Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32014D0119

Besluit 2014/119/GBVB van de Raad van 5 maart 2014 betreffende beperkende maatregelen tegen bepaalde personen, entiteiten en lichamen in het licht van de situatie in Oekraïne

PB L 66 van 6.3.2014, p. 26–30 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force: This act has been changed. Current consolidated version: 06/03/2024

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2014/119(1)/oj

6.3.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 66/26


BESLUIT 2014/119/GBVB VAN DE RAAD

van 5 maart 2014

betreffende beperkende maatregelen tegen bepaalde personen, entiteiten en lichamen in het licht van de situatie in Oekraïne

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name artikel 29,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op 20 februari 2014 heeft de Raad alle gebruik van geweld in Oekraïne in de krachtigste bewoordingen veroordeeld. Hij heeft gevraagd dat er onmiddellijk een eind komt aan het geweld in Oekraïne en dat de mensenrechten en de fundamentele vrijheden ten volle worden gerespecteerd. Hij heeft de regering van Oekraïne opgeroepen de grootst mogelijke terughoudendheid aan de dag te leggen, en de oppositieleiders gevraagd zich te distantiëren van degenen die radicale acties, waaronder geweldpleging, ondernemen.

(2)

Op 3 maart 2014 is de Raad overeengekomen om beperkende maatregelen toe te spitsen op het bevriezen en het ontnemen van vermogensbestanddelen van personen die als verantwoordelijk geïdentificeerd zijn voor het verduisteren van Oekraïense overheidsmiddelen en personen die verantwoordelijk zijn voor mensenrechtenschendingen, met het oog op het versterken en het ondersteunen van de rechtsstaat en de eerbied voor mensenrechten in Oekraïne.

(3)

Om een aantal maatregelen uit te voeren, is bijkomend optreden van de Unie vereist,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

1.   Alle tegoeden en economische middelen die toebehoren aan, eigendom zijn van, in bezit zijn van of onder zeggenschap staan van de op de lijst in de bijlage geplaatste personen die als verantwoordelijk geïdentificeerd zijn voor het verduisteren van Oekraïense overheidsmiddelen en personen die verantwoordelijk zijn voor mensenrechtenschendingen in Oekraïne, en natuurlijke personen of rechtspersonen, entiteiten of lichamen die banden hebben met hen, worden bevroren.

2.   Er worden geen tegoeden of economische middelen rechtstreeks of onrechtstreeks ter beschikking gesteld aan of ten behoeve van de op de lijst in de bijlage geplaatste natuurlijke personen of rechtspersonen, entiteiten of lichamen.

3.   De bevoegde autoriteit van een lidstaat kan, onder voorwaarden die zij passend acht, toestemming geven voor de vrijgave of de beschikbaarstelling van bepaalde bevroren tegoeden of economische middelen, indien zij hebben vastgesteld dat de betrokken tegoeden of economische middelen:

a)

noodzakelijk zijn voor het dekken van uitgaven voor de basisbehoeften van de in de bijlage genoemde natuurlijke personen en de leden van hun gezin die van hen afhankelijk zijn, zoals betalingen voor voedsel, huur of hypotheeklasten, geneesmiddelen of geneeskundige behandelingen, belastingen, verzekeringspremies of openbare voorzieningen;

b)

uitsluitend bestemd zijn voor de betaling van redelijke honoraria en de vergoeding van kosten in verband met de verlening van juridische diensten;

c)

uitsluitend bestemd zijn voor de betaling van honoraria of kosten voor het loutere houden of beheren van bevroren tegoeden of economische middelen; of

d)

noodzakelijk zijn voor de betaling van buitengewone lasten, mits de bevoegde autoriteit, ten minste twee weken voor zij de toestemming geeft, de bevoegde autoriteiten van de andere lidstaten en de Commissie in kennis heeft gesteld van de redenen waarom zij meent dat specifieke toestemming moet worden gegeven.

De betrokken lidstaat stelt de andere lidstaten en de Commissie in kennis van elke toestemming die overeenkomstig dit lid is verleend.

