Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31991R0307

    Verordening (EEG) nr. 307/91 van de Raad van 4 februari 1991 betreffende de verscherping van de controles op bepaalde uitgaven ten laste van de afdeling Garantie van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw

    PB L 37 van 9.2.1991, p. 5–7 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

    Dit document is verschenen in een speciale editie. (FI, SV)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/12/1997

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1991/307/oj

    31991R0307

    Verordening (EEG) nr. 307/91 van de Raad van 4 februari 1991 betreffende de verscherping van de controles op bepaalde uitgaven ten laste van de afdeling Garantie van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw

    Publicatieblad Nr. L 037 van 09/02/1991 blz. 0005 - 0007
    Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 36 blz. 0128
    Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 36 blz. 0128


    VERORDENING ( EEG ) Nr . 307/91 VAN DE RAAD van 4 februari 1991 betreffende de verscherping van de controles op bepaalde uitgaven ten laste van de afdeling Garantie van het Europees Oriëntatie - en Garantiefonds voor de Landbouw

    DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 43,

    Gezien het voorstel van de Commissie,

    Gezien het advies van het Europese Parlement ( 1 ),

    Overwegende dat de Lid-Staten krachtens artikel 8 van Verordening ( EEG ) nr . 729/70 van de Raad van 21 april 1970 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid ( 2 ), laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 2048/88 ( 3 ), de nodige maatregelen moeten treffen om zich ervan te vergewissen dat de door het Europees Oriëntatie - en Garantiefonds voor de Landbouw ( EOGFL ) gefinancierde maatregelen daadwerkelijk en op regelmatige wijze zijn uitgevoerd, om onregelmatigheden te voorkomen en ter zake vervolging in te stellen en de als gevolg van onregelmatigheden of nalatigheden verloren gegane bedragen terug te vorderen;

    Overwegende dat de controles en de opsporing van fraude en onregelmatigheden op het gebied van de uitvoer van landbouwprodukten en van produkten die worden uitgevoerd in de vorm van goederen die niet onder bijlage II van het Verdrag vallen, alsmede in verband met maatregelen die gelden voor bepaalde sectoren of produkten, moeten worden verscherpt;

    Overwegende dat de Lid-Staten moeten worden aangemoedigd om op de betrokken gebieden maatregelen ter verscherping van de controles te nemen;

    Overwegende dat de kosten die daaraan zijn verbonden voor enkele Lid-Staten een hoge extra last op de begroting kunnen betekenen rekening houdend daarenboven met de verplichtingen inzake het type en de frequentie van de goederencontroles die zijn opgelegd in het kader van Verordening ( EEG ) nr . 386/90 ( 4 ) en dat derhalve dient te worden voorzien in de verlening van een financiële bijdrage door de Gemeenschap gedurende een bepaalde periode;

    Overwegende dat rekening dient te worden gehouden met de verschillen in administratieve structuur tussen de Lid-Staten; dat derhalve dient te worden toegestaan dat de Lid-Staten de verscherping van de controles op onderscheiden wijze regelen,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD : Artikel 1

    1 . Wanneer een Lid-Staat de maatregelen voor de controle en de opsporing van fraude en onregelmatigheden op het gebied van de uitvoer van landbouwprodukten en van produkten die worden uitgevoerd in de vorm van goederen die niet onder bijlage II van het Verdrag vallen, verscherpt overeenkomstig lid 2, neemt de Gemeenschap voor een periode van vijf jaar, ingaande op de eerste dag van de maand die volgt op de datum waarop deze verordening in werking treedt, een deel van de volgende bedragen voor haar rekening :

    - de voor de gehele Gemeenschap forfaitair vastgestelde bezoldiging van de in lid 2 bedoelde beambten die na de inwerkingtreding van deze verordening gecreëerde bijkomende ambten bekleden,

    - de kosten van opleiding en informatie van de beambten die zijn belast met de in lid 2 bedoelde taken,

    - de kosten van de materiële voorzieningen voor de beambten die zijn belast met de in lid 2 bedoelde taken,

    - de kosten van door erkende controlebureaus en laboratoria als bedoeld in lid 2 uitgevoerde controles,

    voor een totaal bedrag van ten hoogste 10 miljoen ecu per jaar .

    De financiële deelneming van de Gemeenschap beloopt 50 % voor de eerste drie jaren en 25 % voor het vierde en het vijfde jaar .

    De Commissie verdeelt het bedrag van deze deelneming jaarlijks over de Lid-Staten die daartoe een aanvraag indienen, naar evenredigheid van het gemiddelde van hun uitgaven voor restituties voor de uitvoer van landbouwprodukten en van landbouwprodukten die worden uitgevoerd in de vorm van goederen die niet onder bijlage II van het Verdrag vallen, welke uitgaven overeenkomstig artikel 101 van het Financieel Reglement van 21 december 1977 van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen ( 5 ), laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( Euratom, EGKS, EEG ) nr . 610/90 ( 6 ), in de rekening van de twee laatste begrotingsjaren zijn verantwoord . Wat Spanje en Portugal betreft, is het voor de uitgaven voor restituties vastgestelde bedrag de eerste drie jaar echter ten minste gelijk aan twee derde van het bedrag dat onderscheidenlijk voor Italië en Griekenland in aanmerking wordt genomen .

