This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 02008R1333-20210808
Regulation (EC) No 1333/2008 of the European Parliament and of the Council of 16 December 2008 on food additives (Text with EEA relevance)Text with EEA relevance
Consolidated text: Verordening (EG) nr. 1333/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 inzake levensmiddelenadditieven (Voor de EER relevante tekst)Voor de EER relevante tekst
Verordening (EG) nr. 1333/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 inzake levensmiddelenadditieven (Voor de EER relevante tekst)Voor de EER relevante tekst
02008R1333 — NL — 08.08.2021 — 047.001
Onderstaande tekst dient louter ter informatie en is juridisch niet bindend. De EU-instellingen zijn niet aansprakelijk voor de inhoud. Alleen de besluiten die zijn gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie (te raadplegen in EUR-Lex) zijn authentiek. Deze officiële versies zijn rechtstreeks toegankelijk via de links in dit document
VERORDENING (EG) Nr. 1333/2008 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 16 december 2008 inzake levensmiddelenadditieven (PB L 354 van 31.12.2008, blz. 16) |
Gewijzigd bij:
Gerectificeerd bij:
VERORDENING (EG) Nr. 1333/2008 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
van 16 december 2008
inzake levensmiddelenadditieven
(Voor de EER relevante tekst)
HOOFDSTUK I
ONDERWERP, TOEPASSINGSGEBIED EN DEFINITIES
Artikel 1
Toepassingsgebied
Deze verordening stelt voorschriften voor in levensmiddelen gebruikte levensmiddelenadditieven vast om de doeltreffende werking van de interne markt, maar ook een hoog niveau van bescherming van de menselijke gezondheid en een hoog niveau van de consumentenbescherming te waarborgen, inclusief de bescherming van de consumentbelangen en eerlijke praktijken in de levensmiddelenhandel, in voorkomend geval rekening houdend met de bescherming van het milieu.
Hiertoe is in deze verordening het volgende vastgesteld:
communautaire lijsten van goedgekeurde levensmiddelenadditieven, opgenomen in bijlage II en bijlage III;
de gebruiksvoorwaarden voor levensmiddelenadditieven in levensmiddelen, waaronder in levensmiddelenadditieven, en in voedingsenzymen zoals bepaald in Verordening (EG) nr. 1332/2008 [inzake voedingsenzymen] en voor voedingssmaakstoffen die vallen onder Verordening (EG) nr. 1334/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 inzake aroma’s en bepaalde voedselingrediënten met aromatiserende eigenschappen voor gebruik in levensmiddelen ( 1 );
voorschriften voor de etikettering van als zodanig verkochte levensmiddelenadditieven.
Artikel 2
Werkingssfeer
Deze verordening is niet van toepassing op de volgende stoffen, tenzij deze als levensmiddelenadditieven worden gebruikt:
technische hulpstoffen;
stoffen die voor de bescherming van planten en plantaardige producten worden gebruikt overeenkomstig de communautaire fytosanitaire voorschriften;
stoffen die als voedingsstoffen aan levensmiddelen worden toegevoegd;
stoffen die voor de behandeling van voor menselijke consumptie bestemd water worden gebruikt en binnen het toepassingsgebied van Richtlijn 98/83/EG van de Raad van 3 november 1998 betreffende de kwaliteit van voor menselijke consumptie bestemd water vallen ( 2 );
aroma’s die onder Verordening (EG) nr. 1334/2008 [inzake aroma’s en bepaalde voedselingrediënten met aromatiserende eigenschappen voor gebruik in levensmiddelen] vallen.
Deze verordening is van toepassing onverminderd specifieke communautaire bepalingen inzake het gebruik van levensmiddelenadditieven:
in specifieke levensmiddelen;
voor andere dan de in deze verordening bedoelde doeleinden.
Artikel 3
Definities
Voorts gelden voor de toepassing van deze verordening de volgende definities:
„levensmiddelenadditief”: elke stof, met of zonder voedingswaarde, die op zichzelf gewoonlijk niet als voedsel wordt geconsumeerd en gewoonlijk niet als kenmerkend voedselingrediënt wordt gebruikt, en die voor technologische doeleinden bij het vervaardigen, verwerken, bereiden, behandelen, verpakken, vervoeren of opslaan van levensmiddelen bewust aan deze levensmiddelen wordt toegevoegd, met als gevolg of redelijkerwijs te verwachten gevolg dat de stof zelf of bijproducten ervan, direct of indirect, een bestanddeel van die levensmiddelen worden;
Als levensmiddelenadditieven worden echter niet beschouwd:
monosachariden, disachariden of oligosachariden en levensmiddelen die deze stoffen bevatten en die om hun zoetkracht worden gebruikt;
levensmiddelen, gedroogd of in geconcentreerde vorm, waaronder aroma’s, die wegens hun aromatische, smaakgevende of voedingseigenschappen en, in tweede instantie, wegens de kleurende eigenschappen, voor de vervaardiging van samengestelde levensmiddelen worden gebruikt;
stoffen die in bedekkings- of omhullingsmaterialen worden gebruikt maar geen deel uitmaken van levensmiddelen en niet bestemd zijn om samen met deze levensmiddelen te worden geconsumeerd;
producten die pectine bevatten en die door middel van een behandeling met verdund zuur, gevolgd door een gedeeltelijke neutralisatie met natrium- of kaliumzouten, worden verkregen uit gedroogde appelpulp, schillen van citrusvruchten of kweeperen of een mengsel daarvan („vloeibare pectine”);
kauwgombasis;
witte of gele dextrine, geroost of gedextrineerd zetmeel, zetmeel dat gemodificeerd is door een behandeling met zuur of base, gebleekt zetmeel, fysisch gemodificeerd zetmeel en zetmeel dat behandeld is met enzymen die zetmeel afbreken;
ammoniumchloride;
bloedplasma, voedingsgelatine, eiwithydrolysaten en hun zouten, melkeiwit en gluten;
aminozuren en zouten daarvan die geen technologische functie hebben, met uitzondering van glutaminezuur, glycine, cysteïne en cystine en zouten daarvan;
caseïnaten en caseïne;
inuline;
„technische hulpstof”: elke stof die:
op zichzelf niet als levensmiddel wordt geconsumeerd;
bij de verwerking van grondstoffen, levensmiddelen of voedselingrediënten bewust wordt gebruikt om tijdens de bewerking of verwerking aan een bepaald technologisch doel te beantwoorden; en tevens
kan leiden tot de onbedoelde maar technisch onvermijdelijke aanwezigheid van residuen van deze stof of bijproducten ervan in het eindproduct, mits deze residuen geen gevaar voor de gezondheid vormen en geen technologisch effect op het eindproduct hebben;
„functionele klasse”: een van de categorieën in bijlage I, op basis van de technologische functie die een levensmiddelenadditief vervult in het levensmiddel;
„onverwerkt levensmiddel”: een levensmiddel dat geen behandeling heeft ondergaan die een ingrijpende wijziging veroorzaakt in de oorspronkelijke staat van het levensmiddel, waarbij de volgende behandelingen worden geacht geen ingrijpende wijziging te veroorzaken: verdelen, breken, hakken, uitbenen, fijnhakken, villen, schillen, pellen, malen, snijden, schoonmaken, opmaken, diepvriezen, invriezen, koelen, doppen, verpakken en uitpakken;
„levensmiddel zonder toegevoegde suikers”: een levensmiddel zonder:
toegevoegde monosachariden of disachariden;
toegevoegde levensmiddelen die monosachariden of disachariden bevatten en die om hun zoetkracht worden gebruikt;
„levensmiddel met verminderde verbrandingswaarde”: een levensmiddel waarvan de verbrandingswaarde met ten minste 30 % is verminderd ten opzichte van het oorspronkelijke levensmiddel of een soortgelijk product;
„tafelzoetstof”: bereiding van toegelaten zoetstoffen die eventueel andere levensmiddelenadditieven en/of voedselingrediënten kan bevatten en die bestemd is om als vervangingsmiddel voor suikers aan de eindverbruiker te worden verkocht;
„quantum satis”: er is geen numerieke maximumhoeveelheid vastgesteld en de stoffen worden gebruikt overeenkomstig goede productiemethoden, in hoeveelheden die niet groter zijn dan voor het beoogde doel nodig is en op voorwaarde dat de consument niet wordt misleid.
HOOFDSTUK II
COMMUNAUTAIRE LIJSTEN VAN GOEDGEKEURDE LEVENSMIDDELENADDITIEVEN
Artikel 4
Communautaire lijsten van levensmiddelenadditieven
Artikel 5
Verbod op levensmiddelenadditieven en/of levensmiddelen die niet aan de verordening voldoen
Niemand mag een levensmiddelenadditief of een levensmiddel dat een dergelijk additief bevat, in de handel brengen, indien het gebruik van het levensmiddelenadditief niet aan deze verordening voldoet.
Artikel 6
Algemene voorwaarden voor de opneming in de communautaire lijsten en het gebruik van levensmiddelenadditieven
Een levensmiddelenadditief mag slechts in de communautaire lijsten in de bijlagen II en III worden opgenomen indien het aan de volgende voorwaarden voldoet en, waar dat relevant is, andere ter zake dienende factoren in aanmerking neemt, waaronder milieufactoren:
het levert volgens de beschikbare wetenschappelijke gegevens bij de voorgestelde hoeveelheden geen gevaar voor de gezondheid van de consument op;
er is een aanvaardbare technische behoefte waarin niet met andere economisch en technisch bruikbare methoden kan worden voorzien en tevens;
het gebruik ervan brengt de consument niet in misleiding.
Om in de communautaire lijsten in de bijlagen II en III te worden opgenomen, moet een levensmiddelenadditief voordelen voor de consument hebben en dus aan een of meer van de volgende doeleinden beantwoorden:
instandhouding van de voedingskwaliteit van het levensmiddel;
levering van de benodigde ingrediënten of bestanddelen van levensmiddelen die voor groepen consumenten met speciale dieetbehoeften worden vervaardigd;
verhoging van de houdbaarheid of stabiliteit van een levensmiddel of verbetering van de organoleptische eigenschappen, mits dit de aard, substantie of kwaliteit van het levensmiddel niet zodanig verandert dat de consument daardoor kan worden misleid;
vergemakkelijking van het vervaardigen, verwerken, bereiden, behandelen, verpakken, vervoeren of opslaan van levensmiddelen, met inbegrip van levensmiddelenadditieven, voedingsenzymen en levensmiddelenaroma’s, mits het levensmiddelenadditief niet wordt gebruikt om de gevolgen van het gebruik van ondeugdelijke grondstoffen of van ongewenste (en ook onhygiënische) methoden tijdens een van deze activiteiten te verhullen.
In afwijking van lid 2, onder a), mag een levensmiddelenadditief dat de voedingskwaliteit van een levensmiddel vermindert, in de communautaire lijst in bijlage II worden opgenomen mits:
het levensmiddel geen wezenlijk onderdeel van een normaal voedingspatroon vormt; of
het levensmiddelenadditief nodig is voor de vervaardiging van levensmiddelen voor groepen consumenten met speciale dieetbehoeften.
Artikel 7
Specifieke voorwaarden voor zoetstoffen
Een levensmiddelenadditief mag slechts in de communautaire lijst in bijlage II in de functionele klasse „zoetstoffen” worden opgenomen indien het, naast een of meer van de in artikel 6, lid 2, vermelde doeleinden, ook aan een of meer van de volgende doeleinden beantwoordt:
vervanging van suikers bij de vervaardiging van levensmiddelen met verminderde verbrandingswaarde, niet-cariogene levensmiddelen of levensmiddelen zonder toegevoegde suikers; of
vervanging van suikers wanneer dit zorgt voor een langere houdbaarheid van levensmiddelen; of
vervaardiging van voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen zoals omschreven in artikel 1, lid 2, onder a), van Richtlijn 89/398/EEG.
Artikel 8
Specifieke voorwaarden voor kleurstoffen
Een levensmiddelenadditief mag slechts in de communautaire lijst in bijlage II in de functionele klasse „kleurstoffen” worden opgenomen indien het, naast een of meer van de in artikel 6, lid 2, vermelde doeleinden, aan een van de volgende doeleinden beantwoordt:
een levensmiddel waarvan de kleur door verwerking, opslag, verpakking en distributie is aangetast, waardoor het er minder aanvaardbaar kan uitzien, zijn oorspronkelijke voorkomen teruggeven;
levensmiddelen er aantrekkelijker doen uitzien;
levensmiddelen die anders kleurloos zouden zijn, kleur geven.
Artikel 9
Functionele klassen van levensmiddelenadditieven
Levensmiddelenadditieven kunnen in de bijlagen II en III in een van de functionele klassen in bijlage I worden ingedeeld op basis van hun voornaamste technologische functie.
Dat een levensmiddelenadditief in een functionele klasse wordt ingedeeld, sluit niet uit dat het voor verscheidene functies kan worden gebruikt.
Artikel 10
Inhoud van de communautaire lijsten van levensmiddelenadditieven
Een levensmiddelenadditief dat voldoet aan de voorwaarden van de artikelen 6, 7 en 8 kan volgens de procedure van Verordening (EG) nr. 1331/2008 [tot vaststelling van een uniforme goedkeuringsprocedure voor levensmiddelenadditieven, voedingsenzymen en levensmiddelenaroma’s] worden opgenomen in:
de communautaire lijst in bijlage II bij deze verordening; en/of
de communautaire lijst in bijlage III bij deze verordening.
Bij een in de communautaire lijsten in de bijlagen II en III opgenomen levensmiddelenadditief wordt het volgende vermeld:
de naam van het levensmiddelenadditief en het E-nummer;
de levensmiddelen waaraan het levensmiddelenadditief mag worden toegevoegd;
de voorwaarden waaronder het levensmiddelenadditief mag worden gebruikt;
in voorkomend geval, mogelijke beperkingen op de rechtstreekse verkoop van het levensmiddelenadditief aan de eindgebruiker.
Artikel 11
Te gebruiken hoeveelheden levensmiddelenadditieven
Bij de vaststelling van de gebruiksvoorwaarden als bedoeld in artikel 10, lid 2, onder c):
wordt de te gebruiken hoeveelheid vastgesteld op de kleinste hoeveelheid die nodig is om het gewenste effect te bereiken;
wordt de te gebruiken hoeveelheid vastgesteld met inachtneming van:
de aanvaardbare dagelijkse inname of een gelijkwaardig gegeven dat voor het levensmiddelenadditief is vastgesteld en de waarschijnlijke dagelijkse inname van het levensmiddelenadditief uit alle voedselbronnen;
indien het levensmiddelenadditief bestemd is om te worden gebruikt in levensmiddelen voor speciale groepen consumenten, de mogelijke dagelijkse inname van het additief door consumenten van die groepen.
Artikel 12
Wijzigingen in het productieproces of de uitgangsmaterialen van een levensmiddelenadditief dat reeds in een communautaire lijst is opgenomen
Indien zich bij een levenmiddelenadditief dat reeds in een communautaire lijst is opgenomen, een belangrijke wijziging voordoet in de productiemethoden of bij de gebruikte uitgangsmaterialen, dan wel door een verandering van deeltjesomvang bijvoorbeeld ten gevolge van nanotechnologie, dan wordt het levensmiddelenadditief dat volgens die nieuwe productiemethoden of met die nieuwe uitgangsmaterialen wordt vervaardigd, beschouwd als een ander additief, en is een nieuwe opname in de communautaire lijsten of een wijziging in de specificaties vereist alvorens het in de handel mag worden gebracht.
Artikel 13
Levensmiddelenadditieven die onder de toepassing vallen van Verordening (EG) nr. 1829/2003
Artikel 14
Specificaties van levensmiddelenadditieven
►C1 De specificaties van levensmiddelenadditieven, wat oorsprong, zuiverheidscriteria en eventuele andere noodzakelijke informatie betreft, worden vastgesteld ◄ wanneer het levensmiddelenadditief voor het eerst in de communautaire lijsten in de bijlagen II en III wordt opgenomen, volgens de procedure van Verordening (EG) nr. 1331/2008 [tot vaststelling van een uniforme goedkeuringsprocedure voor levensmiddelenadditieven, voedingsenzymen en levensmiddelenaroma’s].
HOOFDSTUK III
GEBRUIK VAN LEVENSMIDDELENADDITIEVEN IN LEVENSMIDDELEN
Artikel 15
Gebruik van levensmiddelenadditieven in onverwerkte levensmiddelen
Levensmiddelenadditieven mogen niet worden gebruikt in onverwerkte levensmiddelen, tenzij uitdrukkelijk anders is bepaald in bijlage II.
Artikel 16
Gebruik van levensmiddelenadditieven in levensmiddelen voor zuigelingen en peuters
Levensmiddelenadditieven mogen niet worden gebruikt in levensmiddelen voor zuigelingen en peuters als bedoeld in Richtlijn 89/398/EEG, met inbegrip van dieetvoeding voor zuigelingen en peuters voor medisch gebruik, tenzij uitdrukkelijk anders is bepaald in bijlage II bij deze verordening.
