EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32007R0378

Verordening (EG) nr. 378/2007 van de Raad van 27 maart 2007 houdende voorschriften voor een vrijwillige modulatie van de rechtstreekse betalingen waarin Verordening (EG) nr. 1782/2003 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers voorziet, en houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1290/2005

OJ L 4M, 8.1.2008, p. 325–328 (MT)
OJ L 95, 5.4.2007, p. 1–4 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
Special edition in Croatian: Chapter 03 Volume 021 P. 192 - 195

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2007/378/oj

5.4.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 95/1


VERORDENING (EG) Nr. 378/2007 VAN DE RAAD

van 27 maart 2007

houdende voorschriften voor een vrijwillige modulatie van de rechtstreekse betalingen waarin Verordening (EG) nr. 1782/2003 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers voorziet, en houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1290/2005

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 37,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van het Europees Parlement,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Sommige lidstaten ondervinden bijzondere moeilijkheden bij het financieren van hun programma's voor plattelandsontwikkeling overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1698/2005 van de Raad van 20 september 2005 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) (1). Ter versterking van hun plattelandsontwikkelingsbeleid dient deze lidstaten de mogelijkheid te worden geboden om een regeling voor vrijwillige modulatie toe te passen. Deze mogelijkheid moet worden geboden aan de lidstaten waar reeds vrijwillige modulatie wordt toegepast volgens Verordening (EG) nr. 1655/2004 van de Commissie van 22 september 2004 tot vaststelling van bepalingen voor de overgang van het bij artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1259/1999 van de Raad ingestelde facultatieve differentiatiesysteem naar het bij Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad ingestelde verplichte modulatiesysteem (2) of waaraan uit hoofde van artikel 70, lid 4 bis, van Verordening (EG) nr. 1698/2005 is toegestaan af te wijken van de eis tot medefinanciering van communautaire steun. De vrijwillige modulatie dient de vorm aan te nemen van een verlaging van de rechtstreekse betalingen in de zin van artikel 2, onder d), van Verordening (EG) nr. 1782/2003 (3) met het doel de met die verlaging gemoeide middelen te gebruiken voor de financiering van programma's voor plattelandsontwikkeling zoals bedoeld in Verordening (EG) nr. 1698/2005. De verlagingen van de rechtstreekse betalingen die bij wijze van vrijwillige modulatie worden toegepast, dienen te komen bij die welke voortvloeien uit de toepassing van de verplichte modulatie waarin artikel 10 van Verordening (EG) nr. 1782/2003 voorziet.

(2)

De regeling voor de vrijwillige modulatie dient, om de administratieve uitvoering ervan te vergemakkelijken, te worden gelijkgetrokken met de regeling voor de verplichte modulatie overeenkomstig artikel 10 van Verordening (EG) nr. 1782/2003, zulks met inbegrip van de berekeningsgrondslag.

(3)

Om rekening te houden met de specifieke situatie van de kleine landbouwers moet bij toepassing van de vrijwillige modulatie, evenals dit bij verplichte modulatie het geval is, een extra steunbedrag worden toegekend. Dit steunbedrag moet, binnen door de Commissie vast te stellen maxima, gelijk zijn aan het bedrag dat voortvloeit uit de toepassing van de vrijwillige modulatie op de eerste 5 000 EUR aan rechtstreekse betalingen.

(4)

Voor die lidstaten waar vrijwillige modulatie reeds wordt toegepast, dienen de nieuwe regelingen inzake vrijwillige modulatie, die uit hoofde van de onderhavige verordening worden ingevoerd, zo min mogelijk af te wijken van de bestaande regelingen teneinde te voorkomen dat onnodige administratieve lasten worden opgelegd en dat wordt ingegrepen in reeds jaren bestaande uitvoeringsregelingen waaraan de landbouwers zich in de praktijk en in economische zin hebben aangepast. Derhalve lijkt het passend om lidstaten die vanaf de inwerkingtreding van deze verordening vrijwillige modulatie toepassen, in staat te stellen bepaalde reeds langer bestaande aspecten van hun huidige systeem te handhaven, waarbij niet-gegronde ongelijke behandeling van landbouwers evenwel wordt vermeden. Teneinde te waarborgen dat de nieuwe regelingen sporen met de bestedingspatronen van de bedrijfstoeslagregeling dient voorts de toepassing van regionaal gedifferentieerde modulatiepercentages alleen open te staan voor die lidstaten die de bedrijfstoeslagregeling op regionaal niveau toepassen in de zin van artikel 58 van Verordening (EG) nr. 1782/2003.