4.   In afwijking van lid 1 kunnen de bevoegde autoriteiten van een lidstaat toestemming geven voor de vrijgave van bepaalde bevroren tegoeden of economische middelen indien aan de volgende voorwaarden is voldaan:

a)

de tegoeden of economische middelen zijn het voorwerp van een scheidsrechterlijke beslissing die is gegeven vóór de datum waarop de natuurlijke persoon of rechtspersoon, entiteit of lichaam als bedoeld in lid 1, op de lijst in bijlage is geplaatst, dan wel van een vóór of na die datum in de Unie gegeven rechterlijke of administratieve beslissing, of in de betrokken lidstaat uitvoerbare rechterlijke beslissing;

b)

de tegoeden of economische middelen zullen uitsluitend worden aangewend om te voldoen aan de vorderingen die bij een dergelijke beslissing zijn gewaarborgd of geldig zijn verklaard, overeenkomstig de wettelijke en bestuursrechtelijke voorschriften betreffende de rechten van de houders van dergelijke vorderingen;

c)

de beslissing komt niet ten goede aan een op de lijst in de bijlage geplaatste natuurlijke persoon of rechtspersoon, entiteit of lichaam; en

d)

de erkenning van de beslissing is niet in strijd met de openbare orde van de betrokken lidstaat.

De betrokken lidstaat stelt de andere lidstaten en de Commissie in kennis van elke toestemming die overeenkomstig dit lid is verleend.

5.   Lid 1 belet niet dat een op de lijst geplaatste natuurlijke persoon of rechtspersoon, entiteit of lichaam betalingen doet die verschuldigd zijn uit hoofde van een contract dat is gesloten vóór de datum waarop die natuurlijke persoon of rechtspersoon, entiteit of lichaam op de lijst in de bijlage werd geplaatst, mits de betrokken lidstaat heeft vastgesteld dat de betaling niet rechtstreeks of onrechtstreeks wordt ontvangen door een natuurlijke persoon of rechtspersoon, entiteit of lichaam als bedoeld in lid 1.

6.   Lid 2 is niet van toepassing op het overmaken op bevroren rekeningen van:

a)

rente of andere inkomsten op die rekeningen;

b)

betalingen die verschuldigd zijn overeenkomstig contracten, overeenkomsten of verplichtingen die zijn gesloten of ontstaan vóór de datum waarop de in de leden 1 en 2 voorziene maatregelen op deze rekeningen van toepassing werden; of

c)

betalingen die verschuldigd zijn uit hoofde van een gerechtelijke, administratieve of scheidsrechterlijke beslissing die in de Unie is gegeven of in de betrokken lidstaat uitvoerbaar is,

mits deze rente, andere inkomsten en betalingen onderworpen blijven aan de in lid 1 voorziene maatregelen.

Artikel 2

1.   De Raad besluit op voorstel van een lidstaat of van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid om de lijst in de bijlage vast te stellen en aan te passen.

2.   De Raad stelt de betrokken natuurlijke persoon of rechtspersoon, entiteit of lichaam in kennis van het in lid 1 bedoelde besluit, met inbegrip van de redenen voor plaatsing op de lijst, hetzij rechtstreeks, indien het adres bekend is, hetzij middels de bekendmaking van een kennisgeving, zodat de betrokken persoon, entiteit of lichaam daarover opmerkingen kan indienen.

3.   Indien er opmerkingen worden ingediend of substantieel nieuw bewijsmateriaal wordt overgelegd, toetst de Raad het in lid 1 bedoelde besluit en brengt hij de betrokken persoon, entiteit of lichaam daarvan op de hoogte.

Artikel 3

1.   In de bijlage worden de redenen voor opneming van de in artikel 1, lid 1, bedoelde natuurlijke of rechtspersonen, entiteiten en lichamen in de lijsten vermeld.

