EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31993L0086

Richtlijn 93/86/EEG van de Commissie van 4 oktober 1993 tot aanpassing aan de technische vooruitgang van Richtlijn 91/157/EEG van de Raad inzake batterijen en accu's die gevaarlijke stoffen bevatten

PB L 264 van 23.10.1993, p. 51–52 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (FI, SV, CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL, BG, RO, HR)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 25/09/2008; stilzwijgende opheffing door 32006L0066

ELI: http://data.europa.eu/eli/dir/1993/86/oj

31993L0086

Richtlijn 93/86/EEG van de Commissie van 4 oktober 1993 tot aanpassing aan de technische vooruitgang van Richtlijn 91/157/EEG van de Raad inzake batterijen en accu's die gevaarlijke stoffen bevatten

Publicatieblad Nr. L 264 van 23/10/1993 blz. 0051 - 0052
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 13 Deel 25 blz. 0044
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 13 Deel 25 blz. 0044


RICHTLIJN 93/86/EEG VAN DE COMMISSIE van 4 oktober 1993 tot aanpassing aan de technische vooruitgang van Richtlijn 91/157/EEG van de Raad inzake batterijen en accu's die gevaarlijke stoffen bevatten

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 75/442/EEG van de Raad van 15 juli 1975 betreffende afvalstoffen (1), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 91/692/EEG (2), inzonderheid op artikel 18,

Gelet op Richtlijn 91/157/EEG van de Raad van 18 maart 1991 inzake batterijen en accu's die gevaarlijke stoffen bevatten (3), inzonderheid op artikel 10,

Overwegende dat het noodzakelijk is voor het in artikel 4 van Richtlijn 91/157/EEG bedoelde systeem van merktekens gedetailleerde voorschriften vast te stellen;

Overwegende dat het aanbrengen van merktekens op toestellen niet noodzakelijk is, aangezien in bijlage II van Richtlijn 91/157/EEG voor toestellen waarvan de batterijen of accu's niet gemakkelijk door de consument kunnen worden verwijderd, in een specifiek informatiesysteem is voorzien;

Overwegende dat er behoefte is aan een symbool waarmee duidelijk wordt gemaakt dat de inzameling van batterijen en accu's die onder Richtlijn 91/157/EEG vallen, gescheiden van die van het overige huishoudelijke afval dient te gebeuren;

Overwegende dat het gebruik van dit symbool voor batterijen en accu's die onder Richtlijn 91/157/EEG vallen, moet worden beschermd;

Overwegende dat de in deze richtlijn bedoelde maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité voor de aanpassing van de communautaire wetgeving op het gebied van afvalstoffen aan de wetenschappelijke en technische vooruitgang,

HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

1. De onderhavige richtlijn bevat de voorschriften voor het systeem van merktekens, als bedoeld in artikel 4 van Richtlijn 91/157/EEG, voor de batterijen en de accu's die onder laatstgenoemde richtlijn vallen en op of na 1 januari 1994 in de Gemeenschap voor de verkoop worden vervaardigd of ingevoerd.

2. De batterijen en de accu's bedoeld in lid 1, die vóór 1 januari 1994 in de Gemeenschap worden vervaardigd of ingevoerd, mogen tot en met 31 december 1995 zonder de in de artikelen 2 en 3 bedoelde symbolen in de handel worden gebracht.

Artikel 2

Het symbool voor gescheiden inzameling bestaat uit een doorgekruiste afbeelding van een minicontainer volgens de onderstaande tekeningen:

De keuze van het symbool dat op de onder Richtlijn 91/157/EEG vallende batterijen en accu's wordt aangebracht, wordt gemaakt door degene die krachtens artikel 5 voor het aanbrengen van de merktekens verantwoordelijk is. Het gebruik van hetzij het ene hetzij het andere symbool wordt in de Gemeenschap als gelijkwaardig beschouwd. De Lid-Staten informeren het publiek over de betekenis van beide symbolen en kennen deze in de nationale bepalingen betreffende batterijen en accu's dezelfde waarde toe. De keuze tussen beide symbolen mag niet leiden tot willekeurige discriminatie, noch tot verkapte handelsbeperkingen tussen de Lid-Staten.

Artikel 3

Het symbool voor het gehalte aan zware metalen bestaat uit het chemische symbool voor het betrokken metaal, dit wil zeggen Hg, Cd of Pb, naar gelang van de categorie batterijen of accu's als gedefinieerd in bijlage I van Richtlijn 91/157/EEG.

Artikel 4

1. Het in artikel 2 bedoelde symbool dient 3 % van de oppervlakte van de grootste zijde van de batterij of accu te bestrijken, met als maximale afmetingen 5 cm × 5 cm. Bij cilindrische batterijen dient het symbool 3 % van de helft van de manteloppervlakte van de cilinder te bestrijken, met als maximale afmetingen 5 cm × 5 cm.

Bij een zodanig formaat van de batterij of accu dat de afmetingen van het symbool minder dan 0,5 cm × 0,5 cm zouden bedragen, hoeft op de batterij of accu zelf geen merkteken te worden aangebracht, doch wordt een symbool van 1 cm × 1 cm op de verpakking gedrukt.

2. Het in artikel 3 bedoelde symbool wordt onder het in artikel 2 bedoelde symbool aangebracht. De oppervlakte ervan bedraagt ten minste één kwart van de oppervlakte van het in lid 1 van het onderhavige artikel bedoelde symbool.

3. De symbolen moeten zichtbaar, leesbaar en onuitwisbaar zijn.

Artikel 5

De Lid-Staten treffen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de merktekens met inachtneming van de bepalingen van deze richtlijn op de batterijen en accu's worden aangebracht door de fabrikant of door diens in de Gemeenschap gevestigde vertegenwoordiger of, indien deze ontbreekt, door degene die voor het op de nationale markt brengen verantwoordelijk is.

Artikel 6

Elke Lid-Staat treft de passende maatregelen om onverkort toepassing van alle bepalingen van de onderhavige richtlijn te waarborgen, met name wat het gebruik van de in de artikelen 2 en 3 bedoelde symbolen betreft. Hij stelt met name de sancties vast die bij inbreuk op de ter naleving van de onderhavige richtlijn vastgestelde maatregelen moeten worden toegepast; deze sancties dienen doeltreffend, evenredig en afschrikkend te zijn.

Artikel 7

De Lid-Staten stellen de nodige bepalingen vast om uiterlijk op 31 december 1993 aan deze richtlijn te voldoen. Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis.

Wanneer de Lid-Staten deze bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen naar de onderhavige richtlijn verwezen of wordt hiernaar verwezen bij de officiële bekendmaking van die bepalingen. De regels voor deze verwijzing worden vastgesteld door de Lid-Staten.

Artikel 8

Deze richtlijn is gericht tot de Lid-Staten.

Gedaan te Brussel, 4 oktober 1993.

Voor de Commissie

Yannis PALEOKRASSAS

Lid van de Commissie

(1) PB nr. L 194 van 25. 7. 1975, blz. 39.

(2) PB nr. L 377 van 31. 12. 1991, blz. 48.

(3) PB nr. L 78 van 26. 3. 1991, blz. 38.

Top