EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 92003E003641

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3641/03 van Antonios Trakatellis (PPE-DE) aan de Commissie. Verschillende definities van bos in een Grieks wetsvoorstel en in de verordening Forest Focus.

OJ C 78E, 27.3.2004, p. 840–842 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

European Parliament's website

27.3.2004   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

CE 78/840


(2004/C 78 E/0894)

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3641/03

van Antonios Trakatellis (PPE-DE) aan de Commissie

(9 december 2003)

Betreft:   Verschillende definities van bos in een Grieks wetsvoorstel en in de verordening „Forest Focus”

In artikel 3 sub a) van de verordening inzake de bewaking van bossen en milieu-interacties in de Gemeenschap (Forest Focus) (1) wordt bepaald dat onder „bossen” wordt verstaan „gebieden met een boomkruinbedekking (of gelijkwaardige opstand) van meer dan 10 procent en een oppervlakte van meer dan 5 ha”. Onlangs heeft de Griekse regering een wetsvoorstel ingediend in het parlement inzake de „Bescherming van bosecosystemen, opstelling van een bosregister, regeling van de zakelijke rechten op bossen en bosgebieden en andere bepalingen”. Daarin wordt een definitie van bos voorgesteld die volledig in strijd is met de communautaire definitie en is ingegeven door politieke motieven. Het uiteindelijk doel is de bosgebieden te declassificeren en in de bosgebieden bouwactiviteiten te ontwikkelen. In het genoemde wetsvoorstel — waarvan ik een kopie naar de Commissie heb gestuurd — wordt een bos gedefinieerd als een gebied met een oppervlakte van minstens 3 ha met een boomkruinbedeking van minstens 25 % van de oppervlakte.

1.

Elke lidstaten is verplicht de bepalingen van de bestaande wetgeving na te leven en de verordening „Forest Focus” is een deel van de communautaire rechtsorde. Welke maatregelen zal de Commissie, als hoedster van de Verdragen, in het licht hiervan nemen zodat de bepalingen van het gemeenschapsrecht, en met name deze inzake de definitie van bos, worden nageleefd?

2.

Betekent de definitie van bos die de Griekse regering voorstelt, dat het communautair begrip bos wordt beperkt en dat in vergelijking met de communautaire definitie, bepaalde gebieden worden uitgesloten?

3.

Vormt de voorgestelde definitie van bos een afwijking van de communautaire definitie? In welke lidstaten is de definitie van bos restrictiever dan de communautaire definitie en waar wordt bos ruimer gedefinieerd overeenkomstig het subsidiariteitsbeginsel (graag een tabel met de geldende definities)?

4.

Hoe denkt de Commissie te voorkomen dat gebieden in kleine stukken uiteenvallen en worden uitgesloten en dat de classificering van gebieden, die momenteel communautaire bescherming genieten krachtens richtlijn 92/43/EEG (2) (Natura 2000), wordt gewijzigd? Welke maatregelen denkt zij te nemen voor het behoud en de bescherming van de bestaande bossen, de bescherming van de biodiversiteit en het duurzaam bosbeheer?

Antwoord van mevrouw Wallström namens de Commissie

(2 februari 2004)

De communautaire wetgeving bevat geen algemeen beleid inzake bosbeheer, hoewel het beheer, het behoud en de duurzame ontwikkeling van bossen uiteraard onder diverse beleidstakken van de Unie vallen.

Het geachte parlementslid heeft het Griekse boswetsontwerp ter inzage aan de Commissie gestuurd. Het desbetreffende concept is echter aanzienlijk gewijzigd tijdens de wetgevingsprocedure die voorafgaat aan de goedkeuring. Zodra de goedgekeurde tekst van de wet beschikbaar is, kan de Commissie beoordelen of de Griekse wet inzake bossen conform de communautaire wetgeving is.

1. t/m 3.

De Commissie benadrukt dat de definities met betrekking tot bossen gegeven in artikel 3 van Verordening (EG) nr. 2152/2003 van het Parlement en de Raad van 17 november 2003 inzake de bewaking van bossen en milieu-interacties in de Gemeenschap (Forest Focus) (3) uitsluitend in het kader van deze verordening door de lidstaten moeten worden toegepast. Nationale bosdefinities kunnen altijd worden toegepast voor andere doeleinden, zoals nationale controlesystemen.

4.

Met betrekking tot Richtlijn 92/43/EEG van de Raad van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde fauna en flora, hierna de „Habitatrichtlijn” genoemd, wordt erop gewezen dat deze richtlijn expliciet verwijst naar soorten habitats en niet naar het gebruik van land. De types en soorten habitats die in Bijlage I en II worden genoemd, moeten worden opgenomen in het Natura 2000-netwerk van zones, conform de procedure van artikel 4 en de selectiecriteria van bijlage III bij de richtlijn. De aanwijzing van gebieden van communautair belang in het kader van de richtlijn is daarom gebaseerd op de ecologische kwaliteit van de habitat en soorten die in een bepaald gebied bestaan, en niet op de classificatie van het gebruik van de grond in dat gebied.

De onlangs voorgestelde Griekse boswet zal niet leiden tot wijziging van de classificatie van de soorten habitats die genoemd worden in de Habitatrichtlijn en de lijst van gebieden van communautair belang die Griekenland heeft voorgesteld. Aangezien het Griekse voorstel voor gebieden van communautair belang gebaseerd was op de selectiecriteria van bijlage III en niet op criteria inzake landgebruik, is het niet waarschijnlijk dat de lijst zal veranderen. De lijst met geselecteerde gebieden van communautair belang voor het Middellandse-Zeegebied wordt naar verwachting eind 2004 goedgekeurd door de Commissie.

Met betrekking tot de identificatie van voorgestelde gebieden van communautair belang mag vooral niet vergeten worden dat lidstaten een algemene plicht hebben om zodanig te handelen dat de doelstelling van de richtlijn niet in gevaar worden gebracht. Zelfs als er een lijst op communautair niveau ontbreekt, mogen de autoriteiten van de lidstaten zich niet bezighouden met activiteiten die een ernstig gevaar kunnen opleveren voor de integriteit van een gebied dat op de nationale lijst staat, activiteiten die de achteruitgang van een natuurlijke habitat of een aanzienlijke verstoring van soorten kunnen veroorzaken. Verder moet benadrukt worden dat de bepalingen van artikel 12, 13 en 14 die betrekking hebben op bepaalde planten- en diersoorten, van toepassing zijn vanaf de datum waarop de richtlijn van kracht is geworden, dat wil zeggen vanaf 10 juni 1994.

Wat het beheer van de gebieden betreft, moet elke betrokken lidstaat binnen zes jaar na de vaststelling van de lijst met gebieden van communautair belang voor het Middellandse-Zeegebied, deze aanwijzen als speciale beschermingszones en daarbij passende prioriteiten stellen.

Na goedkeuring en uitvoering van de Griekse wet zal de Commissie beoordelen wat voor gevolgen de eventuele veranderingen in de classificatie van het gebruik van de grond kunnen hebben op de voorgestelde gebieden van communautair belang en zal zij de nodige maatregelen treffen om ervoor te zorgen dat de communautaire milieuwetgeving wordt toegepast.


(1)  COD 2002/0164 C5-0292/2003, verordening nog niet gepubliceerd in het PB.

(2)  PB L 206 van 22.7.1992, blz. 7.

(3)  PB L 324 van 11.12.2003.


Top