Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31994R0346

    Verordening (EG) nr. 346/94 van de Commissie van 16 februari 1994 houdende bepalingen voor de uitvoering van de invoerregelingen voor vers, gekoeld of bevroren rundvlees waarin is voorzien bij de Interimovereenkomsten tussen de Gemeenschap enerzijds, en Bulgarije en Roemenië anderzijds, voor de periode van 1 januari tot en met 30 juni 1994

    PB L 44 van 17.2.1994, p. 15–18 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1994/346/oj

    31994R0346

    Verordening (EG) nr. 346/94 van de Commissie van 16 februari 1994 houdende bepalingen voor de uitvoering van de invoerregelingen voor vers, gekoeld of bevroren rundvlees waarin is voorzien bij de Interimovereenkomsten tussen de Gemeenschap enerzijds, en Bulgarije en Roemenië anderzijds, voor de periode van 1 januari tot en met 30 juni 1994

    Publicatieblad Nr. L 044 van 17/02/1994 blz. 0015 - 0018


    VERORDENING (EG) Nr. 346/94 VAN DE COMMISSIE van 16 februari 1994 houdende bepalingen voor de uitvoering van de invoerregelingen voor vers, gekoeld of bevroren rundvlees waarin is voorzien bij de Interimovereenkomsten tussen de Gemeenschap enerzijds, en Bulgarije en Roemenië anderzijds, voor de periode van 1 januari tot en met 30 juni 1994

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

    Gelet op Verordening (EG) nr. 3641/93 van de Raad van 20 december 1993 houdende bepaalde voorwaarden voor de toepassing van de Interimovereenkomst betreffende de handel en aanverwante zaken tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal, enerzijds, en de Republiek Bulgarije, anderzijds (1), en met name op artikel 1,

    Gelet op Verordening (EG) nr. 3642/93 van de Raad van 20 december 1993 houdende bepaalde voorwaarden voor de toepassing van de Interimovereenkomst betreffende de handel en aanverwante zaken tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal, enerzijds, en Roemenië, anderzijds (2), en met name op artikel 1,

    Gelet op Verordening (EEG) nr. 805/68 van de Raad van 27 juni 1968 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees (3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3611/93 (4), en met name op artikel 15, lid 2,

    Overwegende dat de Interimovereenkomst betreffende de handel en aanverwante zaken tussen de Gemeenschap en de Republiek Bulagrije (5) op 8 maart 1993 in Brussel is ondertekend en op 31 december 1993 in werking is getreden en dat de Interimovereenkomst betreffende de handel en aanverwante zaken tussen de Gemeenschap en Roemenië (6) op 1 februari 1993 in Brussel is ondertekend en op 1 mei 1993 in werking is getreden; dat bij die Interimovereenkomsten in een verlaging van de heffing bij de invoer van vers, gekoeld of bevroren rundvlees van de GN-codes 0201 en 0202 is voorzien, welke verlaging evenwel slechts tot een bepaalde hoeveelheid geldt;

    Overwegende dat de voor de toepassing van de Interimovereenkomsten noodzakelijke maatregelen op 1 januari 1994 in werking moeten treden; dat, om rekening te houden met de tussen de Gemeenschap en de beide bovengenoemde landen ondertekende Aanvullende Protocollen bij de Interimovereenkomsten de toepassing van deze maatregelen vooralsnog tot het eerste halfjaar van 1994 moet worden beperkt;

    Overwegende dat in de bijlagen van de genoemde Overeenkomsten bovendien is bepaald dat op de beschikbare hoeveelheden de hoeveelheden vlees in mindering worden gebracht die uit een van de beide begunstigde landen worden uitgevoerd in het kader van driehoekstransacties met financiële bijstand van de Gemeenschap; dat derhalve moet worden voorzien in berekeningsmechanismen die het mogelijk maken om met de bedoelde transacties rekening te houden; dat in de bepalingen die voor het tweede halfjaar van 1994 worden vastgesteld de hoeveelheden moeten worden opgenomen waarvoor in het eerste halfjaar van 1994 geen certificaataanvragen zijn ingediend;

