EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31987D0373

87/373/EEG: Besluit van de Raad van 13 juli 1987 tot vaststelling van de voorwaarden die gelden voor de uitoefening van aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden

PB L 197 van 18.7.1987, p. 33–35 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (FI, SV)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 17/07/1999

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/1987/373/oj

31987D0373

87/373/EEG: Besluit van de Raad van 13 juli 1987 tot vaststelling van de voorwaarden die gelden voor de uitoefening van aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden

Publicatieblad Nr. L 197 van 18/07/1987 blz. 0033 - 0035
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 1 Deel 2 blz. 0072
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 1 Deel 2 blz. 0072


*****

BESLUIT VAN DE RAAD

van 13 juli 1987

tot vaststelling van de voorwaarden die gelden voor de uitoefening van aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden

(87/373/EEG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 145,

Gezien het voorstel van de Commissie (1),

Gezien het advies van het Europese Parlement (2),

Overwegende dat de Raad in de besluiten die hij aanneemt, de Commissie de bevoegdheden verleent ter uitvoering van de regels die hij stelt; dat hij de uitoefening van deze bevoegdheden aan bepaalde voorwaarden kan onderwerpen en dat hij zich ook het recht kan voorbehouden in bijzondere gevallen bepaalde uitvoeringsbevoegdheden rechtstreeks uit te oefenen;

Overwegende dat, om de doeltreffendheid van de besluitvorming in de Gemeenschap te vergroten, de soorten voorwaarden die de Raad in de toekomst kan hanteren, dienen te worden beperkt; dat bijgevolg een aantal regels moet worden vastgesteld waaraan alle nieuwe voorschriften moeten beantwoorden die voorwaarden bevatten voor de uitoefening van de door de Raad aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden;

Overwegende dat dit besluit geen afbreuk mag doen aan de voorwaarden die gelden voor de uitoefening van de bevoegdheden van de Commissie die zijn vervat in besluiten welke zijn vastgesteld vóór de inwerkingtreding van het onderhavige besluit en dat het mogelijk moet zijn om bij wijziging of verlenging van dergelijke besluiten die voorwaarden aan te passen aan de voorwaarden van het onderhavige besluit, dan wel de bestaande voorwaarden te handhaven,

BESLUIT:

Artikel 1

Met uitzondering van de bijzondere gevallen waarin de Raad zich het recht voorbehoudt om uitvoeringsbevoegdheden rechtstreeks uit te oefenen, verleent de Raad in de besluiten die hij neemt, de Commissie de bevoegdheden ter uitvoering van de regels die hij stelt. De Raad stelt de belangrijkste elementen van die bevoegdheden vast.

De Raad kan de uitoefening van deze bevoegdheden onderwerpen aan voorwaarden die in overeenstemming moeten zijn met de procedures van de artikelen 2 en 3.

Artikel 2

PROCEDURE I

De Commissie wordt bijgestaan door een comité van raadgevende aard, bestaande uit vertegenwoordigers van de Lid-Staten en voorgezeten door de vertegenwoordiger van de Commissie.

De vertegenwoordiger van de Commissie legt het comité een ontwerp voor van de te nemen maatregelen. Het comité brengt binnen een termijn die de Voorzitter kan vaststellen naar gelang van de urgentie van de materie advies uit over dit ontwerp, zo nodig door middel van een stemming.

Het advies wordt in de notulen opgenomen; voorts heeft iedere Lid-Staat het recht te verzoeken dat zijn standpunt in de notulen wordt opgenomen.

De Commissie houdt zoveel mogelijk rekening met het door het comité uitgebrachte advies. Zij brengt het comité op de hoogte van de wijze waarop zij rekening heeft gehouden met zijn advies.

PROCEDURE II

De Commissie wordt bijgestaand door een comité bestaande uit vertegenwoordigers van de Lid-Staten en voorgezeten door de vertegenwoordiger van de Commissie.

De vertegenwoordiger van de Commissie legt het comité een ontwerp voor van de te nemen maatregelen. Het comité brengt advies uit over dit ontwerp binnen een termijn die de Voorzitter kan vaststellen naar gelang van de urgentie van de materie. Het comité spreekt zich uit met de meerderheid van stemmen die in artikel 148, lid 2, van het Verdrag is voorgeschreven voor de aanneming van de besluiten die de Raad op voorstel van de Commissie dient te nemen. Bij stemming in het comité worden de stemmen van de vertegenwoordigers van de Lid-Staten gewogen overeenkomstig genoemd artikel. De Voorzitter neemt niet aan de stemming deel.

De Commissie stelt maatregelen vast die onmiddellijk van toepassing zijn. Indien deze maatregelen echter niet in overeenstemming zijn met het advies dat het comité heeft uitgebracht, worden zij onverwijld door de Commissie ter kennis van de Raad gebracht. In dat geval:

Variant a)

kan de Commissie de toepassing van de maatregelen waartoe zij heeft besloten voor ten hoogste één maand na deze kennisgeving uitstellen.