Artikel 17
Gebruik van kleurstoffen voor merktekens
Alleen levensmiddelenkleurstoffen die in bijlage II bij deze verordening zijn opgenomen, mogen worden gebruikt voor het aanbrengen van het keurmerk overeenkomstig Richtlijn 91/497/EEG van de Raad van 29 juli 1991 tot wijziging en codificatie van Richtlijn 64/433/EEG inzake gezondheidsvraagstukken op het gebied van het intracommunautaire handelsverkeer in vers vlees ten einde deze uit te breiden tot de productie en het in de handel brengen van vers vlees ( 3 ) en andere verplichte merktekens op vleesproducten, voor het versieren van eierschalen of voor het stempelen van eierschalen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong ( 4 ).
Artikel 18
„Carry-over”-beginsel
De aanwezigheid van een levensmiddelenadditief is toegestaan:
in samengestelde levensmiddelen die niet in bijlage II zijn vermeld, mits het levensmiddelenadditief is toegestaan in een van de ingrediënten van het samengestelde levensmiddel;
in een levensmiddel waaraan een levensmiddelenadditief, voedingsenzym of levensmiddelenaroma is toegevoegd, mits het levensmiddelenadditief:
in het levensmiddelenadditief, voedingsenzym of levensmiddelenaroma overeenkomstig deze verordening is toegestaan, en tevens
via het levensmiddelenadditief, voedingsenzym of levensmiddelenaroma in het levensmiddel terechtgekomen is, en tevens
geen technologische functie heeft in het eindproduct;
in een levensmiddel dat uitsluitend bestemd is voor gebruik bij de bereiding van een samengesteld levensmiddel, mits het samengestelde levensmiddel aan deze verordening voldoet.
Artikel 19
Interpretatiebesluiten
Zo nodig kan volgens de regelgevingsprocedure van artikel 28, lid 2, worden besloten of:
een bepaald levensmiddel tot een categorie levensmiddelen in bijlage II behoort; of
een in de bijlagen II en III opgenomen en volgens de „quantum satis”-regel toegestaan levensmiddelenadditief wordt gebruikt overeenkomstig de criteria van artikel 11, lid 2; of
een bepaalde stof voldoet aan de definitie van levensmiddelenadditief van artikel 3.
Artikel 20
Traditionele levensmiddelen
De in bijlage IV vermelde lidstaten mogen het gebruik van bepaalde categorieën levensmiddelenadditieven in op hun grondgebied vervaardigde en in die bijlage opgenomen traditionele levensmiddelen blijven verbieden.
HOOFDSTUK IV
ETIKETTERING
Artikel 21
Etikettering van levensmiddelenadditieven die niet bestemd zijn voor verkoop aan de eindverbruiker
Artikel 22
Algemene etiketteringsvoorschriften voor levensmiddelenadditieven die niet bestemd zijn voor verkoop aan de eindverbruiker
Indien niet voor verkoop aan de eindverbruiker bestemde levensmiddelenadditieven afzonderlijk of gemengd met elkaar en/of andere voedselingrediënten worden verkocht en/of indien er andere stoffen aan zijn toegevoegd, wordt op de verpakking of de recipiënten ervan de volgende informatie over ieder levensmiddelenadditief vermeld:
de in deze verordening vastgestelde naam en/of E-nummer van elk levensmiddelenadditief of een verkoopbenaming die de naam en/of het E-nummer van elk levensmiddelenadditief bevat;
de vermelding „voor gebruik in levensmiddelen” of „voor levensmiddelen, beperkt gebruik” of een meer specifieke aanduiding inzake het beoogde gebruik ervan in levensmiddelen;
zo nodig de bijzondere voorwaarden voor opslag en/of gebruik;
een vermelding aan de hand waarvan de partij kan worden geïdentificeerd;
een gebruiksaanwijzing indien een behoorlijk gebruik van het levensmiddelenadditief zonder gebruiksaanwijzing onmogelijk is;
de naam of de firmanaam en het adres van de fabrikant, van de verpakker of van de verkoper;
een vermelding van de maximumhoeveelheid van ieder bestanddeel of iedere groep bestanddelen waarvoor een kwantitatieve beperking in levensmiddelen geldt en/of adequate duidelijke, gemakkelijk te begrijpen informatie, zodat de koper in staat wordt gesteld deze verordening of andere relevante communautaire wetgeving na te leven; indien dezelfde kwantitatieve beperking geldt voor een groep van bestanddelen die afzonderlijk of in combinatie worden gebruikt, mag het gecombineerde percentage met één getal worden aangegeven; de kwantitatieve beperking wordt hetzij in getallen uitgedrukt, hetzij door het „quantum satis”-beginsel;
de nettohoeveelheid;
de datum van minimale houdbaarheid of de uiterste gebruiksdatum;
in voorkomend geval, informatie over een levensmiddelenadditief of andere stoffen overeenkomstig dit artikel en zoals vermeld in bijlage III bis bij Richtlijn 2000/13/EG wat betreft de vermelding van de ingrediënten van levensmiddelen.
Artikel 23
Etikettering van levensmiddelenadditieven die bestemd zijn voor verkoop aan de eindverbruiker
Onverminderd Richtlijn 2000/13/EG, Richtlijn 89/396/EEG van de Raad van 14 juni 1989 betreffende de vermeldingen of merktekens die het mogelijk maken de partij waartoe een levensmiddel behoort ( 5 ) te identificeren en Verordening (EG) nr. 1829/2003, mogen voor verkoop aan de eindverbruiker bestemde levensmiddelenadditieven die afzonderlijk of gemengd met elkaar en/of met andere voedselingrediënten slechts in de handel worden gebracht indien de verpakking de volgende informatie bevat:
de in deze verordening vastgestelde naam en het E-nummer van elk levensmiddelenadditief of een verkoopbenaming die de naam en het E-nummer van elk levensmiddelenadditief bevat;
de vermelding „voor gebruik in levensmiddelen” of „voor levensmiddelen, beperkt gebruik” of een meer specifieke aanduiding inzake het beoogde gebruik ervan in levensmiddelen.
Op de etikettering van tafelzoetstoffen die polyolen en/of aspartaam en/of aspartaam-acesulfaamzout bevatten, worden de volgende waarschuwingen vermeld:
polyolen: „overmatig gebruik kan een laxerend effect hebben”;
►C1 aspartaam/aspartaam-acesulfaamzout: ◄ „Bevat een bron van fenylalanine”.
Artikel 24
Etiketteringsvoorschrift voor voedingsmiddelen die bepaalde levensmiddelenkleurstoffen bevatten
Artikel 25
Overige etiketteringsvoorschriften
De artikelen 21, 22, 23 en 24 gelden onverminderd meer gedetailleerde of uitgebreidere wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen inzake metrologie of inzake de presentatie, indeling, verpakking en etikettering van gevaarlijke stoffen en preparaten of het vervoer ervan.
HOOFDSTUK V
PROCEDURELE BEPALINGEN EN UITVOERING
Artikel 26
Informatieverplichting
Artikel 27
Monitoring van de inname van levensmiddelenadditieven
Artikel 28
Comité
Wanneer naar dit lid wordt verwezen, zijn de artikelen 5 en 7 van Besluit 1999/468/EG van toepassing, met inachtneming van artikel 8 van dat besluit.
De in artikel 5, lid 6, van Besluit 1999/468/EG bedoelde termijn wordt vastgesteld op drie maanden.
Wanneer naar dit lid wordt verwezen, zijn artikel 5 bis, leden 1 tot en met 4 en lid 5, onder b), en artikel 7 van Besluit 1999/468/EG van toepassing, met inachtneming van artikel 8 van dat besluit.
De in artikel 5 bis, lid 3, onder c), en lid 4, onder b) en e), van Besluit 1999/468/EG bedoelde termijnen worden vastgesteld op respectievelijk 2 maanden, 2 maanden en 4 maanden.
Artikel 29
Communautaire financiering van geharmoniseerd beleid
De rechtsgrondslag voor de financiering van de maatregelen die uit deze verordening voortvloeien is artikel 66, lid 1, onder c), van Verordening (EG) nr. 882/2004.
HOOFDSTUK VI
OVERGANGS — EN SLOTBEPALINGEN
Artikel 30
Opstelling van communautaire lijsten van levensmiddelenadditieven
Levensmiddelenadditieven die overeenkomstig de Richtlijnen 94/35/EG, 94/36/EG en 95/2/EG, zoals gewijzigd op grond van artikel 31 van deze verordening, in levensmiddelen mogen worden gebruikt, alsook de desbetreffende gebruiksvoorwaarden worden opgenomen in bijlage II bij deze verordening nadat is gecontroleerd of zij in overeenstemming zijn met de artikelen 6, 7 en 8 daarvan. De maatregelen die het opnemen van dergelijke additieven in bijlage II betreffen en die beogen niet-essentiële onderdelen van deze verordening te wijzigen, worden vastgesteld volgens de in artikel 28, lid 4, bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing. De controle omvat geen nieuwe risicobeoordeling door de Autoriteit. De controle wordt uiterlijk 20 januari 2011 afgerond.
Levensmiddelenadditieven en gebruiksvormen die niet langer nodig zijn, worden niet in bijlage II opgenomen.
►C1 Levensmiddelenadditieven die in Richtlijn 95/2/EG werden toegelaten voor gebruik in levensmiddelenadditieven, ◄ alsook de desbetreffende gebruiksvoorwaarden worden opgenomen in deel 1 van bijlage III bij deze verordening nadat is gecontroleerd of zij in overeenstemming zijn met artikel 6 van deze verordening. De maatregelen die het opnemen van dergelijke additieven in bijlage III betreffen en die beogenniet-essentiële onderdelen van deze verordening te wijzigen, worden vastgesteld volgens de in artikel 28, lid 4, bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing. De controle omvat geen nieuwe risicobeoordeling door de Autoriteit. De controle wordt uiterlijk 20 januari 2011 afgerond.
Levensmiddelenadditieven en gebruiksvormen die niet langer nodig zijn, worden niet in bijlage III opgenomen.
►C1 Levensmiddelenadditieven die in Richtlijn 95/2/EG werden toegelaten voor gebruik in levensmiddelenaroma’s, ◄ alsook de desbetreffende gebruiksvoorwaarden worden opgenomen in deel 4 van bijlage III bij deze verordening nadat is gecontroleerd of zij in overeenstemming zijn met artikel 6 van deze verordening. De maatregelen die het opnemen van dergelijke additieven in bijlage III betreffen en die beogenniet-essentiële onderdelen van deze verordening te wijzigen, worden vastgesteld volgens de in artikel 28, lid 4, bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing. De controle omvat geen nieuwe risicobeoordeling door de Autoriteit. De controle wordt uiterlijk 20 januari 2011 afgerond.
Levensmiddelenadditieven en gebruiksvormen die niet langer nodig zijn, worden niet in bijlage III opgenomen.
Artikel 31
Overgangsmaatregelen
Totdat de communautaire lijsten van levensmiddelenadditieven zijn opgesteld als bepaald in artikel 30, worden de bijlagen bij de Richtlijnen 94/35/EG, 94/36/EG en 95/2/EG zo nodig aangevuld met maatregelen, bedoeld om niet-essentiële onderdelen van deze verordeningen te wijzigen, die door de Commissie worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 28, lid 4, bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing.
►C1 Levensmiddelen die vόόr 20 januari 2010 in de handel zijn gebracht ◄ of geëtiketteerd, en die niet voldoen aan artikel 22, lid 1, onder i), en artikel 22, lid 4, kunnen in de handel worden gebracht tot de datum van hun minimale houdbaarheid of hun uiterste gebruiksdatum.
►C1 Levensmiddelen die niet voldoen aan artikel 24, ◄ en die voor 20 juli 2010 legaal in de Gemeenschap in de handel zijn gebracht of zijn geëtiketteerd, mogen tot hun datum van minimale houdbaarheid of hun uiterste gebruiksdatum in de handel worden gebracht.
Artikel 32
Herbeoordeling van goedgekeurde levensmiddelenadditieven
Artikel 33
Intrekkingen
De volgende besluiten worden ingetrokken:
Richtlijn van de Raad van 23 oktober 1962 betreffende de aanpassing van de wettelijke voorschriften van de lidstaten inzake kleurstoffen die kunnen worden gebruikt in voor menselijke voeding bestemde waren;
Richtlijn 65/66/EEG;
Richtlijn 78/663/EEG;
Richtlijn 78/664/EEG;
Richtlijn 81/712/EEG;
Richtlijn 89/107/EEG;
Richtlijn 94/35/EG;
Richtlijn 94/36/EG;
Richtlijn 95/2/EG;
Beschikking nr. 292/97/EG;
Beschikking 2002/247/EG.
Artikel 34
Overgangsbepalingen
In afwijking van artikel 33 blijven de volgende bepalingen van toepassing totdat de overdracht uit hoofde van artikel 30, leden 1, 2 en 3, van deze verordening, van levensmiddelenadditieven die reeds in de Richtlijnen 94/35/EG, 94/36/EG en 95/2/EG waren toegestaan, is voltooid:
artikel 2, leden 1, 2 en 4, van Richtlijn 94/35/EG en de bijlage bij die richtlijn;
artikel 2, leden 1 tot en met 6, 8, 9 en 10 van Richtlijn 94/36/EG en de bijlagen I tot en met V bij die richtlijn;
de artikelen 2 en 4 van Richtlijn 95/2/EG en de bijlagen I tot en met VI bij die richtlijn.
In afwijking van punt c) wordt de goedkeuring voor E 1103 invertase en E 1105 lysozym overeenkomstig Richtlijn 95/2/EG ingetrokken met ingang van de datum van toepassing van de communautaire lijst van voedingsenzymen overeenkomstig artikel 17 van Verordening (EG) nr. 1332/2008 [inzake voedingsenzymen].
Artikel 35
Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 20 januari 2010.
Artikel 4, lid 2, is echter met ingang van 1 januari 2011 van toepassing op de delen 2, 3 en 5 van bijlage III en artikel 23, lid 4, is van toepassing met ingang van 20 januari 2011. Artikel 24 is van toepassing met ingang van 20 juli 2010. Artikel 31 is van toepassing met ingang van 20 januari 2009.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
BIJLAGE I
Functionele klassen van levensmiddelenadditieven in levensmiddelen en van levensmiddelenadditieven in levensmiddelenadditieven en voedselenzymen:
„zoetstoffen”: stoffen die worden gebruikt om levensmiddelen een zoete smaak te geven of in tafelzoetstoffen;
„kleurstoffen”: stoffen die aan een levensmiddel kleur geven of teruggeven en die natuurlijke bestanddelen van levensmiddelen en andere natuurlijke bronnen bevatten die gewoonlijk noch op zich als levensmiddelen worden geconsumeerd, noch als kenmerkende voedselingrediënten worden gebruikt. Preparaten die uit levensmiddelen en ander eetbaar natuurlijk uitgangsmateriaal zijn verkregen door een fysische en/of chemische behandeling die resulteert in een selectieve extractie van de kleurstof (en niet van de aromatische of voedingsbestanddelen) zijn kleurstoffen in de zin van deze verordening;
„conserveermiddelen”: stoffen die de houdbaarheid van levensmiddelen verlengen door ze te beschermen tegen bederf door micro-organismen en/of tegen de groei van pathogene micro-organismen;
„antioxidanten”: stoffen die de houdbaarheid van levensmiddelen verlengen door ze te beschermen tegen bederf door oxidatie, zoals het ranzig worden van vet en kleurveranderingen;
„draagstoffen”: stoffen die worden gebruikt om een levensmiddelenadditief, een aroma, een voedingsenzym, een voedingsstof en/of een andere stof die voor voedings- of fysiologische doeleinden aan een levensmiddel is toegevoegd, op te lossen, te verdunnen, te dispergeren of op een andere wijze fysisch te wijzigen zonder de technologische functie ervan te veranderen (en zonder zelf een technologisch effect uit te oefenen), om de verwerking, de toepassing of het gebruik van de stof te vergemakkelijken;
„voedingszuren”: stoffen die de zuurgraad van levensmiddelen verhogen en/of levensmiddelen een zure smaak geven;
„zuurteregelaars”: stoffen die de zuurgraad of alkaliteit van levensmiddelen wijzigen of regelen;
„antiklontermiddelen”: stoffen die de neiging van afzonderlijke levensmiddelendeeltjes om aan elkaar te kleven, verkleinen;
„antischuimmiddelen”: stoffen die schuimvorming verhinderen of verminderen;
„vulstoffen”: stoffen die het volume van een levensmiddel vergroten zonder noemenswaardig tot de beschikbare energiewaarde ervan bij te dragen;
„emulgatoren”: stoffen die een homogene menging van twee of meer onmengbare fasen, zoals olie en water, in een levensmiddel mogelijk maken of in stand houden;
„smeltzouten”: stoffen die kaaseiwitten in gedispergeerde vorm omzetten om een homogene verdeling van vet en andere bestanddelen te bewerkstelligen;
„verstevigingsmiddelen”: stoffen die fruit of groente stevig of knapperig maken of houden, of met geleermiddelen reageren om een gel te vormen of te verstevigen;
„smaakversterkers”: stoffen die de bestaande smaak en/of geur van een levensmiddel versterken;
„schuimmiddelen”: stoffen die het mogelijk maken een homogene dispersie van een gasvormige fase in een vloeibaar of vast levensmiddel te vormen;
„geleermiddelen”: stoffen die een levensmiddel vorm geven door een gel te vormen;
„glansmiddelen” (met inbegrip van glijmiddelen): stoffen die op het oppervlak van een levensmiddel worden aangebracht om het een glanzend uiterlijk te geven of om een beschermende deklaag te vormen;
„bevochtigingsmiddelen”: stoffen die uitdroging van levensmiddelen beletten door de gevolgen van een lage luchtvochtigheid tegen te gaan, of een poeder makkelijker oplosbaar maken in een waterig medium;
„gemodificeerde zetmelen”: stoffen die door een of meer chemische behandelingen uit eetbare zetmelen worden verkregen, eventueel een fysische behandeling of een behandeling met enzymen hebben ondergaan en eventueel met zuur of loog verdund of gebleekt zijn;
„verpakkingsgasssen”: gassen, met uitzondering van lucht, die vóór, tijdens of na het verpakken van een levensmiddel in de verpakking worden gebracht;
„drijfgassen”: gassen, met uitzondering van lucht, die een levensmiddel uit een recipiënt drukken;
„rijsmiddelen”: stoffen of combinaties van stoffen die gas vrijmaken en daardoor het volume van deeg of beslag vergroten;
„complexvormers”: stoffen die chemische complexen vormen met metaalionen;
„stabilisatoren”: stoffen die het mogelijk maken de fysisch-chemische toestand van een levensmiddel te handhaven; stabilisatoren omvatten stoffen die het mogelijk maken een homogene dispersie van twee of meer onmengbare stoffen in een levensmiddel te handhaven, stoffen die in een levensmiddel kleur stabiliseren, fixeren of intensifiëren en stoffen die het bindend vermogen van het levensmiddel vergroten, onder meer door de vorming van crosslinks tussen eiwitten waardoor afzonderlijke deeltjes tot een gereconstitueerd levensmiddel worden gebonden;
„verdikkingsmiddelen”: stoffen die de viscositeit van een levensmiddel vergroten;
„meelverbeteraars”: stoffen, met uitzondering van emulgatoren, die aan meel of deeg worden toegevoegd om de bakeigenschappen ervan te verbeteren;
„contrastverhogers” stoffen die, bij aanbrenging op het buitenoppervlak van fruit of groenten na depigmentatie van vooraf bepaalde delen (bv. door laserbehandeling) deze delen helpen onderscheiden van het overblijvende oppervlak door er een kleur aan te geven na een interactie met bepaalde componenten van de opperste laag.
