Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31992R3136

    Verordening (EEG) nr. 3136/92 van de Commissie van 29 oktober 1992 tot vaststelling van de referentieprijzen voor andijvie voor het verkoopseizoen 1992/1993

    PB L 313 van 30.10.1992, p. 25–26 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/03/1993

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1992/3136/oj

    31992R3136

    Verordening (EEG) nr. 3136/92 van de Commissie van 29 oktober 1992 tot vaststelling van de referentieprijzen voor andijvie voor het verkoopseizoen 1992/1993

    Publicatieblad Nr. L 313 van 30/10/1992 blz. 0025 - 0026


    VERORDENING (EEG) Nr. 3136/92 VAN DE COMMISSIE van 29 oktober 1992 tot vaststelling van de referentieprijzen voor andijvie voor het verkoopseizoen 1992/1993

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

    Gelet op Verordening (EEG) nr. 1035/72 van de Raad van 18 mei 1972 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector groenten en fruit (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 1754/92 (2), en met name op artikel 27, lid 1,

    Overwegende dat luidens artikel 23, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 1035/72 jaarlijks, vóór het begin van het verkoopseizoen, referentieprijzen worden vastgesteld die voor de gehele Gemeenschap gelden;

    Overwegende dat, in verband met de betekenis van de produktie van andijvie (Cichorium endivia L var. latifolia) in de Gemeenschap, voor dit produkt een referentieprijs dient te worden vastgesteld;

    Overwegende dat de in een bepaald produktieseizoen geoogste andijvie wordt afgezet over een periode die zich uitstrekt van juli tot en met juni van het daaropvolgende jaar; dat de kleine hoeveelheden die van 1 juli tot en met 14 november en van 1 april tot en met 30 juni van het daaropvolgende jaar worden ingevoerd de vaststelling van referentieprijzen voor deze tijdvakken niet rechtvaardigen; dat bijgevolg slechts voor de periode van 15 november tot en met 31 maart van het daaropvolgende jaar referentieprijzen moeten worden vastgesteld;

    Overwegende dat krachtens artikel 23, lid 2, onder b), van Verordening (EEG) nr. 1035/72 de referentieprijzen worden vastgesteld op een peil dat gelijk is aan dat van het voorafgaande verkoopseizoen, verhoogd, na aftrek van het forfaitair bedrag van de vervoerkosten voor het voorafgaande verkoopseizoen die op de communautaire produkten drukken vanaf de produktiegebieden tot de verbruikscentra van de Gemeenschap,

    - met de ontwikkeling van de produktiekosten in de sector groenten en fruit, verminderd met de stijging van de produktiviteit,

    - met het forfaitair bedrag van de vervoerkosten voor het betrokken verkoopseizoen;

    dat het aldus verkregen peil evenwel niet hoger mag zijn dan het rekenkundig gemiddelde van de producentenprijzen van elke Lid-Staat, verhoogd met de vervoerkosten voor het betrokken verkoopseizoen, waarbij het aldus verkregen bedrag wordt verhoogd met de ontwikkeling van de produktiekosten verminderd met de stijging van de produktiviteit; dat de referentieprijs voorts niet lager mag zijn dan de voor het voorafgaande verkoopseizoen geldende referentieprijs;

    Overwegende dat, om rekening te houden met de seizoenverschillen in de prijzen, het verkoopseizoen in verscheidene perioden dient te worden verdeeld en voor elke periode een referentieprijs dient te worden vastgesteld;

    Overwegende dat de producentenprijzen gelijk zijn aan het gemiddelde van de prijzen die in de drie jaren voorafgaande aan de datum van vaststelling van de referentieprijs, voor een binnenlands produkt waarvan de handelskenmerken zijn bepaald, op de representatieve markt of markten in de produktiegebieden met de laagste prijzen zijn genoteerd voor de produkten of variëteiten die een aanzienlijk deel uitmaken van de in het gehele jaar of gedurende een deel daarvan in de handel gebrachte produktie en die qua verpakking aan bepaalde eisen voldoen; dat voor de vaststelling van het gemiddelde voor elke representatieve markt de prijzen die, gelet op de op de betrokken markt geconstateerde normale schommelingen, uitzonderlijk hoog of uitzonderlijk laag kunnen worden geacht, buiten beschouwing moeten worden gelaten;

    Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor groenten en fruit,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Voor het verkoopseizoen 1992/1993 worden de referentieprijzen voor andijvie (GN-code 0705 29 00), uitgedrukt in ecu per 100 kg nettogewicht, voor de produkten van kwaliteitsklasse I, alle groottesorteringen, in verpakking, als volgt vastgesteld:

    - van 15 november 1992 tot en met

    31 januari 1993: 58,79

    - van 1 februari tot en met

    31 maart 1993: 63,44.

    Artikel 2

    Deze verordening treedt in werking op 15 november 1992. Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

    Gedaan te Brussel, 29 oktober 1992. Voor de Commissie

    Ray MAC SHARRY

    Lid van de Commissie

    (1) PB nr. L 118 van 20. 5. 1972, blz. 1. (2) PB nr. L 180 van 1. 7. 1992, blz. 23.

    Top