EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32000R2549

Verordening (EG) nr. 2549/2000 van de Raad van 17 november 2000 tot vaststelling van aanvullende technische maatregelen voor het herstel van het kabeljauwbestand in de Ierse Zee (ICES-sector VIIa)

OJ L 292, 21.11.2000, p. 5–6 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)
Special edition in Czech: Chapter 04 Volume 004 P. 344 - 345
Special edition in Estonian: Chapter 04 Volume 004 P. 344 - 345
Special edition in Latvian: Chapter 04 Volume 004 P. 344 - 345
Special edition in Lithuanian: Chapter 04 Volume 004 P. 344 - 345
Special edition in Hungarian Chapter 04 Volume 004 P. 344 - 345
Special edition in Maltese: Chapter 04 Volume 004 P. 344 - 345
Special edition in Polish: Chapter 04 Volume 004 P. 344 - 345
Special edition in Slovak: Chapter 04 Volume 004 P. 344 - 345
Special edition in Slovene: Chapter 04 Volume 004 P. 344 - 345
Special edition in Bulgarian: Chapter 04 Volume 005 P. 253 - 254
Special edition in Romanian: Chapter 04 Volume 005 P. 253 - 254
Special edition in Croatian: Chapter 04 Volume 009 P. 103 - 104

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 13/08/2019; opgeheven door 32019R1241

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2000/2549/oj

32000R2549

Verordening (EG) nr. 2549/2000 van de Raad van 17 november 2000 tot vaststelling van aanvullende technische maatregelen voor het herstel van het kabeljauwbestand in de Ierse Zee (ICES-sector VIIa)

Publicatieblad Nr. L 292 van 21/11/2000 blz. 0005 - 0006


Verordening (EG) nr. 2549/2000 van de Raad

van 17 november 2000

tot vaststelling van aanvullende technische maatregelen voor het herstel van het kabeljauwbestand in de Ierse Zee (ICES-sector VIIa)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name op artikel 37,

Gezien het voorstel van de Commissie(1),

Gezien het advies van het Europees Parlement(2),

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Het bestand van geslachtsrijpe kabeljauw in de Ierse Zee is een uitgeput bestand en bij Verordening (EG) nr. 304/2000 van de Commissie van 9 februari 2000 tot vaststelling van maatregelen voor het herstel van het kabeljauwbestand in de Ierse Zee (ICES-sector VIIa)(3) zijn urgente tijdelijke technische maatregelen voor de visserij in de Ierse Zee vastgesteld.

(2) Jonge kabeljauwen in de Ierse Zee moeten beter worden beschermd, zodat er meer overleven en geslachtsrijp worden.

(3) Er moeten aanvullende technische maatregelen worden vastgesteld om te garanderen dat de jonge kabeljauwen in de Ierse Zee overleven.

(4) Voorts gelden op grond van voetnoot 6 van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 850/98 van de Raad van 30 maart 1998 voor de instandhouding van de visbestanden via technische maatregelen voor de bescherming van jonge exemplaren van mariene organismen(4) voor het jaar 2000 soepelere bepalingen inzake bijvangsten bij de visserij met diverse vistuigen, zowel in de Ierse Zee als in de daaraan grenzende wateren (ICES-sector VIIa). Toepassing van deze bepalingen in het jaar 2000 is niet wenselijk. Derhalve moet worden bepaald dat de versoepelingsbepaling niet van toepassing is in de Ierse Zee,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Bij deze verordening worden technische maatregelen vastgesteld die een aanvulling zijn op die welke bij Verordening (EG) nr. 850/98 zijn vastgesteld. Deze aanvullende bepalingen zijn uitsluitend van toepassing in de Ierse Zee (ICES-sector VIIa zoals gedefinieerd in Verordening (EEG) nr. 3880/91 van de Raad van 17 december 1991 inzake de verstrekking van statistieken van de nominale vangsten van lidstaten die in het noordwestelijke gedeelte van de Atlantische Oceaan vissen(5)).

Artikel 2

Het is verboden om, bij het vissen in de Ierse Zee, één van de hierna vermelde vistuigen te gebruiken of aan boord te hebben:

1. demersale sleepnetten (geen boomkorren) die geheel of gedeeltelijk zijn vervaardigd uit meervoudig getwijnd netmateriaal;

2. demersale sleepnetten (geen boomkorren) die zijn vervaardigd uit getwijnd garen met een doorsnee van meer dan 6 mm;

3. demersale sleepnetten (geen boomkorren) met een maaswijdte van 70 tot en met 79 mm of van 80 tot en met 89 mm, waarvan de omtrek uit meer dan 120 mazen bestaat, de aanslagen en naadlijnen niet meegerekend;

4. demersale sleepnetten met vierhoekige mazen waarvan de zijden van de maas niet ongeveer van dezelfde lengte zijn;

5. demersale sleepnetten (geen boomkorren) met een maaswijdte van 70 tot en met 79 mm of van 80 tot en met 99 mm, behalve indien het bovenste deel van een dergelijk net een paneel van netmateriaal bevat dat rechtstreeks aan de bovenpees van het net is bevestigd, zich naar de achterkant van het net uitstrekt over een lengte van ten minste 15 mazen en is vervaardigd uit netmateriaal met ruitvormige mazen waarvan geen enkele maas een maaswijdte van minder dan 140 mm heeft.

6. boomkorren met een maaswijdte van 70 tot en met 79 mm of van 80 tot en met 99 mm, behalve indien het bovenste deel van een dergelijk net een paneel van netmateriaal bevat dat rechtstreeks aan de bovenpees van het net is bevestigd, zich naar de achterkant van het net uitstrekt over een lengte van ten minste 30 mazen en is vervaardigd uit netmateriaal met ruitvormige mazen waarvan geen enkele maas een maaswijdte van minder dan 180 mm heeft;

7. demersale sleepnetten (geen boomkorren) met een maaswijdte van 80 tot en met 99 mm, tenzij deze netten een paneel met vierkante mazen met een maaswijdte van ten minste 80 mm bevatten, overeenkomstig de voorwaarden van artikel 7 van Verordening (EG) nr. 850/98;

8. demersale sleepnetten waaraan een kuil met een maaswijdte van minder dan 100 mm is bevestigd voor de kuil van het net op een andere wijze dan door naaien.

Artikel 3

Voetnoot 6 van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 850/98 is niet van toepassing in ICES-sector VIIa.

Artikel 4

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Het bepaalde in artikel 2 is van toepassing met ingang van 1 januari 2001.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 17 november 2000.

Voor de Raad

De voorzitter

J. Glavany

(1) PB C 248 E van 29.8.2000, blz. 120.

(2) Advies uitgebracht op 10 oktober 2000 (nog niet verschenen in het Publicatieblad).

(3) PB L 35 van 10.2.2000, blz. 10.

(4) PB L 125 van 27.4.1998, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1298/2000 (PB L 148 van 22.6.2000, blz. 1).

(5) PB L 365 van 31.12.1991, blz. 1.

Top