EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32021R0821

Controlesysteem voor de uitvoer van producten voor tweeërlei gebruik

Controlesysteem voor de uitvoer van producten voor tweeërlei gebruik

 

SAMENVATTING VAN:

Verordening (EU) 2021/821 tot instelling van een EU-regeling voor controle op de uitvoer, de tussenhandel, de technische bijstand, de doorvoer en de overbrenging van producten voor tweeërlei gebruik

WAT IS HET DOEL VAN DE VERORDENING?

De verordening bevat de regels voor de hele Europese Unie (EU) voor controle op de uitvoer, de tussenhandel*, de technische bijstand, de doorvoer en de overbrenging van producten voor tweeërlei gebruik*.

KERNPUNTEN

Bijlage I bij de verordening, gebaseerd op internationaal overeengekomen vergunningsregelingen, bevat de producten voor tweeërlei gebruik waarvoor een uitvoervergunning nodig is. De lijst met producten voor tweeërlei gebruik wordt regelmatig gewijzigd (zie de bijgewerkte lijst in de geconsolideerde versie van Verordening (EU) 2021/821).

Deze omvatten:

  • nucleaire goederen, installaties en apparatuur;
  • speciale materialen en aanverwante apparatuur;
  • materiaalverwerking;
  • elektronica;
  • computers;
  • telecommunicatie en informatiebeveiliging;
  • sensoren en lasers;
  • navigatie en vliegtuigelektronica;
  • marine;
  • ruimtevaart en voortstuwingssystemen.

Voor andere producten voor tweeërlei gebruik, inclusief eventuele tussenhandeldiensten of technische bijstand, is een uitvoervergunning nodig indien deze producten, geheel of gedeeltelijk, zijn bedoeld voor:

  • chemische, biologische of nucleaire wapens;
  • militair gebruik in landen waarvoor een wapenembargo geldt;
  • componenten van militaire producten die reeds zonder de benodigde vergunning zijn uitgevoerd vanuit een EU-lidstaat.

Een vergunning is nodig voor:

  • de uitvoer van producten voor cybersurveillance die waarschijnlijk zullen worden ingezet voor binnenlandse repressie of het plegen van ernstige schendingen van de mensenrechten en het internationaal humanitair recht;
  • de overdracht, van de ene lidstaat naar de andere, van in bijlage IV opgenomen producten voor tweeërlei gebruik, zoals stealth-technologie en producten voor strategische controle.

De lidstaten mogen:

  • de doorvoer over hun grondgebied verbieden voor producten voor tweeërlei gebruik die niet uit de EU afkomstig zijn, indien hun voorgenomen gebruik in strijd is met de verordening;
  • een verbod instellen op, of een uitvoervergunning vereisen voor, producten die niet in bijlage I worden genoemd in het belang van de openbare orde, waaronder terrorisme of mensenrechtenschendingen;
  • in bepaalde omstandigheden een uitvoervergunning vereisen voor de overbrenging van producten voor tweeërlei gebruik van hun grondgebied naar een andere lidstaat.

De verordening voorziet in vijf soorten vergunningen die geldig zijn in het hele EU-douanegebied.

  • Algemene uitvoervergunningen voor de EU. Deze gelden voor de uitvoer naar bepaalde bestemmingen onder specifieke voorwaarden. Hieronder vallen de vergunningen voor de uitvoer naar Australië, Canada, IJsland, Japan, Liechtenstein, Nieuw-Zeeland, Noorwegen, het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten en Zwitserland.
  • Nationale algemene uitvoervergunningen. Deze worden door lidstaten afgegeven indien zij in overeenstemming zijn met bestaande algemene uitvoervergunningen voor de EU en geen betrekking hebben op de uitvoer van programmatuur en technologie voor tweeërlei gebruik naar bepaalde landen (bijlage II G).
  • Individuele en globale uitvoervergunningen. Deze worden door nationale autoriteiten afgegeven voor ten hoogste twee jaar aan één exporteur* voor de uitvoer van:
    • één of meer producten voor tweeërlei gebruik aan één eindgebruiker in een niet-EU-land (individueel); of
    • meerdere producten, landen en eindgebruikers (globaal).
  • Vergunningen voor grote projecten. Dit is een individuele of een globale uitvoervergunning die aan één specifieke exporteur voor een type of categorie van producten voor tweeërlei gebruik wordt verleend en die voor uitvoer naar een of meer met naam genoemde eindgebruikers in een of meer met naam genoemde niet-EU-landen geldig kan zijn met het oog op een specifiek grootschalig project.