    2 . De in lid 1 bedoelde verscherping kan inhouden dat :

    - beambten worden aangesteld met als specifieke taak :

    - de kwantitatieve en kwalitatieve controle van produkten die voor uitvoer zijn bestemd, met het oog op de toekenning van restituties,

    - de opsporing van en het instellen van vervolging wegens fraude en onregelmatigheden op de in lid 1 bedoelde gebieden;

    - erkende, in controle gespecialiseerde bureaus of erkende laboratoria worden belast met :

    - de kwantitatieve en kwalitatieve controle van produkten die voor uitvoer zijn bestemd, met het oog op de toekenning van restituties,

    - de controle op de invoer van de betrokken produkten in de derde landen van bestemming .

    3 . De in lid 2 bedoelde controlebureaus en laboratoria moeten afdoende waarborgen geven ten aanzien van hun onafhankelijkheid . Zij mogen met name niet als exporteur, douane-expediteur, vervoerder of agent in de Gemeenschap of een derde land, geadresseerde, opslagbedrijf of op enige andere wijze die aanleiding zou kunnen geven tot een belangenconflict, betrokken zijn bij de te controleren verrichtingen noch bij soortgelijke werkzaamheden die verband houden met uitvoer . Artikel 2

    1 . Wanneer een Lid-Staat beschikt over één of meer diensten, diensttakken of bureaus die in het bijzonder zijn belast met de controle op één of meer van de in lid 2 genoemde maatregelen en met de opsporing van en het instellen van vervolging wegens fraude en onregelmatigheden in dat verband, of dergelijke diensten of bureaus opricht, neemt de Gemeenschap voor een periode van vijf jaar, ingaande op de eerste dag van de maand die volgt op de datum waarop deze verordening in werking treedt, een deel van de volgende bedragen voor haar rekening :

    - de voor de gehele Gemeenschap forfaitair vastgestelde bezoldiging van de beamten van die dienst of dat bureau die na de inwerkingtreding van deze verordening gecreëerde bijkomende ambten bekleden,

    - de kosten van opleiding en informatie van de bij deze dienst of dit bureau tewerkgestelde beambten,

    - de kosten van de nodige materiële voorzieningen voor de bij deze dienst of dit bureau tewerkgestelde beambten,

    voor een totaal bedrag van ten hoogste 10 miljoen ecu per jaar .

    De financiële deelneming van de Gemeenschap beloopt 50 % voor de eerste drie jaar en 25 % voor het vierde en vijfde jaar .

    De Commissie verdeelt het bedrag van deze deelneming jaarlijks over de Lid-Staten die daartoe een aanvraag indienen, naar evenredigheid van het gemiddelde van hun uitgaven voor de in lid 2 bedoelde maatregelen, welke uitgaven overeenkomstig artikel 101 van het Financieel Reglement van 21 december 1977 in de rekening van de twee laatste begrotingsjaren zijn verantwoord . Wat Spanje en Portugal betreft, is het voor de uitgaven in verband met deze maatregelen vastgestelde bedrag de eerste drie jaren echter ten minste gelijk aan tweederde van het bedrag dat voor onderscheidenlijk Italië en Griekenland in aanmerking wordt genomen .

    2 . De in lid 1 bedoelde controle kan betrekking hebben op :

    a ) de steun per hectare,

    b ) de steun voor het uit produktie nemen van landbouwgrond,

    c ) de premies in de sectoren rundvlees en schape - en geitevlees,

    d ) de steun voor oliehoudende zaden,

    e ) de maatregelen in de wijnsector,

    f ) de maatregelen in de sector groenten en fruit,

    g ) de maatregelen in de sector tabak,

    h ) de maatregelen voor rozijnen en krenten,

    i ) de steun voor katoen .

    3. Het in lid 1 bedoelde bureau is administratief en financieel zelfstandig . Het beslist volledig onafhankelijk van de bestaande administratieve structuur over de indienstneming van personeel, de organisatie van zijn werkzaamheden en de wijze van uitvoering van zijn taken en verricht ook zelfstandig alle daarmee verband houdende betalingen, onverminderd het door de Lid-Staat uitgeoefende algemene toezicht .

    De status van het bureau moet zijn onafhankelijkheid garanderen ten opzichte van diegenen aan wie de gecontroleerde maatregel, zelfs indirect, ten goede komt of van hun vertegenwoordigers, alsmede ten opzichte van de betrokken sector van het bedrijfsleven .

