EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32007R0883

Verordening (EG) nr. 883/2007 van de Commissie van 26 juli 2007 houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 824/2000 tot vaststelling van de procedures voor de overneming van granen door de interventiebureaus en tot vaststelling van de analysemethodes voor de bepaling van de kwaliteit

OJ L 195, 27.7.2007, p. 3–7 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 01/07/2008; stilzwijgende opheffing door 32008R0687

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2007/883/oj

27.7.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 195/3


VERORDENING (EG) Nr. 883/2007 VAN DE COMMISSIE

van 26 juli 2007

houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 824/2000 tot vaststelling van de procedures voor de overneming van granen door de interventiebureaus en tot vaststelling van de analysemethodes voor de bepaling van de kwaliteit

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1784/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (1), en met name op artikel 6,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij artikel 5, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1784/2003, als gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 735/2007, zijn de hoeveelheden mais die door de interventiebureaus kunnen worden aangekocht, in de hele Gemeenschap beperkt tot een totale hoeveelheid van 1 500 000 ton voor het verkoopseizoen 2007/2008, 700 000 ton voor het verkoopseizoen 2008/2009 en 0 ton met ingang van het verkoopseizoen 2009/2010.

(2)

Om voor een bevredigend beheer van het interventieaankoopsysteem voor mais te zorgen en de marktdeelnemers van alle lidstaten onder gelijkwaardige voorwaarden toegang te geven tot de interventieregeling, moeten in Verordening (EG) nr. 824/2000 van de Commissie (2) nadere specifieke bepalingen worden vastgesteld voor de toewijzing van de hoeveelheden mais die voor interventie in aanmerking komen. Hiertoe moet een mechanisme voor de toewijzing van de genoemde hoeveelheden worden ingesteld dat betrekking heeft op de periodes van het verkoopseizoen waarin alle marktdeelnemers aanbiedingen mogen doen, waardoor de marktdeelnemers voldoende tijd krijgen om hun aanbiedingen in te dienen en het mogelijk wordt voor alle aanbieders een uniforme toewijzingscoëfficiënt vast te stellen wanneer de aangeboden hoeveelheden de beschikbare hoeveelheden overschrijden. Het is in dit verband dienstig te bepalen dat de aanbiedingen in twee fasen moeten worden onderzocht, en een tijdschema vast te stellen voor de indiening van aanbiedingen van mais, alsmede voor de desbetreffende leveringen en overnames.

(3)

Om de marktdeelnemers een gelijkwaardige behandeling te garanderen moet, rekening houdend met de bij artikel 5, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1784/2003 vastgestelde perioden voor de interventieaankoop, worden bepaald dat de eerste fase voor de indiening van aanbiedingen van mais in Griekenland, Spanje, Italië en Portugal op 1 augustus begint, in Zweden op 1 december en in de overige lidstaten op 1 november, en dat zij loopt tot en met 31 december, de laatste dag voor de indiening van de aanbiedingen voor alle lidstaten. Na afloop van deze eerste fase zal de Commissie, als de aangeboden hoeveelheden groter zijn dan de hoeveelheid die is vastgesteld in artikel 5, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1784/2003, een toewijzingscoëfficiënt moeten vaststellen voor de tijdens deze eerste fase ingediende ontvankelijke aanbiedingen en de interventie voor de rest van het verkoopseizoen moeten beëindigen. Om te voorkomen dat voor interventiebureaus en marktdeelnemers te grote administratieve en financiële lasten ontstaan, met name doordat zekerheden moeten worden gesteld die achteraf nutteloos blijken te zijn omdat er geen hoeveelheden kunnen worden toegewezen, moet worden bepaald dat tussen 1 januari en de datum van de bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie van de hoeveelheid die voor de tweede fase overblijft voor interventie, een aanbiedingenstop wordt ingesteld.