BIJLAGE II
EU-lijst van voor gebruik in levensmiddelen goedgekeurde levensmiddelenadditieven en gebruiksvoorwaarden
DEEL A
1. Inleiding
Deze EU-lijst omvat:
2. Algemene bepalingen betreffende in de lijst opgenomen levensmiddelenadditieven en gebruiksvoorwaarden
1. Alleen de in deel B opgenomen stoffen, als bedoeld in Verordening (EU) nr. 231/2012, mogen als additieven in levensmiddelen worden gebruikt, tenzij meer specifiek voorzien in deel E.
2. De additieven mogen alleen worden gebruikt in de in deel E van deze bijlage genoemde levensmiddelen, onder de daarbij vermelde voorwaarden.
3. In deel E van deze bijlage zijn de levensmiddelen ingedeeld naar de in deel D van deze bijlage vermelde levensmiddelencategorieën en zijn de additieven gegroepeerd volgens de definities in deel C van deze bijlage.
4. Uit alle in tabel 1 van deel B opgenomen kleurstoffen bereide aluminiumlakken zijn tot en met 31 juli 2014 toegestaan.
Vanaf 1 augustus 2014 zijn slechts uit de in tabel 3 van dit deel A opgenomen kleurstoffen bereide aluminiumlakken toegestaan, en dan nog slechts in die levensmiddelencategorieën waarvoor in deel E expliciet maxima voor aluminium uit lakken worden vermeld.
5. De kleurstoffen E 123, E 127, E 160b(i), E 160b(ii), E 161 g, E 173 en E 180 en combinaties daarvan mogen niet rechtstreeks aan de consument worden verkocht.
6. De onder de nummers E 407, E 407a en E 440 vermelde stoffen mogen met suikers worden gestandaardiseerd op voorwaarde dat dit samen met hun nummer en aanduiding vermeld wordt.
7. Nitriet met de vermelding „voor gebruik in levensmiddelen” mag alleen vermengd met zout of met een zoutvervanger verkocht worden.
8. Het „carry-over”-beginsel van artikel 18, lid 1, onder a), van Verordening (EG) nr. 1333/2008 geldt wat alle levensmiddelenadditieven betreft, niet voor de in tabel 1 vermelde levensmiddelen en wat levensmiddelenkleurstoffen betreft, niet voor de in tabel 2 vermelde levensmiddelen.
Tabel 1
Levensmiddelen waarin de aanwezigheid van een additief niet krachtens het „carry-over”-beginsel van artikel 18, lid 1, onder a), van Verordening (EG) nr.1333/2008 mag worden toegestaan
1 |
Onverwerkte levensmiddelen als omschreven in artikel 3 van Verordening (EG) nr. 1333/2008, met uitzondering van vleesbereidingen als omschreven in Verordening (EG) nr. 853/2004 |
2 |
Honing als omschreven in Richtlijn 2001/110/EG van de Raad (1) |
3 |
Niet-geëmulgeerde oliën en vetten van dierlijke of plantaardige oorsprong |
4 |
Boter |
5 |
Niet-gearomatiseerde, gepasteuriseerde en gesteriliseerde (met inbegrip van UHT-sterilisatie) melk en niet-gearomatiseerde, gewone gepasteuriseerde room (met uitzondering van room met een verlaagd vetgehalte) |
6 |
Niet-gearomatiseerde, gefermenteerde melkproducten die na de fermentatie geen warmtebehandeling hebben ondergaan |
7 |
Niet-gearomatiseerde karnemelk (met uitzondering van gesteriliseerde karnemelk) |
8 |
Natuurlijk mineraalwater als omschreven in Richtlijn 2009/54/EG van het Europees Parlement en de Raad (2), alsmede bronwater en ander water in flessen of pakken |
9 |
Koffie (met uitzondering van oploskoffie met smaakstoffen) en koffie-extract |
10 |
Niet-gearomatiseerde bladthee |
11 |
Suikers als omschreven in Richtlijn 2001/111/EG vande Raad (3) |
12 |
Droge deegwaren met uitzondering van glutenvrije deegwaren en/of deegwaren voor diëten met een laag eiwitgehalte, in overeenstemming met Richtlijn 2009/39/EG van het Europees Parlement en de Raad (4) |
13 |
Levensmiddelen voor zuigelingen en peuters, als bedoeld in Verordening (EU) nr. 609/2013 (5), met inbegrip van voeding voor medisch gebruik voor zuigelingen en peuters |
(1)
PB L 10 van 12.1.2002, blz. 47.
(2)
PB L 164 van 26.6.2009, blz. 45.
(3)
PB L 10 van 12.1.2002, blz. 53.
(4)
PB L 124 van 20.5.2009, blz. 21.
►M61
(5)
Verordening (EU) nr. 609/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juni 2013 inzake voor zuigelingen en peuters bedoelde levensmiddelen, voeding voor medisch gebruik en de dagelijkse voeding volledig vervangende producten voor gewichtsbeheersing, en tot intrekking van Richtlijn 92/52/EEG van de Raad, Richtlijnen 96/8/EG, 1999/21/EG, 2006/125/EG en 2006/141/EG van de Commissie, Richtlijn 2009/39/EG van het Europees Parlement en de Raad en de Verordeningen (EG) nr. 41/2009 en (EG) nr. 953/2009 (PB L 181 van 29.6.2013, blz. 35). ◄ |
Tabel 2
Levensmiddelen waarin de aanwezigheid van een levensmiddelenkleurstof niet krachtens het „carry-over”-beginsel van artikel 18, lid 1, onder a), van Verordening (EG) nr. 1333/2008 mag worden toegestaan
1 |
Onverwerkte levensmiddelen als omschreven in artikel 3 van Verordening (EG) nr. 1333/2008 |
2 |
Water in flessen of pakken |
3 |
Volle, halfvolle en magere melk, gepasteuriseerd of gesteriliseerd (met inbegrip van UHT-sterilisatie) (niet-gearomatiseerd) |
4 |
Chocolademelk |
5 |
Gefermenteerde melk (niet-gearomatiseerd) |
6 |
Verduurzaamde melk als omschreven in Richtlijn 2001/114/EG van de Raad (1) (niet-gearomatiseerd) |
7 |
Karnemelk (niet-gearomatiseerd) |
8 |
Room en roompoeder (niet-gearomatiseerd) |
9 |
Oliën en vetten van dierlijke of plantaardige oorsprong |
10 |
Gerijpte en ongerijpte kaas (niet-gearomatiseerd) |
11 |
Boter van schapen- en geitenmelk |
12 |
Eieren en eiproducten als omschreven in Verordening (EG) nr. 853/2004 |
13 |
Meel, andere gemalen producten en zetmeel |
14 |
Brood en soortgelijke producten |
15 |
Deegwaren en gnocchi |
16 |
Suiker, met inbegrip van alle mono- en disachariden |
17 |
Tomatenpuree en tomaten in blik en in glas |
18 |
Sauzen op basis van tomaten |
19 |
Vruchtensappen en vruchtennectars als vermeld in Richtlijn 2001/112/EG van de Raad (2) en groentesappen en groentedranken |
20 |
Vruchten, groenten (met inbegrip van aardappelen) en paddenstoelen — in blik, in glas of gedroogd; verwerkte vruchten, groenten (met inbegrip van aardappelen) en paddenstoelen |
21 |
Extra jam of extra confituur, extra gelei en kastanjepasta, als omschreven in Richtlijn 2001/113/EG van de Raad (3); crème de pruneaux |
22 |
Vis, schaal-, en weekdieren, vlees, pluimvee en wild, alsmede bereidingen daarvan, met uitzondering van bereide maaltijden die deze ingrediënten bevatten |
23 |
Cacaoproducten en chocoladebestanddelen in chocoladeproducten als vermeld in Richtlijn 2000/36/EG (4) |
24 |
Gebrande koffie, thee, vruchten- en kruidenthee, cichorei; extracten van thee, vruchten- en kruidenthee en cichorei; thee-, planten- en vruchteninfusies en graanbereidingen voor infusies, mengsels en instantmengsels van deze producten |
25 |
Zout, zoutvervangers, kruiden en kruidenmengsels |
26 |
Wijn en andere producten die onder Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (5) vallen, als vermeld in bijlage I, deel XII, bij die verordening |
27 |
Gedistilleerde dranken als omschreven in bijlage II, categorieën 1 tot en met 14, bij Verordening (EG) nr. 110/2008 van het Europees Parlement en de Raad (6), eau-de-vie (voorafgegaan door de naam van de vrucht), verkregen door maceratie en distillatie en London gin (bijlage II, categorie 16 respectievelijk 22) Sambuca, maraschino, marrasquino of Maraskino en mistrà als omschreven in bijlage II, categorieën 38, 39 en 43, bij Verordening (EG) nr. 110/2008 |
28 |
Sangria, clarea en zurra als vermeld in Verordening (EEG) nr. 1601/91 van de Raad (7) |
29 |
Wijnazijn die onder Verordening (EG) nr. 1234/2007 valt, als vermeld in bijlage I, deel XII, bij die verordening |
30 |
Levensmiddelen voor zuigelingen en peuters, als vermeld in Richtlijn 2009/39/EG, met inbegrip van voeding voor medisch gebruik voor zuigelingen en peuters |
31 |
Honing als omschreven in Richtlijn 2001/110/EG |
32 |
Mout en moutproducten |
(1)
PB L 15 van 17.1.2002, blz. 19.
(2)
PB L 10 van 12.1.2002, blz. 58.
(3)
PB L 10 van 12.1.2002, blz. 67.
(4)
PB L 197 van 3.8.2000, blz. 19.
(5)
PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1.
(6)
PB L 39 van 13.2.2008, blz. 16.
(7)
PB L 149 van 14.6.1991, blz. 1. |
Tabel 3
Kleurstoffen die in de vorm van lakken mogen worden gebruikt
E-nummer |
Naam |
E 100 |
Curcumine |
E 101 |
Riboflavinen |
E 102 |
Tartrazine |
E 104 |
Chinolinegeel |
E 110 |
Zonnegeel FCF/oranjegeel S |
E 120 |
Karmijnzuur, karmijn |
E 122 |
Azorubine, karmozijn |
E 123 |
Amarant |
E 124 |
Ponceau 4R, cochenillerood A |
E 127 |
Erytrosine |
E 129 |
Allurarood AC |
E 131 |
Patentblauw V |
E 132 |
Indigotine, indigokarmijn |
E 133 |
Briljantblauw FCF |
E 141 |
Kopercomplexen van chlorofylen en chlorofylinen |
E 142 |
Groen S |
E 151 |
Briljantzwart PN |
E 155 |
Bruin HT |
E 163 |
Anthocyanen |
E 180 |
Litholrubine BK |
DEEL B
LIJST VAN ALLE ADDITIEVEN
1. Kleurstoffen
E-nummer |
Naam |
E 100 |
Curcumine |
E 101 |
Riboflavinen |
E 102 |
Tartrazine |
E 104 |
Chinolinegeel |
E 110 |
Zonnegeel FCF/oranjegeel S |
E 120 |
Karmijnzuur, karmijn |
E 122 |
Azorubine, karmozijn |
E 123 |
Amarant |
E 124 |
Ponceau 4R, cochenillerood A |
E 127 |
Erytrosine |
E 129 |
Allurarood AC |
E 131 |
Patentblauw V |
E 132 |
Indigotine, indigokarmijn |
E 133 |
Briljantblauw FCF |
E 140 |
Chlorofylen en chlorofylinen |
E 141 |
Kopercomplexen van chlorofylen en chlorofylinen |
E 142 |
Groen S |
E 150a |
Karamel (1) |
E 150b |
Alkali-sulfietkaramel |
E 150c |
Ammoniakkaramel |
E 150d |
Sulfiet-ammoniakkaramel |
E 151 |
Briljantzwart PN |
E 153 |
Plantaardige koolstof |
E 155 |
Bruin HT |
E 160a |
Carotenen |
E 160b(i) |
Annatto bixine |
E 160b(ii) |
Annatto norbixine |
E 160c |
Paprika-extract, capsanthine, capsorubine |
E 160d |
Lycopeen |
E 160e |
Bèta-apo-8'-carotenal (C30) |
E 161b |
Luteïne |
E 161g |
Canthaxanthine (*1) |
E 162 |
Bietenrood, betanine |
E 163 |
Anthocyanen |
E 170 |
Calciumcarbonaat |
E 171 |
Titaandioxide |
E 172 |
IJzeroxiden en -hydroxiden |
E 173 |
Aluminium |
E 174 |
Zilver |
E 175 |
Goud |
E 180 |
Litholrubine BK |
(1)
Met „karamel” worden bedoeld producten van min of meer bruine kleur, bestemd voor kleuring. Deze naam komt niet overeen met het zoete aromatische product dat wordt verkregen door verhitting van suiker en als aroma voor levensmiddelen (bv. suikerwerk, gebak, alcoholhoudende dranken) wordt gebruikt.
