Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32006R1023

    Verordening (EG) nr. 1023/2006 van de Commissie van 5 juli 2006 houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 958/2003 tot vaststelling van toepassingsbepalingen voor Besluit 2003/286/EG van de Raad wat betreft de concessies in de vorm van communautaire tariefcontingenten voor bepaalde graanproducten van oorsprong uit de Republiek Bulgarije, en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2809/2000

    PB L 184 van 6.7.2006, p. 5–6 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/12/2006; stilzwijgende opheffing door 32006R1996

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2006/1023/oj

    6.7.2006   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 184/5


    VERORDENING (EG) Nr. 1023/2006 VAN DE COMMISSIE

    van 5 juli 2006

    houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 958/2003 tot vaststelling van toepassingsbepalingen voor Besluit 2003/286/EG van de Raad wat betreft de concessies in de vorm van communautaire tariefcontingenten voor bepaalde graanproducten van oorsprong uit de Republiek Bulgarije, en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2809/2000

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

    Gelet op Besluit 2003/286/EG van de Raad van 8 april 2003 inzake de sluiting van een Protocol tot aanpassing van de handelsaspecten van de Europaovereenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Bulgarije, anderzijds, in verband met de resultaten van de onderhandelingen over nieuwe wederzijdse landbouwconcessies (1), en met name op artikel 3, lid 2,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Overeenkomstig Besluit 2003/286/EG heeft de Gemeenschap zich ertoe verbonden voor elk verkoopseizoen tariefcontingenten voor invoer tegen nulrecht vast te stellen voor tarwe, mengkoren, tarwegluten en voor maïs van oorsprong uit de Republiek Bulgarije.

    (2)

    Rekening houdend met de bij de toepassing van Verordening (EG) nr. 958/2003 van de Commissie (2) opgedane ervaring moeten enkele bepalingen van die verordening worden verduidelijkt en vereenvoudigd.

    (3)

    Teneinde erop toe te zien dat de door eenzelfde marktdeelnemer aangevraagde hoeveelheden reële hoeveelheden zijn, moet nader worden bepaald dat een marktdeelnemer slechts één enkele invoercertificaataanvraag per betrokken periode mag indienen en moet ook worden voorzien in een sanctie in geval van niet-naleving van deze verplichting.

    (4)

    Verordening (EG) nr. 958/2003 moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.

    (5)

    De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor granen,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Verordening (EG) nr. 958/2003 wordt als volgt gewijzigd:

    1)

    Het volgende artikel 1 bis wordt ingevoegd:

    „Artikel 1 bis

    Een marktdeelnemer mag slechts één enkele vraag voor een invoercertificaat per betrokken periode als bedoeld in artikel 2, lid 1, indienen. Wanneer een marktdeelnemer meer dan één aanvraag indient, worden al zijn aanvragen afgewezen en worden de bij het indienen van de aanvragen gestelde zekerheden verbeurd ten gunste van de betrokken lidstaat.”.

    2)

    Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

    a)

    lid 1 wordt vervangen door:

    „1.   De aanvragen voor invoercertificaten worden op de tweede maandag van elke maand uiterlijk om 13.00 uur (plaatselijke tijd Brussel) bij de bevoegde autoriteiten van iedere lidstaat ingediend.

    De aanvrager dient zijn certificaataanvraag in bij de bevoegde autoriteit van de lidstaat waar hij is geregistreerd in het kader van de BTW-regeling.

    In elke certificaataanvraag moet een hoeveelheid zijn vermeld die de voor de invoer van het betrokken product in het betrokken verkoopseizoen beschikbare hoeveelheid niet overschrijdt.”;

    b)

    lid 3 wordt vervangen door:

    „3.   Indien de som van de sinds het begin van het verkoopseizoen voor elk betrokken product toegekende hoeveelheden en de in lid 2 bedoelde hoeveelheid het contingent voor het betrokken verkoopseizoen overschrijdt, stelt de Commissie uiterlijk op de derde werkdag na de indiening van de aanvragen één enkele toekenningscoëfficiënt vast die moet worden toegepast op alle aangevraagde hoeveelheden.”;

    c)

    lid 4 wordt vervangen door:

    „4.   Na de eventuele toepassing van de overeenkomstig lid 3 vastgestelde toekenningscoëfficiënten, geven de bevoegde autoriteiten van de lidstaten op de vierde werkdag volgende op de dag van indiening van de aanvraag, de invoercertificaten af voor de overeenkomstig lid 2 aan de Commissie meegedeelde aanvragen.

    Op de dag van afgifte van de invoercertificaten, uiterlijk om 18.00 uur (plaatselijke tijd Brussel) delen de bevoegde autoriteiten van de lidstaten de Commissie langs elektronische weg, volgens het in de bijlage vastgestelde model, de totale hoeveelheid mee die wordt verkregen door optelling van de hoeveelheden waarvoor op die dag invoercertificaten zijn afgegeven.”.

    Artikel 2

    Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 5 juli 2006.

    Voor de Commissie

    Mariann FISCHER BOEL

    Lid van de Commissie


    (1)  PB L 102 van 24.4.2003, blz. 60.

    (2)  PB L 136 van 4.6.2003, blz. 3. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1046/2005 (PB L 172 van 5.7.2005, blz. 79).


    Top