(4)

Rekening houdend met de tijd die vereist is om indien nodig de toewijzingscoëfficiënt voor de eerste fase vast te stellen, moet de tweede fase voor de indiening van de aanbiedingen worden geopend de dag na de bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie van de hoeveelheid die voor interventie beschikbaar blijft, en moet deze dag in alle lidstaten gelden als eerste dag voor de indiening van de aanbiedingen. Tijdens deze tweede fase moet de aanvaarding van de aanbiedingen wekelijks plaatsvinden vanaf de eerste vrijdag na de bekendmaking van de genoemde hoeveelheid, en moet daarbij worden uitgegaan van de aanbiedingen die de marktdeelnemers uiterlijk vrijdag om 12.00 uur (plaatselijke tijd Brussel) hebben ingediend. De Commissie moet elke week, uiterlijk op woensdag, de marktdeelnemers via haar website in kennis stellen van de hoeveelheid die nog voor interventie beschikbaar blijft. Als de in artikel 5, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1784/2003 vastgestelde hoeveelheid overschreden is, moet de Commissie een toewijzingscoëfficiënt vaststellen en bekendmaken en moet zij de interventie voor het lopende verkoopseizoen beëindigen. Rekening houdend met de bij artikel 5, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1784/2003 vastgestelde perioden voor de interventieaankoop, moet worden bepaald dat de tweede fase voor de indiening van de aanbiedingen in elk geval verstrijkt uiterlijk op 30 april in Griekenland, Spanje, Italië en Portugal, op 30 juni in Zweden en op 31 mei in de overige lidstaten.

(5)

Om een efficiënt beheer van het toewijzingsmechanisme mogelijk te maken, moet worden bepaald dat de aanbiedingen van mais niet mogen worden gewijzigd of ingetrokken. Bovendien blijkt het, om de ernst van de aanbiedingen te garanderen, nodig te bepalen dat voor die aanbiedingen een zekerheid moet worden gesteld, en vast te stellen hoe de realiteit van de aanbiedingen moet worden gecontroleerd en onder welke voorwaarden de zekerheid kan worden vrijgegeven. Met het oog hierop moet deze controle worden verricht volgens dezelfde regels en onder dezelfde voorwaarden als die welke gelden voor de controle van de voorraden in het kader van de openbare opslag als bedoeld in Verordening (EG) nr. 884/2006 van de Commissie van 21 juni 2006 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad met betrekking tot de financiering van de maatregelen voor interventie in de vorm van openbare opslag door het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) en de boeking van de verrichtingen in verband met openbare opslag door de betaalorganen van de lidstaten (3). Voorts kan tussen het begin van de indiening van de aanbiedingen in de eerste fase en 31 december een periode van verschillende maanden verstrijken. Om te voorkomen dat de marktdeelnemers bij de indiening van aanbiedingen in deze eerste fase financieel te zwaar worden belast, is het wenselijk toe te staan dat de bij de indiening van de aanbiedingen te stellen zekerheid, als zij in de vorm van een bankgarantie wordt gesteld, pas opeisbaar wordt op de dag volgende op de laatste dag van de indiening van de aanbiedingen.

(6)

In artikel 5, leden 4 en 5, van Verordening (EG) nr. 824/2000 is bepaald dat het graan kan worden overgenomen in de opslagplaats waar het zich bevindt op het tijdstip van de aanbieding. Om de kwaliteit van de opslagomstandigheden te verbeteren en die kwaliteit te garanderen vanaf het tijdstip waarop de aanbiedingen worden ingediend, moeten de opslagplaatsen waar het graan zich op het tijdstip van de aanbieding bevindt, de optimale bewaring ervan garanderen, met name tijdens een lange opslagperiode als het mais betreft. Bijgevolg blijkt het nodig de mogelijkheid om graan in de opslagplaats van de aanbieder over te nemen, te beperken en dit soort overname slechts toe te staan als het graan zich bevindt bij opslaghouders in de zin van artikel 2, lid 2, onder a), van Verordening (EG) nr. 884/2006. In dit geval verbindt de aanbieder zich ertoe om in zijn betrekkingen met de opslaghouder, vanaf de indiening van zijn aanbieding, op overeenkomstige wijze dezelfde regels en dezelfde voorwaarden voor de opslag en de controle toe te passen als die welke gelden op grond van Verordening (EG) nr. 884/2006.

