leden 10 en 14,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1) In artikel 31, lid 10, derde streepje, van Verordening (EG) nr. 1255/1999 is bepaald dat, in geval van een gedifferentieerde restitutie, de restitutie wordt uitbetaald wanneer het bewijs wordt geleverd dat de producten de op het certificaat vermelde bestemming hebben bereikt of een andere bestemming waarvoor een restitutie wordt vastgesteld. Van deze regel kan worden afgeweken voorzover wordt voldaan aan bepaalde voorwaarden die gelijke waarborgen bieden.

    (2) Als de restitutie naar bestemming wordt gedifferentieerd, wordt op grond van artikel 18, leden 1 en 2, van Verordening (EG) nr. 800/1999 van de Commissie van 15 april 1999 houdende gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen van het stelsel van restituties bij uitvoer voor landbouwproducten(3), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1557/2000(4), een gedeelte van de restitutie, berekend aan de hand van het laagste eenheidsbedrag van de restitutie, op verzoek van de exporteur betaald zodra het bewijs wordt geleverd dat het product het douanegebied van de Gemeenschap heeft verlaten.

    (3) ln het kader van specifieke regelingen met bepaalde derde landen kan het eenheidsbedrag van de restitutie voor de uitvoer van bepaalde zuivelproducten naar die landen lager en soms zelfs veel lager zijn dan de restitutie die normaal van toepassing is. Het kan ook voorkomen dat geen restitutie wordt vastgesteld en dat het laagste eenheidsbedrag van de restitutie ook resulteert uit de niet-vaststelling van een restitutie.

    (4) Verordening (EG) nr. 2851/2000 van de Raad(5) betreft de vaststelling van bepaalde concessies in de vorm van communautaire tariefcontingenten voor bepaalde landbouwproducten en voorziet in de aanpassing, via een autonome overgangsmaatregel, van bepaalde landbouwconcessies die zijn opgenomen in de Europaovereenkomst met Polen. Een van deze concessies resulteert in een differentiëring van de restituties, vanaf 1 januari 2001, voor bepaalde producten van GN-code 0405 als gevolg van de afschaffing van de restituties voor deze producten bij uitvoer naar Polen.

    (5) In artikel 20 ter van Verordening (EG) nr. 174/1999 van de Commissie van 26 januari 1999 tot vaststelling van de specifieke uitvoeringsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 804/68 van de Raad inzake de uitvoercertificaten en de uitvoerrestituties in de sector melk en zuivelproducten(6), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2884/2000(7), is bepaald dat de marktdeelnemer bij de invoer van bepaalde producten van GN-code 0405 in Polen verplicht is aan de bevoegde autoriteiten een gewaarmerkte kopie van het uitvoercertificaat en de desbetreffende uitvoeraangifte over te leggen. Het uitvoercertificaat bevat specifieke vermeldingen waaruit blijkt dat voor de betrokken producten geen uitvoerrestitutie is verleend. De Poolse autoriteiten hebben zich ertoe verbonden na te gaan of het bepaalde in artikel 20 ter van Verordening (EG) nr. 174/1999 wordt nageleefd.

    (6) Derhalve moet bij de toepassing van de genoemde bepalingen van de Verordeningen (EG) nr. 1255/1999 en (EG) nr. 800/1999 met deze bijzondere regeling rekening worden gehouden, zodat de exporteurs bij hun handel met derde landen geen onnodige financiële lasten opgelegd worden. Daarom wordt bij de bepaling van het laagste eenheidsbedrag van de restitutie geen rekening gehouden met de eenheidsbedragen die zijn vastgesteld volgens de betrokken regels en voor de betrokken specifieke bestemming.

    (7) De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor melk en zuivelproducten,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    In afwijking van artikel 31, lid 10, derde streepje, van Verordening (EG) nr. 1255/1999 wordt voor de in artikel 1, onder e), van Verordening (EG) nr. 1255/1999 bedoelde producten van GN-code 0405 geen bewijs van aankomst ter bestemming verlangd.

    Artikel 2

    Het feit dat voor de in artikel 1, onder e), van Verordening (EG) nr. 1255/1999 bedoelde producten van GN-code 0405 met bestemming Polen geen restitutie is vastgesteld, wordt niet in aanmerking genomen bij de bepaling van het laagste eenheidsbedrag van de restitutie in de zin van artikel 18, lid 2, van Verordening (EG) nr. 800/1999.

    Artikel 3

    Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2001.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 27 december 2000.

    Voor de Commissie

    Franz Fischler

    Lid van de Commissie

    (1) PB L 160 van 26.6.1999, blz. 48.

    (2) PB L 193 van 29.7.2000, blz. 10.

    (3) PB L 102 van 17.4.1999, blz. 11.

    (4) PB L 179 van 18.7.2000, blz. 6.

    (5) PB L 332 van 28.12.2000, blz. 7.

    (6) PB L 20 van 27.1.1999, blz. 8.

    (7) Zie bladzijde 76 van dit Publicatieblad.

    Top