EUR-Lex Access to European Union law
This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62015TN0752
Case T-752/15: Action brought on 22 December 2015 — European Dynamics Luxembourg and Evropaïki Dynamiki v Commission
Zaak T-752/15: Beroep ingesteld op 22 december 2015 — European Dynamics Luxembourg en Evropaïki Dynamiki/Commissie
Zaak T-752/15: Beroep ingesteld op 22 december 2015 — European Dynamics Luxembourg en Evropaïki Dynamiki/Commissie
OJ C 68, 22.2.2016, p. 40–41
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
22.2.2016 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 68/40 |
Beroep ingesteld op 22 december 2015 — European Dynamics Luxembourg en Evropaïki Dynamiki/Commissie
(Zaak T-752/15)
(2016/C 068/51)
Procestaal: Grieks
Partijen
Verzoekende partijen: European Dynamics Luxembourg SA (Luxemburg, Luxemburg) en Evropaïki Dynamiki — Proigmena Systimata Tilepikoinonion Pliroforikis kai Tilematikis AE (Athene, Griekenland) (vertegenwoordigers: M. Sfyri en Ch. Dede, advocaten)
Verwerende partij: Europese Commissie
Conclusies
— |
Nietig verklaren het besluit van de Europese Commissie, meegedeeld aan verzoeksters bij brief van 29 oktober 2015, DIGIT/R/3/SDP/PT 5107460 (2015), waarbij de Commissie de offerte van verzoeksters voor een van de drie afzonderlijke onderdelen, meer in het bijzonder voor onderdeel 3, in het kader van openbare aanbesteding DIGIT/R3/PO/2015/0008 — STIS IV, „Support and consulting services for technical informatics staff IV (STIS IV)”, op de zesde plaats heeft ingedeeld; |
— |
de Commissie veroordelen tot vergoeding van de schade die verzoeksters hebben geleden doordat hun de kans is ontnomen op de eerste plaats te staan voor onderdeel 3 in het kaderakkoord STIS IV; |
— |
de Commissie in alle kosten verwijzen. |
Middelen en voornaamste argumenten
Volgens verzoeksters moet het bestreden besluit nietig worden verklaard wegens ontoereikende motivering: i) aangaande de beoordeling van de technische offerte, en ii) aangaande de redenen waarom de financiële offertes van de aanbestedende ondernemingen en consortia niet als abnormaal laag zijn aangemerkt, en wegens schending door de Commissie van de contractuele documenten en van het recht van de Unie in verband met kennelijk onjuiste beoordelingen.