(7)

In artikel 8, lid 1, van Verordening (EG) nr. 824/2000 is bepaald dat de aan de aanbieder te betalen prijs de in artikel 4, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1784/2003 bedoelde interventieprijs is die geldt op de dag die in de kennisgeving betreffende de ontvankelijkheid van de aanbieding als eerste leveringsdag is aangegeven voor een ongelost, franco opslagplaats geleverd product, na toepassing van de in artikel 9 van Verordening (EG) nr. 824/2000 bedoelde toeslagen en kortingen. Rekening houdend met het nieuwe, bij de onderhavige verordening ingestelde beheerssysteem voor de interventieaankoop van mais, en met name met het feit dat de aanbiedingen van mais niet mogen worden ingetrokken of gewijzigd, moet van die regel worden afgeweken voor de aanbiedingen van mais wanneer de interventieprijs in de maand van aanbieding hoger is dan de interventieprijs in de maand van levering.

(8)

In artikel 11 bis, onder a), van Verordening (EG) nr. 824/2000 is de inhoud vastgesteld van de mededelingen die de lidstaten aan de Commissie moeten doen opdat een wekelijks statistisch verslag over de ontwikkeling van de voorraden graan in interventie kan worden opgesteld. Rekening houdend met het nieuwe, bij de onderhavige verordening ingestelde beheerssysteem voor de interventieaankoop van mais moeten deze bepalingen worden aangepast, meer in het bijzonder ten aanzien van de wijze waarop de aanbiedingen door de interventiebureaus aan de Commissie worden meegedeeld.

(9)

Met het oog op een efficiënt beheer van het systeem moet worden bepaald dat de door de Commissie gevraagde informatie moet worden meegedeeld met gebruikmaking van de door de Commissie ter beschikking van de lidstaten gestelde modellen waarin de voor het beheer van de interventie vereiste informatie is opgenomen, dat deze modellen van toepassing worden nadat het Comité van beheer voor granen daarvan vooraf in kennis is gesteld en dat zij in voorkomend geval door de Commissie onder dezelfde voorwaarden worden aangepast en geactualiseerd.

(10)

Verordening (EG) nr. 824/2000 moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(11)

Aangezien de interventieperiode in Griekenland, Spanje, Italië en Portugal op 1 augustus begint, dienen de in deze verordening vastgestelde maatregelen met ingang van die datum te worden toegepast.

(12)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor granen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EG) nr. 824/2000 wordt als volgt gewijzigd:

1)

Het volgende artikel 3 bis wordt ingevoegd:

„Artikel 3 bis

1.   Onverminderd artikel 4 van deze verordening worden de hoeveelheden mais die overeenkomstig artikel 5, lid 1, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 1784/2003 voor interventie in aanmerking komen, overeenkomstig de in de leden 2 tot en met 5 van dit artikel vastgestelde voorwaarden en bepalingen in de verkoopseizoenen 2007/2008 en 2008/2009 toegewezen in twee fasen, „fase 1” en „fase 2” genoemd.

Fase 1 begint in Griekenland, Spanje, Italië en Portugal op 1 augustus, in Zweden op 1 december, en in de overige lidstaten op 1 november, en loopt tot en met 31 december, de laatste dag voor de indiening van de aanbiedingen voor alle lidstaten voor deze fase.

Fase 2 begint op de dag volgende op de in lid 2, tweede alinea, bedoelde bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie van de hoeveelheid die voor deze fase voor interventie beschikbaar blijft. Deze dag is in alle lidstaten de eerste dag voor de indiening van de aanbiedingen en deze fase loopt in Griekenland, Spanje, Italië en Portugal uiterlijk tot 30 april, in Zweden uiterlijk tot 30 juni en in de overige lidstaten uiterlijk tot 31 mei.

