Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32014R0511

Naleving van de regelgeving inzake toegang en verdeling van voordelen die voortvloeien uit het gebruik van genetische rijkdommen en de daarmee verband houdende traditionele kennis

Naleving van de regelgeving inzake toegang en verdeling van voordelen die voortvloeien uit het gebruik van genetische rijkdommen en de daarmee verband houdende traditionele kennis

 

SAMENVATTING VAN:

Verordening (EU) nr. 511/2014 — Nalevingsmaatregelen voor gebruikers van genetische rijkdommen en de eerlijke verdeling van voordelen voortvloeiende uit hun gebruik

WAT IS HET DOEL VAN DE VERORDENING?

Deze verordening heeft betrekking op de naleving van regelgeving inzake toegang tot genetische rijkdommen* en traditionele kennis* die samenhangt met deze genetische rijkdommen, en de verdeling van de voordelen die voortvloeien uit het gebruik ervan, zoals uiteengezet in het Protocol van Nagoya inzake toegang tot genetische hulpbronnen en de eerlijke en billijke verdeling van de baten die voortvloeien uit het gebruik ervan bij het Verdrag inzake biodiversiteit.

De doelstelling van het Protocol van Nagoya inzake toegang en batenverdeling (TBV) bestaat uit de eerlijke en billijke verdeling van de voordelen die voortvloeien uit het gebruik van genetische rijkdommen met het land dat de genetische rijkdommen heeft geleverd. De gegenereerde voordelen moeten bijdragen tot duurzaam gebruik en behoud van de biodiversiteit.

De algemene doelstelling van de verordening is om ervoor te zorgen dat de gebruikers van genetische rijkdommen en de daarmee samenhangende traditionele kennis in de EU dit doen met inachtneming van de TBV-wetgeving van het leverende land.

Genetische rijkdommen worden gebruikt voor niet-commerciële en commerciële doeleinden in vele sectoren, zoals wetenschappelijk onderzoek, plantenveredeling, farmaceutica, cosmetica, de voedsel- en voederindustrie en biotechnologie. Ze worden door universiteiten en bedrijven gebruikt om onderzoek en/of onderzoek en ontwikkeling te doen waaruit de commercialisering van producten resulteert.

KERNPUNTEN

Alle landen (waaronder EU-landen) hebben rechten op hun natuurlijke rijkdommen en het gezag om te bepalen wie toegang heeft tot hun genetische rijkdommen.

Het is de uitdaging voor de landen die de natuurlijke rijkdommen leveren om hun genetische rijkdommen te volgen zodra deze het land verlaten. Een belangrijke toegevoegde waarde van het Protocol van Nagoya is de vaststelling van nalevingsmaatregelen. „Gebruikerslanden” moeten maatregelen nemen om ervoor te zorgen dat de toegang tot de in hun land gebruikte genetische rijkdommen in overeenstemming is met de TBV-regelgeving van het land dat de rijkdommen levert (voorafgaande geïnformeerde toestemming moet zijn verkregen en onderling overeengekomen voorwaarden moeten zijn vastgesteld). Deze informatie moet vervolgens worden teruggekoppeld aan het land dat de genetische rijkdommen heeft geleverd. Verordening (EU) nr. 511/2014 bevat de voorschriften voor deze nalevingsmaatregelen.

De basisvereiste van de verordening is passende zorgvuldigheid. Gebruikers van genetische rijkdommen moeten een reeks op genetische rijkdommen betrekking hebbende gegevens, evenals traditionele kennis met betrekking tot genetische rijkdommen, verzamelen, bewaren en doorgeven aan volgende gebruikers. Als gebruikers geen toereikende informatie hebben over de wettigheid van de toegang en het gebruik, moeten zij een vergunning verkrijgen, onderling overeengekomen voorwaarden vaststellen of het gebruik van de rijkdom in kwestie beëindigen.

Gebruikers van genetische hulpbronnen zijn ook verplicht om een verklaring van passende zorgvuldigheid te overleggen. Indiening van een verklaring van passende zorgvuldigheid is in de EU in twee stadia vereist:

  • in het stadium van de financiering van onderzoek, wanneer dit onderzoek betrekking heeft op het gebruik van genetische rijkdommen en de daarmee samenhangende traditionele kennis;
  • in het eindstadium van de ontwikkeling van een product.

