Επιλέξτε τις πειραματικές λειτουργίες που θέλετε να δοκιμάσετε

Το έγγραφο αυτό έχει ληφθεί από τον ιστότοπο EUR-Lex

Έγγραφο 62012CJ0187

Samenvatting van het arrest

Συλλογή της Νομολογίας — Γενική Συλλογή

Gevoegde zaken C‑187/12–C‑189/12

SFIR – Società Fondiaria Industriale Romagnola SpA

tegen

AGEA – Agenzia per le Erogazioni in Agricoltura

en

Ministero delle Politiche agricole, alimentari e forestali,

Italia Zuccheri SpA

en

Co.Pro.B. – Cooperativa Produttori Bieticoli Soc. coop. agricola

tegen

AGEA – Agenzia per le Erogazioni in Agricoltura

en

Ministero delle Politiche agricole, alimentari e forestali

en

Eridania Sadam SpA

tegen

AGEA – Agenzia per le Erogazioni in Agricoltura

en

Ministero delle Politiche agricole, alimentari e forestali

(verzoeken van de Consiglio di Stato om een prejudiciële beslissing)

„Prejudiciële verwijzing — Verordening (EG) nr. 320/2006 — Verordening (EG) nr. 968/2006 — Landbouw — Tijdelijke regeling voor herstructurering van suikerindustrie — Voorwaarden voor toekenning van herstructureringssteun — Begrippen ‚productie-installaties’ en ‚volledige ontmanteling’”

Samenvatting – Arrest van het Hof (Eerste kamer) van 14 november 2013

  1. Landbouw – Gemeenschappelijke ordening van markten – Suiker – Tijdelijke regeling voor herstructurering van suikerindustrie – Steun voor herstructurering – Begrip productie-installaties – Uitlegging – Inaanmerkingneming van context en gebruikelijke betekenis van woorden

    (Verordening nr. 320/2006 van de Raad, art. 3; verordening nr. 968/2006 van de Commissie, art. 4, lid 1, sub a en b)

  2. Landbouw – Gemeenschappelijke ordening van markten – Suiker – Tijdelijke regeling voor herstructurering van suikerindustrie – Steun voor herstructurering – Begrip productie-installaties – Silo’s bestemd voor opslag van suiker van begunstigde van steun – Daaronder begrepen – Silo’s die ook voor andere doeleinden worden gebruikt – Geen invloed – Silo’s die uitsluitend voor opslag van door andere producenten geproduceerde of van hen gekochte quotumsuiker worden gebruikt

    (Verordening nr. 320/2006 van de Raad, art. 3 en 4; verordening nr. 968/2006 van de Commissie, art. 4)

  3. Landbouw – Gemeenschappelijke ordening van markten – Suiker – Tijdelijke regeling voor herstructurering van suikerindustrie – Steun voor herstructurering – Begrip productie-installaties – Ontmanteling van deze installaties – Schending van evenredigheidsbeginsel en van beginsel van gelijke behandeling – Geen

    (Verordening nr. 320/2006 van de Raad, art. 3 en 4; verordening nr. 968/2006 van de Commissie, art. 4)

  1.  Zie de tekst van de beslissing.

    (cf. punt 24)

  2.  De artikelen 3 en 4 van verordening nr. 320/2006 tot instelling van een tijdelijke regeling voor de herstructurering van de suikerindustrie in de Europese Gemeenschap en tot wijziging van verordening nr. 1290/2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, en artikel 4 van verordening nr. 968/2006 houdende uitvoeringsbepalingen voor verordening nr. 320/2006, moeten aldus worden uitgelegd dat het begrip productie-installaties voor de toepassing van deze artikelen silo’s omvat die bestemd zijn voor de opslag van suiker van de begunstigde van de steun, ongeacht of zij daarnaast voor andere doeleinden worden gebruikt. Silo’s die uitsluitend voor de opslag van door andere producenten geproduceerde of van hen gekochte quotumsuiker worden gebruikt, en silo’s die uitsluitend worden gebruikt voor het verpakken of inpakken van suiker met het oog op de verkoop ervan, vallen niet onder dit begrip. Het staat aan de nationale rechterlijke instantie dit van geval tot geval te beoordelen, gelet op de technische kenmerken of het daadwerkelijke gebruik van de betrokken silo’s.