2.   Na afloop van fase 1 boekt de Commissie, op basis van de mededelingen die de lidstaten wekelijks doen overeenkomstig artikel 11 bis, lid 1, onder a), punt i), de ontvankelijke aanbiedingen van mais die de marktdeelnemers tot en met 31 december om 12.00 uur (plaatselijke tijd Brussel) bij de interventiebureaus van de lidstaten hebben ingediend.

Als de totale aangeboden hoeveelheid de desbetreffende in artikel 5, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1784/2003 vastgestelde maximumhoeveelheid overschrijdt, stelt de Commissie een op de aangeboden hoeveelheden toe te passen toewijzingscoëfficiënt met 6 decimalen vast, en maakt zij deze uiterlijk op 25 januari bekend. Als de betrokken maximumhoeveelheid niet wordt overschreden, is deze toewijzingscoëfficiënt 1 en maakt de Commissie de hoeveelheid bekend die voor interventie beschikbaar blijft voor fase 2.

Uiterlijk op 31 januari deelt het interventiebureau van de lidstaat aan de aanbieder mee dat zijn aanbieding is aanvaard voor een hoeveelheid die gelijk is aan de aangeboden hoeveelheid vermenigvuldigd met de toewijzingscoëfficiënt.

3.   Vanaf de eerste woensdag van februari boekt de Commissie elke week, op basis van de mededelingen die de lidstaten overeenkomstig artikel 11 bis, lid 1, onder a), punt i), hebben gedaan, de ontvankelijke aanbiedingen van mais die de marktdeelnemers uiterlijk op vrijdag van de voorafgaande week om 12.00 uur (plaatselijke tijd Brussel) bij de interventiebureaus van de lidstaten hebben ingediend.

Als de hoeveelheid die voor interventie beschikbaar blijft, wordt overschreden, stelt de Commissie een op de aangeboden hoeveelheden toe te passen toewijzingscoëfficiënt met 6 decimalen vast, die zij uiterlijk op de vierde werkdag volgende op de uiterste datum voor de indiening van de aanbiedingen bekendmaakt. Is de beschikbare hoeveelheid niet overschreden, dan is de toewijzingscoëfficiënt gelijk aan 1, worden de aangeboden hoeveelheden als aanvaard beschouwd en stelt de Commissie, uiterlijk op woensdag van elke week, de marktdeelnemers via haar website http://ec.europa.eu/agriculture/markets/crops/index_fr.htm in kennis van de hoeveelheid die voor de lopende week nog voor interventie beschikbaar blijft.

Uiterlijk op de negende werkdag volgende op de uiterste datum voor de indiening van de aanbiedingen deelt het interventiebureau van de lidstaat aan de aanbieder mee dat zijn aanbieding is aanvaard voor een hoeveelheid die gelijk is aan de aangeboden hoeveelheid vermenigvuldigd met de toewijzingscoëfficiënt.

4.   Het bevoegde interventiebureau boekt de in de leden 2 en 3 bedoelde aanbiedingen op de dag van hun ontvangst.

Ingediende aanbiedingen kunnen niet meer worden gewijzigd of ingetrokken.

5.   De aanbiedingen gaan, op straffe van onontvankelijkheid, vergezeld van het bewijs dat de aanbieder een zekerheid van 15 EUR per ton heeft gesteld. Deze zekerheid wordt bij de indiening van de aanbiedingen gesteld, maar als zij in fase 1 in de vorm van een bankgarantie wordt gesteld, is zij pas opeisbaar met ingang van de dag volgende op de laatste dag van de indiening van de in lid 2 bedoelde aanbiedingen.

6.   De garantie dekt de hoeveelheden die de aanbieder overeenkomstig de leden 2 of 3 heeft aangeboden.

Behalve bij overmacht of in uitzonderlijke omstandigheden vervalt in de volgende gevallen de zekerheid volledig aan de Gemeenschapsbegroting:

a)

als de hoeveelheden die tussen de indiening van de aanbieding en de overname van de mais in de opslagplaats aanwezig zijn, kleiner zijn dan de hoeveelheden die de aanbieder heeft aangegeven overeenkomstig artikel 4, lid 1, rekening houdend met een tolerantie van 5 %;

b)

als de toegewezen hoeveelheden niet werkelijk door de aanbieder worden geleverd met het oog op overname door het interventiebureau overeenkomstig de artikelen 2 en 5.

