31983D0398

++++

BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 29 juni 1983

inzake de steun die de Nederlandse Regering voornemens in aan de ijzer - en staalindustrie te verlenen

( Slechts de tekst in de Nederlandse taal is authentiek )

( 83/398/EGKS )

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal ,

Gelet op Beschikking nr . 2320/81/EGKS van de Commissie van 7 augustus 1981 tot invoering van communautaire regels voor steun aan de ijzer - en staalindustrie ( 1 ) , en met name op artikel 8 , lid 3 ,

Na de belanghebbenden overeenkomstig artikel 8 , lid 3 , van genoemde beschikking te hebben aangemaand hun opmerkingen te maken ( 2 ) en gezien deze opmerkingen ,

I

Overwegende dat de Nederlandse Regering de Commissie bij schrijven van 30 september 1982 in kennis heeft gesteld van haar voornemen steun te verlenen aan de ijzer - en staalbedrijven Hoogovens en Nedstaal ; dat de Commissie na een eerste onderzoek van de verenigbaarheid van deze steun met de criteria in de artikelen 2 , 3 , 5 en 7 van Beschikking nr . 2320/81/EGKS , op grond van de haar verstrekte informatie tot de conclusie is gekomen dat het herstructureringsprogramma voor de Nederlandse ijzer - en staalindustrie zou neerkomen op een lichte verhoging van de capaciteiten voor warmgewalste produkten tussen 1980 en 1985 ; dat zij derhalve de procedure van artikel 8 , lid 3 , van Beschikking nr . 2320/81/EGKS heeft ingeleid ten aanzien van de betrokken steun ; dat zij te dien einde op 30 november 1982 een brief tot de Nederlandse Regering heeft gericht , waarbij zij deze aanmaande haar opmerkingen te maken ;

II

Overwegende dat de Nederlandse Regering in haar schrijven van 30 december 1982 in antwoord op de brief van de Commissie met name heeft gesteld dat :

- de reeds tot stand gebrachte capaciteitsverhogingen , die voortvloeien uit investeringen ten aanzien waarvan door de Commissie een gunstig advies was gegeven , niet in aanmerking dienden te worden genomen bij de beoordeling van de aangemelde steunmaatregelen ;

- de onderneming Nedstaal om redenen van marktstrategie geen capaciteitsvermindering door sluiting of wijziging van haar installaties zou kunnen accepteren ;

- de geringe intensiteit van de in het verleden verleende en voor de toekomst voorziene steun een geringere capaciteitsvermindering in Nederland dan in de andere Lid-Staten zou rechtvaardigen ;

Overwegende dat twee andere Lid-Staten en een beroepsorganisatie het in hun antwoorden over het algemeen eens waren met de conclusies van de Commissie ;

III

Overwegende dat de door de Nederlandse Regering voorgenomen steunmaatregelen bestaan uit :

- investeringssteun

- subsidies van 212 miljoen Fl . ;

- een lening tegen marktrente van 150 miljoen Fl . ;

- een lening tegen verlaagde rente van 24 miljoen Fl . ;

- een deelneming van 130 miljoen Fl . ( die geacht moet worden een steunelement in te houden , indien de inschrijvingsprijs de notering van de aandelen van de onderneming ter beurze zou overschrijden ) ;

- staatsgaranties voor eventuele EGKS-leningen ;

- bedrijfssteun

een kapitaalkrediet van 570 miljoen Fl . ;

Overwegende dat de Nederlandse Regering als tegenprestatie een nettocapaciteitsvermindering met 250 000 ton warmgewalste produkten , onder andere voortvloeiende uit de sluiting van de groep van Demka , heeft aangeboden ;

IV

Overwegende dat in artikel 2 , lid 1 , tweede streepje , van Beschikking nr . 2320/81/EGKS is bepaald dat het herstructureringsprogramma van gesteunde ondernemingen moet leiden tot een vermindering van hun totale produktiecapaciteit ; dat uit de van Nederlandse zijde sinds de kennisgeving aangebrachte wijzigingen een capaciteitsvermindering met 250 000 ton warmgewalste produkten tussen 1980 en 1985 blijkt ;

Overwegende dat in artikel 3 , lid 1 , tweede streepje , en in artikel 5 , lid 1 , derde streepje , is bepaald dat het bedrag en de intensiteit van de investerings - en bedrijfssteun moeten worden gerechtvaardigd door de omvang van de herstructurering ; dat het bovendien gewenst is een billijke verdeling te waarborgen van de capaciteitsverminderingen die vereist zijn om op Gemeenschapsniveau met betrekking tot warmgewalste produkten een vermindering van de capaciteiten met 30 à 35 miljoen ton te bereiken , hetgeen uit het oogpunt van de " Algemene Doelstellingen Staal " noodzakelijk is om een terugkeer tot een voldoende bezettingsgraad mogelijk te maken ten einde de levensvatbaarheid van de communautaire ijzer - en staalindustrie onder normale marktvoorwaarden te verzekeren ; dat uit dien hoofde en rekening houdend met de gedane herstructureringsinspanningen en de voor 1980 verleende steun , van de Nederlandse ijzer - en staalindustrie een extra inspanning wordt gevergd ; dat de Nederlandse ijzer - en staalindustrie behalve de voorgestelde vermindering met 250 000 ton derhalve haar capaciteiten inzake warmgewalste produkten met 700 000 ton moet verminderen ; dat het dienstig is een termijn aan te geven voor de vaststelling van de te verrichten aanvullende sluitingen ;

