EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 92003E000543

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0543/03 van Elisabeth Schroedter (Verts/ALE) aan de Commissie. Brug tussen Rügen en het vasteland.

OJ C 242E, 9.10.2003, p. 144–145 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

European Parliament's website

92003E0543

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0543/03 van Elisabeth Schroedter (Verts/ALE) aan de Commissie. Brug tussen Rügen en het vasteland.

Publicatieblad Nr. 242 E van 09/10/2003 blz. 0144 - 0145


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0543/03

van Elisabeth Schroedter (Verts/ALE) aan de Commissie

(26 februari 2003)

Betreft: Brug tussen Rügen en het vasteland

DEGES plant in opdracht van de Duitse Bondsregering het eiland Rügen te verbinden met het vasteland door middel van een brug waarvan de pijlers een hoogte hebben van 126 meter. Het project is schadelijk voor het natuurlijk landschap van het eiland en het nabije vasteland. Het unieke karakter en de rijke natuur staan al generaties lang garant voor kwaliteitstoerisme en waarborgen het inkomen van de eilandbewoners. Het project dient voor de helft met EFRO-middelen te worden gesteund, hoewel daaraan blijkbaar geen behoefte bestaat. De belasting van de huidige verbinding is in 2000 ten opzichte van 1992 duidelijk naar beneden bijgesteld.

1. a) Is het de Commissie bekend dat het bovengenoemde project overbodig is, omdat de capaciteit van de bestaande brug over het algemeen voldoende is en er slechts op enkele dagen file dreigt (begin en einde van de vakantie)?

b) Is het de Commissie bekend dat de parallelle spoorverbinding nog een aanzienlijke speelruimte biedt, waarmee tot dusverre onvoldoende rekening is gehouden?

2. a) Hoe beoordeelt de Commissie het financieel concept van de brug, krachtens welk de kredieten via een tolheffing moeten worden terugbetaald?

b) Is het de Commissie bekend dat deze tol kan worden omzeild, omdat de bestaande verbinding ten behoeve van de lokale bevolking tolvrij blijft?

3. Hoe beoordeelt de Commissie het feit dat de brug een enorme aantasting vormt voor de verbinding tussen twee in de vogelbeschermingsrichtlijn 79/409/EEG aangewezen Europese beschermde gebieden (DE 1543-401, DE 1747-401) voor trek- en zeevogels?

4. a) Is de Commissie desondanks van mening dat het project met EFRO-middelen moet worden gesteund?

b) Zo ja, waarom?

Antwoord van de heer Barnier namens de Commissie

(9 april 2003)

De Commissie is op de hoogte van plannen van de regering van Mecklenburg-Vorpommern om een nieuwe brug te bouwen over de Ziegelgraben en Strelasund ten westen van de bestaande ophaalbrug voor weg- en spoorvervoer. Het gaat om een hangbrug met twee pijlers die zo ontworpen is dat schepen eronderdoor kunnen varen. De brug is bedoeld als tolbrug. De verantwoordelijkheid voor de planning en financiering van de brug, waarvoor een openbare aanbesteding is gehouden, berust bij de federale autoriteiten en die van de deelstaten en niet bij de Commissie.

Betreffende de door het geachte parlementslid aan de orde gestelde mogelijke gevolgen van de brug voor de vogels in het gebied, is de Commissie momenteel bezig met een onderzoek. De Commissie heeft op basis van de beschikbare informatie maatregelen genomen om te verzekeren dat de Bondsrepubliek Duitsland zijn verplichtingen nakomt in het kader van artikel 6 (3) van Richtlijn 92/43/EEG van de Raad van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde fauna en flora(1) met betrekking tot de mogelijke gevolgen van de geplande brug. Het resultaat daarvan is, dat de Duitse autoriteiten een aanvullend onderzoek verrichten naar de mogelijke gevolgen van de brug voor de vogeltrek.

De Duitse autoriteiten hebben voor het project geen bijstand van de Unie gevraagd in het kader van de Structuurfondsen.

(1) PB L 206 van 22.7.1992.

Top