2.   De bijlage bevat ook de informatie, indien beschikbaar, die nodig is voor het identificeren van de betrokken natuurlijke of rechtspersonen, entiteiten of lichamen. Met betrekking tot natuurlijke personen kan die informatie bestaan uit namen, inclusief aliassen, geboortedatum en geboorteplaats, nationaliteit, paspoort- en identiteitskaartnummers, geslacht, adres indien bekend en functie of beroep. Met betrekking tot rechtspersonen, entiteiten en lichamen kan die informatie bestaan uit namen, plaats en datum van registerinschrijving, registratienummer en de plaats van vestiging.

Artikel 4

Om het effect van de in artikel 1, leden 1 en 2, bedoelde maatregelen zo groot mogelijk te maken, moedigt de Unie derde landen aan soortgelijke beperkende maatregelen te treffen als de in dit besluit voorziene.

Artikel 5

Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Dit besluit is van toepassing tot 6 maart 2015.

Dit besluit wordt voortdurend geëvalueerd. Het wordt zo nodig verlengd of gewijzigd, indien de Raad van oordeel is dat de doelstellingen ervan niet zijn bereikt.

Gedaan te Brussel, 5 maart 2014.

Voor de Raad

De voorzitter

D. KOURKOULAS


BIJLAGE

Lijst van in artikel 1 bedoelde personen, entiteiten en lichamen

 

Naam

Nadere gegevens

Motivering

Datum van aanwijzing

1.

Viktor Fedorovych Yanukovych

geboren op 9 juli1950, voormalig president van Oekraïne

Persoon tegen wie in Oekraïne een strafprocedure loopt voor misdrijven in verband met de verduistering van Oekraïense overheidsmiddelen en de illegale overbrenging daarvan buiten Oekraïne

6.3.2014

2.

Vitalii Yuriyovych Zakharchenko

geboren op 20 januari 1963, voormalig minister van Binnenlandse Zaken

Persoon tegen wie in Oekraïne een strafprocedure loopt voor misdrijven in verband met de verduistering van Oekraïense overheidsmiddelen en de illegale overbrenging daarvan buiten Oekraïne

6.3.2014

3.

Viktor Pavlovych Pshonka

geboren op 6 februari 1954, voormalig procureur-generaal van Oekraïne

Persoon tegen wie in Oekraïne een strafprocedure loopt voor misdrijven in verband met de verduistering van Oekraïense overheidsmiddelen en de illegale overbrenging daarvan buiten Oekraïne

6.3.2014

4.

Oleksandr Hryhorovych Yakymenko

geboren op 22 december 1964, voormalig hoofd van de veiligheidsdienst van Oekraïne

Persoon tegen wie in Oekraïne een strafprocedure loopt voor misdrijven in verband met de verduistering van Oekraïense overheidsmiddelen en de illegale overbrenging daarvan buiten Oekraïne

6.3.2014

5.

Andriy Volodymyrovych Portnov

geboren op 27 oktober 1973, voormalig adviseur van de president van Oekraïne

Persoon tegen wie in Oekraïne een strafprocedure loopt voor misdrijven in verband met de verduistering van Oekraïense overheidsmiddelen en de illegale overbrenging daarvan buiten Oekraïne

6.3.2014

6.

Olena Leonidivna Lukash

geboren op 12 november 1976, voormalig minister van Justitie

Persoon tegen wie in Oekraïne een strafprocedure loopt voor misdrijven in verband met de verduistering van Oekraïense overheidsmiddelen en de illegale overbrenging daarvan buiten Oekraïne

6.3.2014

7.

Andrii Petrovych Kliuiev

geboren op 12 augustus 1964, voormalig kabinetschef van de president van Oekraïne

Persoon tegen wie in Oekraïne een strafprocedure loopt voor misdrijven in verband met de verduistering van Oekraïense overheidsmiddelen en de illegale overbrenging daarvan buiten Oekraïne

6.3.2014

8.

Viktor Ivanovych Ratushniak

geboren op 16 oktober 1959, voormalig onderminister van Binnenlandse Zaken

Persoon tegen wie in Oekraïne een strafprocedure loopt voor misdrijven in verband met de verduistering van Oekraïense overheidsmiddelen en de illegale overbrenging daarvan buiten Oekraïne

6.3.2014

9.