Exporteurs die een vergunning aanvragen moeten:

  • de autoriteiten voorzien van volledige informatie, met name over
    • de eindgebruiker,
    • het land van bestemming,
    • het eindgebruik van het uitgevoerde product;
  • gedurende vijf jaar gedetailleerde dossiers van hun uitvoer bijhouden, met daarin handelsbescheiden zoals facturen en vervoersdocumenten, voor het vaststellen van:
    • de omschrijving en hoeveelheid van de producten voor tweeërlei gebruik,
    • naam en adres van de exporteur en de ontvanger,
    • het eindgebruik en de eindgebruiker, indien bekend.

Vergunningen voor het leveren van tussenhandeldiensten en technische bijstand worden verleend door de nationale autoriteiten en zijn geldig in het hele EU-douanegebied. Daarvoor zijn de volgende gegevens nodig:

  • de locatie, omschrijving en hoeveelheid van de producten voor tweeërlei gebruik;
  • de betrokken derden;
  • het land van bestemming;
  • de eindgebruiker en locatie.

Lidstaten moeten, bij de beslissing om een gevraagde vergunning te verlenen of te weigeren, rekening houden met:

  • de EU-, nationale en internationale verplichtingen en verbintenissen, met name relevante non-proliferatie- en uitvoercontroleregelingen;
  • door de EU, de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa of de Verenigde Naties opgelegde sancties;
  • besluiten inzake nationaal buitenlands en veiligheidsbeleid;
  • het voorgenomen eindgebruik en het gevaar dat producten worden onttrokken ten behoeve van een andere eindgebruiker of een ander eindgebruik.

De lidstaten moeten:

  • de Europese Commissie informeren over:
    • de nationale autoriteiten die bevoegd zijn om uitvoervergunningen voor producten voor tweeërlei gebruik af te geven en de doorvoer van producten voor tweeërlei gebruik die niet uit de EU afkomstig zijn, te verbieden,
    • de maatregelen die zij nemen om de verordening te handhaven;
  • samen met de Commissie alle maatregelen treffen om een rechtstreekse samenwerking en uitwisseling van informatie tussen de nationale autoriteiten te bewerkstelligen teneinde de efficiëntie, consequente uitvoering en handhaving van de uitvoercontroles te waarborgen;
  • de Commissie voorzien van de informatie die zij nodig heeft voor haar jaarverslag.

De Commissie heeft de volgende verantwoordelijkheden.

  • Zij ontwikkelt een beveiligd en versleuteld systeem ter ondersteuning van de samenwerking en informatie-uitwisseling tussen nationale autoriteiten en, waar passend, de Commissie.
  • Samen met de Raad geeft zij richtsnoeren en doet zij aanbevelingen voor beste praktijken om de doeltreffendheid en consequente uitvoering van het systeem te waarborgen.
  • Zij legt, in overleg met de coördinatiegroep tweeërlei gebruik, jaarlijks een verslag voor aan het Europees Parlement en de Raad over de uitvoering van de verordening. Dit verslag bevat het aantal, de waarde en de bestemming van verleende en geweigerde vergunningen.
  • Zij gebruikt een vereenvoudigde procedure (gedelegeerde handelingen) voor het wijzigen van de lijst van producten en bestemmingen waarvoor specifieke controles gelden.
  • Zij voert na 10 september 2024 een eerste evaluatie uit over vergunningen voor producten voor cybersurveillance en tussen 10 september 2026 en 10 september 2028 een volledige evaluatie van de verordening. Zij brengt over beide evaluaties verslag uit aan het Europees Parlement, de Raad en het Europees Economisch en Sociaal Comité.