De Raad kan binnen de in de voorgaande alinea genoemde termijn met een gekwalificeerde meerderheid van stemmen een andersluidend besluit nemen.

Variant b)

stelt de Commissie de toepassing van de maatregelen waartoe zij heeft besloten uit voor een termijn die in ieder besluit van de Raad zal worden vastgesteld, maar in geen geval voor meer dan drie maanden na de datum van kennisgeving.

De Raad kan binnen de in de voorgaande alinea genoemde termijn met een gekwalificeerde meerderheid van stemmen een andersluidend besluit nemen.

PROCEDURE III

De Commissie wordt bijgestaan door een comité bestaande uit vertegenwoordigers van de Lid-Staten en voorgezeten door de vertegenwoordiger van de Commissie.

De vertegenwoordiger van de Commissie legt het comité een ontwerp voor van de te nemen maatregelen. Het comité brengt advies uit over dit ontwerp binnen een termijn die de Voorzitter kan vaststellen naar gelang van de urgentie van de materie. Het comité spreekt zich uit met de meerderheid van stemmen die in artikel 148, lid 2, van het Verdrag is voorgeschreven voor de aanneming van de besluiten die de Raad op voorstel van de Commissie dient te nemen. Bij de stemming in het comité worden de stemmen van de vertegenwoordigers van de Lid-Staten gewogen overeenkomstig genoemd artikel. De Voorzitter neemt niet aan de stemming deel.

De Commissie stelt de beoogde maatregelen vast wanneer zij in overeenstemming zijn met het advies van het comité.

Wanneer de beoogde maatregelen niet in overeenstemming zijn met het advies van het comité of indien geen advies is uitgebracht, dient de Commissie onverwijld bij de Raad een voorstel in betreffende de te nemen maatregelen. De Raad besluit met gekwalificeerde meerderheid van stemmen.

Variant a)

Indien de Raad, na verloop van een termijn die in elk door de Raad uit hoofde van deze paragraaf te nemen besluit zal worden vastgesteld, maar die in geen geval langer kan zijn dan drie maanden na de indiening van het voorstel bij de Raad, geen besluit heeft genomen, worden de voorgestelde maatregelen door de Commissie vastgesteld.

Variant b)

Indien de Raad, na verloop van een termijn die in elk door de Raad uit hoofde van deze paragraaf te nemen besluit zal worden vastgesteld, maar die in geen geval langer kan zijn dan drie maanden na de indiening van het voorstel bij de Raad, geen besluit heeft genomen, worden de voorgestelde maatregelen door de Commissie vastgesteld, behalve wanneer de Raad zich met gewone meerderheid van stemmen tegen genoemde maatregelen heeft uitgesproken.

Artikel 3

Wanneer de Raad aan de Commissie de bevoegdheid verleent om een besluit te nemen over vrijwaringsmaatregelen kan de onderstaande procedure worden gevolgd:

- wanneer de Commissie besluit om vrijwaringsmaatregelen te nemen, stelt zij de Raad en de Lid-Staten hiervan in kennis.

Er kan worden voorgeschreven dat de Commissie de Lid-Staten volgens een per geval te bepalen procedure raadpleegt voordat zij haar besluit neemt.

- iedere Lid-Staat kan het besluit van de Commissie binnen een in het betrokken besluit van de Raad te bepalen termijn aan de Raad voorleggen.

Variant a)

De Raad kan binnen een in zijn betrokken besluit te bepalen termijn met gekwalificeerde meerderheid van stemmen een andersluidend besluit nemen.

Variant b)

De Raad kan het besluit van de Commissie met gekwalificeerde meerderheid van stemmen bevestigen, wijzigen of intrekken. Indien de Raad binnen een in zijn betrokken besluit te bepalen termijn geen besluit heeft genomen, wordt het besluit van de Commissie geacht te zijn ingetrokken. Artikel 4

Dit besluit doet geen afbreuk aan de voorwaarden die gelden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende bevoegdheden die zijn vervat in besluiten die vóór de inwerkingtreding van onderhavig besluit zijn genomen.

In geval van wijziging of verlenging van dergelijke besluiten kan de Raad de in die besluiten vervatte procedures aanpassen om deze in overeenstemming te brengen met die van de artikelen 2 en 3, dan wel de bestaande procedures handhaven.

Artikel 5

De Raad gaat over tot een heronderzoek van de in dit besluit bedoelde procedures op basis van een door de Commissie vóór 31 december 1990 in te dienen rapport.

Gedaan te Brussel, 13 juli 1987.

Voor de Raad

De Voorzitter

P. SIMONSEN

(1) PB nr. C 70 van 25. 3. 1986, blz. 6.

(2) PB nr. C 297 van 24. 11. 1986, blz. 94.

Top