EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31984R3220

Verordening (EEG) nr. 3220/84 van de Raad van 13 november 1984 tot vaststelling van het communautaire indelingsschema voor geslachte varkens

PB L 301 van 20.11.1984, p. 1–3 (DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (ES, PT, FI, SV, CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL, BG, RO)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/12/2008; opgeheven door 32007R1234

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1984/3220/oj

31984R3220

Verordening (EEG) nr. 3220/84 van de Raad van 13 november 1984 tot vaststelling van het communautaire indelingsschema voor geslachte varkens

Publicatieblad Nr. L 301 van 20/11/1984 blz. 0001 - 0003
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 18 blz. 0068
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 03 Deel 32 blz. 0195
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 18 blz. 0068
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 03 Deel 32 blz. 0195


*****

VERORDENING (EEG) Nr. 3220/84 VAN DE RAAD

van 13 november 1984

tot vaststelling van het communautaire indelingsschema voor geslachte varkens

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2759/75 van de Raad van 29 oktober 1975 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector varkensvlees (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2966/80 (2), inzonderheid op artikel 2 en artikel 4, lid 5,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende dat jaarlijks vóór 1 augustus een basisprijs moet worden vastgesteld voor geslachte varkens van een standaardkwaliteit volgens een communautair indelingsschema voor geslachte varkens;

Overwegende dat derhalve algemene regels moeten worden vastgesteld die een uniforme indeling van de geslachte varkens garanderen om te bereiken dat aan de producenten een billijke prijs wordt betaald op basis van het gewicht en de samenstelling van de door hen aan het slachthuis geleverde varkens; dat deze indeling voorts de doorzichtigheid van de markt met betrekking tot de handel in geslachte varkens moet bevorderen;

Overwegende dat de waarde van een geslacht varken inzonderheid wordt bepaald door het aandeel mager vlees dat het in verhouding tot zijn gewicht bevat; dat de beoordeling van het aandeel mager vlees op basis van de objectieve berekening van het gewicht van het geslachte varken en van de dikte van het rugspek, en van de subjectieve beoordeling van de gespierdheid in de belangrijke delen van het geslachte varken, de grondslag kan vormen voor een correcte bepaling van deze waarde; dat de subjectieve beoordeling van de gespierdheid evenwel ook kan leiden tot aanzienlijke verschillen bij de waardebepaling; dat derhalve in de gehele Gemeenschap het beginsel moet worden ingevoerd van de directe constatering van het aandeel mager vlees, gebaseerd op objectieve metingen van één of meer anatomische delen van het geslachte varken, zonder daarom het eventuele gebruik van aanvullende criteria voor de vaststelling van de handelswaarde ervan uit te sluiten;

Overwegende dat voor de onderlinge vergelijkbaarheid van de beoordelingsresultaten een nauwkeurige omschrijving van de aanbiedingsvorm, van het gewicht en van het aandeel mager vlees van de geslachte varkens moet worden gegeven;

Overwegende dat, wegens het uiteenlopend karakter van de varkensvleesproduktie in de Gemeenschap, de geslachte varkens naar gelang van het aandeel mager vlees in vijf handelsklassen moeten worden ingedeeld met verschillen van 5 % mager vlees; dat het evenwel wenselijk is dat de Lid-Staten een extra klasse met een hoog percentage mager vlees kunnen toevoegen;

Overwegende dat de juiste toepassing van de methoden ter beoordeling van het aandeel mager vlees stelselmatig moet kunnen worden gecontroleerd; dat de doorzichtigheid van de markt bovendien moet worden bevorderd door het merken van de geslachte varkens naar gelang van het aandeel mager vlees;

Overwegende dat voor het uitvoeren van gemeenschappelijke prijsnoteringen voor geslachte varkens die vergelijkbaar zijn met de voor de standaardkwaliteit geldende basisprijs, moet worden uitgegaan van het communautaire indelingsschema, inzonderheid voor het bepalen van de in artikel 4 van Verordening (EEG) nr. 2759/75 bedoelde gemiddelde prijs voor geslachte varkens;

