This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62020CN0157
Case C-157/20: Request for a preliminary ruling from the Landgericht Düsseldorf (Germany) lodged on 3 April 2020 — FI v Eurowings GmbH
Zaak C-157/20: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Landesgericht Düsseldorf (Duitsland) op 3 april 2020 — FI / Eurowings GmbH
Zaak C-157/20: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Landesgericht Düsseldorf (Duitsland) op 3 april 2020 — FI / Eurowings GmbH
PB C 279 van 24.8.2020, p. 23–24
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
24.8.2020 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 279/23 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Landesgericht Düsseldorf (Duitsland) op 3 april 2020 — FI / Eurowings GmbH
(Zaak C-157/20)
(2020/C 279/32)
Procestaal: Duits
Verwijzende rechter
Landesgericht Düsseldorf
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: FI
Verwerende partij: Eurowings GmbH
Prejudiciële vraag
Is een vakbondsstaking van het eigen personeel (in casu het cabinepersoneel) van een luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert, aan te merken als een “buitengewone omstandigheid” in de zin van artikel 5, lid 3, van verordening (EG) nr. 261/2004 (1)?
(1) Verordening (EG) nr. 261/2004 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten en tot intrekking van verordening (EEG) nr. 295/91 van 11 februari 2004 (PB 2004, L 46, blz. 1).