    Overwegende dat, mede gelet op de in genoemde Interimovereenkomsten opgenomen maatregelen om de oorsprong van de produkten te waarborgen, dient te worden gezorgd voor het beheer van de regeling via invoercertificaten; dat te dien einde met name de voorschriften betreffende de indiening van de aanvragen moeten worden vastgesteld en moet worden bepaald welke gegevens de aanvragen en de certificaten moeten bevatten, in afwijking van artikel 8 van Verordening (EEG) nr. 3719/88 van de Commissie van 16 november 1988 houdende gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen inzake het stelsel van invoer-, uitvoer- en voorfixatiecertificaten voor landbouwprodukten (7), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3519/93 (8), en van Verordening (EEG) nr. 2377/80 van de Commissie van 4 juni 1980 houdende bijzondere bepalingen voor de toepassing van het stelsel van invoer- en uitvoercertificaten in de sector rundvlees (9), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2867/93 (10); dat bovendien moet worden bepaald dat de certificaten na afloop van een bedenktijd worden afgegeven en dat de aangevraagde hoeveelheden eventueel met een uniform percentage worden verminderd;

    Overwegende dat, met het oog op een doeltreffend beheer van de bedoelde regeling, moet worden bepaald dat de zekerheid voor in het kader van de regeling afgegeven invoercertificaten op 10 ecu per 100 kg wordt vastgesteld; dat, vanwege het aan deze regeling inherente gevaar van speculatie in de sector rundvlees, nauwkeurig de voorwaarden dienen te worden vastgesteld waarop de marktdeelnemers van de bedoelde regeling gebruik kunnen maken;

    Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor rundvlees,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    1. De hoeveelheden vers, gekoeld of bevroren rundvlees van de GN-codes 0201 en 0202 die van 1 januari tot en met 30 juni 1994 mogen worden ingevoerd in het kader van de in artikel 15, lid 4, van de Interimovereenkomsten vastgestelde invoerregelingen bedragen:

    - 75 ton voor vlees van oorsprong uit Bulgarije;

    - 540 ton voor vlees van oorsprong uit Roemenië.

    2. Op de voor deze periode beschikbare hoeveelheden worden de hoeveelheden in mindering gebracht waarvoor driehoekstransacties als bedoeld in bijlage XIIIa van de Overeenkomst met Bulgarije en in bijlage XIIa van de Overeenkomst met Roemenië plaatsvinden. De in totaal voor deze periode beschikbare hoeveelheden mogen evenwel niet minder bedragen dan de in die bijlagen aangegeven minimumhoeveelheden.

    Artikel 2

    1. De verlaging van de heffing en van het recht van het gemeenschappelijk douanetarief (GDT) wordt vastgesteld op 40 % van het volle tarief dat geldt op de datum van aanvaarding van de aanvraag om de produkten in het vrije verkeer te brengen.

    2. Voor de toepassing van de in artikel 1 bedoelde invoerregelingen gelden de onderstaande voorwaarden:

    a) degene die het invoercertificaat aanvraagt moet een natuurlijke of rechtspersoon zijn, die bij de indiening van de aanvraag ten genoegen van de bevoegde instanties van de betrokken Lid-Staat moet aantonen dat hij in de loop van de laatste twaalf maanden een commerciële activiteit uitgeoefend heeft in het handelsverkeer in rundvlees met derde landen en die is ingeschreven in een openbaar register van een Lid-Staat;

    b) de certificaataanvraag mag slechts worden ingediend in de Lid-Staat waar de aanvrager is geregistreerd;

    c) de certificaataanvraag moet betrekking hebben op ten minste 15 ton vlees in produktgewicht en ten hoogste de beschikbare hoeveelheid;

    d) op de certificaataanvraag en het certificaat moet in vak 7 het land van herkomst en in vak 8 het land van oorsprong worden vermeld; het certificaat brengt de verplichting met zich om uit het aangegeven land in te voeren;

    e) op de certificaataanvraag en het certificaat moet in vak 20 een van de volgende vermeldingen worden aangebracht:

    Reglamento (CE) no 346/94,

    Forordning (EF) nr. 346/94,

    Verordnung (EG) Nr. 346/94,

    Kanonismos (EK) arith. 346/94,

    Regulation (EC) No 346/94,

    Règlement (CE) no 346/94,

    Regolamento (CE) n. 346/94,

    Verordening (EG) nr. 346/94,

    Regulamento (CE) nº 346/94.

    f) op het certificaat moet in vak 24 een van de volgende vermeldingen worden aangebracht:

    Exacción reguladora y derecho del AAC tal como establece el Reglamento (CE) no 346/94,

    Importafgift og FTT-told i henhold til forordning (EF) nr. 346/94,

    Abschoepfung und Zoll des GZT gemaess Verordnung (EG) Nr. 346/94,

    Eisfora kai dasmos toy KD opos provlepetai apo ton kanonismo (EK) arith. 346/94,

    Levy and CCT duty as provided for in Regulation (EC) No 346/94,

    Prélèvement et droit du TDC comme prévus par le règlement (CE) no 346/94,

    Prelievo e dazio della TDC a norma del regolamento (CE) n. 346/94,

    Heffing en recht van het GDT overeenkomstig Verordening (EG) nr. 346/94,

    Direito nivelador e direito da pac previstos no Regulamento (CE) nº 346/94.