(5)

Het gebruik van de middelen die uit de toepassing van de vrijwillige modulatie voortvloeien, valt niet onder de maxima die krachtens Verordening (EG) nr. 1698/2005 voor de bijdrage uit het ELFPO zijn vastgesteld. Daarom moet in afwijkingen van die verordening worden voorzien. Deze middelen behoren niet te vallen onder de voorfinancieringsregeling die voor het ELFPO geldt op grond van Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (4).

(6)

Om een gefundeerde besluitvorming over de toepassing van vrijwillige modulatie mogelijk te maken, dienen de lidstaten een uitvoerige beoordeling te verrichten van het mogelijke effect daarvan, in het bijzonder met betrekking tot de economische consequenties voor de betrokken landbouwers en met betrekking tot hun relatieve positie in de landbouwsector. De lidstaten die vrijwillige modulatie toepassen, dienen nauwlettend toe te zien op het effect van de uitvoering daarvan. De Commissie dient met het oog op eventuele verdere ontwikkeling van het beleid op de hoogte gehouden te worden van de effectbeoordelingen en van de bevindingen bij het toezicht.

(7)

Vrijwillige modulatie dient te worden bezien in het bredere kader van de communautaire financiering van de plattelandsontwikkeling. De bijdrage die zij levert, dient onder andere te worden onderzocht in het licht van de effectbeoordelingen van de lidstaten. Aan de hand van dit onderzoek zal de Commissie uiterlijk einde 2008 het Europees Parlement en de Raad een verslag voorleggen met de ervaringen die tot dusver bij de uitvoering van vrijwillige modulatie zijn opgedaan.

(8)

De maatregelen ter uitvoering van deze verordening moeten worden vastgesteld overeenkomstig Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden (5).

(9)

Bij de vaststelling van het jaarlijkse maximum voor de uitgaven die worden gefinancierd uit het Europees Landbouwgarantiefonds, moet rekening worden gehouden met de door de toepassing van de vrijwillige modulatie gegenereerde bedragen, en in Verordening (EG) nr. 1290/2005 dient de mogelijkheid te worden opgenomen om uitvoeringsbepalingen vast te stellen die met name de vrijwillige modulatie betreffen.

(10)

Verordening (EG) nr. 1290/2005 moet dan ook dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

HOOFDSTUK I

VRIJWILLIGE MODULATIE

Artikel 1

1.   Onverminderd het bepaalde in artikel 10 van Verordening (EG) nr. 1782/2003 kunnen de lidstaten,

a)

wanneer bij de inwerkingtreding van deze verordening het in artikel 1 van Verordening (EG) nr. 1655/2004 van de Commissie bedoelde stelsel van extra verlagingen wordt toegepast, of

b)

wanneer hun uit hoofde van artikel 70, lid 4 bis, van Verordening (EG) nr. 1698/2005 is toegestaan af te wijken van de eis tot medefinanciering van communautaire steun,

gedurende de periode 2007-2012 een verlaging, hierna „vrijwillige modulatie” genoemd, toepassen op alle bedragen van de rechtstreekse betalingen in de zin van artikel 2, onder d), van Verordening (EG) nr. 1782/2003 die in een bepaald kalenderjaar in de zin van artikel 2, onder e), van genoemde verordening op hun grondgebied moeten worden toegekend.

2.   De bedragen die netto uit de toepassing van de vrijwillige modulatie voortvloeien, zijn, in de lidstaat waar ze zijn gegenereerd, beschikbaar als steun van de Gemeenschap voor maatregelen in het kader van de programmering van de plattelandsontwikkeling die overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1698/2005 wordt gefinancierd uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling.

3.   De verlagingen in het kader van de vrijwillige modulatie worden op dezelfde berekeningsgrondslag verricht als die welke geldt voor de modulatie overeenkomstig artikel 10 van Verordening (EG) nr. 1782/2003. Deze verlagingen worden niet toegepast op de overeenkomstig artikel 12 van die verordening aan de landbouwers toegekende extra bedragen.