(*1)
Canthaxanthine is niet toegestaan in de levensmiddelencategorieën van de delen D en E. De stof is in lijst B1 opgenomen omdat zij in geneesmiddelen wordt gebruikt overeenkomstig Richtlijn 2009/35/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 109 van 30.4.2009, blz. 10). |
2. Zoetstoffen
E-nummer |
Naam |
E 420 |
Sorbitolen |
E 421 |
Mannitol |
E 950 |
Acesulfaam-K |
E 951 |
Aspartaam |
E 952 |
Cyclamaten |
E 953 |
Isomalt |
E 954 |
Sacharinen |
E 955 |
Sucralose |
E 957 |
Thaumatine |
E 959 |
Neohesperidine-DC |
E 960a |
Steviolglycosiden uit Stevia |
E 960c |
Enzymatisch geproduceerde steviolglycosiden |
E 961 |
Neotaam |
E 962 |
Aspartaam-acesulfaamzout |
E 964 |
Polyglycitolstroop |
E 965 |
Maltitolen |
E 966 |
Lactitol |
E 967 |
Xylitol |
E 968 |
Erytritol |
E 969 |
Advantaam |
3. Andere additieven dan kleurstoffen en zoetstoffen
E-nummer |
Naam |
E 170 |
Calciumcarbonaat |
E 172 |
IJzeroxiden en ijzerhydroxiden |
E 200 |
Sorbinezuur |
E 202 |
Kaliumsorbaat |
▼M76 ————— |
|
E 210 |
Benzoëzuur (1) |
E 211 |
Natriumbenzoaat (1) |
E 212 |
Kaliumbenzoaat (1) |
E 213 |
Calciumbenzoaat (1) |
E 214 |
Ethyl-p-hydroxybenzoaat |
E 215 |
Ethyl-p-hydroxybenzoaat, natriumzout |
E 218 |
Methyl-p-hydroxybenzoaat |
E 219 |
Methyl-p-hydroxybenzoaat, natriumzout |
E 220 |
Zwaveldioxide |
E 221 |
Natriumsulfiet |
E 222 |
Natriumwaterstofsulfiet |
E 223 |
Natriumdisulfiet |
E 224 |
Kaliumdisulfiet |
E 226 |
Calciumsulfiet |
E 227 |
Calciumwaterstofsulfiet |
E 228 |
Kaliumwaterstofsulfiet |
E 234 |
Nisine |
E 235 |
Natamycine |
E 239 |
Hexamethyleentetramine |
E 242 |
Dimethyldicarbonaat |
E 243 |
Ethyllauroylarginaat |
E 249 |
Kaliumnitriet |
E 250 |
Natriumnitriet |
E 251 |
Natriumnitraat |
E 252 |
Kaliumnitraat |
E 260 |
Azijnzuur |
E 261 |
Kaliumacetaten (4) |
E 262 |
Natriumacetaten |
E 263 |
Calciumacetaat |
E 270 |
Melkzuur |
E 280 |
Propionzuur |
E 281 |
Natriumpropionaat |
E 282 |
Calciumpropionaat |
E 283 |
Kaliumpropionaat |
E 284 |
Boorzuur |
E 285 |
Natriumtetraboraat (borax) |
E 290 |
Koolstofdioxide |
E 296 |
Appelzuur |
E 297 |
Fumaarzuur |
E 300 |
Ascorbinezuur |
E 301 |
Natriumascorbaat |
E 302 |
Calciumascorbaat |
E 304 |
Vetzuuresters van ascorbinezuur |
E 306 |
Tocoferolrijk extract |
E 307 |
Alfa-tocoferol |
E 308 |
Gamma-tocoferol |
E 309 |
Delta-tocoferol |
E 310 |
Propylgallaat |
▼M82 ————— |
|
E 315 |
Erythorbinezuur |
E 316 |
Natriumerythorbaat |
E 319 |
tert-Butylhydrochinon (TBHQ) |
E 320 |
Butylhydroxyanisool (BHA) |
E 321 |
Butylhydroxytolueen (BHT) |
E 322 |
Lecithinen |
E 325 |
Natriumlactaat |
E 326 |
Kaliumlactaat |
E 327 |
Calciumlactaat |
E 330 |
Citroenzuur |
E 331 |
Natriumcitraten |
E 332 |
Kaliumcitraten |
E 333 |
Calciumcitraten |
E 334 |
L(+)-Wijnsteenzuur |
E 335 |
Natriumtartraten |
E 336 |
Kaliumtartraten |
E 337 |
Kaliumnatriumtartraat |
E 338 |
Fosforzuur |
E 339 |
Natriumfosfaten |
E 340 |
Kaliumfosfaten |
E 341 |
Calciumfosfaten |
E 343 |
Magnesiumfosfaten |
E 350 |
Natriummalaten |
E 351 |
Kaliummalaat |
E 352 |
Calciummalaten |
E 353 |
Metawijnsteenzuur |
E 354 |
Calciumtartraat |
E 355 |
Adipinezuur |
E 356 |
Natriumadipaat |
E 357 |
Kaliumadipaat |
E 363 |
Barnsteenzuur |
E 380 |
Triammoniumcitraat |
E 385 |
Calciumdinatrium-ethyleendiaminetetraäcetaat (calciumdinatrium-EDTA) |
E 392 |
Extracten van rozemarijn |
E 400 |
Alginezuur |
E 401 |
Natriumalginaat |
E 402 |
Kaliumalginaat |
E 403 |
Ammoniumalginaat |
E 404 |
Calciumalginaat |
E 405 |
Propyleenglycolalginaat |
E 406 |
Agaragar |
E 407a |
Verwerkt Eucheuma-wier |
E 407 |
Carrageen |
E 410 |
Johannesbroodpitmeel |
E 412 |
Guarpitmeel |
E 413 |
Tragant |
E 414 |
Arabische gom |
E 415 |
Xanthaangom |
E 416 |
Karayagom |
E 417 |
Taragom |
E 418 |
Gellangom |
E 422 |
Glycerol |
E 423 |
Octenylbarnsteenzuurgemodificeerde Arabische gom |
E 425 |
Konjac |
E 426 |
Hemicellulose van soja |
E 427 |
Cassiagom |
E 431 |
Polyoxyethyleen(40)stearaat |
E 432 |
Polyoxyethyleensorbitaanmonolauraat (polysorbaat 20) |
E 433 |
Polyoxyethyleensorbitaanmonoöleaat (polysorbaat 80) |
E 434 |
Polyoxyethyleensorbitaanmonopalmitaat (polysorbaat 40) |
E 435 |
Polyoxyethyleensorbitaanmonostearaat (polysorbaat 60) |
E 436 |
Polyoxyethyleensorbitaantristearaat (polysorbaat 65) |
E 440 |
Pectinen |
E 442 |
Ammoniumfosfatiden |
E 444 |
Sucroseacetaatisobutyraat |
E 445 |
Glycerolesters van houthars |
E 450 |
Difosfaten |
E 451 |
Trifosfaten |
E 452 |
Polyfosfaten |
E 456 |
Kaliumpolyaspartaat |
E 459 |
Bèta-cyclodextrine |
E 460 |
Cellulose |
E 461 |
Methylcellulose |
E 462 |
Ethylcellulose |
E 463 |
Hydroxypropylcellulose |
E 463a |
Licht gesubstitueerde hydroxypropylcellulose (L-HPC) |
E 464 |
Hydroxypropylmethylcellulose |
E 465 |
Ethylmethylcellulose |
E 466 |
Natriumcarboxymethylcellulose, cellulosegom |
E 468 |
Vernette natriumcarboxymethylcellulose, vernette cellulosegom |
E 469 |
Enzymatisch gehydrolyseerde carboxymethylcellulose, enzymatisch gehydrolyseerde cellulosegom |
E 470a |
Natrium-, kalium- en calciumzouten van vetzuren |
E 470b |
Magnesiumzouten van vetzuren |
E 471 |
Mono- en diglyceriden van vetzuren |
E 472a |
Mono- en diglyceriden van vetzuren, veresterd met azijnzuur |
E 472b |
Mono- en diglyceriden van vetzuren, veresterd met melkzuur |
E 472c |
Mono- en diglyceriden van vetzuren, veresterd met citroenzuur |
E 472d |
Mono- en diglyceriden van vetzuren, veresterd met wijnsteenzuur |
E 472e |
Mono- en diglyceriden van vetzuren, veresterd met monoacetyl- en diacetylwijnsteenzuur |
E 472f |
Mono- en diglyceriden van vetzuren, veresterd met een mengsel van azijnzuur en wijnsteenzuur |
E 473 |
Sucrose-esters van vetzuren |
E 474 |
Sucroglyceriden |
E 475 |
Polyglycerolesters van vetzuren |
E 476 |
Polyglycerolpolyricinoleaat |
E 477 |
Esters van propaan-1,2-diol met vetzuren |
E 479b |
Thermisch geoxideerde sojaolie, na reactie met mono- en diglyceriden van vetzuren |
E 481 |
Natriumstearoyl-2-lactylaat |
E 482 |
Calciumstearoyl-2-lactylaat |
E 483 |
Stearyltartraat |
E 491 |
Sorbitaanmonostearaat |
E 492 |
Sorbitaantristearaat |
E 493 |
Sorbitaanmonolauraat |
E 494 |
Sorbitaanmonoöleaat |
E 495 |
Sorbitaanmonopalmitaat |
E 499 |
Plantensterolen die rijk zijn aan stigmasterol |
E 500 |
Natriumcarbonaten |
E 501 |
Kaliumcarbonaten |
E 503 |
Ammoniumcarbonaten |
E 504 |
Magnesiumcarbonaten |
E 507 |
Zoutzuur |
E 508 |
Kaliumchloride |
E 509 |
Calciumchloride |
E 511 |
Magnesiumchloride |
E 512 |
Tin(II)chloride |
E 513 |
Zwavelzuur |
E 514 |
Natriumsulfaten |
E 515 |
Kaliumsulfaten |
E 516 |
Calciumsulfaat |
E 517 |
Ammoniumsulfaat |
E 520 |
Aluminiumsulfaat |
E 521 |
Aluminiumnatriumsulfaat |
E 522 |
Aluminiumkaliumsulfaat |
E 523 |
Aluminiumammoniumsulfaat |
E 524 |
Natriumhydroxide |
E 525 |
Kaliumhydroxide |
E 526 |
Calciumhydroxide |
E 527 |
Ammoniumhydroxide |
E 528 |
Magnesiumhydroxide |
E 529 |
Calciumoxide |
E 530 |
Magnesiumoxide |
E 534 |
IJzertartraat |
E 535 |
Natriumhexacyanoferraat(II) |
E 536 |
Kaliumhexacyanoferraat(II) |
E 538 |
Calciumhexacyanoferraat(II) |
E 541 |
Natriumaluminiumfosfaat, zuur |
E 551 |
Siliciumdioxide |
E 552 |
Calciumsilicaat |
E 553a |
Magnesiumsilicaat |
E 553b |
Talk |
E 554 |
Natriumaluminiumsilicaat |
E 555 |
Kaliumaluminiumsilicaat |
E 556 |
Calciumaluminiumsilicaat (2) |
E 558 |
Bentoniet (3) |
E 559 |
Aluminiumsilicaat (kaolien) (2) |
E 570 |
Vetzuren |
E 574 |
Gluconzuur |
E 575 |
Glucono-delta-lacton |
E 576 |
Natriumgluconaat |
E 577 |
Kaliumgluconaat |
E 578 |
Calciumgluconaat |
E 579 |
IJzer(II)gluconaat |
E 585 |
IJzer(II)lactaat |
E 586 |
4-Hexylresorcinol |
E 620 |
Glutaminezuur |
E 621 |
Mononatriumglutamaat |
E 622 |
Monokaliumglutamaat |
E 623 |
Calciumdiglutamaat |
E 624 |
Monoammoniumglutamaat |
E 625 |
Magnesiumdiglutamaat |
E 626 |
Guanylzuur |
E 627 |
Natriumguanylaat |
E 628 |
Kaliumguanylaat |
E 629 |
Calciumguanylaat |
E 630 |
Inosinezuur |
E 631 |
Dinatriuminosinaat |
E 632 |
Dikaliuminosinaat |
E 633 |
Calciuminosinaat |
E 634 |
Calcium-5'-ribonucleotiden |
E 635 |
Dinatrium-5'-ribonucleotiden |
E 640 |
Glycine en natriumglycinaat |
E 641 |
L-leucine |
E 650 |
Zinkacetaat |
E 900 |
Dimethylpolysiloxaan |
E 901 |
Bijenwas, wit en geel |
E 902 |
Candelillawas |
E 903 |
Carnaubawas |
E 904 |
Schellak |
E 905 |
Microkristallijne was |
E 907 |
Gehydrogeneerd poly-1-deceen |
▼M45 ————— |
|
E 914 |
Geoxideerde polyethyleenwas |
E 920 |
L-Cysteïne |
E 927b |
Carbamide |
E 938 |
Argon |
E 939 |
Helium |
E 941 |
Stikstof |
E 942 |
Distikstofoxide |
E 943a |
Butaan |
E 943b |
Isobutaan |
E 944 |
Propaan |
E 948 |
Zuurstof |
E 949 |
Waterstof |
E 999 |
Quillaja-extract |
E 1103 |
Invertase |
E 1105 |
Lysozym |
E 1200 |
Polydextrose |
E 1201 |
Polyvinylpyrrolidon |
E 1202 |
Polyvinylpolypyrrolidon |
E 1203 |
Polyvinylalcohol (PVA) |
E 1204 |
Pullulan |
E 1205 |
Basisch methacrylaatcopolymeer |
E 1206 |
Neutraal methacrylaatcopolymeer |
E 1207 |
Anionisch methacrylaatcopolymeer |
E 1208 |
Polyvinylpyrrolidon-vinylacetaatcopolymeer |
E 1209 |
Polyvinylalcohol-polyethyleenglycol-entcopolymeer |
E 1404 |
Geoxideerd zetmeel |
E 1410 |
Monozetmeelfosfaat |
E 1412 |
Dizetmeelfosfaat |
E 1413 |
Gefosfateerd dizetmeelfosfaat |
E 1414 |
Geacetyleerd dizetmeelfosfaat |
E 1420 |
Geacetyleerd zetmeel |
E 1422 |
Geacetyleerd dizetmeeladipaat |
E 1440 |
Hydroxypropylzetmeel |
E 1442 |
Hydroxypropyldizetmeelfosfaat |
E 1450 |
Zetmeelnatriumoctenylsuccinaat |
E 1451 |
Geacetyleerd geoxideerd zetmeel |
E 1452 |
Zetmeelaluminiumoctenylsuccinaat |
E 1505 |
Triëthylcitraat |
E 1517 |
Glyceryldiacetaat (diacetine) |
E 1518 |
Glyceryltriacetaat (triacetine) |
E 1519 |
Benzylalcohol |
E 1520 |
Propaan-1,2-diol (propyleenglycol) |
E 1521 |
Polyethyleenglycol |
(1)
Benzoëzuur mag voorkomen in bepaalde gefermenteerde producten die worden verkregen met fermentatieprocessen waarbij goede fabricagepraktijken worden toegepast. |
DEEL C
DEFINITIES VAN GROEPEN ADDITIEVEN
1. Groep I
E-nummer |
Naam |
Specifiek maximum |
E 170 |
Calciumcarbonaat |
quantum satis |
E 260 |
Azijnzuur |
quantum satis |
E 261 |
Kaliumacetaten (4) |
quantum satis |
E 262 |
Natriumacetaten |
quantum satis |
E 263 |
Calciumacetaat |
quantum satis |
E 270 |
Melkzuur |
quantum satis |
E 290 |
Koolstofdioxide |
quantum satis |
E 296 |
Appelzuur |
quantum satis |
E 300 |
Ascorbinezuur |
quantum satis |
E 301 |
Natriumascorbaat |
quantum satis |
E 302 |
Calciumascorbaat |
quantum satis |
E 304 |
Vetzuuresters van ascorbinezuur |
quantum satis |
E 306 |
Tocoferolrijk extract |
quantum satis |
E 307 |
Alfa-tocoferol |
quantum satis |
E 308 |
Gamma-tocoferol |
quantum satis |
E 309 |
Delta-tocoferol |
quantum satis |
E 322 |
Lecithinen |
quantum satis |
E 325 |
Natriumlactaat |
quantum satis |
E 326 |
Kaliumlactaat |
quantum satis |
E 327 |
Calciumlactaat |
quantum satis |
E 330 |
Citroenzuur |
quantum satis |
E 331 |
Natriumcitraten |
quantum satis |
E 332 |
Kaliumcitraten |
quantum satis |
E 333 |
Calciumcitraten |
quantum satis |
E 334 |
Wijnsteenzuur (L(+)-) |
quantum satis |
E 335 |
Natriumtartraten |
quantum satis |
E 336 |