V

Overwegende dat de Commissie toezicht moet houden op de verlening van steun en de nakoming van de door haar gestelde voorwaarden ;

Overwegende dat de capaciteitsverminderingen moeten worden verkregen door de sluiting van uitrustingen die warmgewalste produkten produceren , waarvan de Commissie het definitief karakter zal moeten kunnen verifieren ; dat bij de nettocapaciteitsverminderingen rekening wordt gehouden met de eventuele verhogingen ten gevolge van goedgekeurde investeringsprogramma's ; dat in het kader van de verwezenlijking van de doelstelling van de aanpassing van de produktiecapaciteiten aan de vraag , iedere schepping van nieuwe capaciteiten door een extra sluiting moet worden gecompenseerd ;

Overwegende dat in artikel 2 , lid 1 , eerste streepje , van Beschikking nr . 2320/81/EGKS is bepaald dat herstructureringsprogramma's van de gesteunde ondernemingen geeigend moeten zijn om hun concurrentievermogen weer op peil te brengen en hun zoveel financiele levensvatbaarheid te geven dat zij onder normale marktomstandigheden zonder steun kunnen functioneren ; dat de Commissie zich er derhalve van dient te verzekeren dat de steun daadwerkelijk bijdraagt tot het herstel van de levensvatbaarheid ;

Overwegende dat de Commissie steun alleen kan goedkeuren wanneer het ondernemingen betreft die aan al hun uit de toepassing van het EGKS-Verdrag voortvloeiende verplichtingen voldoen ;

Overwegende dat de goedkeuring van de betrokken steun niet mag afdoen aan beschikkingen die de Commissie zich genoopt zou zien te geven krachtens de artikelen 65 en 66 van het EGKS-Verdrag ;

Overwegende dat er een stelsel van produktiequota ( 3 ) op grond van artikel 58 van het EGKS-Verdrag bestaat , en dat de verlenging van dit stelsel noodzakelijk wordt geacht ;

VI

Overwegende dat de Commissie gezien het bovenstaande de voorgenomen steun kan goedkeuren onder voorbehoud van de nakoming van de door haar vastgestelde voorwaarden en modaliteiten ,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN :

Artikel 1

De hierna vermelde steun die de Nederlandse Regering voornemens is te verlenen aan de ijzer - en staalbedrijven " Hoogovens " en " Nedstaal " is verenigbaar met de goede werking van de gemeenschappelijke markt , voor zover aan de voorwaarden en modaliteiten van de artikelen 2 tot en met 5 wordt voldaan :

- investeringssteun :

- subsidies van 212 miljoen Fl . ;

- een lening tegen marktrente van 150 miljoen Fl . ;

- een lening tegen verlaagde rente van 24 miljoen Fl . ;

- een deelneming van 130 miljoen Fl . ( die geacht moet worden een steunelement in te houden indien de inschrijvingsprijs de notering van de aandelen van de onderneming ter beurze zou overschrijden ) ;

- staatsgaranties voor eventuele EGKS-leningen ;

- bedrijfssteun :

een kapitaalkrediet van 570 miljoen Fl .

Artikel 2

1 . De ondernemingen voor wie de in artikel 1 bedoelde steun bestemd is , gaan over tot nieuwe nettoverminderingen van produktiecapaciteiten ten opzichte van de verminderingen , die reeds een tegenprestatie hebben gevormd voor de vrijgeving van steun door de Commissie , van ten minste 700 000 ton warmgewalste produkten , naast de verminderingen met 250 000 die werden voorgesteld om deze steun te rechtvaardigen . Deze tegenprestatie kan ook door andere ondernemingen worden geleverd .

2 . De lijst van de te sluiten uitrustingen , met de sluitingsdata , alsmede het overzicht van de uit investeringen voortvloeiende capaciteitsverhogingen , op grond waarvan kan worden vastgesteld dat de in lid 1 aangegeven nettocapaciteitsverminderingen zijn bereikt , worden de Commissie voor 31 januari 1984 ter kennis gebracht ; de sluitingen moeten voor 31 december 1985 plaatsvinden .

Artikel 3

De steun wordt eerst uitgekeerd nadat de Commissie heeft kunnen constateren dat de onderneming voor eind 1985 levensvatbaarheid zal kunnen hebben verkregen .