Overwegende dat het naar aanleiding van deze wijzigingen dienstig is alle regels te dezer zake te codificeren en bijgevolg Verordening (EEG) nr. 2760/75 van de Raad van 29 oktober 1975 tot vaststelling van het communautaire indelingsschema voor geslachte varkens (3) in te trekken;

Overwegende evenwel dat het, gezien de uiteenlopende structuren van de slachthuizen en de verschillende daar gevolgde werkwijzen, onmogelijk is om het nieuwe indelingsschema voor geslachte varkens gelijk

tijdig in de gehele Gemeenschap toe te passen; dat het bijgevolg noodzakelijk is toe te staan dat sommige Lid-Staten gedurende een overgangsperiode de in Verordening (EEG) nr. 2760/75 bedoelde methode voor de indeling van geslachte varkens blijven toepassen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING

VASTGESTELD:

Artikel 1

1. Bij deze verordening wordt het communautaire indelingsschema vastgesteld voor geslachte varkens, met uitzondering van dieren die voor het fokken gebruikt zijn.

2. Het in lid 1 bedoelde indelingsschema wordt in alle slachthuizen gebruikt voor de indeling van alle geslachte dieren, ten einde inzonderheid een billijke betaling aan de producenten mogelijk te maken op basis van het gewicht en de samenstelling van de door hen aan het slachthuis geleverde varkens.

De Lid-Staten mogen echter besluiten om de toepassing van dit indelingsschema niet verplicht te stellen

- in slachtbedrijven waarvan zij het maximale aantal verrichte slachtingen vaststellen; dit aantal mag een gemiddelde van 200 varkens per week op jaarbasis niet overschrijden,

- in slachtbedrijven die enkel in hun eigen bedrijf geboren en gemeste varkens slachten en alle geslachte dieren versnijden.

In dat geval geven de Lid-Staten de Commissie kennis van hun besluit, in voorkomend geval onder vermelding van het maximale aantal slachtingen dat kan worden verricht in elk slachtbedrijf dat van de toepassing van het communautaire indelingsschema is vrijgesteld.

Artikel 2

1. In deze verordening wordt verstaan onder geslacht varken, het geslachte dier, na verbloeding en verwijdering van de ingewanden, geheel of in twee helften verdeeld, zonder tong, borstels, hoeven en geslachtsorganen, maar met het niervet, de nieren en het middenrif.

Aan de Lid-Staten kan voor de op hun grondgebied geslachte varkens toelating worden verleend een andere aanbiedingsvorm van geslachte varkens vast te stellen:

- indien de normale handelspraktijk op hun grondgebied afwijkt van de in de eerste alinea omschreven standaardaanbiedingsvorm, of

- indien dit op grond van technische eisen gerechtvaardigd is.

2. In deze verordening wordt verstaan onder gewicht, het koud geslacht gewicht in de in lid 1, eerste alinea, omschreven aanbiedingsvorm.

Het geslachte dier wordt zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk 45 minuten nadat het varken is gestoken, gewogen. Het koud geslacht gewicht wordt berekend door op het verkregen resultaat een verwerkingscoëfficiënt toe te passen.

Indien in een bepaald slachthuis deze termijn van 45 minuten in het algemeen niet in acht kan worden genomen, wordt de in de tweede alinea genoemde coëfficiënt dienovereenkomstig aangepast.

3. In deze verordening wordt verstaan onder aandeel mager vlees van een geslacht varken, de verhouding tussen

- het gewicht van alle door volledige versnijding van het geslachte varken verkregen dwarsgestreepte spieren, voor zover deze spieren met behulp van een mes kunnen worden afgescheiden, enerzijds, en

- het gewicht van het geslachte dier anderzijds.

Het aandeel mager vlees wordt beoordeeld aan de hand van toegelaten indelingsmethoden. Alleen methoden waarbij op statistisch verantwoorde wijze een raming wordt gemaakt uitgaande van materiële metingen van een of meer anatomische delen van het geslachte varken, kunnen worden toegelaten. De indelingsmethoden mogen slechts worden toegelaten indien een maximale foutenmarge niet wordt overschreden.

