31978L0816

++++

RICHTLIJN VAN DE RAAD

van 26 september 1978

tot wijziging van Richtlijn 66/403/EEG betreffende het in de handel brengen van pootaardappelen

( 78/816/EEG )

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap , inzonderheid op de artikelen 43 en 100 ,

Gezien het voorstel van de Commissie ,

Gezien het advies vanhet Europese Parlement ( 1 ) ,

Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité ( 2 ) ,

Overwegende dat uit artikel 15 van Richtlijn 66/403/EEG van de Raad van 14 juni 1966 betreffende het in de handel brengen van pootaardappelen ( 3 ) , laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 78/692/EEG ( 4 ) voortvloeit dat de Lid-Staten vanaf 1 juli 1975 niet meer op eigen verantwoordelijkheid de gelijkwaardigheid van in derde landen verrichte onderzoeken en controles mogen vaststellen ; dat evenwel de werkzaamheden met het oog op een communautaire vaststelling van de gelijkwaardigheid nog niet zijn beëindigd ;

Overwegende dat het , ten einde de traditionele handelsbetrekkingen van de Lid-Staten niet te verstoren , derhalve dienstig is de Lid-Staten de mogelijkheid te bieden de geldigheidsduur van de vaststellingen inzake gelijkwaardigheid die zij reeds hebben verricht te verlengen ;

Overwegende dat het gebruik van deze mogelijkheid evenwel onderworpen is aan de communautaire phytosanitaire regeling die met ingang van 23 december 1978 van toepassing is ; dat derhalve pootaardappelen in de Gemeenschap na deze datum slechts kunnen worden binnengebracht voor zover bovenbedoelde phytosanitaire regeling zulks toelaat ; dat evenwel in elk geval pootaardappelen die voor deze datum zijn binnengebracht , voor wat het in de handel brengen in de betrokken Lid-Staten betreft , voor gelijkstelling in aanmerking kunnen komen tot de in de onderhavige richtlijn vastgestelde datum ,

HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD :

Artikel 1

Onverminderd Richtlijn 77/93/EEG van de Raad van 21 december 1976 betreffende de beschermende maatregelen tegen het binnenbrengen op het grondgebied van Lid-Staten van voor planten of voor plantaardige produkten schadelijke organismen ( 5 ) wordt de datum 30 juni 1978 die voorkomt in artikel 15 , lid 2 bis , van Richtlijn 66/403/EEG vervangen door die van 30 juni 1979 .

Artikel 2

De Lid-Staten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om met werking vanaf 1 juli 1978 aan deze richtlijn te voldoen .

Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis .

Artikel 3

Deze richtlijn is gericht tot de Lid-Staten .

Gedaan te Brussel , 26 september 1978 .

Voor de Raad

De Voorzitter

J . ERTL

( 1 ) Advies uitgebracht op 15 september 1978 ( nog niet verschenen in het PB ) .

( 2 ) Advies uitgebracht op 12/13 juli 1978 ( nog niet verschenen in het PB ) .

( 3 ) PB nr . 125 van 11 . 7 . 1966 , blz . 2320/66 .

( 4 ) PB nr . L 236 van 26 . 8 . 1978 , blz . 13 .

( 5 ) PB nr . L 26 van 31 . 1 . 1977 , blz . 20 .