EUR-Lex Access to European Union law
This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62015CA0006
Case C-6/15: Judgment of the Court (Fourth Chamber) of 14 July 2016 (request for a preliminary ruling from the Raad van State — Belgium) — TNS Dimarso NV v Vlaams Gewest (Reference for a preliminary ruling — Public supply contracts — Directive 2004/18/EC — Article 53(2) — Award criteria — Most economically advantageous tender — Method of evaluation — Weighting rules — Obligation for the contracting authority to specify in the call for tenders the weighting of the award criteria — Scope of the obligation)
Zaak C-6/15: Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 14 juli 2016 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Raad van State — België) — TNS Dimarso NV/Vlaams Gewest (Prejudiciële verwijzing — Overheidsopdrachten voor diensten — Richtlijn 2004/18/EG — Artikel 53, lid 2 — Gunningscriteria — Economisch voordeligste inschrijving — Beoordelingsmethode — Afwegingsregels — Verplichting voor de aanbestedende dienst om in de aanbesteding aan te geven hoe de gunningscriteria gewogen worden — Omvang van de verplichting)
Zaak C-6/15: Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 14 juli 2016 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Raad van State — België) — TNS Dimarso NV/Vlaams Gewest (Prejudiciële verwijzing — Overheidsopdrachten voor diensten — Richtlijn 2004/18/EG — Artikel 53, lid 2 — Gunningscriteria — Economisch voordeligste inschrijving — Beoordelingsmethode — Afwegingsregels — Verplichting voor de aanbestedende dienst om in de aanbesteding aan te geven hoe de gunningscriteria gewogen worden — Omvang van de verplichting)
OJ C 335, 12.9.2016, p. 9–9
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
12.9.2016 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 335/9 |
Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 14 juli 2016 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Raad van State — België) — TNS Dimarso NV/Vlaams Gewest
(Zaak C-6/15) (1)
((Prejudiciële verwijzing - Overheidsopdrachten voor diensten - Richtlijn 2004/18/EG - Artikel 53, lid 2 - Gunningscriteria - Economisch voordeligste inschrijving - Beoordelingsmethode - Afwegingsregels - Verplichting voor de aanbestedende dienst om in de aanbesteding aan te geven hoe de gunningscriteria gewogen worden - Omvang van de verplichting))
(2016/C 335/11)
Procestaal: Nederlands
Verwijzende rechter
Raad van State
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: TNS Dimarso NV
Verwerende partij: Vlaams Gewest
Dictum
Artikel 53, lid 2, van richtlijn 2004/18/EG van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor werken, leveringen en diensten, gelezen in het licht van het gelijkheidsbeginsel en de daaruit voortvloeiende transparantieverplichting, moet aldus worden uitgelegd dat de aanbestedende dienst, indien een opdracht voor het verrichten van diensten dient te worden gegund volgens het criterium van de vanuit het oogpunt van deze dienst economisch voordeligste inschrijving, niet gehouden is om de methode aan de hand waarvan hij de offertes in concreto zal beoordelen en rangschikken, in de aankondiging van de betrokken opdracht of het desbetreffende bestek ter kennis te brengen van de potentiële inschrijvers. Deze methode mag evenwel niet tot gevolg hebben dat de gunningscriteria en het relatieve gewicht ervan worden gewijzigd.