Dit betekent dat er twee controlepunten zijn in de EU. De informatie van deze controlepunten wordt doorgegeven aan het uitwisselingscentrum voor toegang en verdeling van voordelen (het internationale IT-instrument voor de uitwisseling van informatie tussen alle betrokken actoren, opgesteld met het Protocol van Nagoya) en aan de landen die de genetische rijkdommen leveren.

Gebruikers moeten de informatie met betrekking tot toegang en verdeling van voordelen twintig jaar bewaren nadat ze het gebruik ervan beëindigen.

Elk EU-land moet ten minste één met de uitvoering van deze verordening belaste instantie aanwijzen. Deze instantie ontvangt de verklaringen van passende zorgvuldigheid en is verantwoordelijk voor het uitvoeren van controles bij gebruikers.

Er zijn ook twee vrijwillige instrumenten ter ondersteuning van de naleving door de gebruikers: een register van collecties van de EU en een register van beste praktijken in het kader van de verordening.

VANAF WANNEER IS DE VERORDENING VAN TOEPASSING?

De verordening is sinds 12 oktober 2014 van toepassing, met uitzondering van enkele artikelen die sinds 12 oktober 2015 van toepassing zijn.

ACHTERGROND

Het belangrijkste internationale kader voor het behoud en het duurzaam gebruik van biologische diversiteit, en voor de eerlijke en billijke verdeling van de voordelen die voortvloeien uit het gebruik van genetische rijkdommen, is het Verdrag inzake biologische diversiteit van 1993 (zie samenvatting).

Het Protocol van Nagoya, dat in oktober 2010 werd goedgekeurd, bouwt voort op de regels van het verdrag inzake toegang tot genetische rijkdommen en de verdeling van geldelijke en niet-geldelijke voordelen die voortvloeien uit het gebruik van genetische rijkdommen.

Voor meer informatie zie:

KERNBEGRIPPEN

Genetische rijkdom: het deel van de genenpoel in zowel natuurlijke als gedomesticeerde of gecultiveerde soorten dat een rol speelt in tal van sectoren, zoals wetenschappelijk onderzoek, de levensmiddelenproductie, gezondheid, geneesmiddelen, cosmetica en biogebaseerd milieuonderzoek. Het speelt bovendien een rol in strategieën voor het herstel van beschadigde ecosystemen en de bescherming van bedreigde soorten.
Traditionele kennis: kennis waarover inheemse en lokale gemeenschappen beschikken.

BELANGRIJKSTE DOCUMENT

Verordening (EU) nr. 511/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende voor gebruikers bestemde nalevingsmaatregelen uit het Protocol van Nagoya inzake toegang tot genetische rijkdommen en de eerlijke en billijke verdeling van voordelen voortvloeiende uit hun gebruik in de Unie (PB L 150 van 20.5.2014, blz. 59-71)

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Mededeling van de Commissie — Leidraad betreffende het toepassingsgebied en de kernverplichtingen van Verordening (EU) nr. 511/2014 van het Europees Parlement en de Raad betreffende voor gebruikers bestemde nalevingsmaatregelen uit het Protocol van Nagoya inzake toegang tot genetische rijkdommen en de eerlijke en billijke verdeling van voordelen voortvloeiende uit hun gebruik in de Unie (PB C 313 van 27.8.2016, blz. 1-19)

Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1866 van de Commissie van 13 oktober 2015 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Verordening (EU) nr. 511/2014 van het Europees Parlement en de Raad wat het register van collecties, het toezicht op de naleving door gebruikers en beste praktijken betreft (PB L 275 van 20.10.2015, blz. 4-19)

2014/283/EU: Besluit van de Raad van 14 april 2014 tot sluiting namens de Europese Unie van het Protocol van Nagoya inzake toegang tot genetische hulpbronnen en de eerlijke en billijke verdeling van de baten die voortvloeien uit het gebruik ervan bij het Verdrag inzake biodiversiteit (PB L 150 van 20.5.2014, blz. 231-233)

93/626/EEG: Besluit van de Raad van 25 oktober 1993 betreffende de sluiting van het Verdrag inzake biologische diversiteit (PB L 309 van 13.12.1993, blz. 1-2)

Laatste bijwerking 20.11.2020

Naar boven