31978R0352

++++

VERORDENING ( EEG ) Nr . 352/78 VAN DE RAAD

van 20 februari 1978

inzake de toewijzing van in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid gestelde en verbeurde waarborgen , borgsommen of garanties

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap , inzonderheid op artikel 43 ,

Gelet op Verordening ( EEG ) nr . 729/70 van de Raad van 21 april 1970 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid ( 1 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 2788/72 ( 2 ) , inzonderheid op artikel 2 , lid 2 , en artikel 3 , lid 2 ,

Gezien het voorstel van de Commissie ,

Gezien het advies van het Europese Parlement ( 3 ) ,

Overwegende dat de verordeningen van de Gemeenschap in talrijke gevallen het stellen van een waarborg voorschrijven bij transacties met landbouwprodukten ; dat bepalingen moeten worden vastgesteld voor de toewijzing van deze waarborgen ingeval zij worden verbeurd ;

Overwegende dat in de meeste gevallen waarin waarborgen worden verbeurd , het Europees Oriëntatie - en Garantiefonds voor de Landbouw ( EOGFL ) financieel nadeel ondervindt , of wel omdat het een maatregel heeft gefinancierd en de handelaar zijn verplichtingen niet is nagekomen , of wel omdat het feit dat de handelaar zijn verplichtingen niet is nagekomen , later uitgaven voor het EOGFL meebrengt ; dat dit nadeel derhalve moet worden gecompenseerd door de verbeurde waarborgen in mindering te brengen op de uitgaven van het EOGFL ;

Overwegende dat evenwel dient te worden bepaald dat verbeurde waarborgen die niet het risico van financieel nadeel voor het EOGFL dekken , aan de Lid-Staten toevallen ;

Overwegende dat het passend is waarborgen die worden verbeurd in het kader van voedselhulpacties , in mindering te brengen op de desbetreffende uitgaven voor voedselhulp ;

Overwegende dat verder bepaald dient te worden dat waarborgen die worden verbeurd in het kader van bepaalde verrichtingen , in mindering dienen te worden gebracht op de uitgaven voor de betrokken soort verrichtingen ;

Overwegende dat in bepaalde sectoren reeds overeenkomstige maatregelen bestaan die derhalve ingetrokken dienen te worden ,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :

Artikel 1

1 . Deze verordening is van toepassing op waarborgen , borgsommen of garanties , hierna " waarborgen " genoemd , die zijn gesteld op grond van in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid vastgestelde bepalingen .

2 . Deze verordening is evenwel niet van toepassing op waarborgen die zijn gesteld

a ) bij de afgifte van uitvoer - of invoercertificaten met of zonder voorfixatie ,

b ) in het kader van inschrijvingen als zij slechts ten doel hebben te garanderen dat de inschrijvers serieuze offertes doen ,

c ) ten einde de betaling te garanderen van een recht dat deel uitmaakt van de eigen middelen van de Gemeenschappen in de zin van Besluit 70/243/EGKS , EEG , Euratom ( 4 ) , wanneer het bedrag van dit recht reeds is vastgesteld uit hoofde van artikel 2 , lid 1 , van Verordening ( EEG , Euratom EGKS ) nr . 2891/77 ( 5 ) en ter beschikking van de Commissie is gesteld .

Artikel 2

1 . De in artikel 1 bedoelde waarborgen die worden verbeurd , worden door de uitbetalende diensten of instellingen van de Lid-Staten in hun geheel in mindering gebracht op de uitgaven van het EOGFL .

2 . Waarborgen die worden verbeurd in het kader van voedselhulpacties , worden evenwel door de uitbetalende diensten of instellingen van de Lid-Staten in mindering gebracht op de desbetreffende uitgaven voor voedselhulp .

Artikel 3

1 . De in artikel 2 , lid 1 , bedoelde waarborgen worden in mindering gebracht op

a ) de desbetreffende restituties indien de uitgevoerde of voorgenomen transactie , in het kader waarvan de waarborg is gesteld , de handel met een derde land betreft ,

b ) de desbetreffende interventie-uitgaven in andere gevallen .

2 . Indien de uitgaven ten laste van het EOGFL worden vastgesteld aan de hand van rekeningen , worden de in artikel 2 , lid 1 , bedoelde waarborgen geboekt in het credit van deze rekeningen .

Artikel 4

Artikel 14 van Verordening ( EEG ) nr . 2306/70 van de Raad van 10 november 1970 betreffende de financiering van de uitgaven voor interventie op de interne markt in de sector melk - en zuivelprodukten ( 6 ) en artikel 3 , lid 1 , van Verordening ( EEG ) nr . 786/69 van de Raad van 22 april 1969 betreffende de financiering van de interventie-uitgaven op de interne markt in de sector oliën en vetten ( 7 ) worden ingetrokken .

Artikel 5

De uitvoeringsbepalingen van deze verordening worden vastgesteld volgens de procedure van artikel 13 van Verordening ( EEG ) nr . 729/70 .

Artikel 6

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen .

Deze verordening is van toepassing op vanaf 1 januari 1978 verbeurde waarborgen .

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat .

Gedaan te Brussel , 20 februari 1978 .

Voor de Raad

De Voorzitter

Per HAEKKERUP

( 1 ) PB nr . L 94 van 28 . 4 . 1970 , blz . 13 .

( 2 ) PB nr . L 295 van 30 . 12 . 1972 , blz . 1 .

( 3 ) PB nr . C 125 van 8 . 6 . 1976 , blz . 34 .

( 4 ) PB nr . L 94 van 28 . 4 . 1970 , blz . 19 .

( 5 ) PB nr . L 336 van 27 . 12 . 1977 , blz . 1 .

( 6 ) PB nr . L 249 van 17 . 11 . 1970 , blz . 4 .

( 7 ) PB nr . L 105 van 2 . 5 . 1969 , blz . 1 .