EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 01998L0005-20130701

Advocaten die permanent in het buitenland werkzaam zijn — EU-voorschriften

Advocaten die permanent in het buitenland werkzaam zijn — EU-voorschriften

SAMENVATTING VAN:

Richtlijn 98/5/EG — de permanente uitoefening van het beroep van advocaat in een ander EU-land dan dat van de beroepskwalificatie

SAMENVATTING

WAT DOET DEZE RICHTLIJN?

De richtlijn stelt advocaten die hun beroepskwalificatie in een EU-land behalen in staat om hun beroep permanent uit te oefenen in een ander EU-land onder hun oorspronkelijke beroepstitel. De richtlijn is van toepassing op EU-ingezetenen die bevoegd zijn hun beroep uit te oefenen onder de beroepstitel „advocaat” , maar het systeem strekt zich ook uit tot alle ingezetenen van landen van de Europese Economische Ruimte en Zwitserland.

KERNPUNTEN

Het recht van beroepsuitoefening

  • Advocaten hebben het recht permanent in elk ander EU-land onder hun oorspronkelijke beroepstitel hun beroep uit te oefenen.
  • Degenen die dat willen, zijn gehouden zich bij de bevoegde autoriteiten van het EU-land van ontvangst in te schrijven.

Werkterreinen

  • Advocaten die onder hun oorspronkelijke beroepstitel werkzaam zijn, kunnen dezelfde beroepsactiviteiten voortzetten als advocaten in het land van ontvangst, met bepaalde uitzonderingen.
  • Ze kunnen juridisch advies geven over het recht van zowel het EU-land van herkomst als van het EU-land van ontvangst, alsmede over EU- en internationaal recht. Voor werkzaamheden die met de vertegenwoordiging of verdediging van een cliënt in rechte verband houden, kan van een advocaat die zijn beroepstitel elders heeft verworven dan in het betreffende land geëist worden dat hij samenwerkt met een lokale advocaat.

Gelijke status

  • Advocaten uit andere EU-landen kunnen ook de beroepstitel van het EU-land van ontvangst verwerven onder bepaalde voorwaarden. Ze moeten gedurende een periode van drie jaar daadwerkelijk en regelmatig het beroep uitgeoefend hebben in het land van ontvangst en ze moeten voldoende praktijkervaring hebben in het recht van het land van ontvangst gedurende deze periode.
  • Indien de activiteiten in het recht van het land van ontvangst ontoereikend zijn, kunnen advocaten die hun kwalificatie buiten het land van ontvangst behaalden de beroepstitel van het land van ontvangst toch verwerven door aan de bevoegde autoriteiten aan te tonen dat zij de nodige kennis door andere middelen hebben verworven (bijv. aanwezigheid bij relevante lezingen en studiebijeenkomsten).

Beroepsuitoefening in groepsverband

Indien een EU-land van ontvangst beroepsuitoefening in groepsverband toestaat, kunnen een of meer advocaten die in hun land van herkomst tot eenzelfde groep behoren, hun beroepsactiviteiten als leden van hun groep in het land van ontvangst blijven uitoefenen.

Beroeps- en gedragsregels

Advocaten die hun beroep permanent op het grondgebied van een ander EU-land uitoefenen zijn aan de beroeps- en gedragsregels van het land van ontvangst onderworpen, ook al blijven ze onderworpen aan de ethische regels van hun land van herkomst.

Tuchtprocedures

Onder hun oorspronkelijke beroepstitel werkzame advocaten zijn onderworpen aan de tuchtprocedures van het EU-land van ontvangst.

WANNEER TREEDT DE RICHTLIJN IN WERKING?

Op 14 maart 1998. EU-landen moesten de richtlijn voor 14 maart 2000 omzetten in hun nationale wetgeving.

ACHTERGROND

Andere juridische instrumenten van de EU zijn ook van toepassing op advocaten. Deze houden verband met:

BESLUIT

Richtlijn 98/5/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 1998 ter vergemakkelijking van de permanente uitoefening van het beroep van advocaat in een andere lidstaat dan die waar de beroepskwalificatie is verworven (PB L 77 van 14.3.1998, blz. 36-43)

Achtereenvolgende wijzigingen van Richtlijn 98/5/EG werden in de oorspronkelijke tekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is uitsluitend bedoeld als referentie.

GERELATEERDE BESLUITEN

Richtlijn 77/249/EEG van de Raad van 22 maart 1977 tot vergemakkelijking van de daadwerkelijke uitoefening door advocaten van het vrij verrichten van diensten (PB L 78 van 26.3.1977, blz. 17-18) Zie de geconsolideerde versie.

Richtlijn 2005/36/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 september 2005 betreffende de erkenning van beroepskwalificaties (PB L 255 van 30.9.2005, blz. 22-142) Zie de geconsolideerde versie.

Laatste bijwerking 28.10.2015

Naar boven