Kaliumtartraten |
quantum satis |
E 337 |
Kaliumnatriumtartraat |
quantum satis |
E 350 |
Natriummalaten |
quantum satis |
E 351 |
Kaliummalaat |
quantum satis |
E 352 |
Calciummalaten |
quantum satis |
E 354 |
Calciumtartraat |
quantum satis |
E 380 |
Triammoniumcitraat |
quantum satis |
E 400 |
Alginezuur |
quantum satis (1) |
E 401 |
Natriumalginaat |
quantum satis (1) |
E 402 |
Kaliumalginaat |
quantum satis (1) |
E 403 |
Ammoniumalginaat |
quantum satis (1) |
E 404 |
Calciumalginaat |
quantum satis (1) |
E 406 |
Agaragar |
quantum satis (1) |
E 407 |
Carrageen |
quantum satis (1) |
E 407a |
Verwerkt Eucheuma-wier |
quantum satis (1) |
E 410 |
Johannesbroodpitmeel |
|
E 412 |
Guarpitmeel |
|
E 413 |
Tragant |
quantum satis (1) |
E 414 |
Arabische gom |
quantum satis (1) |
E 415 |
Xanthaangom |
|
E 417 |
Taragom |
|
E 418 |
Gellangom |
quantum satis (1) |
E 422 |
Glycerol |
quantum satis |
E 425 |
Konjac i) Konjacgom ii) Konjacglucomannaan |
|
E 426 |
Hemicellulose van soja |
quantum satis |
E 440 |
Pectinen |
quantum satis (1) |
E 460 |
Cellulose |
quantum satis |
E 461 |
Methylcellulose |
quantum satis |
E 462 |
Ethylcellulose |
quantum satis |
E 463 |
Hydroxypropylcellulose |
quantum satis |
E 464 |
Hydroxypropylmethylcellulose |
quantum satis |
E 465 |
Ethylmethylcellulose |
quantum satis |
E 466 |
Natriumcarboxymethylcellulose, cellulosegom |
quantum satis |
E 469 |
Enzymatisch gehydrolyseerde carboxymethylcellulose |
quantum satis |
E 470a |
Natrium-, kalium- en calciumzouten van vetzuren |
quantum satis |
E 470b |
Magnesiumzouten van vetzuren |
quantum satis |
E 471 |
Mono- en diglyceriden van vetzuren |
quantum satis |
E 472a |
Mono- en diglyceriden van vetzuren, veresterd met azijnzuur |
quantum satis |
E 472b |
Mono- en diglyceriden van vetzuren, veresterd met melkzuur |
quantum satis |
E 472c |
Mono- en diglyceriden van vetzuren, veresterd met citroenzuur |
quantum satis |
E 472d |
Mono- en diglyceriden van vetzuren, veresterd met wijnsteenzuur |
quantum satis |
E 472e |
Mono- en diglyceriden van vetzuren, veresterd met monoacetyl- en diacetylwijnsteenzuur |
quantum satis |
E 472f |
Mono- en diglyceriden van vetzuren, veresterd met een mengsel van azijnzuur en wijnsteenzuur |
quantum satis |
E 500 |
Natriumcarbonaten |
quantum satis |
E 501 |
Kaliumcarbonaten |
quantum satis |
E 503 |
Ammoniumcarbonaten |
quantum satis |
E 504 |
Magnesiumcarbonaten |
quantum satis |
E 507 |
Zoutzuur |
quantum satis |
E 508 |
Kaliumchloride |
quantum satis |
E 509 |
Calciumchloride |
quantum satis |
E 511 |
Magnesiumchloride |
quantum satis |
E 513 |
Zwavelzuur |
quantum satis |
E 514 |
Natriumsulfaten |
quantum satis |
E 515 |
Kaliumsulfaten |
quantum satis |
E 516 |
Calciumsulfaat |
quantum satis |
E 524 |
Natriumhydroxide |
quantum satis |
E 525 |
Kaliumhydroxide |
quantum satis |
E 526 |
Calciumhydroxide |
quantum satis |
E 527 |
Ammoniumhydroxide |
quantum satis |
E 528 |
Magnesiumhydroxide |
quantum satis |
E 529 |
Calciumoxide |
quantum satis |
E 530 |
Magnesiumoxide |
quantum satis |
E 570 |
Vetzuren |
quantum satis |
E 574 |
Gluconzuur |
quantum satis |
E 575 |
Glucono-delta-lacton |
quantum satis |
E 576 |
Natriumgluconaat |
quantum satis |
E 577 |
Kaliumgluconaat |
quantum satis |
E 578 |
Calciumgluconaat |
quantum satis |
E 640 |
Glycine en natriumglycinaat |
quantum satis |
E 920 |
L-Cysteïne |
quantum satis |
E 938 |
Argon |
quantum satis |
E 939 |
Helium |
quantum satis |
E 941 |
Stikstof |
quantum satis |
E 942 |
Distikstofoxide |
quantum satis |
E 948 |
Zuurstof |
quantum satis |
E 949 |
Waterstof |
quantum satis |
E 1103 |
Invertase |
quantum satis |
E 1200 |
Polydextrose |
quantum satis |
E 1404 |
Geoxideerd zetmeel |
quantum satis |
E 1410 |
Monozetmeelfosfaat |
quantum satis |
E 1412 |
Dizetmeelfosfaat |
quantum satis |
E 1413 |
Gefosfateerd dizetmeelfosfaat |
quantum satis |
E 1414 |
Geacetyleerd dizetmeelfosfaat |
quantum satis |
E 1420 |
Geacetyleerd zetmeel |
quantum satis |
E 1422 |
Geacetyleerd dizetmeeladipaat |
quantum satis |
E 1440 |
Hydroxypropylzetmeel |
quantum satis |
E 1442 |
Hydroxypropyldizetmeelfosfaat |
quantum satis |
E 1450 |
Zetmeelnatriumoctenylsuccinaat |
quantum satis |
E 1451 |
Geacetyleerd geoxideerd zetmeel |
quantum satis |
E 620 |
Glutaminezuur |
10 g/kg, afzonderlijk of in combinatie, uitgedrukt als glutaminezuur |
E 621 |
Mononatriumglutamaat |
|
E 622 |
Monokaliumglutamaat |
|
E 623 |
Calciumdiglutamaat |
|
E 624 |
Monoammoniumglutamaat |
|
E 625 |
Magnesiumdiglutamaat |
|
E 626 |
Guanylzuur |
500 mg/kg, afzonderlijk of in combinatie, uitgedrukt als guanylzuur |
E 627 |
Natriumguanylaat |
|
E 628 |
Kaliumguanylaat |
|
E 629 |
Calciumguanylaat |
|
E 630 |
Inosinezuur |
|
E 631 |
Dinatriuminosinaat |
|
E 632 |
Dikaliuminosinaat |
|
E 633 |
Calciuminosinaat |
|
E 634 |
Calcium-5'-ribonucleotiden |
|
E 635 |
Dinatrium-5'-ribonucleotiden |
|
E 420 |
Sorbitolen |
quantum satis (indien niet als zoetstof gebruikt) |
E 421 |
Mannitol |
|
E 953 |
Isomalt |
|
E 965 |
Maltitolen |
|
E 966 |
Lactitol |
|
E 967 |
Xylitol |
|
E 968 |
Erytritol |
|
(1)
Mag niet worden gebruikt in geleiproducten in minicups.
(2)
Mag niet worden gebruikt voor de productie van gedehydrateerde levensmiddelen die bedoeld zijn voor rehydratering bij inname.
(3)
Mag niet worden gebruikt in geleiproducten. |
2. Groep II: in quantum satis — hoeveelheid toegestane levensmiddelenkleurstoffen
E-nummer |
Naam |
E 101 |
Riboflavinen |
E 140 |
Chlorofylen, chlorofylinen |
E 141 |
Kopercomplexen van chlorofylen en chlorofylinen |
E 150a |
Karamel |
E 150b |
Alkali-sulfietkaramel |
E 150c |
Ammoniakkaramel |
E 150d |
Sulfiet-ammoniakkaramel |
E 153 |
Plantaardige koolstof |
E 160a |
Carotenen |
E 160c |
Paprika-extract, capsanthine, capsorubine |
E 162 |
Bietenrood, betanine |
E 163 |
Anthocyanen |
E 170 |
Calciumcarbonaat |
E 171 |
Titaandioxide |
E 172 |
IJzeroxiden en -hydroxiden |
3. Groep III: levensmiddelenkleurstoffen met een gecombineerd maximum
E-nummer |
Naam |
E 100 |
Curcumine |
E 102 |
Tartrazine |
▼M6 ————— |
|
E 120 |
Karmijnzuur, karmijn |
E 122 |
Azorubine, karmozijn |
▼M6 ————— |
|
E 129 |
Allurarood AC |
E 131 |
Patentblauw V |
E 132 |
Indigotine, indigokarmijn |
E 133 |
Briljantblauw FCF |
E 142 |
Groen S |
E 151 |
Briljantzwart PN |
E 155 |
Bruin HT |
E 160e |
Bèta-apo-8'-carotenal (C30) |
E 161b |
Luteïne |
4. Groep IV: polyolen
E-nummer |
Naam |
E 420 |
Sorbitolen |
E 421 |
Mannitol |
E 953 |
Isomalt |
E 965 |
Maltitolen |
E 966 |
Lactitol |
E 967 |
Xylitol |
E 968 |
Erytritol |
5. Andere additieven die in combinatie mogen worden gereglementeerd
a) E 200 — E 202: Sorbinezuur — Kaliumsorbaat (Sa)
E-nummer |
Naam |
E 200 |
Sorbinezuur |
E 202 |
Kaliumsorbaat |
b) E 210 – E 213: Benzoëzuur — Benzoaten (Ba)
E-nummer |
Naam |
E 210 |
Benzoëzuur |
E 211 |
Natriumbenzoaat |
E 212 |
Kaliumbenzoaat |
E 213 |
Calciumbenzoaat |
c) E 200 – E 213: Sorbinezuur — Sorbaten; Benzoëzuur — Benzoaten (Sa + Ba)
E-nummer |
Naam |
E 200 |
Sorbinezuur |
E 202 |
Kaliumsorbaat |
▼M76 ————— |
|
E 210 |
Benzoëzuur |
E 211 |
Natriumbenzoaat |
E 212 |
Kaliumbenzoaat |
E 213 |
Calciumbenzoaat |
d) E 200 – E 219: Sorbinezuur — Sorbaten; Benzoëzuur — Benzoaten; p-hydroxybenzoaten (Sa + Ba + PHB)
E-nummer |
Naam |
E 200 |
Sorbinezuur |
E 202 |
Kaliumsorbaat |
▼M76 ————— |
|
E 210 |
Benzoëzuur |
E 211 |
Natriumbenzoaat |
E 212 |
Kaliumbenzoaat |
E 213 |
Calciumbenzoaat |
E 214 |
Ethyl-p-hydroxybenzoaat |
E 215 |
Ethyl-p-hydroxybenzoaat, natriumzout |
E 218 |
Methyl-p-hydroxybenzoaat |
E 219 |
Methyl-p-hydroxybenzoaat, natriumzout |
e) E 200 — E 202, E 214 — E 219: Sorbinezuur — Kaliumsorbaat; p-hydroxybenzoaten (Sa + PHB)
E-nummer |
Naam |
E 200 |
Sorbinezuur |
E 202 |
Kaliumsorbaat |
E 214 |
Ethyl-p-hydroxybenzoaat |
E 215 |
Ethyl-p-hydroxybenzoaat, natriumzout |
E 218 |
Methyl-p-hydroxybenzoaat |
E 219 |
Methyl-p-hydroxybenzoaat, natriumzout |
f) E 214 – E 219: p-Hydroxybenzoaten (PHB)
E-nummer |
Naam |
E 214 |
Ethyl-p-hydroxybenzoaat |
E 215 |
Ethyl-p-hydroxybenzoaat, natriumzout |
E 218 |
Methyl-p-hydroxybenzoaat |
E 219 |
Methyl-p-hydroxybenzoaat, natriumzout |
g) E 220 – E 228: Zwaveldioxide — Sulfieten
E-nummer |
Naam |
E 220 |
Zwaveldioxide |
E 221 |
Natriumsulfiet |
E 222 |
Natriumwaterstofsulfiet |
E 223 |
Natriumdisulfiet |
E 224 |
Kaliumdisulfiet |
E 226 |
Calciumsulfiet |
E 227 |
Calciumwaterstofsulfiet |
E 228 |
Kaliumwaterstofsulfiet |
h) E 249 – E 250: Nitrieten
E-nummer |
Naam |
E 249 |
Kaliumnitriet |
E 250 |
Natriumnitriet |
i) E 251 – E 252: Nitraten
E-nummer |
Naam |
E 251 |
Natriumnitraat |
E 252 |
Kaliumnitraat |
j) E 280 – E 283: Propionzuur – Propionaten
E-nummer |
Naam |
E 280 |
Propionzuur |
E 281 |
Natriumpropionaat |
E 282 |
Calciumpropionaat |
E 283 |
Kaliumpropionaat |
k) E 310 – E 320: Propylgallaat, TBHQ en BHA
E-nummer |
Naam |
E 310 |
Propylgallaat |
E 319 |
tert-Butylhydrochinon (TBHQ) |
E 320 |
Butylhydroxyanisool (BHA) |
l) E 338-341, E 343 en E 450-452: Fosforzuur — Fosfaten — Di-, tri- en polyfosfaten
E-nummer |
Naam |
E 338 |
Fosforzuur |
E 339 |
Natriumfosfaten |
E 340 |
Kaliumfosfaten |
E 341 |
Calciumfosfaten |
E 343 |
Magnesiumfosfaten |
E 450 |
Difosfaten (1) |
E 451 |
Trifosfaten |
E 452 |
Polyfosfaten |
(1)
met uitzondering van E 450 (ix). |
m) E 355 – E 357: Adipinezuur — Adipaten
E-nummer |
Naam |
E 355 |
Adipinezuur |
E 356 |
Natriumadipaat |
E 357 |
Kaliumadipaat |
n) E 432 – E 436: Polysorbaten
E-nummer |
Naam |
E 432 |
Polyoxyethyleensorbitaanmonolauraat (polysorbaat 20) |
E 433 |
Polyoxyethyleensorbitaanmonoöleaat (polysorbaat 80) |
E 434 |
Polyoxyethyleensorbitaanmonopalmitaat (polysorbaat 40) |
E 435 |
Polyoxyethyleensorbitaanmonostearaat (polysorbaat 60) |
E 436 |
Polyoxyethyleensorbitaantristearaat (polysorbaat 65) |
o) E 473 – E 474: Sucrose-esters van vetzuren, sucroglyceriden
E-nummer |
Naam |
E 473 |
Sucrose-esters van vetzuren |
E 474 |
Sucroglyceriden |
p) E 481 – E 482: Stearoyl-2-lactylaten
E-nummer |
Naam |
E 481 |
Natriumstearoyl-2-lactylaat |
E 482 |
Calciumstearoyl-2-lactylaat |
q) E 491 – E 495: Sorbitaanesters
E-nummer |
Naam |
E 491 |
Sorbitaanmonostearaat |
E 492 |
Sorbitaantristearaat |
E 493 |
Sorbitaanmonolauraat |
E 494 |
Sorbitaanmonoöleaat |
E 495 |
Sorbitaanmonopalmitaat |
r) E 520 – E 523: Aluminiumsulfaten
E-nummer |
Naam |
E 520 |
Aluminiumsulfaat |
E 521 |
Aluminiumnatriumsulfaat |
E 522 |
Aluminiumkaliumsulfaat |
E 523 |
Aluminiumammoniumsulfaat |
E 551 – 559: Siliciumdioxide — Silicaten ( 7 )
E-nummer |
Naam |
E 551 |
Siliciumdioxide |
E 552 |
Calciumsilicaat |
E 553a |
Magnesiumsilicaat |
E 553b |
Talk |
E 554 |
Natriumaluminiumsilicaat |
E 555 |
Kaliumaluminiumsilicaat |
E 556 |
Calciumaluminiumsilicaat |
E 559 |
Aluminiumsilicaat (kaolien) |
E 551 – 553: Siliciumdioxide — Silicaten ( 8 )
E-nummer |
Naam |
E 551 |
Siliciumdioxide |
E 552 |
Calciumsilicaat |
E 553a |
Magnesiumsilicaat |
E 553b |
Talk |
t) E 620 – E 625: Glutaminezuur — Glutamaten
E-nummer |
Naam |
E 620 |
Glutaminezuur |
E 621 |
Mononatriumglutamaat |
E 622 |