Oleksandr Viktorovych Yanukovych

geboren op 1 juli 1973, zoon van de voormalige president, zakenman

Persoon tegen wie in Oekraïne een onderzoek loopt wegens betrokkenheid bij misdrijven in verband met de verduistering van Oekraïense overheidsmiddelen en de illegale overbrenging daarvan buiten Oekraïne

6.3.2014

10.

Viktor Viktorovych Yanukovych

geboren op 16 juli 1981, zoon van de voormalige president, lid van de Hoge Raad (Verkhovna Rada) van Oekraïne

Persoon tegen wie in Oekraïne een onderzoek loopt wegens betrokkenheid bij misdrijven in verband met de verduistering van Oekraïense overheidsmiddelen en de illegale overbrenging daarvan buiten Oekraïne

6.3.2014

11.

Artem Viktorovych Pshonka

geboren op 19 maart 1976, zoon van de voormalige procureur-generaal, vice-fractieleider van de Partij van de Regio's in de Hoge Raad (Verkhovna Rada) van Oekraïne

Persoon tegen wie in Oekraïne een onderzoek loopt wegens betrokkenheid bij misdrijven in verband met de verduistering van Oekraïense overheidsmiddelen en de illegale overbrenging daarvan buiten Oekraïne

6.3.2014

12.

Serhii Petrovych Kliuiev

geboren op 12 augustus 1969, zakenman, broer van Andrii K1iuiev

Persoon tegen wie in Oekraïne een onderzoek loopt wegens betrokkenheid bij misdrijven in verband met de verduistering van Oekraïense overheidsmiddelen en de illegale overbrenging daarvan buiten Oekraïne

6.3.2014

13.

Mykola Yanovych Azarov

geboren op 17 december 1947, premier van Oekraïne tot januari 2014

Persoon tegen wie in Oekraïne een onderzoek loopt wegens betrokkenheid bij misdrijven in verband met de verduistering van Oekraïense overheidsmiddelen en de illegale overbrenging daarvan buiten Oekraïne

6.3.2014

14.

Oleksii Mykolayovych Azarov

zoon van voormalig premier Azarov

Persoon tegen wie in Oekraïne een onderzoek loopt wegens betrokkenheid bij misdrijven in verband met de verduistering van Oekraïense overheidsmiddelen en de illegale overbrenging daarvan buiten Oekraïne

6.3.2014

15.

Serhiy Vitaliyovych Kurchenko

geboren op 21 september 1985, zakenman

Persoon tegen wie in Oekraïne een onderzoek loopt wegens betrokkenheid bij misdrijven in verband met de verduistering van Oekraïense overheidsmiddelen en de illegale overbrenging daarvan buiten Oekraïne

6.3.2014

16.

Dmytro Volodymyrovych Tabachnyk

geboren op 28 november 1963, voormalig minister van Onderwijs en Wetenschap

Persoon tegen wie in Oekraïne een onderzoek loopt wegens betrokkenheid bij misdrijven in verband met de verduistering van Oekraïense overheidsmiddelen en de illegale overbrenging daarvan buiten Oekraïne

6.3.2014

17.

Raisa Vasylivna Bohatyriova

geboren op 6 januari 1953, voormalig minister van Volksgezondheid

Persoon tegen wie in Oekraïne een onderzoek loopt wegens betrokkenheid bij misdrijven in verband met de verduistering van Oekraïense overheidsmiddelen en de illegale overbrenging daarvan buiten Oekraïne

6.3.2014

18.

Ihor Oleksandrovych Kalinin

geboren op 28 december 1959, voormalig adviseur van de president van Oekraïne

Persoon tegen wie in Oekraïne een onderzoek loopt wegens betrokkenheid bij misdrijven in verband met de verduistering van Oekraïense overheidsmiddelen en de illegale overbrenging daarvan buiten Oekraïne

6.3.2014


Top