    (cf. punt 35, dictum 1)

  3.  Niet is gebleken van feiten of omstandigheden die de geldigheid van de artikelen 3 en 4 van verordening nr. 320/2006 tot instelling van een tijdelijke regeling voor de herstructurering van de suikerindustrie in de Europese Gemeenschap en tot wijziging van verordening nr. 1290/2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, en artikel 4 van verordening nr. 968/2006 houdende uitvoeringsbepalingen voor verordening nr. 320/2006, kunnen aantasten. Deze verordening voorziet in herstructureringssteun in ruil voor de ontmanteling van de betrokken productie-installaties.

    Deze verordening laat de producent ten eerste de vrije keuze of hij wil profiteren van de steun, voor welke fabriek hij afstand doet van zijn quotum en, in voorkomend geval, of hij de productie-installaties volledig of gedeeltelijk ontmantelt. Het voordeel dat de producent kan hebben van de herstructureringssteun, hangt dus voor een groot deel af van zijn eigen keuzen. Vanuit dat oogpunt is de verordening die in de hoofdgedingen aan de orde is, niet onevenredig.

    Ten tweede is de situatie van een suikerproducent die ervoor kiest om afstand te doen van een quotum voor een fabriek met silo, tegen de achtergrond van de doelstelling van vrijwillige afstand door de producent van het aan een suikerfabriek toegekend productiequotum, enerzijds volstrekt vergelijkbaar met die van een producent die een fabriek zonder silo moet ontmantelen, mits deze producenten afstand doen van eenzelfde aantal tonnen quotum. Anderzijds maken de rechtstreekse, inherente kosten van de ontmanteling van een silo maar een klein deel uit van de totale kosten van ontmanteling van de productie-installaties. In die omstandigheden heeft de wetgever van de Unie, die op het gebied van het gemeenschappelijk landbouwbeleid over een ruime beoordelingsmarge beschikt, door het forfaitaire bedrag aan steun per ton quotum waarvan afstand wordt gedaan, niet te laten afhangen van het feit of de fabriek die door de producent wordt ontmanteld, over een silo beschikt, geen maatregel vastgesteld die kennelijk ongeschikt is ter bereiking van het nagestreefde doel, namelijk de suikerproductie terugdringen om het evenwicht op de interne markt te herstellen.

    (cf. punten 45, 46, 50, 51, 53, dictum 2)

Επάνω

Gevoegde zaken C‑187/12–C‑189/12

SFIR – Società Fondiaria Industriale Romagnola SpA

tegen

AGEA – Agenzia per le Erogazioni in Agricoltura

en

Ministero delle Politiche agricole, alimentari e forestali,

Italia Zuccheri SpA

en

Co.Pro.B. – Cooperativa Produttori Bieticoli Soc. coop. agricola

tegen

AGEA – Agenzia per le Erogazioni in Agricoltura

en

Ministero delle Politiche agricole, alimentari e forestali

en

Eridania Sadam SpA

tegen

AGEA – Agenzia per le Erogazioni in Agricoltura

en

Ministero delle Politiche agricole, alimentari e forestali

(verzoeken van de Consiglio di Stato om een prejudiciële beslissing)

„Prejudiciële verwijzing — Verordening (EG) nr. 320/2006 — Verordening (EG) nr. 968/2006 — Landbouw — Tijdelijke regeling voor herstructurering van suikerindustrie — Voorwaarden voor toekenning van herstructureringssteun — Begrippen ‚productie-installaties’ en ‚volledige ontmanteling’”

Samenvatting – Arrest van het Hof (Eerste kamer) van 14 november 2013

  1. Landbouw — Gemeenschappelijke ordening van markten — Suiker — Tijdelijke regeling voor herstructurering van suikerindustrie — Steun voor herstructurering — Begrip productie-installaties — Uitlegging — Inaanmerkingneming van context en gebruikelijke betekenis van woorden

    (Verordening nr. 320/2006 van de Raad, art. 3; verordening nr. 968/2006 van de Commissie, art. 4, lid 1, sub a en b)

  2. Landbouw — Gemeenschappelijke ordening van markten — Suiker — Tijdelijke regeling voor herstructurering van suikerindustrie — Steun voor herstructurering — Begrip productie-installaties — Silo’s bestemd voor opslag van suiker van begunstigde van steun — Daaronder begrepen — Silo’s die ook voor andere doeleinden worden gebruikt — Geen invloed — Silo’s die uitsluitend voor opslag van door andere producenten geproduceerde of van hen gekochte quotumsuiker worden gebruikt