Monokaliumglutamaat |
E 623 |
Calciumdiglutamaat |
E 624 |
Monoammoniumglutamaat |
E 625 |
Magnesiumdiglutamaat |
u) E 626 – E 635: Ribonucleotiden
E-nummer |
Naam |
E 626 |
Guanylzuur |
E 627 |
Natriumguanylaat |
E 628 |
Kaliumguanylaat |
E 629 |
Calciumguanylaat |
E 630 |
Inosinezuur |
E 631 |
Dinatriuminosinaat |
E 632 |
Dikaliuminosinaat |
E 633 |
Calciuminosinaat |
E 634 |
Calcium-5'-ribonucleotiden |
E 635 |
Dinatrium-5'-ribonucleotiden |
E 960a – E 960c: Steviolglycosiden
E-nummer |
Naam |
E 960a |
Steviolglycosiden uit Stevia |
E 960c |
Enzymatisch geproduceerde steviolglycosiden |
DEEL D
LEVENSMIDDELENCATEGORIEËN
Nummer |
Naam |
0. |
Alle categorieën levensmiddelen |
01. |
Zuivelproducten en zuivelanalogen |
01.1 |
Niet-gearomatiseerde, gepasteuriseerde en gesteriliseerde (met inbegrip van UHT-sterilisatie) melk |
01.2 |
Niet-gearomatiseerde, gefermenteerde melkproducten, met inbegrip van niet-gearomatiseerde natuurlijke karnemelk (met uitzondering van gesteriliseerde karnemelk), die na de fermentatie geen warmtebehandeling hebben ondergaan |
01.3 |
Niet-gearomatiseerde, gefermenteerde melkproducten die na de fermentatie een warmtebehandeling hebben ondergaan |
01.4 |
Gearomatiseerde, gefermenteerde melkproducten, met inbegrip van producten die een warmtebehandeling hebben ondergaan |
01.5 |
Gedehydrateerde melk als omschreven in Richtlijn 2001/114/EG |
01.6 |
Room en roompoeder |
01.6.1 |
Niet-gearomatiseerde, gepasteuriseerde room (met uitzondering van room met verlaagd vetgehalte) |
01.6.2 |
Niet-gearomatiseerde, met levende fermenten gefermenteerde roomproducten en vervangingsproducten, met een vetgehalte van minder dan 20 % |
01.6.3 |
Andere room |
01.7 |
Kaas en kaasproducten |
01.7.1 |
Ongerijpte kaas, met uitzondering van producten die onder categorie 16 vallen |
01.7.2 |
Gerijpte kaas |
01.7.3 |
Eetbare kaaskorsten |
01.7.4 |
Weikaas |
01.7.5 |
Smeltkaas |
01.7.6 |
Kaasproducten (met uitzondering van producten die onder categorie 16 vallen) |
01.8 |
Zuivelanalogen, inclusief koffiewitmakers |
01.9 |
Voor menselijke voeding bestemde caseïnaten |
02. |
Oliën, vetten en emulsies van oliën en vetten |
02.1 |
Vrijwel watervrije oliën en vetten (met uitzondering van watervrij melkvet) |
02.2 |
Emulsies van oliën en vetten, voornamelijk van het type water in olie |
02.2.1 |
Boter en boterconcentraat, butteroil en watervrij melkvet |
02.2.2 |
Andere emulsies van oliën en vetten, inclusief smeerbare producten als omschreven in Verordening (EG) nr. 1234/2007 en vloeibare emulsies |
02.3 |
Bakspray op basis van plantaardige olie |
03. |
Consumptie-ijs |
04. |
Groenten en fruit |
04.1 |
Onverwerkte groenten en fruit |
04.1.1 |
Verse groenten en fruit, heel |
04.1.2 |
Groenten en fruit, geschild, gesneden en geraspt |
04.1.3 |
Bevroren groenten en fruit |
04.2 |
Verwerkte groenten en fruit |
04.2.1 |
Gedroogde groenten en fruit |
04.2.2 |
Groenten en fruit in azijn, olie of pekel |
04.2.3 |
Groente- en fruitconserven in blik of in glas |
04.2.4 |
Groente- en fruitbereidingen, met uitzondering van producten die onder 5.4 vallen |
04.2.4.1 |
Groente- en fruitbereidingen, met uitzondering van compote |
04.2.4.2 |
Compote, met uitzondering van producten die onder categorie 16 vallen |
04.2.5 |
Jam of confituur, gelei en marmelade en soortgelijke producten |
04.2.5.1 |
Extra jam of extra confituur en extra gelei, als omschreven in Richtlijn 2001/113/EG |
04.2.5.2 |
Jam of confituur, gelei en marmelade alsmede kastanjepasta, als omschreven in Richtlijn 2001/113/EG |
04.2.5.3 |
Andere soortgelijke smeerbare groente- en fruitproducten |
04.2.5.4 |
Notenboter en notenpasta |
04.2.6 |
Verwerkte aardappelproducten |
05. |
Snoepgoed |
05.1 |
Cacao- en chocoladeproducten als omschreven in Richtlijn 2000/36/EG |
05.2 |
Ander snoepgoed, inclusief microproducten ter verfrissing van de adem |
05.3 |
Kauwgom |
05.4 |
Versieringen, afdeklagen en vullingen, met uitzondering van onder categorie 4.2.4 vallen vullingen op basis van fruit |
06. |
Granen en graanproducten |
06.1 |
Granen, heel, gebroken of in vlokken |
06.2 |
Meel, andere gemalen producten en zetmeel |
06.2.1 |
Meel, bloem |
06.2.2 |
Zetmeel |
06.3 |
Ontbijtgranen |
06.4 |
Deegwaren |
06.4.1 |
Verse deegwaren |
06.4.2 |
Droge deegwaren |
06.4.3 |
Voorgekookte deegwaren, vers |
06.4.4 |
Gnocchi van aardappelen |
06.4.5 |
Vullingen voor gevulde deegwaren (ravioli en soortgelijke producten) |
06.5 |
Noedels |
06.6 |
Beslag |
06.7 |
Voorgekookte of verwerkte granen |
07. |
Bakkerijproducten |
07.1 |
Brood en broodjes |
07.1.1 |
Brood, uitsluitend bereid van de volgende ingrediënten: tarwebloem, water, gist of bakpoeder, zout |
07.1.2 |
Pain courant français; friss búzakenyér, fehér és félbarna kenyerek |
07.2 |
Banketbakkerswaren |
08. |
Vlees |
08.1 |
Vers vlees, met uitzondering van vleesbereidingen als omschreven in Verordening (EG) nr. 853/2004 |
08.2 |
Vleesbereidingen als omschreven in Verordening (EG) nr. 853/2004 |
08.3 |
Vleesproducten |
08.3.1 |
Niet-warmtebehandelde vleesproducten |
08.3.2 |
Warmtebehandelde vleesproducten |
08.3.3 |
Darmen, afdeklagen en versieringen voor vlees |
08.3.4 |
Traditioneel vervaardigde gezouten vleesproducten waarvoor specifieke bepalingen inzake nitrieten en nitraten gelden |
08.3.4.1 |
Traditionele in een pekelbad gezouten producten (vleesproducten die in een pekeloplossing van nitrieten en/of nitraten, zout en andere bestanddelen worden gedompeld) |
08.3.4.2 |
Traditioneel vervaardigde drooggezouten producten (bij droogzouten wordt de buitenkant van het vlees droog ingewreven met een pekelmengsel dat nitrieten en/of nitraten, zout en andere bestanddelen bevat, gevolgd door stabilisatie/rijping) |
08.3.4.3 |
Overige traditioneel vervaardigde gezouten producten (combinatie van zouten in een pekelbad en droogzouten, of waarbij nitrieten en/of nitraten bestanddeel zijn van een samengesteld product of waarbij de pekeloplossing in het product wordt ingespoten voordat het wordt gekookt) |
09. |
Vis en visserijproducten |
09.1 |
Onverwerkte vis en visserijproducten |
09.1.1 |
Onverwerkte vis |
09.1.2 |
Onverwerkte schaal- en weekdieren |
09.2 |
Verwerkte vis en visserijproducten, inclusief schaal- en weekdieren |
09.3 |
Viskuit |
10. |
Eieren en eiproducten |
10.1 |
Onverwerkte eieren |
10.2 |
Verwerkte eieren en eiproducten |
11. |
Suikers, stroop, honing en tafelzoetstoffen |
11.1 |
Suikers en stroop als bedoeld in Richtlijn 2001/111/EG |
11.2 |
Andere suikers en stroop |
11.3 |
Honing als omschreven in Richtlijn 2001/110/EG |
11.4 |
Tafelzoetstoffen |
11.4.1 |
Tafelzoetstoffen in vloeibare vorm |
11.4.2 |
Tafelzoetstoffen in poedervorm |
11.4.3 |
Tafelzoetstoffen in tabletvorm |
12. |
Zouten, specerijen, soepen, sauzen, salades en eiwitproducten |
12.1 |
Zout en zoutvervangers |
12.1.1 |
Zout |
12.1.2 |
Zoutvervangers |
12.2 |
Kruiden, specerijen en kruiderijen |
12.2.1 |
Kruiden en specerijen |
12.2.2 |
Kruiderijen en kruidenmixen |
12.3 |
Azijn en verdund azijnzuur (met water verdund tot 4-30 % in volume) |
12.4 |
Mosterd |
12.5 |
Soepen en bouillons |
12.6 |
Sauzen |
12.7 |
Salades en hartige broodsmeersels |
12.8 |
Gist en gistproducten |
12.9 |
Eiwitproducten, met uitzondering van producten die onder categorie 1.8 vallen |
13. |
Voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen als omschreven in Richtlijn 2009/39/EG |
13.1 |
Levensmiddelen voor zuigelingen en peuters |
13.1.1 |
Volledige zuigelingenvoeding als omschreven in Richtlijn 2006/141/EG van de Commissie (1) |
13.1.2 |
Opvolgzuigelingenvoeding als omschreven in Richtlijn 2006/141/EG |
13.1.3 |
Bewerkte voedingsmiddelen op basis van granen en babyvoeding voor zuigelingen en peuters als omschreven in Richtlijn 2006/125/EG van de Commissie (2) |
13.1.4 |
Andere levensmiddelen voor peuters |
13.1.5 |
Dieetvoeding voor zuigelingen en peuters voor medisch gebruik als omschreven in Richtlijn 1999/21/EG van de Commissie (3) en speciaal samengesteld voedsel voor zuigelingen |
13.1.5.1 |
Dieetvoeding voor zuigelingen voor medisch gebruik en speciaal samengesteld voedsel voor zuigelingen |
13.1.5.2 |
Dieetvoeding voor baby's en peuters voor medisch gebruik als omschreven in Richtlijn 1999/21/EG |
13.2 |
Dieetvoeding voor medisch gebruik als omschreven in Richtlijn 1999/21/EG (met uitzondering van producten die onder categorie 13.1.5 vallen) |
13.3 |
Dieetvoeding voor gewichtsbeperking ter vervanging van de totale dagelijkse voedselinname of van een maaltijd (gehele of gedeeltelijke vervanging van de volledige dagelijkse voeding) |
13.4 |
Levensmiddelen voor personen met een glutenintolerantie als omschreven in Verordening (EG) nr. 41/2009 van de Commissie (4) |
14. |
Dranken |
14.1 |
Niet-alcoholhoudende dranken |
14.1.1 |
Water, inclusief natuurlijk mineraalwater als omschreven in Richtlijn 2009/54/EG, alsmede bronwater en ander water in flessen of andere verpakkingen |
14.1.2 |
Vruchtensappen als omschreven in Richtlijn 2001/112/EG en groentesappen |
14.1.3 |
Vruchtennectars als omschreven in Richtlijn 2001/112/EG, groentedranken en soortgelijke producten |
14.1.4 |
Gearomatiseerde dranken |
14.1.5 |
Koffie, thee, vruchten- en kruidenthee, cichorei; extracten van thee, vruchten- en kruidenthee en cichorei; thee-, planten-, vruchten- en graanbereidingen voor infusies, alsmede mengsels en instantmengsels van deze producten |
14.1.5.1 |
Koffie, koffie-extract |
14.1.5.2 |
Overige |
14.2 |
Alcoholhoudende dranken, inclusief hun alcoholvrije en alcoholarme pendanten |
14.2.1 |
Bier en moutdranken |
14.2.2 |
Wijn en andere producten als omschreven in Verordening (EG) nr. 1234/2007 en alcoholarme pendanten |
14.2.3 |
Cider en perencider |
14.2.4 |
Vruchtenwijn en „made wine” |
14.2.5 |
Mede |
14.2.6 |
Gedistilleerde dranken als omschreven in Verordening (EG) nr. 110/2008 |
14.2.7 |
Gearomatiseerde wijnproducten als omschreven in Verordening (EEG) nr. 1601/91 |
14.2.7.1 |
Gearomatiseerde wijnen |
14.2.7.2 |
Gearomatiseerde dranken op basis van wijn |
14.2.7.3 |
Gearomatiseerde cocktails van wijnbouwproducten |
14.2.8 |
Andere alcoholhoudende dranken, inclusief mengsels van alcoholhoudende dranken met niet-alcoholhoudende dranken, en gedistilleerde dranken met een alcoholgehalte van minder dan 15 % |
15. |
Kant-en-klare hapjes en snacks |
15.1 |
Snacks op basis van aardappelen, granen, meel of zetmeel |
15.2 |
Verwerkte noten |
16. |
Desserts, met uitzondering van producten die onder de categorieën 1, 3 en 4 vallen |
17. |
Voedingssupplementen als omschreven in Richtlijn 2002/46/EG |
17.1 |
Voedingssupplementen in vaste vorm, met uitzondering van voedingssupplementen voor zuigelingen en peuters |
17.2 |
Voedingssupplementen in vloeibare vorm, met uitzondering van voedingssupplementen voor zuigelingen en peuters |
18. |
Niet onder de categorieën 1 tot en met 17 vallende verwerkte levensmiddelen, met uitzondering van levensmiddelen voor zuigelingen en peuters |
(1)
PB L 401 van 30.12.2006, blz. 1.
(2)
PB L 339 van 6.12.2006, blz. 16.
(3)
PB L 91 van 7.4.1999, blz. 29.
