Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32002D1247

    Besluit nr. 1247/2002/EG van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie van 1 juli 2002 betreffende het statuut en de algemene voorwaarden voor de uitoefening van het ambt van Europees toezichthouder voor gegevensbescherming

    PB L 183 van 12.7.2002, p. 1–2 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    Dit document is verschenen in een speciale editie. (CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL, BG, RO, HR)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 10/12/2018; opgeheven door 32018R1725

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2002/1247/oj

    32002D1247

    Besluit nr. 1247/2002/EG van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie van 1 juli 2002 betreffende het statuut en de algemene voorwaarden voor de uitoefening van het ambt van Europees toezichthouder voor gegevensbescherming

    Publicatieblad Nr. L 183 van 12/07/2002 blz. 0001 - 0002


    Besluit nr. 1247/2002/EG van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie

    van 1 juli 2002

    betreffende het statuut en de algemene voorwaarden voor de uitoefening van het ambt van Europees toezichthouder voor gegevensbescherming

    HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE EN DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

    Gelet op Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens(1), en met name op artikel 43,

    Gezien het voorstel van de Commissie(2),

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1) De Europese toezichthouder voor gegevensbescherming is een onafhankelijke toezichthoudende autoriteit die belast is met het toezicht op de toepassing van de communautaire besluiten betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van hun persoonsgegevens en het vrije verkeer van deze gegevens door de instellingen en organen van de Gemeenschap.

    (2) De regelgeving inzake gegevensbescherming heeft tot doel de bescherming van de fundamentele rechten en vrijheden van natuurlijke personen - met name van hun persoonlijke levenssfeer en gezinsleven - in verband met de verwerking van persoonsgegevens, en dit in het bijzonder overeenkomstig artikel 6 van het Verdrag betreffende de Europese Unie en met inachtneming van de artikelen 7 en 8 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie. Deze grondrechten worden in de jurisprudentie van het Hof van Justitie geïnterpreteerd in het licht van artikel 8 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en van de gemeenschappelijke grondwettelijke tradities van de lidstaten. De nagestreefde gegevensbescherming moet worden gerealiseerd zonder uit het oog te verliezen dat het de bedoeling is de toegang van de burgers tot informatie over de activiteiten van de overheid niet te beperken.

    (3) Om deze onafhankelijke toezichthoudende autoriteit daadwerkelijk te kunnen installeren, moeten het statuut en de algemene voorwaarden voor de uitoefening van het ambt van Europese toezichthouder voor gegevensbescherming en van adjunct-toezichthouder vastliggen.

    (4) Voor een groot deel zijn dit statuut en de algemene voorwaarden voor de uitoefening van het ambt van Europese toezichthouder reeds vastgelegd in Verordening (EG) nr. 45/2001. Zij bevat de nodige bepalingen met betrekking tot de benoeming van de Europese toezichthouder voor gegevensbescherming en de adjunct-toezichthouder, hun personeel en financiële middelen, onafhankelijkheid, beroepsgeheim, taken en bevoegdheden. Het reglement van orde van de Europese toezichthouder voor gegevensbescherming, zoals bedoeld in artikel 46, onder k), van Verordening (EG) nr. 45/2001, dient de procedureregels te bevatten voor de wijze van uitoefening van de bevoegdheden van de Europese toezichthouder.

    (5) De Europese toezichthouder voor gegevensbescherming is gebonden aan het gemeenschapsrecht, en met name aan Verordening (EG) nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2001 inzake de toegang van het publiek tot documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie(3). Hij is aldus gebonden aan de Verdragsbepalingen inzake de bescherming van de fundamentele rechten en vrijheden, die erin voorzien dat de besluitvorming in de Unie zo open mogelijk is en dat persoonsgegevens, met name de persoonlijke levenssfeer, worden beschermd.

    (6) De financiële middelen voor dit besluit dienen verenigbaar te zijn met het huidige maximum van rubriek 5.

    (7) Twee belangrijke aspecten van het statuut zijn echter niet vastgelegd in Verordening (EG) nr. 45/2001 en moeten nog worden geregeld: enerzijds de vaststelling van het salaris van de toezichthouder en van de adjunct-toezichthouder, hun toelagen en elk in de plaats van een bezoldiging komend voordeel, en anderzijds de vestigingsplaats van de toezichthouder. Voorts is het nuttig de bepalingen van Verordening (EG) nr. 45/2001 betreffende de benoemingsprocedure voor de Europese toezichthouder en de adjunct-toezichthouder nader te preciseren.