Met het oog op de toepassing van de tweede alinea, onder a), van dit lid controleren de interventiebureaus de in de opslagplaatsen aanwezige hoeveelheden door op overeenkomstige wijze de regels en voorwaarden toe te passen die bij Verordening (EG) nr. 884/2006 van de Commissie (4) zijn vastgesteld voor de controle op de fysieke aanwezigheid van de in het kader van de openbare-opslagverrichtingen opgeslagen producten, en meer bepaald die welke zijn vastgesteld in punt B.III van bijlage I bij de genoemde verordening. Deze controles hebben betrekking op ten minste 5 % van de aanbiedingen en 5 % van de aangeboden hoeveelheden en zijn gebaseerd op een risicoanalyse. Deze minimumpercentages voor de controles gelden slechts voor fase 1.

De zekerheid wordt volledig vrijgegeven:

a)

voor de niet-toegewezen aangeboden hoeveelheden,

b)

voor de aangeboden hoeveelheden die zijn toegewezen, zodra 95 % van de toegewezen hoeveelheid daadwerkelijk door het interventiebureau is overgenomen.

2)

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

a)

in lid 1 wordt punt e) vervangen door:

„e)

interventiecentrum waarvoor de aanbieding wordt gedaan en als artikel 5, lid 1, tweede alinea, van deze verordening wordt toegepast, de verbintenis van de aanbieder om in zijn betrekkingen met de opslaghouder te garanderen dat op de opslagplaats als bedoeld onder c) van dit lid, op overeenkomstige wijze de regels en voorwaarden voor de opslag en de controle worden toegepast die gelden op grond van artikel 2, lid 2, onder a), van Verordening (EG) nr. 884/2006.”;

b)

in lid 3 wordt de derde alinea geschrapt;

c)

het volgende lid 4 wordt toegevoegd:

„4.   Voor andere voor de interventie aangeboden graansoorten dan mais vindt de laatste levering plaats uiterlijk aan het einde van de vierde maand volgende op de maand van ontvangst van de aanbieding, maar in Spanje, Griekenland, Italië en Portugal niet later dan 1 juli en in de overige lidstaten niet later dan 31 juli.

Voor mais vindt de levering plaats tussen 1 februari en 30 april voor de aanbiedingen die in de loop van fase 1 zijn ingediend, en uiterlijk aan het einde van de derde maand na de maand van ontvangst voor de aanbiedingen die in fase 2 zijn gedaan, maar in Spanje, Griekenland, Italië en Portugal niet later dan 1 juli en in de overige lidstaten niet later dan 31 juli.”.

3)

Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:

a)

aan lid 1 worden de volgende tweede en derde alinea toegevoegd:

„Deze overname kan plaatsvinden in de opslagplaats waar het graan zich op het tijdstip van de aanbieding bevindt voor zover de opslag plaatsvindt in de ruimten van een „opslaghouder” in de zin van artikel 2, lid 2, onder a), van Verordening (EG) nr. 884/2006 en dezelfde regels en dezelfde voorwaarden als die welke gelden voor die ruimten na overname van graan door de interventiebureaus, van toepassing zijn vanaf de indiening van de aanbieding.

Voor mais mag de overgenomen hoeveelheid niet groter zijn dan de hoeveelheid die is toegewezen overeenkomstig artikel 3 bis, leden 2 en 3.”;

b)

lid 6 wordt vervangen door:

„6.   De laatste overname moet, voor andere granen dan mais, uiterlijk aan het einde van de tweede maand na de in artikel 4, lid 4, eerste alinea, bedoelde laatste levering plaatsvinden, en voor mais uiterlijk aan het einde van de tweede maand na elke van de in artikel 4, lid 4, tweede alinea, bedoelde laatste leveringen, maar niet later dan op 31 juli in Spanje, Griekenland, Italië en Portugal en niet later dan op 31 augustus in de overige lidstaten.”.