Artikel 3

1. De geslachte varkens worden bij het wegen ingedeeld naar gelang van het geraamde aandeel mager vlees.

De handelswaarde van de geslachte varkens wordt evenwel niet enkel door het geraamde aandeel mager vlees bepaald.

2. Het volgende indelingsschema is van toepassing:

1.2 // // // Geraamd aandeel mager vlees in procenten van het gewicht van het geslachte dier // Klasse // // // 55 en meer // E // 50 tot minder dan 55 // U // 45 tot minder dan 50 // R // 40 tot minder dan 45 // O // minder dan 40 // P // //

3. Op grond van de kenmerken van hun varkensproduktie kunnen de Lid-Staten voor de op hun grondgebied geslachte varkens een afzonderlijke klasse met 60 % en meer mager vlees invoeren die aangeduid wordt met de letter S. Indien zij van deze mogelijkheid gebruik maken stellen zij de Commissie hiervan in kennis.

4. De bepalingen van dit artikel laten voor op het grondgebied van een Lid-Staat geslachte varkens het gebruik van aanvullende beoordelingscriteria naast die van het gewicht en het geraamde aandeel mager vlees onverlet. Artikel 4

1. Onmiddellijk na te zijn ingedeeld worden de geslachte varkens gemerkt naar gelang van de aanduiding van de in artikel 3 vastgestelde klassen of volgens het percentage dat het geraamde aandeel mager vlees weergeeft, op voorwaarde dat het merken in het tweede geval het mogelijk maakt de geslachte dieren in de in artikel 3 genoemde klassen onder te brengen.

Onverminderd de eerste alinea mag een merkteken met vermelding van het gewicht van het geslachte dier of met andere gewenst geachte vermeldingen op het geslachte varken worden aangebracht.

2. In afwijking van lid 1 mogen de Lid-Staten bepalen dat geslachte varkens niet worden gemerkt indien een verklaring wordt opgesteld met voor elk geslacht dier ten minste:

- de identificatie,

- het warm geslacht gewicht, en

- het geraamde aandeel mager vlees.

Deze verklaring moet vier weken worden bewaard en op de datum van opstelling als origineel worden gewaarmerkt door een met deze controlefunctie belaste persoon.

Om zonder verdere verwerking in een andere Lid-Staat te worden verhandeld moeten de geslachte dieren echter worden gemerkt volgens de in artikel 3 vastgestelde passende klasse-aanduiding of volgens het percentage dat het aandeel mager vlees weergeeft.

3. Onverminderd artikel 2, lid 1, tweede alinea, mag van het geslachte dier geen vetweefsel, spierweefsel of ander weefsel worden weggenomen voordat het dier is gewogen, ingedeeld en gemerkt.

Artikel 5

1. De toepassingsbepalingen van deze verordening, en met name die van artikel 2, betreffende:

- de omrekening van verschillende aanbiedingsvormen in een standaardaanbiedingsvorm van de geslachte dieren,

- de omrekening van warm geslacht gewicht naar koud geslacht gewicht, en

- de voorwaarden voor de toelating van de indelingsmethoden,

worden vastgesteld volgens de procedure van artikel 24 van Verordening (EEG) nr. 2759/75.

2. De in artikel 2, lid 1, tweede alinea, en lid 3, tweede alinea, bedoelde toelating wordt verleend volgens de procedure van artikel 24 van Verordening (EEG) nr. 2759/75.

Artikel 6

Verordening (EEG) nr. 2760/75 wordt ingetrokken.

Tot en met 31 december 1988 mogen de Lid-Staten evenwel, in plaats van het indelingsschema van deze verordening, het indelingsschema voor geslachte varkens dat is vastgesteld in de in de eerste alinea bedoelde verordening, blijven toepassen.

Artikel 7

Deze verordening treedt in werking op 1 januari 1985.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 13 november 1984.

Voor de Raad

De Voorzitter

A. DEASY

(1) PB nr. L 282 van 1. 11. 1975, blz. 1.

(2) PB nr. L 307 van 18. 11. 1980, blz. 5.

(3) PB nr. L 282 van 1. 11. 1975, blz. 10.

Top