    3. In afwijking van artikel 8, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 2377/80 mogen op de certificaataanvraag en op het certificaat in vak 16 een of meer onderverdelingen van de GN-codes 0201 en 0202 worden vermeld.

    Artikel 3

    1. Certificaataanvragen kunnen tot en met 18 februari 1994 bij de bevoegde autoriteiten worden ingediend.

    2. Wanneer een belanghebbende voor hetzelfde land van oorsprong meer dan één aanvraag heeft ingediend, zijn al zijn aanvragen onontvankelijk.

    3. De Lid-Staten delen de Commissie uiterlijk op de vijfde werkdag na het einde van de periode voor de indiening van de aanvragen gegevens mee over de ingediende aanvragen. Deze mededeling omvat de lijst van de aanvragers, onderverdeeld naar aangevraagde hoeveelheid en land van oorsprong van de produkten.

    Alle mededelingen, ook de mededeling dat geen aanvragen zijn ingediend, worden per telexbericht of per telefax toegezonden, waarbij, wanneer aanvragen zijn ingediend, gebruik wordt gemaakt van het formulier naar het model in de bijlage bij deze verordening.

    4. De Commissie beslist in welke mate gevolg kan worden gegeven aan de certificaataanvragen.

    Indien de hoeveelheden waarvoor certificaten zijn aangevraagd de beschikbare hoeveelheden overtreffen, stelt de Commissie een uniform percentage vast waarmee de aangevraagde hoeveelheden worden verminderd.

    5. Onder voorbehoud van aanvaarding van de aanvragen door de Commissie worden de invoercertificaten zo spoedig mogelijk afgegeven. De afgegeven certificaten zijn geldig in de gehele Gemeenschap.

    Artikel 4

    1. Op de hoeveelheden die de op het invoercertificaat aangegeven hoeveelheden overtreffen worden de volledige heffing en het volledige recht van het GDT toegepast.

    2. De op grond van deze verordening afgegeven invoercertificaten zijn niet overdraagbaar.

    3. De zekerheid voor de invoercertificaten bedraagt 10 ecu per 100 kg produktgewicht; de geldigheidsduur van de op grond van artikel 3, lid 5, afgegeven certificaten loopt op 30 juni 1994 af.

    4. Voorts zijn het bepaalde in deze verordening en de bepalingen van de Verordeningen (EEG) nr. 3719/88 en (EEG) nr. 2377/80 van toepassing.

    Artikel 5

    De produkten worden in het vrije verkeer gebracht na overlegging van een door het land van uitvoer overeenkomstig Protocol nr. 4 bij de Interimovereenkomsten afgegeven certificaat inzake goederenverkeer EUR 1.

    Artikel 6

    Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

    Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 1994.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

    Gedaan te Brussel, 16 februari 1994.

    Voor de Commissie

    René STEICHEN

    Lid van de Commissie

    (1) PB nr. L 333 van 31. 12. 1993, blz. 16.

    (2) PB nr. L 333 van 31. 12. 1993, blz. 17.

    (3) PB nr. L 148 van 28. 6. 1968, blz. 24.

    (4) PB nr. L 328 van 29. 12. 1993, blz. 7.

    (5) PB nr. L 323 van 23. 12. 1993, blz. 2.

    (6) PB nr. L 81 van 2. 4. 1993, blz. 2.

    (7) PB nr. L 331 van 2. 12. 1988, blz. 1.

    (8) PB nr. L 320 van 22. 12. 1993, blz. 16.

    (9) PB nr. L 241 van 13. 9. 1980, blz. 5.

    (10) PB nr. L 262 van 21. 10. 1993, blz. 26.

    BIJLAGE

    (Toepassing van Verordening (EG) nr. 346/94)

    COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN DG VI/D/2 - SECTOR RUNDVLEES

    Telefax: (32-2) 296 60 27

    Datum: Periode:

    CERTIFICAATAANVRAAG VOOR INVOER MET VERLAAGDE HEFFING EN VERLAAGD RECHT VAN HET GDT Lid-Staat:

    Land van oorsprong Volgnummer Aanvrager (naam en adres) Hoeveelheid (in ton)

    Bulgarije

    Totale aangevraagde hoeveelheid

    Roemenië

    Totale aangevraagde hoeveelheid

    Totaal twee landen

    Lid-Staat: Telefaxnummer:

    Telefoonnummer:

    Top