Indien verlagingen in het kader van de vrijwillige modulatie worden toegepast, wordt aan de landbouwers die overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1782/2003 rechtstreekse betalingen ontvangen, een extra steunbedrag toegekend dat gelijk is aan het bedrag dat voortvloeit uit de toepassing van het verlagingspercentage op het bedrag tot de eerste 5 000 EUR aan rechtstreekse betalingen. Dit extra bedrag wordt niet onderworpen aan de verlagingen in het kader van de vrijwillige modulatie, noch aan de modulatie overeenkomstig artikel 10 van Verordening (EG) nr. 1782/2003.

Het totaalbedrag van de uit de toepassing van de tweede alinea voortvloeiende extra steunbedragen die in een kalenderjaar in een lidstaat kunnen worden toegekend, kan niet hoger zijn dan het volgens de in artikel 144, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1782/2003 bedoelde procedure door de Commissie vast te stellen maximum. Zo nodig, past de lidstaat op de extra steunbedragen een lineaire procentuele aanpassing toe om ervoor te zorgen dat dit maximum in acht wordt genomen.

4.   Elke lidstaat hanteert per kalenderjaar een uniform percentage voor de vrijwillige modulatie. Het percentage kan volgens vooraf bepaalde stappen progressieve wijzigingen ondergaan. De verlaging bedraagt ten hoogste 20 %.

Artikel 2

1.   Binnen twee maanden na de inwerkingtreding van deze verordening nemen de lidstaten een besluit over de jaarlijkse percentages voor de vrijwillige modulatie die voor de periode 2007-2012 zullen gelden, en delen zij deze aan de Commissie mee.

2.   Lidstaten die voornemens zijn vrijwillige modulatie toe te passen, verrichten, aangezien niet-gegronde ongelijke behandeling van landbouwers moet worden voorkomen, een effectbeoordeling van deze toepassing, in het bijzonder met betrekking tot de economische situatie van de betrokken landbouwers.

Lidstaten die voornemens zijn overeenkomstig artikel 3, lid 1, regionaal gedifferentieerde percentages toe te passen, verrichten, aangezien niet-gegronde ongelijke behandeling van landbouwers moet worden voorkomen, tevens een effectbeoordeling met betrekking tot voornoemde gedifferentieerde percentages.

De betrokken lidstaten zenden hun effectbeoordelingen aan de Commissie toe, tezamen met de in lid 1 bedoelde mededeling.

Artikel 3

1.   Lidstaten waar bij de inwerkingtreding van deze verordening het in artikel 1 van Verordening (EG) nr. 1655/2004 bedoelde stelsel van extra verlagingen van de rechtstreekse betalingen wordt toegepast, en waar uit hoofde van artikel 58 van Verordening (EG) nr. 1782/2003 de bedrijfstoeslagregeling op regionaal niveau wordt toegepast, beschikken, voor wat de periode 2007-2012 betreft, over de volgende keuzemogelijkheden:

a)

in afwijking van artikel 1, lid 3, het bepaalde in de tweede alinea van dat lid niet toepassen en/of

b)

in afwijking van artikel 1, lid 4, percentages toepassen die op grond van objectieve criteria regionaal gedifferentieerd zijn. Het maximumpercentage voor een regio in iedere lidstaat is 20 %.

2.   In afwijking van artikel 2, lid 1, verstrekt een lidstaat die overeenkomstig lid 1 van dit artikel regionaal gedifferentieerde percentages voor de vrijwillige modulering toepast, binnen twee maanden na de inwerkingtreding van deze verordening aan de Commissie de volgende informatie met betrekking tot de periode 2007-2012:

a)

de jaarlijkse percentages van de vrijwillige modulatie voor iedere regio en voor het gehele grondgebied;

b)

de jaarlijkse totaalbedragen die in het kader van de vrijwillige modulatie zullen worden verlaagd;

c)

in voorkomend geval, de jaarlijkse extra middelen die nodig zijn om het in de tweede alinea van lid 3 van artikel 1 bedoelde bedrag aan extra steun te dekken;

d)

statistische en andere gegevens op grond waarvan de onder b) en c) bedoelde bedragen werden vastgesteld.

3.   Indien noodzakelijk vestrekken de lidstaten de Commissie een bijgewerkte versie van de in lid 2, onder b) en c), bedoelde bedragen. Deze bijgewerkte versie wordt de Commissie toegezonden voor 31 december van het jaar voorafgaand aan het kalenderjaar waarop de bedragen als bedoeld in artikel 2, onder e), van Verordening (EG) nr. 1782/2003 betrekking hebben.

4.   Indien de Commissie met betrekking tot de overeenkomstig de leden 2 en 3 ingediende gegevens om nadere toelichting vraagt, voldoen de lidstaten binnen een maand aan dit verzoek.

