EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32014R0633

Verordening (EU) nr. 633/2014 van de Commissie van 13 juni 2014 tot wijziging van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad en van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 854/2004 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de specifieke voorschriften voor het hanteren van grof vrij wild en voor de postmortemkeuring van vrij wild Voor de EER relevante tekst

PB L 175 van 14.6.2014, p. 6–8 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2014/633/oj

14.6.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 175/6


VERORDENING (EU) Nr. 633/2014 VAN DE COMMISSIE

van 13 juni 2014

tot wijziging van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad en van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 854/2004 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de specifieke voorschriften voor het hanteren van grof vrij wild en voor de postmortemkeuring van vrij wild

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (1), en met name artikel 10, leden 1 en 2,

Gezien Verordening (EG) nr. 854/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke voorschriften voor de organisatie van de officiële controles van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong (2), en met name artikel 17, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EG) nr. 853/2004 stelt specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong vast. Zij bevat onder meer voorschriften voor de productie en het in de handel brengen van vlees van vrij wild. Exploitanten van levensmiddelenbedrijven moeten ervoor zorgen dat dergelijk vlees alleen in de handel wordt gebracht als het wordt geproduceerd overeenkomstig bijlage III, sectie IV, bij die verordening.

(2)

In Richtlijn 89/662/EEG van de Raad (3) wordt bepaald dat de lidstaten erop moeten toezien dat veterinaire controles bij de oorsprong en ter bestemming worden verricht op producten van dierlijke oorsprong die binnen de EU in de handel worden gebracht.

(3)

Uit de audits die het Voedsel- en Veterinair Bureau van de Europese Commissie op het niveau van de Unie heeft uitgevoerd in de lidstaten, is naar voren gekomen dat het verhandelen van niet-gevild grof vrij wild van een jachtlocatie naar een erkende wildverwerkingsinrichting die zich op het grondgebied van een andere lidstaat bevindt, een gangbare praktijk is voor een aanzienlijk deel van het in de Unie geproduceerde vlees van vrij wild.

(4)

Deze praktijk heeft geleid tot onzekerheden over de praktische toepassing van de huidige bepalingen van Verordening (EG) nr. 853/2004 en de noodzaak om te voldoen aan de bepalingen van Richtlijn 89/662/EEG, en met name aan de verplichting om te zorgen voor een passend niveau van officiële controles bij de oorsprong.

(5)

Om ervoor te zorgen dat de bepalingen van Verordening (EG) nr. 853/2004 en van Richtlijn 89/662/EEG worden nageleefd, is daarom een aanvulling nodig op de bepalingen van Verordening (EG) nr. 853/2004 betreffende het vervoer van en de handel in niet-gevild grof vrij wild in de vorm van certificering van de naleving van de EU-bepalingen op de plaats van oorsprong. Om onevenredig hoge administratieve lasten te vermijden, moet een alternatieve aanpak op basis van een verklaring van een deskundige worden toegestaan indien de wildverwerkingsinrichting in de buurt van het jachtterrein zich in een andere lidstaat bevindt.

(6)

Verordening (EG) nr. 853/2004 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(7)

Bijlage I, sectie IV, hoofdstuk VIII, bij Verordening (EG) nr. 854/2004 bevat de specifieke voorschriften voor officiële controles betreffende vlees van vrij wild. Volgens de bepalingen van dat hoofdstuk moet de officiële dierenarts van de wildverwerkingsinrichting bij de postmortemkeuring rekening houden met de verklaring of de informatie die de bij de jacht betrokken deskundige heeft verstrekt overeenkomstig Verordening (EG) nr. 853/2004. In gevallen waarin niet-gevild grof vrij wild wordt vervoerd vanuit een jachtlocatie in een andere lidstaat, dienen de officiële dierenartsen tevens te controleren of de zending vergezeld gaat van het desbetreffende certificaat en rekening te houden met de informatie in dat certificaat.

(8)

Verordening (EG) nr. 854/2004 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(9)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage III bij Verordening (EG) nr. 853/2004 wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage I bij deze verordening.

Artikel 2

Bijlage I bij Verordening (EG) nr. 854/2004 wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage II bij deze verordening.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 mei 2014 voor alle zendingen die vanaf die datum in de lidstaten van bestemming aankomen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 13 juni 2014.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO


(1)  PB L 139 van 30.4.2004, blz. 55.

(2)  PB L 139 van 30.4.2004, blz. 206.

(3)  Richtlijn 89/662/EEG van de Raad van 11 december 1989 inzake veterinaire controles in het intracommunautaire handelsverkeer in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (PB L 395 van 30.12.1989, blz. 13).


BIJLAGE I

In bijlage III, sectie IV, hoofdstuk II, bij Verordening (EG) nr. 853/2004 komt punt 8 als volgt te luiden:

„8.

Bovendien mag niet-gevild grof vrij wild:

a)

alleen worden gevild en in de handel worden gebracht wanneer:

i)

het vóór het villen tijdens de opslag en de hantering gescheiden wordt gehouden van andere levensmiddelen en niet wordt ingevroren;

ii)

het na het villen een eindkeuring in een wildbewerkingsinrichting ondergaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 854/2004;

b)

alleen naar een wildbewerkingsinrichting in een andere lidstaat worden verzonden wanneer het tijdens het vervoer naar die wildbewerkingsinrichting vergezeld gaat van een door een officiële dierenarts afgegeven en ondertekend certificaat volgens het model in de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 636/2014 van de Commissie (1), waarin wordt verklaard dat is voldaan aan de voorschriften van punt 4 met betrekking tot de beschikbaarheid van een verklaring, voor zover van toepassing, en de begeleiding van de relevante delen van het kadaver.

In geval de wildbewerkingsinrichting in de buurt van het jachtterrein zich in een andere lidstaat bevindt, moet het vervoer naar de wildbewerkingsinrichting niet vergezeld gaan van het certificaat, maar van de verklaring van de in punt 2 bedoelde deskundige teneinde te voldoen aan artikel 3, lid 1, van Richtlijn 89/662/EEG, rekening houdend met de diergezondheidsstatus van de lidstaat van oorsprong.



BIJLAGE II

In bijlage I, sectie IV, hoofdstuk VIII, deel A, bij Verordening (EG) nr. 854/2004 wordt het volgende punt 2 bis toegevoegd:

„2 bis.

De officiële dierenarts moet controleren dat niet-gevild grof vrij wild dat vanuit het grondgebied van een andere lidstaat naar de wildverwerkingsinrichting wordt vervoerd, vergezeld gaat van een gezondheidscertificaat volgens het model in de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 636/2014 van de Commissie (1) of de verklaring(en) in overeenstemming met bijlage III, sectie IV, hoofdstuk II, punt 8, onder b), bij Verordening (EG) nr. 853/2004. De officiële dierenarts moet rekening houden met de inhoud van dat certificaat of die verklaring(en).



Top