    (8) De bezoldiging van de Europese toezichthouder voor gegevensbescherming dient van hetzelfde niveau te zijn als die van de Europese ombudsman, aangezien hem een status moet worden verleend die met zijn taken en bevoegdheden overeenkomt en aangezien het institutionele profiel van de toezichthouder van Verordening (EG) nr. 45/2001 in sterke mate is ontleend aan het model van de Europese ombudsman. De Europese ombudsman dan weer wordt wat zijn bezoldiging, toelagen en ouderdomspensioen betreft gelijkgesteld met een rechter van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen.

    (9) De adjunct-toezichthouder dient wat zijn bezoldiging, toelagen en ouderdomspensioen betreft te worden gelijkgesteld met de griffier van het Hof van Justitie, zodat er tussen de adjunct en de toezichthouder een hiërarchie ontstaat, maar beide functies aan hetzelfde type financiële regeling onderworpen zijn, hetgeen bij hun benoemingsprocedure, mandaat en taken past.

    (10) Het kantoor van de Europese toezichthouder voor gegevensbescherming dient in Brussel te zijn gevestigd, zodat hij zich, gelet op de aard van zijn taken, in de nabijheid van de door hem te controleren instellingen en organen van de Gemeenschap bevindt en teneinde de harmonieuze uitoefening van zijn ambt te vergemakkelijken.

    (11) Het is nuttig te onderzoeken in welke mate de samenwerking met de toezichthoudende organen voor de gegevensbescherming, zoals in titel VI van het EU-Verdrag voorgeschreven en in artikel 46, onder f), van Verordening (EG) nr. 45/2001 nader geregeld, het mogelijk maakt de beoogde samenhang in de toepassing van de voorschriften en controleprocedures voor de gegevensbescherming tot stand te brengen.

    (12) De bevoegde commissie van het Europees Parlement kan beslissen een voor alle Parlementsleden toegankelijke hoorzitting te organiseren met de kandidaten wier naam is opgenomen in de lijst die de Commissie overeenkomstig artikel 42, lid 1, van Verordening (EG) nr. 45/2001 na een openbare sollicitatieoproep opstelt,

    BESLUITEN:

    Artikel 1

    Bezoldiging van de Europese toezichthouder voor gegevensbescherming

    De Europese toezichthouder voor gegevensbescherming wordt gelijkgesteld met een rechter van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen wat betreft de vaststelling van zijn salaris, toelagen, ouderdomspensioen en elk ander in de plaats van een bezoldiging komend voordeel.

    Artikel 2

    Bezoldiging van de adjunct-toezichthouder

    De adjunct-toezichthouder wordt gelijkgesteld met de griffier van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen wat betreft de vaststelling van zijn salaris, toelagen, ouderdomspensioen en elk ander in de plaats van een bezoldiging komend voordeel.

    Artikel 3

    Benoemingsprocedure

    De Europese toezichthouder voor gegevensbescherming en de adjunct-toezichthouder worden benoemd na een openbare sollicitatieoproep. Deze sollicitatieoproep staat open voor alle belangstellenden in de gehele Gemeenschap. De lijst van kandidaten is openbaar. De bevoegde commissie van het Europees Parlement kan op basis van het voorstel van de Commissie, dat is opgesteld in overeenstemming met artikel 42, lid 1, van Verordening (EG) nr. 45/2001, besluiten een hoorzitting te organiseren zodat zij een voorkeur kan uitspreken.

    Artikel 4

    Vestigingsplaats

    Het kantoor van de Europese toezichthouder voor gegevensbescherming en de adjunct-toezichthouder is in Brussel gevestigd.

    Artikel 5

    Dit besluit treedt in werking op de dag volgende op die van zijn bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

    Gedaan te Brussel, 1 juli 2002.

    Voor het Europees Parlement

    De voorzitter

    P. Cox

    Voor de Raad

    De voorzitter

    M. Arias Cañete

    Voor de Commissie

    De voorzitter

    R. Prodi

    (1) PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1.

    (2) PB C 304 E van 30.10.2001, blz. 178.

    (3) PB L 145 van 31.5.2001, blz. 43.

    Top