Artikel 4

1.   De nettobedragen die door de toepassing van vrijwillige modulering worden gegenereerd, worden door de Commissie vastgesteld aan de hand van:

a)

een berekening in geval van een enkel nationaal percentage voor vrijwillige modulatie;

b)

voor lidstaten die regionaal gedifferentieerde percentages toepassen, de bedragen die de lidstaten in hun verzoek als bedoeld in artikel 3, lid 2, hebben meegedeeld, dan wel de bijgewerkte versie van de bedragen als bedoeld in artikel 3, lid 3.

Deze nettobedragen worden toegevoegd aan de jaarlijkse verdeling onder de lidstaten als bedoeld in artikel 69, leden 4 en 5, van Verordening (EG) nr. 1698/2005.

2.   De lidstaten kunnen besluiten de bij artikel 70, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1698/2005 vastgestelde maxima niet toe te passen voor de nettobedragen die overeenkomstig lid 1 van het onderhavige artikel worden toegevoegd aan de verdeling per lidstaat en per jaar.

Het bepaalde in artikel 25 van Verordening (EG) nr. 1290/2005 geldt niet voor de nettobedragen die overeenkomstig lid 1 van het onderhavige artikel worden toegevoegd aan de verdeling per lidstaat en per jaar.

Artikel 5

De lidstaten die vrijwillige modulatie toepassen en de Commissie houden nauwlettend toezicht op de gevolgen van de uitvoering van vrijwillige modulering, in het bijzonder ten aanzien van de economische situatie van de landbouwbedrijven, aangezien niet-gegronde ongelijke behandeling van landbouwers moet worden voorkomen. Hiertoe brengen deze lidstaten uiterlijk op 30 september 2008 hierover verslag uit aan de Commissie.

Artikel 6

De uitvoeringsbepalingen voor de toepassing van dit hoofdstuk worden vastgesteld:

a)

volgens de in artikel 90, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1698/2005 bedoelde procedure, waarbij het in het bijzonder gaat om bepalingen betreffende de integratie van de vrijwillige modulatie in de programmering van de plattelandsontwikkeling, dan wel, in voorkomend geval;

b)

volgens de in artikel 41, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1290/2005 bedoelde procedure, waarbij het in het bijzonder gaat om bepalingen betreffende het financiële beheer van de vrijwillige modulatie en om de opneming van het in artikel 1 van Verordening (EG) nr. 1655/2004 bedoelde stelsel van extra verlagingen van de rechtstreekse betalingen, in de regeling die bij de onderhavige verordening wordt ingevoerd.

Artikel 7

Uiterlijk op 31 december 2008 dient de Commissie bij het Europees Parlement en bij de Raad een verslag in over de toepassing van de vrijwillige modulatie, zo nodig vergezeld van passende voorstellen.

HOOFDSTUK II

WIJZIGING VAN VERORDENING (EG) Nr. 1290/2005 EN SLOTBEPALINGEN

Artikel 8

Verordening (EG) nr. 1290/2005 wordt als volgt gewijzigd:

1)

In artikel 12 wordt lid 2 vervangen door:

„2.   De Commissie stelt de bedragen vast die overeenkomstig artikel 10, lid 2, artikel 143 quinquies en artikel 143 sexies van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en overeenkomstig artikel 4, lid 1, van Verordening (EG) nr. 378/2007 van de Raad (6) ter beschikking van het ELFPO worden gesteld.

2)

In de aanhef van artikel 42 wordt de tweede zin vervangen door:

„Bij die bepalingen worden met name vastgesteld:”.

Artikel 9

Deze verordening treedt in werking op de zevende dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 27 maart 2007.

Voor de Raad

De voorzitter

P. STEINBRÜCK


(1)  PB L 277 van 21.10.2005, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2012/2006 (PB L 384 van 29.12.2006, blz. 8).

(2)  PB L 298 van 23.9.2004, blz. 3.

(3)  PB L 270 van 21.10.2003, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2013/2006 (PB L 384 van 29.12.2006, blz. 13).

(4)  PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 320/2006 (PB L 58 van 28.2.2006, blz. 42).

(5)  PB L 184 van 17.7.1999, blz. 23. Besluit gewijzigd bij Besluit 2006/512/EG (PB L 200 van 22.7.2006, blz. 11).

(6)  PB L 95 van 5.4.2007, blz. 1.”.


Top