    (Verordening nr. 320/2006 van de Raad, art. 3 en 4; verordening nr. 968/2006 van de Commissie, art. 4)

  3. Landbouw — Gemeenschappelijke ordening van markten — Suiker — Tijdelijke regeling voor herstructurering van suikerindustrie — Steun voor herstructurering — Begrip productie-installaties — Ontmanteling van deze installaties — Schending van evenredigheidsbeginsel en van beginsel van gelijke behandeling — Geen

    (Verordening nr. 320/2006 van de Raad, art. 3 en 4; verordening nr. 968/2006 van de Commissie, art. 4)

  1.  Zie de tekst van de beslissing.

    (cf. punt 24)

  2.  De artikelen 3 en 4 van verordening nr. 320/2006 tot instelling van een tijdelijke regeling voor de herstructurering van de suikerindustrie in de Europese Gemeenschap en tot wijziging van verordening nr. 1290/2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, en artikel 4 van verordening nr. 968/2006 houdende uitvoeringsbepalingen voor verordening nr. 320/2006, moeten aldus worden uitgelegd dat het begrip productie-installaties voor de toepassing van deze artikelen silo’s omvat die bestemd zijn voor de opslag van suiker van de begunstigde van de steun, ongeacht of zij daarnaast voor andere doeleinden worden gebruikt. Silo’s die uitsluitend voor de opslag van door andere producenten geproduceerde of van hen gekochte quotumsuiker worden gebruikt, en silo’s die uitsluitend worden gebruikt voor het verpakken of inpakken van suiker met het oog op de verkoop ervan, vallen niet onder dit begrip. Het staat aan de nationale rechterlijke instantie dit van geval tot geval te beoordelen, gelet op de technische kenmerken of het daadwerkelijke gebruik van de betrokken silo’s.

    (cf. punt 35, dictum 1)

  3.  Niet is gebleken van feiten of omstandigheden die de geldigheid van de artikelen 3 en 4 van verordening nr. 320/2006 tot instelling van een tijdelijke regeling voor de herstructurering van de suikerindustrie in de Europese Gemeenschap en tot wijziging van verordening nr. 1290/2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, en artikel 4 van verordening nr. 968/2006 houdende uitvoeringsbepalingen voor verordening nr. 320/2006, kunnen aantasten. Deze verordening voorziet in herstructureringssteun in ruil voor de ontmanteling van de betrokken productie-installaties.

    Deze verordening laat de producent ten eerste de vrije keuze of hij wil profiteren van de steun, voor welke fabriek hij afstand doet van zijn quotum en, in voorkomend geval, of hij de productie-installaties volledig of gedeeltelijk ontmantelt. Het voordeel dat de producent kan hebben van de herstructureringssteun, hangt dus voor een groot deel af van zijn eigen keuzen. Vanuit dat oogpunt is de verordening die in de hoofdgedingen aan de orde is, niet onevenredig.

    Ten tweede is de situatie van een suikerproducent die ervoor kiest om afstand te doen van een quotum voor een fabriek met silo, tegen de achtergrond van de doelstelling van vrijwillige afstand door de producent van het aan een suikerfabriek toegekend productiequotum, enerzijds volstrekt vergelijkbaar met die van een producent die een fabriek zonder silo moet ontmantelen, mits deze producenten afstand doen van eenzelfde aantal tonnen quotum. Anderzijds maken de rechtstreekse, inherente kosten van de ontmanteling van een silo maar een klein deel uit van de totale kosten van ontmanteling van de productie-installaties. In die omstandigheden heeft de wetgever van de Unie, die op het gebied van het gemeenschappelijk landbouwbeleid over een ruime beoordelingsmarge beschikt, door het forfaitaire bedrag aan steun per ton quotum waarvan afstand wordt gedaan, niet te laten afhangen van het feit of de fabriek die door de producent wordt ontmanteld, over een silo beschikt, geen maatregel vastgesteld die kennelijk ongeschikt is ter bereiking van het nagestreefde doel, namelijk de suikerproductie terugdringen om het evenwicht op de interne markt te herstellen.

    (cf. punten 45, 46, 50, 51, 53, dictum 2)

Επάνω