EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 92003E003578

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3578/03 van Michl Ebner (PPE-DE) aan de Commissie. Milieuvriendelijke dieselbrandstof.

OJ C 78E, 27.3.2004, p. 828–829 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

European Parliament's website

27.3.2004   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

CE 78/828


(2004/C 78 E/0881)

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3578/03

van Michl Ebner (PPE-DE) aan de Commissie

(5 december 2003)

Betreft:   Milieuvriendelijke dieselbrandstof

GECAM is de naam van een nieuwe dieselbrandstof die onderzoeksgroepen van Cam-Technologies begin 1997 hebben ontwikkeld en op de markt gebracht. Deze milieuvriendelijke brandstof vermindert door zijn bijzondere samenstelling de emissies van schadelijke stoffen (fijne deeltjes en stikstofoxiden). GECAM heeft het voordeel dat roetvorming en brandstofverbruik worden verminderd door een betere verbranding als gevolg van de aanwezigheid van 10 % water. De CO2-emissie is ongeveer 5 % lager in vergelijking met traditionele diesel en dat bij een ongeveer gelijk brandstofverbruik op hetzelfde traject. Deze ecologische brandstof wordt steeds vaker in het openbaar vervoer in bijna alle grote steden van Italië gebruikt zonder dat de motor hoeft te worden omgebouwd.

Veel motoren in het openbaar vervoer voldoen niet meer aan de Europese emissienormen.

Kan de Commissie meedelen met welke (ook financiële) maatregelen zij milieuvriendelijke brandstoffen bevordert?

Is de Commissie ook niet van mening dat invoering van milieuvriendelijke dieselbrandstoffen zoals GECAM in geheel Europa zinvol is? Zo ja, met welke maatregelen zal de invoering ervan in het openbaar vervoer worden gesteund?

Antwoord van Mevrouw Wallström namens de Commissie

(27 januari 2004)

De Commissie bevordert de invoering van milieuvriendelijke brandstoffen en is, in overeenstemming met de mededeling inzake alternatieve brandstoffen in 2001 (1), bezig met een onderzoek naar de technische en economische status en ontwikkelingen van alternatieve brandstoffen voor het wegvervoer. Met dit doel is de „Contactgroep alternatieve brandstoffen” opgericht. Het werk van deze groep is gericht op aardgas en waterstof en op maatregelen waarmee de Gemeenschap het gebruik daarvan kan bevorderen. De inspanningen van de Commissie concentreerden zich op alternatieve brandstoffen die in potentie in 2020 een marktaandeel van 5 % in de hele Unie kunnen hebben. De Commissie weet dat dispersies van dieselbrandstof en water zoals ontwikkeld door CAM-Technologies en andere fabrikanten in enkele steden in Frankrijk en Italië worden gebruikt als brandstof voor openbaar vervoer en in sommige kleinschalige proefprojecten in andere lidstaten, maar deze zijn niet in deze werkzaamheden inbegrepen. Een onderzoek naar de ecobalans van alternatieve brandstoffen dat de Commissie onlangs gestart heeft, omvat tevens een beoordeling van deze emulsiebrandstoffen.

Op voorstel van de Commissie zijn er in 2003 twee belangrijke wettelijke instrumenten vastgesteld voor de bevordering van milieuvriendelijke brandstoffen.

Richtlijn 2003/30/EG van het Parlement en de Raad van 8 mei 2003 (2) stelt als referentiewaarden 2 % in 2005 en 5,75 % in 2010 vast voor de streefcijfers die door de lidstaten moeten worden vastgesteld als het minimumaandeel van biobrandstoffen en andere duurzame brandstoffen die op hun markt moeten worden gebracht.

Richtlijn 2003/96/EG van de Raad van 27 oktober 2003 tot herstructurering van de communautaire regeling voor de belasting van energieproducten en elektriciteit (3) biedt de lidstaten de mogelijkheid om minder belastingen te heffen op milieuvriendelijke brandstoffen. Artikel 16 van deze Richtlijn zegt bijvoorbeeld dat belastingvermindering op bepaalde voorwaarden is toegestaan indien een motorbrandstof water bevat.


(1)  COM(2001) 547 def.

(2)  PB L 123 van 17.5.2003.

(3)  PB L 283 van 31.10.2003.


Top