4)

In artikel 8, lid 1, tweede alinea, wordt de tweede zin vervangen door:

„Voor in augustus en september aangeboden sorghum geldt deze alinea niet.”.

5)

Artikel 11 bis wordt vervangen door:

„Artikel 11 bis

1.   Voor elke in artikel 5, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1784/2003 bedoelde graansoort deelt elke lidstaat langs elektronische weg de informatie mee die nodig is voor het beheer van de interventie, en met name:

a)

uiterlijk elke woensdag om 12.00 uur (plaatselijke tijd Brussel):

i)

de hoeveelheden granen die voor interventie zijn aangeboden en waarvoor de marktdeelnemers hun aanbiedingen uiterlijk vrijdag van de voorafgaande week om 12.00 uur (plaatselijke tijd Brussel) hebben ingediend overeenkomstig de artikelen 3 bis en 4 van deze verordening,

ii)

de hoeveelheden granen, andere dan mais, die voor interventie zijn aangeboden en waarvoor de aanbieding sinds de opening van de interventieperiode door de aanbieders is ingetrokken,

iii)

de totale hoeveelheden granen die sinds de opening van de interventieperiode voor interventie zijn aangeboden, na aftrek van de in punt ii) bedoelde hoeveelheden,

iv)

de totale hoeveelheden granen die sinds de opening van de interventieperiode overeenkomstig artikel 5 van deze verordening zijn overgenomen;

b)

op de woensdag volgende op de bekendmaking van het bericht van inschrijving, de overeenkomstig artikel 2, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 2131/93 van de Commissie (5) bij inschrijving te koop aangeboden hoeveelheden granen;

c)

op de woensdag volgende op de datum waarop de lidstaat de betrokken partijen heeft bepaald, de hoeveelheden granen die zijn bestemd voor kosteloze uitreiking aan de meest behoeftigen in de Gemeenschap overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 3730/87 van de Raad (6);

d)

uiterlijk aan het einde van de maand volgende op de in artikel 5, lid 6, van deze verordening bedoelde overnametermijn, per regio zoals bepaald in bijlage III bij Verordening (EEG) nr. 837/90 van de Raad (7), de gemiddelde resultaten van het soortelijk gewicht, het vochtgehalte, het aandeel aan gebroken korrels en het eiwitgehalte die zijn geconstateerd voor de overgenomen partijen graan.

2.   De in lid 1 bedoelde mededelingen worden ook gedaan als geen enkele hoeveelheid is aangeboden. Wanneer de in lid 1, onder a), punt i), bedoelde informatie niet wordt meegedeeld, gaat de Commissie ervan uit dat in de betrokken lidstaat geen enkele aanbieding is ingediend.

3.   De vorm en de inhoud van de in lid 1 bedoelde mededelingen worden vastgesteld op basis van de modellen die door de Commissie ter beschikking worden gesteld van de lidstaten. Deze modellen worden pas van toepassing nadat het Comité van beheer voor granen daarvan vooraf in kennis is gesteld. Zij worden door de Commissie onder dezelfde voorwaarden aangepast en geactualiseerd.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 augustus 2007.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 26 juli 2007.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 270 van 21.10.2003, blz. 78. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 735/2007 (PB L 169 van 29.6.2007, blz. 6).

(2)  PB L 100 van 20.4.2000, blz. 31. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1572/2006 (PB L 290 van 20.10.2006, blz. 29).

(3)  PB L 171 van 23.6.2006, blz. 35. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 721/2007 (PB L 164 van 26.6.2007, blz. 4).

(4)  PB L 171 van 23.6.2006, blz. 35.”.

(5)  PB L 191 van 31.7.1993, blz. 76.

(6)  PB L 352 van 15.12.1987, blz. 1.

(7)  PB L 88 van 3.4.1990, blz. 1.”.


Top