Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document C2007/211/103

    Zaak T-278/07 P: Hogere voorziening ingesteld op 18 juli 2007 door Luigi Marcuccio tegen de beschikking van het Gerecht voor ambtenarenzaken van 11 mei 2007 in zaak F-2/06, Luigi Marcuccio/Commissie

    PB C 211 van 8.9.2007, p. 55–56 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    8.9.2007   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 211/55


    Hogere voorziening ingesteld op 18 juli 2007 door Luigi Marcuccio tegen de beschikking van het Gerecht voor ambtenarenzaken van 11 mei 2007 in zaak F-2/06, Luigi Marcuccio/Commissie

    (Zaak T-278/07 P)

    (2007/C 211/103)

    Procestaal: Italiaans

    Partijen

    Rekwirant: Luigi Marcuccio (Tricase, Italië) (vertegenwoordiger: G. Cipressa, advocaat)

    Andere partij in de procedure: Commissie van de Europese Gemeenschappen

    Conclusies

    in elk geval, volledige vernietiging van de bestreden beschikking;

    primair, toewijzing van rekwirants vorderingen in eerste aanleg;

    veroordeling van de verwerende partij tot betaling aan rekwirant van alle kosten die hij voor de hogere voorziening heeft gemaakt;

    subsidiair, de zaak voor een nieuwe beslissing te verwijzen naar het Gerecht voor ambtenarenzaken.

    Middelen en voornaamste argumenten

    De hogere voorziening is gericht tegen de beschikking van het Gerecht voor ambtenarenzaken van 11 mei 2007 in zaak F-2/06, Marcuccio/Commissie, waarbij het door rekwirant ingestelde beroep niet-ontvankelijk is verklaard.

    Tot staving van de hogere voorziening stelt rekwirant:

    dat het Gerecht voor ambtenarenzaken de feiten en rekwirants stellingen in zijn schriftelijke opmerkingen verkeerd heeft uitgelegd en heeft verdraaid. In dit opzicht beklemtoont hij dat het daadwerkelijk bestaan van het litigieuze besluit zonder enige twijfel ook blijkt uit de tekst van de mededeling van de verwerende partij van 29 juli 2005, waarin de mogelijkheid is voorzien om een in het archief opgeborgen dossier op elk moment te heropenen. De verwijzing naar die mogelijkheid laat er geen enkele twijfel over bestaan dat het litigieuze besluit niet alleen daadwerkelijk is vastgesteld, maar ook dat het daadwerkelijk is uitgevoerd;

    dat de rechter die een beschikking geeft waarbij een beroep kennelijk niet-ontvankelijk wordt verklaard van een verkeerde rechtsopvatting uitgaat, a fortiori wanneer dit gebeurt wegens een middel van openbare orde zoals de non-existentie van een bezwarend besluit in het geval van een beroep tot nietigverklaring, naar aanleiding van een poging tot het treffen van een minnelijke regeling (de poging), temeer wanneer een specifieke en nauwkeurige motivering op dit punt ontbreekt.

    Er is op onherstelbare wijze inbreuk gemaakt op rekwirants recht van verdediging, aangezien hij, daar hij niet op de hoogte was gesteld van de voortzetting van de zaak, niets heeft kunnen doen om zich beter te verweren. Op dit punt stelt hij dat op de nota van het Gerecht voor ambtenarenzaken waarbij hij op de hoogte werd gesteld van het experiment, geen enkele mededeling is gevolgd, noch in schriftelijke noch in andere vorm, met betrekking tot de voortzetting van de zaak of de uitkomst van het experiment. Bovendien heeft het Gerecht voor ambtenarenzaken de bestreden beschikking meer dan zes maanden na het experiment gegeven. Voorts word in de bestreden beschikking geen enkele melding gemaakt van de poging.

    Ten slotte stelt rekwirant dat de bestreden beschikking in het geheel niet is gemotiveerd en dat het begrip bezwarend besluit onjuist is toegepast.


    Top