(4)
PB L 16 van 21.1.2009, blz. 3. |
DEEL E
TOEGESTANE LEVENSMIDDELENADDITIEVEN EN VOORWAARDEN VOOR HET GEBRUIK IN LEVENSMIDDELENCATEGORIEËN
Categorienummer |
E-nummer |
Naam |
Maximum (mg/kg of mg/l) |
Voetnoten |
Beperkingen/uitzonderingen |
0 |
Levensmiddelenadditieven die in alle levensmiddelencategorieën behalve levensmiddelen voor zuigelingen en peuters zijn toegestaan, tenzij uitdrukkelijk anders is bepaald |
||||
E 290 |
Koolstofdioxide |
quantum satis |
|
mag worden gebruikt in levensmiddelen voor zuigelingen en peuters |
|
E 938 |
Argon |
quantum satis |
|
mag worden gebruikt in levensmiddelen voor zuigelingen en peuters |
|
E 939 |
Helium |
quantum satis |
|
mag worden gebruikt in levensmiddelen voor zuigelingen en peuters |
|
E 941 |
Stikstof |
quantum satis |
|
mag worden gebruikt in levensmiddelen voor zuigelingen en peuters |
|
E 942 |
Distikstofoxide |
quantum satis |
|
mag worden gebruikt in levensmiddelen voor zuigelingen en peuters |
|
E 948 |
Zuurstof |
quantum satis |
|
mag worden gebruikt in levensmiddelen voor zuigelingen en peuters |
|
E 949 |
Waterstof |
quantum satis |
|
mag worden gebruikt in levensmiddelen voor zuigelingen en peuters |
|
E 338 – 452 |
Fosforzuur — fosfaten — di-, tri- en polyfosfaten |
10 000 |
(1) (4) (57) |
alleen levensmiddelen in poedervorm (d.w.z. levensmiddelen die tijdens het productieproces gedroogd zijn, en mengsels daarvan), behalve de in tabel 1 van deel A van deze bijlage opgenomen levensmiddelen |
|
E 551 – 559 |
Siliciumdioxide – Silicaten |
10 000 |
(1) (57) |
alleen levensmiddelen in poedervorm (d.w.z. levensmiddelen die tijdens het productieproces gedroogd zijn, en mengsels daarvan), behalve de in tabel 1 van deel A van deze bijlage opgenomen levensmiddelen Toepassingsperiode: tot en met 31 januari 2014 |
|
E 551 – 553 |
Siliciumdioxide – Silicaten |
10 000 |
(1) (57) |
alleen levensmiddelen in poedervorm (d.w.z. levensmiddelen die tijdens het productieproces gedroogd zijn, en mengsels daarvan), behalve de in tabel 1 van deel A van deze bijlage opgenomen levensmiddelen |
|
E 459 |
Bèta-cyclodextrine |
quantum satis |
|
alleen levensmiddelen in tablet- of drageevorm, behalve de in tabel 1 van deel A van deze bijlage opgenomen levensmiddelen |
|
E 551 – 559 |
Siliciumdioxide – Silicaten |
quantum satis |
(1) |
alleen levensmiddelen in tablet- of drageevorm, behalve de in tabel 1 van deel A van deze bijlage opgenomen levensmiddelen Toepassingsperiode: tot en met 31 januari 2014 |
|
E 551 – 553 |
Siliciumdioxide – Silicaten |
quantum satis |
(1) |
alleen levensmiddelen in tablet- of drageevorm, behalve de in tabel 1 van deel A van deze bijlage opgenomen levensmiddelen |
|
(1): De additieven mogen afzonderlijk of in combinatie worden toegevoegd. |
|||||
(4): Het maximum wordt uitgedrukt als P2O5. |
|||||
(57): Het maximum geldt tenzij in de punten 01 tot en met 18 van deze bijlage een ander maximumgehalte voor afzonderlijke levensmiddelen of levensmiddelencategorieën is vastgesteld. |
|||||
01 |
Zuivelproducten en zuivelanalogen |
||||
01.1 |
Niet-gearomatiseerde, gepasteuriseerde en gesteriliseerde (met inbegrip van UHT-sterilisatie) melk |
||||
E 331 |
Natriumcitraten |
4 000 |
|
alleen UHT-geitenmelk |
|
E 338 – E 452 |
Fosforzuur — Fosfaten — Di-, tri- en polyfosfaten |
1 000 |
(1) (4) |
alleen gesteriliseerde melk en UHT-melk |
|
(1): De additieven mogen afzonderlijk of in combinatie worden toegevoegd. |
|||||
(4): Het maximum wordt uitgedrukt als P2O5. |
|||||
01.2 |
Niet-gearomatiseerde, gefermenteerde melkproducten, met inbegrip van niet-gearomatiseerde natuurlijke karnemelk (met uitzondering van gesteriliseerde karnemelk), die na de fermentatie geen warmtebehandeling hebben ondergaan |
||||
01.3 |
Niet-gearomatiseerde, gefermenteerde melkproducten die na de fermentatie een warmtebehandeling hebben ondergaan |
||||
Groep I |
Additieven |
|
|
|
|
E 200 – E 202 |
Sorbinezuur — Kaliumsorbaat |
1 000 |
(1) (2) |
alleen gestremde melk |
|
(1): De additieven mogen afzonderlijk of in combinatie worden toegevoegd. |
|||||
(2): Het maximum geldt voor de som en de hoeveelheden worden uitgedrukt als vrij zuur. |
|||||
01.4 |
Gearomatiseerde, gefermenteerde melkproducten, met inbegrip van producten die een warmtebehandeling hebben ondergaan |
||||
Groep I |
Additieven |
|
|
|
|
Groep II |
Kleurstoffen in quantum satis-hoeveelheid |
quantum satis |
|
Toepassingsperiode: tot en met 31 juli 2014 |
|
Groep II |
Kleurstoffen in quantum satis-hoeveelheid |
quantum satis |
(74) |
Toepassingsperiode: vanaf 1 augustus 2014 |
|
Groep III |
Kleurstoffen met een gecombineerd maximum |
150 |
|
Toepassingsperiode: tot en met 31 juli 2014 |
|
Groep III |
Kleurstoffen met een gecombineerd maximum |
150 |
(74) |
Toepassingsperiode: vanaf 1 augustus 2014 |
|
Groep IV |
Polyolen |
quantum satis |
|
alleen producten met verlaagde energetische waarde of zonder toegevoegde suikers |
|
E 104 |
Chinolinegeel |
10 |
(61) |
|
|
E 110 |
Zonnegeel FCF/oranjegeel S |
5 |
(61) |
|
|
E 124 |
Ponceau 4R, cochenillerood A |
5 |
(61) |
|
|
E 160b(i) |
Annatto bixine |
15 |
(94) |
|
|
E 160b(ii) |
Annatto norbixine |
4 |
(94) |
|
|
E 160d |
Lycopeen |
30 |
|
|
|
E 200 – E 213 |
Sorbinezuur — Kaliumsorbaat; Benzoëzuur — Benzoaten |
300 |
(1) (2) |
alleen desserts op basis van zuivelproducten die geen warmtebehandeling hebben ondergaan |
|
E 297 |
Fumaarzuur |
4 000 |
|
alleen desserts met vruchtensmaak |
|
E 338 – E 452 |
Fosforzuur — Fosfaten — Di-, tri- en polyfosfaten |
3 000 |
(1) (4) |
|
|
E 355 – E 357 |
Adipinezuur — Adipaten |
1 000 |
|
alleen desserts met vruchtensmaak |
|
E 363 |
Barnsteenzuur |
6 000 |
|
|
|
E 416 |
Karayagom |
6 000 |
|
|
|
E 427 |
Cassiagom |
2 500 |
|
|
|
E 432 – E 436 |
Polysorbaten |
1 000 |
|
|
|
E 473 – E 474 |
Sucrose-esters van vetzuren — Sucroglyceriden |
5 000 |
|
|
|
E 475 |
Polyglycerolesters van vetzuren |
2 000 |
|
|
|
E 477 |
Esters van propaan-1,2-diol met vetzuren |
5 000 |
|
|
|
E 481 – E 482 |
Stearoyl-2-lactylaten |
5 000 |
|
|
|
E 483 |
Stearyltartraat |
5 000 |
|
|
|
E 491 – E 495 |
Sorbitaanesters |
5 000 |
|
|
|
E 950 |
Acesulfaam-K |
350 |
|
alleen producten met verlaagde energetische waarde of zonder toegevoegde suikers |
|
E 951 |
Aspartaam |
1 000 |
|
alleen producten met verlaagde energetische waarde of zonder toegevoegde suikers |
|
E 952 |
Cyclaamzuur en natrium- en calciumcyclamaat |
250 |
(51) |
alleen producten met verlaagde energetische waarde of zonder toegevoegde suikers |
|
E 954 |
Sacharine en natrium-, kalium- en calciumsacharinaat |
100 |
(52) |
alleen producten met verlaagde energetische waarde of zonder toegevoegde suikers |
|
E 955 |
Sucralose |
400 |
|
alleen producten met verlaagde energetische waarde of zonder toegevoegde suikers |
|
E 957 |
Thaumatine |
5 |
|
alleen als smaakversterker |
|
E 959 |
Neohesperidine-DC |
50 |
|
alleen producten met verlaagde energetische waarde of zonder toegevoegde suikers |
|
E 960a – E 960c |
Steviolglycosiden |
100 |
(1) (60) |
alleen producten met verlaagde energetische waarde of zonder toegevoegde suikers |
|
E 962 |
Aspartaam-acesulfaamzout |
350 |
(11)a (49) (50) |
alleen producten met verlaagde energetische waarde of zonder toegevoegde suikers |
|
E 961 |
Neotaam |
32 |
|
alleen producten met verlaagde energetische waarde of zonder toegevoegde suikers |
|
E 969 |
Advantaam |
10 |
|
alleen producten met verlaagde energetische waarde of zonder toegevoegde suikers |
|
(1): De additieven mogen afzonderlijk of in combinatie worden toegevoegd. |
|||||
(2): Het maximum geldt voor de som en de hoeveelheden worden uitgedrukt als vrij zuur. |
|||||
(4): Het maximum wordt uitgedrukt als P2O5. |
|||||
(11): De grenswaarden worden uitgedrukt in a) acesulfaam-K-equivalenten of b) aspartaamequivalenten. |
|||||
(49): De maximaal te gebruiken hoeveelheden zijn afgeleid van de maxima voor de bestanddelen, aspartaam (E 951) en acesulfaam-K (E 950). |
|||||
(50): De maxima voor E 951 en E 950 mogen niet worden overschreden door het gebruik van aspartaam-acesulfaamzout, afzonderlijk of in combinatie met E 950 of E 951. |
|||||
(51): De maximaal te gebruiken hoeveelheden worden uitgedrukt als vrij zuur. |
|||||
(52): De maximaal te gebruiken hoeveelheden worden uitgedrukt als vrij imide. |
|||||
(60): Uitgedrukt als steviolequivalenten. |
|||||
(61): De totale hoeveelheid van E 104, E 110, E 124 en de kleuren in groep III mogen niet het voor groep III vermelde maximum overschrijden. |
|||||
(74): Maximum voor aluminium uit alle aluminiumlakken: 15 mg/kg. Voor de toepassing van artikel 22, lid 1, onder g), van Verordening (EG) nr. 1333/2008 is dit maximum met ingang van 1 februari 2013 van toepassing. |
|||||
(94): Wanneer E 160b(i) (Annatto bixine) en E 160b(ii) (Annatto norbixine) in combinatie worden toegevoegd, is de hoogste individuele maximumconcentratie van toepassing op de som, maar mogen de individuele maximumgehalten niet worden overschreden. |
|||||
01.5 |
Gedehydrateerde melk als omschreven in Richtlijn 2001/114/EG |
||||
Groep II |
Kleurstoffen in quantum satis-hoeveelheid |
quantum satis |
|
behalve niet-gearomatiseerde producten |
|
E 300 |
Ascorbinezuur |
quantum satis |
|
|
|
E 301 |
Natriumascorbaat |
quantum satis |
|
|
|
E 304 |
Vetzuuresters van ascorbinezuur |
quantum satis |
|
|
|
E 310 – E 320 |
Propylgallaat, TBHQ en BHA |
200 |
(1) |
alleen melkpoeder voor automaten |
|
E 322 |
Lecithinen |
quantum satis |
|
|
|
E 331 |
Natriumcitraten |
quantum satis |
|
|
|
E 332 |
Kaliumcitraten |
quantum satis |
|
|
|
E 338 – E 452 |
Fosforzuur — Fosfaten — Di-, tri- en polyfosfaten |
1 000 |
(1) (4) |
alleen gedeeltelijk gedehydrateerde melk met minder dan 28 % vaste stof |
|
E 338-452 |
Fosforzuur — Fosfaten — Di-, tri- en polyfosfaten |
1 500 |
(1) (4) |
alleen gedeeltelijk gedehydrateerde melk met meer dan 28 % vaste stof |
|
E 338 – E 452 |
Fosforzuur — Fosfaten — Di-, tri- en polyfosfaten |
2 500 |
(1) (4) |
alleen melkpoeder en mageremelkpoeder |
|
E 392 |
Extracten van rozemarijn |
200 |
(41) (46) |
alleen melkpoeder voor automaten |
|
E 392 |
Extracten van rozemarijn |
30 |
(46) |
alleen melkpoeder voor de bereiding van consumptie-ijs |
|
E 407 |
Carrageen |
quantum satis |
|
|
|
E 500 (ii) |
Natriumwaterstofcarbonaat |
quantum satis |
|
|
|
E 501 (ii) |
Kaliumwaterstofcarbonaat |
quantum satis |
|
|
|
E 509 |
Calciumchloride |
quantum satis |
|
|
|
(1): De additieven mogen afzonderlijk of in combinatie worden toegevoegd. |
|||||
(4): Het maximum wordt uitgedrukt als P2O5. |
|||||
(41): Uitgedrukt op basis van het vetgehalte. |
|||||
(46): Uitgedrukt als de som van carnosol en carnosinezuur. |
|||||
01.6 |
Room en roompoeder |
||||
01.6.1 |
Niet-gearomatiseerde, gepasteuriseerde room (met uitzondering van room met verlaagd vetgehalte) |
||||
E 401 |
Natriumalginaat |
quantum satis |
|
|
|
E 402 |
Kaliumalginaat |
quantum satis |
|
|
|
E 407 |
Carrageen |
quantum satis |
|
|
|
E 466 |
Natriumcarboxymethylcellulose, cellulosegom |
quantum satis |
|
|
|
E 471 |
Mono- en diglyceriden van vetzuren |
quantum satis |
|
|
|
01.6.2 |
Niet-gearomatiseerde, met levende fermenten gefermenteerde roomproducten en vervangingsproducten, met een vetgehalte van minder dan 20 % |
||||
E 406 |
Agaragar |
quantum satis |
|
|
|
E 407 |
Carrageen |
quantum satis |
|
|
|
E 410 |
Johannesbroodpitmeel |
quantum satis |
|
|
|
E 412 |
Guarpitmeel |
quantum satis |
|
|
|
E 415 |
Xanthaangom |
quantum satis |
|
|
|
E 440 |
Pectinen |
quantum satis |
|
|
|
E 460 |
Cellulose |
quantum satis |
|
|
|
E 466 |
Natriumcarboxymethylcellulose, cellulosegom |
quantum satis |
|
|
|
E 471 |
Mono- en diglyceriden van vetzuren |
quantum satis |
|
|
|
E 1404 |
Geoxideerd zetmeel |
quantum satis |
|
|
|
E 1410 |
Monozetmeelfosfaat |
quantum satis |
|
|
|
E 1412 |
Dizetmeelfosfaat |
quantum satis |
|
|
|
E 1413 |
Gefosfateerd dizetmeelfosfaat |
quantum satis |
|
|
|
E 1414 |
Geacetyleerd dizetmeelfosfaat |
quantum satis |
|
|
|
E 1420 |
Geacetyleerd zetmeel |
quantum satis |
|
|
|
E 1422 |
Geacetyleerd dizetmeeladipaat |
quantum satis |
|
|
|
E 1440 |
Hydroxypropylzetmeel |
quantum satis |
|
|
|
E 1442 |
Hydroxypropyldizetmeelfosfaat |
quantum satis |
|
|
|
E 1450 |
Zetmeelnatriumoctenylsuccinaat |
quantum satis |
|
|
|
E 1451 |
Geacetyleerd geoxideerd zetmeel |
quantum satis |
|
|
|
01.6.3 |
Andere room |
||||
Groep I |
Additieven |
|
|
|
|
Groep II |
Kleurstoffen in quantum satis-hoeveelheid |
quantum satis |
|
alleen gearomatiseerde room |
|
Groep III |
Kleurstoffen met een gecombineerd maximum |
150 |
|
alleen gearomatiseerde room |
|
E 104 |
Chinolinegeel |
10 |
(61) |
alleen gearomatiseerde room |
|
E 110 |
Zonnegeel FCF/oranjegeel S |
5 |
(61) |
alleen gearomatiseerde room |
|
E 124 |
Ponceau 4R, cochenillerood A |
5 |
(61) |
alleen gearomatiseerde room |
|
E 234 |
Nisine |
10 |
|
alleen clotted cream |
|
E 338 – E 452 |
Fosforzuur — Fosfaten — Di-, tri- en polyfosfaten |
5 000 |
(1) (4) |
alleen gesteriliseerde room, gepasteuriseerde room, UHT-room en geslagen room |
|
E 473 – E 474 |
Sucrose-esters van vetzuren — Sucroglyceriden |
5 000 |
(1) |
alleen gesteriliseerde room en gesteriliseerde room met verlaagd vetgehalte |
|
(1): De additieven mogen afzonderlijk of in combinatie worden toegevoegd. |
|||||
(4): Het maximum wordt uitgedrukt als P2O5. |
|||||
(61): De totale hoeveelheid van E 104, E 110, E 124 en de kleuren in groep III mogen niet het voor groep III vermelde maximum overschrijden |
|||||
01.7 |
Kaas en kaasproducten |
||||
01.7.1 |
Ongerijpte kaas, met uitzondering van producten die onder categorie 16 vallen |
||||
Groep I |
Additieven |
|
|
behalve mozzarella |
|
Groep II |
Kleurstoffen in quantum satis-hoeveelheid |
quantum satis |
|
alleen gearomatiseerde ongerijpte kaas |
|
Groep III |
Kleurstoffen met een gecombineerd maximum |
150 |
|
alleen gearomatiseerde ongerijpte kaas |
|
E 200 – E 202 |
Sorbinezuur — Kaliumsorbaat |
1 000 |
(1) (2) |
|
|
E 234 |
Nisine |
10 |
|
alleen mascarpone |
|
E 260 |
Azijnzuur |
quantum satis |
|
alleen mozzarella |
|
E 270 |
Melkzuur |
quantum satis |
|
alleen mozzarella |
|
E 330 |
Citroenzuur |
quantum satis |
|
alleen mozzarella |
|
E 338 – E 452 |
Fosforzuur — Fosfaten — Di-, tri- en polyfosfaten |
2 000 |
(1) (4) |
behalve mozzarella |
|
E 460 (ii) |
Cellulose in poedervorm |
quantum satis |
|
alleen geraspte en gesneden mozzarella |
|
E 575 |
Glucono-delta-lacton |
quantum satis |
|
alleen mozzarella |
|