Artikel 4

1 . Steun mag worden uitgekeerd , indien de Commissie , na een verzoek van de Nederlandse Regering waarin bedrag , vorm en doelstelling van de steun alsook de betrokken onderneming worden aangegeven , heeft vastgesteld dat aan de in de artikelen 2 en 3 vermelde voorwaarden of een toereikend deel ervan is voldaan en dat de onderneming haar verplichtingen ten opzichte van de regels van het EGKS-Verdrag , inzonderheid op het gebied van produktiequota , nakomt .

2 . De voor de voortzetting van de activiteiten van de betrokken ondernemingen tot en met 31 januari 1984 strikt noodzakelijke steun kan echter , op voorwaarde dat deze ondernemingen hun verplichtingen ten opzichte van de regels van het EGKS-Verdrag , inzonderheid op het gebied van produktiequota , nakomen , worden uitgekeerd indien de Commissie , na een verzoek van de Nederlandse Regering waarin bedrag , vorm en doelstelling van de steun worden aangegeven , heeft vastgesteld dat aan de in artikel 2 vermelde voorwaarden of een toereikend gedeelte daarvan is voldaan .

Artikel 5

1 . De investeringssteun mag alleen worden verleend op voorwaarde dat , na de melding van de investeringsprogramma's , wanneer deze overeenkomstig Beschikking nr . 3302/81/EGKS van de Commissie ( 4 ) is vereist , de Commissie ten aanzien van deze programma's een gunstig advies heeft gegeven krachtens artikel 54 van het EGKS-Verdrag .

2 . De investeringssteun wordt uitgekeerd aan de hand van de betalingen die de ondernemingen uit hoofde van hun investeringen moeten verrichten .

Artikel 6

1 . In het kader van de controle die zij uitoefent op de regelmatigheid van de steunuitkeringen uit het oogpunt van de in deze beschikking opgenomen voorwaarden en modaliteiten , kan de Commissie verlangen dat de halfjaarlijkse verslagen die haar overeenkomstig artikel 9 van Beschikking nr . 2320/81/EGKS worden uitgebracht , gegevens bevatten over de vorderingen die door de begunstigde ondernemingen zijn gemaakt om de financiele levensvatbaarheid te bereiken .

2 . Ten einde te kunnen verifiëren of de uitkering van investeringssteun overeenkomstig artikel 5 , lid 2 , is geschied , wordt de Commissie aan het begin van elk kwartaal op de hoogte gesteld van :

- de betalingen die de ondernemingen in het betrokken kwartaal moeten verrichten , hetzij uit hoofde van reeds verrichte werkzaamheden , hetzij als voorschot voor nog te verrichten werkzaamheden ;

- de investeringssteun die in dezelfde periode zal worden uitgekeerd .

3 . De Commissie kan bovendien door middel van inspecties ter plaatse verifiëren of de in artikel 2 , lid 1 , bedoelde verminderingen van produktiecapaciteiten daadwerkelijk tot stand zijn gebracht .

Artikel 7

1 . Onverminderd de toepassing van de sancties die het EGKS-Verdrag haar machtigt op te leggen , kan de Commissie te allen tijde schorsing van de steunbetalingen eisen , indien zij zou vaststellen :

- dat steun is uitgekeerd zonder dat de in deze beschikking gestelde voorwaarden voor de goedkeuring daarvan zijn nagekomen ;

- dat de aan haar uitgebrachte halfjaarlijkse verslagen twijfel doen rijzen met betrekking tot de terugkeer tot de financiële levensvatbaarheid van de betrokken onderneming tegen eind 1985 . In dit geval kan de Commissie aanvullende voorwaarden stellen ter zake van de herstructurering van de onderneming ;

- dat de begunstigde onderneming de krachtens de regels van het EGKS-Verdrag , en met name de krachtens het op grond van artikel 58 daarvan ingevoerde produktiequotastelsel en de prijsvoorschriften op haar rustende verplichtingen , niet is nagekomen .

2 . De uitkering van steun mag eerst worden hervat , wanneer de Commissie heeft kunnen vaststellen of en in welke mate de vastgestelde inbreuken een vermindering van het bedrag van de nog uit te keren steun noodzakelijk maken .

Artikel 8

Deze beschikking is gericht tot het Koninkrijk der Nederlanden .

Gedaan te Brussel , 29 juni 1983 .

Voor de Commissie

Frans ANDRIESSEN

Lid van de Commissie

( 1 ) PB nr . L 228 van 13 . 8 . 1981 , blz . 14 .

( 2 ) PB nr . C 44 van 15 . 2 . 1983 , blz . 2 .

( 3 ) PB nr . L 191 van 1 . 7 . 1982 , blz . 1 .

( 4 ) PB nr . L 333 van 20 . 11 . 1981 , blz . 35 .