    De Lid-Staat verleent het bureau de nodige bevoegdheden om zijn taken in het kader van het bepaalde in lid 1 te vervullen . Artikel 3

    De financiële bijdrage van de Gemeenschap op grond van deze verordening mag niet worden gecumuleerd met die welke op de in de artikelen 1 en 2 bedoelde gebieden wordt verleend krachtens andere verordeningen, en met name :

    - Verordening ( EEG ) nr . 283/72 van de Raad van 7 februari 1972 betreffende onregelmatigheden in het kader van de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en terugvordering van bedragen die in dat kader onverschuldigd zijn betaald, alsmede de organisatie van een informatiesysteem op dat gebied ( 7 );

    - Verordening ( EEG ) nr . 765/85 van de Raad van 12 maart 1985 betreffende de versterking van de kwaliteitscontrolediensten voor landbouwprodukten in Griekenland ( 8 );

    - Verordening ( EEG ) nr . 2048/89 van de Raad van 19 juni 1989 houdende algemene regels met betrekking tot de controles in de wijnbouwsector ( 9 );

    - Verordening ( EEG ) nr . 4045/89 van de Raad van 21 december 1989 inzake de door de Lid-Staten uit te voeren controles op de verrichtingen in het kader van de financieringsregeling van de afdeling Garantie van het Europees Oriëntatie - en Garantiefonds voor de Landbouw en houdende intrekking van Richtlijn 77/435/EEG ( 10 ). Artikel 4

    In deze verordening wordt onder "bezoldiging" van de beambten verstaan hun salaris, na aftrek van belastingen en fiscale heffingen, vermeerderd met de door hen voor de vervulling van hun taak gemaakte reiskosten . Deze bezoldiging wordt voor de gehele Gemeenschap forfaitair op hetzelfde bedrag vastgesteld op basis van de standaardsalarissen voor soortgelijke functies in de Lid-Staten . Artikel 5

    De kosten van de materiële voorzieningen omvatten in het bijzonder de kosten van aanschaf of huur van apparatuur voor informatieverwerking en kantoorautomatisering en van vervoermiddelen, met uitsluiting echter van de normale kantoorvoorzieningen . Artikel 6

    Het jaarlijkse bedrag van de kosten die de Gemeenschap voor haar rekening neemt, wordt door de Commissie vastgesteld op basis van de door de Lid-Staten verstrekte gegevens . Op verzoek van de Lid-Staten kan de Commissie een voorschot op haar definitieve bijdrage uitkeren . Artikel 7

    De bepalingen ter uitvoering van deze verordening en met name de forfaitaire bedragen bedoeld in artikel 1, lid 1, en artikel 2, lid 1, de voorschriften met betrekking tot de in artikel 1, lid 2, bedoelde erkende bureaus of laboratoria en die met betrekking tot het in artikel 2 bedoelde bureau worden vastgesteld volgens de procedure van artikel 13 van Verordening ( EEG ) nr . 729/70 . Artikel 8

    De in ecu en in nationale valuta uitgedrukte bedragen worden omgerekend op basis van de in de C-reeks van het Publikatieblad van de Europese Gemeenschapen bekendgemaakte wisselkoersen die van kracht zijn op de eerste werkdag van het kalenderjaar waarin iedere twaalfmaandelijkse periode van toepassing van deze verordening begint . Artikel 9

    Ieder jaar vóór 30 september evalueert de Commissie de resultaten van de door de Gemeenschap voor een deel gefinancierde maatregelen, aan de hand van een verslag dat de betrokken Lid-Staten moeten indienen vóór 30 juni van het jaar volgend op het jaar waarin de uitgaven zijn gedaan .

    Een gedetailleerde evaluatie van de resultaten wordt opgenomen in het jaarlijks financieel rapport voorzien in artikel 10 van Verordening ( EEG ) nr . 729/70 . Artikel 10

    Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen . Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat .

    Gedaan te Brussel, 4 februari 1991 . Voor de Raad

    De Voorzitter

    R . STEICHEN ( 1 ) PB nr . C 324 van 24 . 12 . 1990 . ( 2 ) PB nr . L 94 van 28 . 4 . 1970, blz . 13 . ( 3 ) PB nr . L 185 van 15 . 7 . 1988, blz . 1 . ( 4 ) PB nr . L 42 van 16 . 2. 1990, blz . 6 . ( 5 ) PB nr . L 356 van 31 . 12 . 1977, blz . 1 . ( 6 ) PB nr . L 70 van 16 . 3 . 1990, blz . 1 . ( 7 ) PB nr . L 36 van 10 . 2. 1972, blz . 1 . ( 8 ) PB nr . L 86 van 27 . 3 . 1985, blz . 5 . ( 9 ) PB nr . L 202 van 14 . 7 . 1989, blz . 32 . ( 10 ) PB nr . L 388 van 30 . 12 . 1989, blz . 18 .

    Top