(1): De additieven mogen afzonderlijk of in combinatie worden toegevoegd. |
|||||
(2): Het maximum geldt voor de som en de hoeveelheden worden uitgedrukt als vrij zuur. |
|||||
(4): Het maximum wordt uitgedrukt als P2O5. |
|||||
01.7.2 |
Gerijpte kaas |
||||
E 1105 |
Lysozym |
quantum satis |
|
|
|
►M81 E 120 |
Karmijnzuur, karmijn ◄ |
125 |
(83) |
alleen rode gemarmerde kaas en kaas met rode pesto |
|
E 140 |
Chlorofylen, chlorofylinen |
quantum satis |
|
alleen Sage Derby-kaas |
|
E 141 |
Kopercomplexen van chlorofylen en chlorofylinen |
quantum satis |
|
alleen Sage Derby-kaas, kaas met groene en rode pesto, wasabikaas en groene gemarmerde kruidkaas |
|
E 153 |
Plantaardige koolstof |
quantum satis |
|
alleen Morbier-kaas |
|
E 160a |
Carotenen |
quantum satis |
|
alleen gerijpte oranje, gele en gebroken-witte kaas |
|
E 160b(i) |
Annatto bixine |
15 |
(94) |
alleen gerijpte oranje, gele en gebroken-witte kaas, en kaas met rode en groene pesto |
|
E 160b(ii) |
Annatto norbixine |
15 |
(94) |
alleen gerijpte oranje, gele en gebroken-witte kaas, en kaas met rode en groene pesto |
|
E 160b(ii) |
Annatto norbixine |
50 |
|
alleen Red Leicester-kaas |
|
E 160b(ii) |
Annatto norbixine |
35 |
|
alleen Mimolette-kaas |
|
E 160c |
Paprika-extract, capsanthine, capsorubine |
quantum satis |
|
alleen gerijpte oranje, gele en gebroken-witte kaas, en kaas met rode pesto |
|
E 163 |
Anthocyanen |
quantum satis |
|
alleen rode gemarmerde kaas |
|
E 170 |
Calciumcarbonaat |
quantum satis |
|
|
|
E 200 – E 202 |
Sorbinezuur — Kaliumsorbaat |
1 000 |
(1) (2) |
alleen voorverpakte, in plakken of stukken gesneden kaas, gelaagde kaas en kaas met toegevoegde levensmiddelen |
|
E 200 – E 202 |
Sorbinezuur — Kaliumsorbaat |
quantum satis |
|
alleen oppervlaktebehandeling van gerijpte producten |
|
E 234 |
Nisine |
12,5 |
(29) |
|
|
E 235 |
Natamycine |
1 mg/dm2 oppervlakte (niet aanwezig op een diepte van 5 mm) |
|
alleen externe behandeling van ongesneden harde, halfharde en halfzachte kaas |
|
E 239 |
Hexamethyleentetramine |
25 mg/kg restgehalte, uitgedrukt als formaldehyd |
|
alleen Provolone-kaas |
|
E 251 – E 252 |
Nitraten |
150 |
(30) |
alleen harde, halfharde en halfzachte kaas |
|
E 280 – E 283 |
Propionzuur — Propionaten |
quantum satis |
|
alleen oppervlaktebehandeling |
|
E 460 |
Cellulose in poedervorm |
quantum satis |
|
alleen gerijpte kaas, gesneden of geraspt |
|
E 500 (ii) |
Natriumwaterstofcarbonaat |
quantum satis |
|
alleen zuremelkse kaas |
|
E 504 |
Magnesiumcarbonaten |
quantum satis |
|
|
|
E 509 |
Calciumchloride |
quantum satis |
|
|
|
E 551 – 559 |
Siliciumdioxide – Silicaten |
10 000 |
(1) |
alleen harde en halfharde kaas, gesneden of geraspt Toepassingsperiode: tot en met 31 januari 2014 |
|
E 551 – 553 |
Siliciumdioxide – Silicaten |
10 000 |
(1) |
alleen harde en halfharde kaas, gesneden of geraspt Toepassingsperiode: vanaf 1 februari 2014 |
|
E 575 |
Glucono-delta-lacton |
quantum satis |
|
|
|
(1): De additieven mogen afzonderlijk of in combinatie worden toegevoegd. |
|||||
(2): Het maximum geldt voor de som en de hoeveelheden worden uitgedrukt als vrij zuur. |
|||||
▼M53 ————— |
|||||
(29): Deze stof kan van nature in bepaalde kaassoorten voorkomen ten gevolge van gistingsprocessen. |
|||||
(30): In de kaasmelk of gelijkwaardige hoeveelheid indien toegevoegd na verwijdering van wei en toevoeging van water. |
|||||
(83): Maximum voor aluminium uit aluminiumlakken van ►M81 E 120 karmijnzuur, karmijn ◄ : 3,2 mg/kg. Andere aluminiumlakken mogen niet worden gebruikt. Voor de toepassing van artikel 22, lid 1, onder g), van Verordening (EG) nr. 1333/2008 is dit maximum met ingang van 1 februari 2013 van toepassing. |
|||||
(94): Wanneer E 160b(i) (Annatto bixine) en E 160b(ii) (Annatto norbixine) in combinatie worden toegevoegd, is de hoogste individuele maximumconcentratie van toepassing op de som, maar mogen de individuele maximumgehalten niet worden overschreden. |
|||||
01.7.3 |
Eetbare kaaskorsten |
||||
Groep II |
Kleurstoffen in quantum satis-hoeveelheid |
quantum satis |
|
|
|
Groep III |
Kleurstoffen met een gecombineerd maximum |
quantum satis |
|
Toepassingsperiode: tot en met 31 juli 2014 |
|
Groep III |
Kleurstoffen met een gecombineerd maximum |
quantum satis |
(67) |
Toepassingsperiode: vanaf 1 augustus 2014 |
|
E 104 |
Chinolinegeel |
10 |
(62) |
|
|
E 160d |
Lycopeen |
30 |
|
|
|
E 180 |
Litholrubine BK |
quantum satis |
|
Toepassingsperiode: tot en met 31 juli 2014 |
|
E 180 |
Litholrubine BK |
quantum satis |
(67) |
Toepassingsperiode: vanaf 1 augustus 2014 |
|
E 160b(i) |
Annatto bixine |
20 |
(94) |
|
|
E 160b(ii) |
Annatto norbixine |
20 |
(94) |
|
|
(62): De totale hoeveelheid van E 104 en de kleuren in groep III mogen niet het voor groep III vermelde maximum overschrijden |
|||||
(67): Maximum voor aluminium uit aluminiumlakken van ►M81 E 120 karmijnzuur, karmijn ◄ , en E 180 litholrubine BK: 10 mg/kg. Andere aluminiumlakken mogen niet worden gebruikt. Voor de toepassing van artikel 22, lid 1, onder g), van deze verordening is dit maximum met ingang van 1 februari 2013 van toepassing. |
|||||
(94): Wanneer E 160b(i) (Annatto bixine) en E 160b(ii) (Annatto norbixine) in combinatie worden toegevoegd, is de hoogste individuele maximumconcentratie van toepassing op de som, maar mogen de individuele maximumgehalten niet worden overschreden. |
|||||
01.7.4 |
Weikaas |
||||
Groep II |
Kleurstoffen in quantum satis-hoeveelheid |
quantum satis |
|
|
|
E 200 – E 202 |
Sorbinezuur — Kaliumsorbaat |
1 000 |
(1) (2) |
alleen voorverpakte gesneden kaas, gelaagde kaas en kaas met toegevoegde levensmiddelen |
|
E 251 – E 252 |
Nitraten |
150 |
(30) |
alleen kaasmelk van harde, halfharde en halfzachte kaas |
|
E 260 |
Azijnzuur |
quantum satis |
|
|
|
E 270 |
Melkzuur |
quantum satis |
|
|
|
E 330 |
Citroenzuur |
quantum satis |
|
|
|
E 460 (ii) |
Cellulose in poedervorm |
quantum satis |
|
alleen geraspte en gesneden kaas |
|
E 575 |
Glucono-delta-lacton |
quantum satis |
|
|
|
(1): De additieven mogen afzonderlijk of in combinatie worden toegevoegd. |
|||||
(2): Het maximum geldt voor de som en de hoeveelheden worden uitgedrukt als vrij zuur. |
|||||
(30): In de kaasmelk of gelijkwaardige hoeveelheid indien toegevoegd na verwijdering van wei en toevoeging van water. |
|||||
01.7.5 |
Smeltkaas |
||||
Groep I |
Additieven |
|
|
|
|
Groep II |
Kleurstoffen in quantum satis-hoeveelheid |
quantum satis |
|
alleen gearomatiseerde smeltkaas |
|
E 100 |
Curcumine |
100 |
(33) |
alleen gearomatiseerde smeltkaas |
|
E 102 |
Tartrazine |
100 |
(33) |
alleen gearomatiseerde smeltkaas |
|
▼M6 ————— |
|||||
►M81 E 120 |
Karmijnzuur, karmijn ◄ |
100 |
(33) |
alleen gearomatiseerde smeltkaas Toepassingsperiode: tot en met 31 juli 2014 |
|
►M81 E 120 |
Karmijnzuur, karmijn ◄ |
100 |
(33) (66) |
alleen gearomatiseerde smeltkaas Toepassingsperiode: vanaf 1 augustus 2014 |
|
E 122 |
Azorubine, karmozijn |
100 |
(33) |
alleen gearomatiseerde smeltkaas |
|
▼M6 ————— |
|||||
E 160e |
Bèta-apo-8'-carotenal (C30) |
100 |
(33) |
alleen gearomatiseerde smeltkaas |
|
E 161b |
Luteïne |
100 |
(33) |
alleen gearomatiseerde smeltkaas |
|
E 160d |
Lycopeen |
5 |
|
alleen gearomatiseerde smeltkaas |
|
E 160a |
Carotenen |
quantum satis |
|
|
|
E 160c |
Paprika-extract, capsanthine, capsorubine |
quantum satis |
|
|
|
E 160b(i) |
Annatto bixine |
15 |
(94) |
|
|
E 160b(ii) |
Annatto norbixine |
8 |
(94) |
|
|
E 200 – E 202 |
Sorbinezuur — Kaliumsorbaat |
2 000 |
(1) (2) |
|
|
E 234 |
Nisine |
12,5 |
(29) |
|
|
E 338 – E 452 |
Fosforzuur — Fosfaten — Di-, tri- en polyfosfaten |
20 000 |
(1) (4) |
|
|
E 427 |
Cassiagom |
2 500 |
|
|
|
E 551 – 559 |
Siliciumdioxide – Silicaten |
10 000 |
(1) |
Toepassingsperiode: tot en met 31 januari 2014 |
|
E 551 – 553 |
Siliciumdioxide – Silicaten |
10 000 |
(1) |
Toepassingsperiode: vanaf 1 februari 2014 |
|
(1): De additieven mogen afzonderlijk of in combinatie worden toegevoegd. |
|||||
(2): Het maximum geldt voor de som en de hoeveelheden worden uitgedrukt als vrij zuur. |
|||||
(4): Het maximum wordt uitgedrukt als P2O5. |
|||||
(29): Deze stof kan van nature in bepaalde kaassoorten voorkomen ten gevolge van gistingsprocessen. |
|||||
(33): Maximumgehalte voor E 100, E 102, E 120, E 122, E 160e en E 161b, afzonderlijk of in combinatie. |
|||||
(66): Maximum voor aluminium uit aluminiumlakken van ►M81 E 120 karmijnzuur, karmijn ◄ : 1,5 mg/kg. Andere aluminiumlakken mogen niet worden gebruikt. Voor de toepassing van artikel 22, lid 1, onder g), van deze verordening is dit maximum met ingang van 1 februari 2013 van toepassing. |
|||||
(94): Wanneer E 160b(i) (Annatto bixine) en E 160b(ii) (Annatto norbixine) in combinatie worden toegevoegd, is de hoogste individuele maximumconcentratie van toepassing op de som, maar mogen de individuele maximumgehalten niet worden overschreden. |
|||||
01.7.6 |
Kaasproducten (met uitzondering van producten die onder categorie 16 vallen) |
||||
Groep I |
Additieven |
|
|
|
|
Groep II |
Kleurstoffen in quantum satis-hoeveelheid |
quantum satis |
|
alleen gearomatiseerde ongerijpte producten |
|
Groep III |
Kleurstoffen met een gecombineerd maximum |
100 |
|
alleen gearomatiseerde ongerijpte producten |
|
E 1105 |
Lysozym |
quantum satis |
|
alleen gerijpte producten |
|
►M81 E 120 |
Karmijnzuur, karmijn ◄ |
125 |
|
alleen rode gemarmerde producten |
|
E 160a |
Carotenen |
quantum satis |
|
alleen gerijpte oranje, gele en gebroken-witte producten |
|
E 160b(ii) |
Annatto norbixine |
8 |
|
alleen gerijpte oranje, gele en gebroken-witte producten |
|
E 160c |
Paprika-extract, capsanthine, capsorubine |
quantum satis |
|
alleen gerijpte oranje, gele en gebroken-witte producten |
|
E 163 |
Anthocyanen |
quantum satis |
|
alleen rode gemarmerde producten |
|
E 170 |
Calciumcarbonaat |
quantum satis |
|
alleen gerijpte producten |
|
E 200 – E 202 |
Sorbinezuur — Kaliumsorbaat |
1 000 |
(1) (2) |
alleen ongerijpte producten, voorverpakte gesneden gerijpte producten, gelaagde gerijpte producten en gerijpte producten met toegevoegde levensmiddelen |
|
E 200 – E 202 |
Sorbinezuur — Kaliumsorbaat |
quantum satis |
|
alleen oppervlaktebehandeling van gerijpte producten |
|
E 234 |
Nisine |
12,5 |
(29) |
alleen gerijpte en verwerkte producten |
|
E 235 |
Natamycine |
1 mg/dm2 oppervlakte (niet aanwezig op een diepte van 5 mm) |
|
alleen externe behandeling van ongesneden harde, halfharde en halfzachte producten |
|
E 251 – E 252 |
Nitraten |
150 |
(30) |
alleen harde, halfharde en halfzachte producten |
|
E 280 – E 283 |
Propionzuur — Propionaten |
quantum satis |
|
alleen oppervlaktebehandeling van gerijpte producten |
|
E 338 – E 452 |
Fosforzuur — Fosfaten — Di-, tri- en polyfosfaten |
2 000 |
(1) (4) |
alleen ongerijpte producten |
|
E 460 |
Cellulose in poedervorm |
quantum satis |
|
alleen gesneden of geraspte, gerijpte en ongerijpte producten |
|
E 504 |
Magnesiumcarbonaten |
quantum satis |
|
alleen gerijpte producten |
|
E 509 |
Calciumchloride |
quantum satis |
|
alleen gerijpte producten |
|
E 551 – 559 |
Siliciumdioxide, Calciumsilicaat, Magnesiumsilicaat, Talk |
10 000 |
(1) |
alleen gesneden of geraspte harde en halfharde producten Toepassingsperiode: tot en met 31 januari 2014 |
|
E 551 – 553 |
Siliciumdioxide – Silicaten |
10 000 |
(1) |
alleen gesneden of geraspte harde en halfharde producten Toepassingsperiode: vanaf 1 februari 2014 |
|
E 575 |
Glucono-delta-lacton |
quantum satis |
|
alleen gerijpte producten |
|
(1): De additieven mogen afzonderlijk of in combinatie worden toegevoegd. |
|||||
(2): Het maximum geldt voor de som en de hoeveelheden worden uitgedrukt als vrij zuur. |
|||||
(4): Het maximum wordt uitgedrukt als P2O5. |
|||||
(29): Deze stof kan van nature in bepaalde producten voorkomen ten gevolge van gistingsprocessen. |
|||||
(30): In de kaasmelk of gelijkwaardige hoeveelheid indien toegevoegd na verwijdering van wei en toevoeging van water. |
|||||
01.8 |
Zuivelanalogen, inclusief koffiewitmakers |
||||
Groep I |
Additieven |
|
|
|
|
Groep II |
Kleurstoffen in quantum satis-hoeveelheid |
quantum satis |
|
|
|
E 200 – E 202 |
Sorbinezuur — Kaliumsorbaat |
2 000 |
(1) (2) |
alleen kaasanalogen op basis van eiwit |
|
E 200 – E 202 |
Sorbinezuur — Kaliumsorbaat |
quantum satis |
(1) (2) |
alleen kaasanalogen (alleen oppervlaktebehandeling) |
|
E 251 – E 252 |
Nitraten |
150 |
(30) |
alleen kaasanalogen op basis van zuivelproducten |
|
E 280 – E 283 |
Propionzuur — Propionaten |
quantum satis |
|
alleen kaasanalogen (alleen oppervlaktebehandeling) |
|
E 338 – E 452 |
Fosforzuur — Fosfaten — Di-, tri- en polyfosfaten |
5 000 |
(1) (4) |
alleen analogen voor geslagen room |
|
E 338 – E 452 |
Fosforzuur — Fosfaten — Di-, tri- en polyfosfaten |
20 000 |
(1) (4) |
alleen smeltkaasanalogen |
|
E 338 – E 452 |
Fosforzuur — Fosfaten — Di-, tri- en polyfosfaten |
30 000 |
(1) (4) |
alleen koffiewitmakers |
|
E 338 – E 452 |
Fosforzuur — Fosfaten — Di-, tri- en polyfosfaten |
50 000 |
(1) (4) |
alleen koffiewitmakers voor automaten |
|
E 432 – E 436 |
Polysorbaten |
5 000 |
(1) |
alleen melk- en roomanalogen |
|
E 473 – E 474 |
Sucrose-esters van vetzuren — Sucroglyceriden |
5 000 |
(1) |
alleen roomanalogen |
|
E 473 – E 474 |
Sucrose-esters van vetzuren — Sucroglyceriden |
20 000 |
(1) |
alleen koffiewitmakers |
|
E 475 |
Polyglycerolesters van vetzuren |
5 000 |
|
alleen melk- en roomanalogen |
|
E 475 |
Polyglycerolesters van vetzuren |
500 |
|
alleen koffiewitmakers |
|
E 477 |
Esters van propaan-1,2-diol met vetzuren |
1 000 |
|
alleen koffiewitmakers |
|
E 477 |
Esters van propaan-1,2-diol met vetzuren |
5 000 |
|
alleen melk- en roomanalogen |
|
E 481 – E 482 |
Stearoyl-2-lactylaten |
3 000 |
(1) |
alleen koffiewitmakers |
|
E 491 – E 495 |
Sorbitaanesters |
5 000 |
(1) |
alleen melk- en roomanalogen, koffiewitmakers |
|
E 551 – 559 |
Siliciumdioxide – Silicaten |
10 000 |
(1) |
alleen gesneden of geraspte kaasanalogen en smeltkaasanalogen, koffiewitmakers Toepassingsperiode: tot en met 31 januari 2014 |
|
E 551 – 553 |
Siliciumdioxide – Silicaten |
10 000 |
(1) |
alleen gesneden of geraspte kaasanalogen en smeltkaasanalogen, koffiewitmakers Toepassingsperiode: vanaf 1 februari 2014 |
|
(1): De additieven mogen afzonderlijk of in combinatie worden toegevoegd. |
|||||
(2): Het maximum geldt voor de som en de hoeveelheden worden uitgedrukt als vrij zuur. |
|||||
(4): Het maximum wordt uitgedrukt als P2O5. |
|||||