31976D0206

++++

BESLUIT VAN DE RAAD

van 9 februari 1976

betreffende de bijstand van het Europees Sociaal Fonds ten behoeve van personen die werkzaam zijn in de textiel - en de kledingsector

( 76/206/EEG )

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap ,

Gelet op Besluit nr . 71/66/EEG van de Raad van 1 februari 1971 betreffende de hervorming van het Europees Sociaal Fonds ( 1 ) , inzonderheid op artikel 4 ,

Gezien het voorstel van de Commissie ,

Gezien het advies van het Europese Parlement ( 2 ) ,

Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité ( 3 ) ,

Overwegende dat de termijn bedoeld in artikel 3 , tweede alinea , van Besluit nr . 72/429/EEG van de Raad van 19 december 1972 betreffende de bijstand van het Europees Sociaal Fonds ten gunste van personen die werkzaam zijn in de textielsector ( 4 ) op 1 januari 1976 is verstreken ;

Overwegende dat de arbeidsmarkt in de textielsector van de Gemeenschap echter gekenmerkt blijft door een zowel kwantitatieve als kwalitatieve verstoring van het evenwicht en de gemeenschappelijke specifieke actie die gericht is op een betere onderlinge afstemming van vraag naar en aanbod van arbeidskrachten in deze sector dus voortgezet dient te worden ;

Overwegende dat de moeilijkheden ten aanzien van de werkgelegenheid in de textielsector zich ook in de kledingsector steeds meer doen gevoelen ,

BESLUIT :

Artikel 1

1 . Voor bijstand van het Fonds uit hoofde van artikel 4 van Besluit nr . 71/66/EEG kunnen de activiteiten in aanmerking komen die ten doel hebben de werkgelegenheid en de geografische en beroepsmobiliteit te bevorderen van personen die werkzaam zijn in de textielsector , met inbegrip van de verwerking van chemische vezels , en in de kledingsector , wier beroepsactiviteit rechtstreeks wordt verstoord of dreigt te worden verstoord als gevolg van maatregelen , getroffen met het oog op structurele aanpassing van kwantitatieve dan wel kwalitatieve aard , en die in of buiten deze sectoren in loondienst werkzaam zullen zijn .

2 . De activiteiten ten gunste van anders dan in loondienst werkzame personen met een leidinggevende functie in een textiel - of kledingbedrijf , met name van ambachtelijke aard , die anders dan in loondienst werkzaam zullen zijn , kunnen , onder de in lid 1 bepaalde voorwaarden , eveneens in aanmerking komen voor bijstand van het Fonds .

Artikel 2

Voor bijstand van het Fonds uit hoofde van dit besluit kunnen die vormen van steun in aanmerking komen welke voorkomen op de lijst van Verordening ( EEG ) nr . 2397/71 van de Raad van 8 november 1971 betreffende de vormen van steun die in aanmerking kunnen komen voor bijstand van het Europees Sociaal Fonds ( 5 ) , gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 1761/74 ( 6 ) .

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op de dag volgende op die van zijn bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen .

Dit besluit is van toepassing op de activiteiten waarvan het project door de Commissie is goedgekeurd gedurende een tijvak dat aanvangt op 2 januari 1976 en eindigt achttien maanden na de inwerkingtreding van het onderhavige besluit .

Gedaan te Brussel , 9 februari 1976 .

Voor de Raad

De Voorzitter

G . THORN

( 1 ) PB nr . L 28 van 4 . 2 . 1971 , blz . 15 .

( 2 ) PB nr . C 280 van 8 . 12 . 1975 , blz . 65 .

( 3 ) Advies uitgebracht op 27 november 1975 ( nog niet verschenen in het PB ) .

( 4 ) PB nr . L 291 van 28 . 12 . 1972 , blz . 160 .

( 5 ) PB nr . L 249 van 10 . 11 . 1971 , blz . 58 .

( 6 ) PB nr . L 185 van 9 . 7 . 1974 , blz . 1 .