Bij deze verordening wordt een coördinatiegroep tweeërlei gebruik opgericht, onder voorzitterschap van de Commissie en met een vertegenwoordiger van iedere lidstaat. Deze groep:

  • onderzoekt kwesties die voortvloeien uit de toepassing van deze verordening;
  • kan exporteurs, tussenhandelaren, verleners van technische bijstand en andere personen en organen raadplegen;
  • richt technische deskundigengroepen op.

De Commissie en de lidstaten gebruiken de uitwisseling van informatie en beste praktijken met, en capaciteitsopbouw en bewustmaking van, niet-EU-landen ter bevordering van de algehele harmonisatie van uitvoercontroles op producten voor tweeërlei gebruik.

Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/699 strekt tot wijziging van Verordening (EU) 2021/821 in de zin dat Rusland wordt geschrapt als bestemming die onder de algemene uitvoervergunningen van de EU valt. Dat geschiedt in het licht van de onwettige aanval van Rusland op de territoriale integriteit, de soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne en de dreiging daarvan op de essentiële veiligheidsbelangen van de EU (zie de samenvatting over beperkende maatregelen tegen Rusland).

Intrekking

Deze verordening strekt tot intrekking en herziening van Verordening (EG) nr. 428/2009 (zie de samenvatting) met ingang van 9 september 2021, behalve voor vergunningaanvragen die voorafgaand aan deze datum zijn gedaan, zoals bepaald in artikel 31 van Verordening (EU) 2021/821.

VANAF WANNEER IS DE VERORDENING VAN TOEPASSING?

De begroting is sinds 9 september 2021 van toepassing.

ACHTERGROND

Producten en technologie voor tweeërlei gebruik kunnen in veel civiele behoeften voorzien, maar kunnen ook worden ingezet voor defensie, inlichtingen en rechtshandhaving.

Verordening (EU) 2021/821 voorziet in een alomvattende systeemupgrade ter versterking van het vorige uitvoercontrolesysteem en is een reactie op de zich ontwikkelende veiligheidsrisico’s en opkomende technologieën.

De verordening behelst een uitbreiding van de samenwerking tussen de lidstaten en de Commissie, de oplegging van specifieke verplichtingen aan exporteurs en de invoering van controles om te voorkomen dat technologieën voor cybersurveillance tot mensenrechtenschendingen leiden.

Het EU-systeem is afgestemd op internationale regels en toezeggingen van, of vastgelegd in:

KERNBEGRIPPEN

Tussenhandel. Het onderhandelen met, of het regelen van transacties tussen, niet-EU-landen met het oog op de aan- of verkoop van producten voor tweeërlei gebruik.
Producten voor tweeërlei gebruik. Producten, met inbegrip van programmatuur en technologie, die zowel een civiele als een militaire bestemming kunnen hebben.
Exporteur. Elke natuurlijke persoon of rechtspersoon, inclusief onderzoekers of partnerschappen, die producten voor tweeërlei gebruik fysiek of elektronisch verzendt of bij zich draagt.

BELANGRIJKSTE DOCUMENT

Verordening (EU) 2021/821 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2021 tot instelling van een Unieregeling voor controle op de uitvoer, de tussenhandel, de technische bijstand, de doorvoer en de overbrenging van producten voor tweeërlei gebruik (herschikking) (PB L 206 van 11.6.2021, blz. 1-461).

Achtereenvolgende wijzigingen aan Verordening (EU) 2021/821 werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement — De herziening van het uitvoercontrolebeleid: waarborgen van veiligheid en concurrentievermogen in een veranderende wereld (COM(2014) 244 final van 24.4.2014).

Verordening (EG) nr. 428/2009 van de Raad van 5 mei 2009 tot instelling van een communautaire regeling voor controle op de uitvoer, de overbrenging, de tussenhandel en de doorvoer van producten voor tweeërlei gebruik (Herschikking) (PB L 134 van 29.5.2009, blz. 1-269).

Zie de geconsolideerde versie.

Laatste bijwerking 17.11.2023

Naar boven