Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Emissies van vluchtige organische stoffen in verven, vernissen en producten voor het overspuiten van voertuigen

Emissies van vluchtige organische stoffen in verven, vernissen en producten voor het overspuiten van voertuigen

 

SAMENVATTING VAN:

Richtlijn 2004/42/EG inzake de beperking van emissies van vluchtige organische stoffen ten gevolge van het gebruik van organische oplosmiddelen in bepaalde verven en vernissen en producten voor het overspuiten van voertuigen

WAT IS HET DOEL VAN DEZE RICHTLIJN?

Deze richtlijn, bekend als de „Verfrichtlijn”, heeft als doel het totale gehalte aan vluchtige organische stoffen (VOS*) ten gevolge van het gebruik van organische oplosmiddelen in bepaalde verven en vernissen en producten voor het overspuiten van voertuigen, te beperken. Hierdoor zou luchtverontreiniging ten gevolge van de bijdrage van VOS aan de vorming van ozon in de troposfeer, de onderste laag van de aardatmosfeer, worden voorkomen of verminderd.

KERNPUNTEN

De richtlijn bevat de technische specificaties voor bepaalde verven en vernissen (met uitzondering van aerosolen) en producten voor het overspuiten van voertuigen. Het betreft voornamelijk coatings voor gebouwen of voertuigen. Deze producten staan vermeld in de subcategorieën in bijlage I bij de richtlijn.

Deze richtlijn vormt een aanvulling op Verordening (EG) nr. 1272/2008 betreffende de etikettering van chemische stoffen en mengsels en legt de verantwoordelijkheid bij de EU-landen om erop toe te zien dat de betrokken producten uitsluitend worden verkocht als het VOS-gehalte ervan niet hoger is dan de in bijlage II bij de richtlijn genoemde grenswaarden (variërend van 30 tot 750 gram/liter (g/l) voor verven en vernissen) en als ze voldoen aan de etiketteringsvereisten. Op het etiket moet vermeld staan:

  • de subcategorie van het product en de betrokken VOS-grenswaarden in g/l;
  • het maximale VOS-gehalte in g/l van het product in gebruiksklare vorm.

Bijlage II bij de richtlijn bevat tevens een lijst met de maximale grenswaarden voor het VOS-gehalte voor producten voor het overspuiten van voertuigen. De Europese Commissie zal deze lijst aanpassen aan de technische vooruitgang.

De EU-landen moeten verslag uitbrengen over de resultaten van het monitoringprogramma, om aan te tonen dat de richtlijn wordt nageleefd, en over de categorieën en hoeveelheden producten waarvoor een vergunning is afgegeven. Het verslag moet om de vijf jaar bij de Commissie worden ingediend. De landen moeten het vrije verkeer van de producten die in hun gebruiksklare vorm aan de vereisten van deze richtlijn voldoen, mogelijk maken. Ze moeten tevens sancties vaststellen voor inbreuken op de op grond van deze richtlijn aangenomen nationale bepalingen en ervoor zorgen dat deze worden uitgevoerd.

De Commissie heeft bij het Europees Parlement en de Raad een verslag ingediend, waarin de volgende aspecten worden onderzocht:

  • de ruimte en het potentieel om het VOS-gehalte van producten die buiten de werkingssfeer van deze richtlijn vallen, te verlagen, met inbegrip van aerosolen voor verven en vernissen;
  • een eventuele verdere vermindering, in een tweede fase, van het VOS-gehalte van producten voor het overspuiten van voertuigen;
  • elk nieuw aspect van de sociaal-economische gevolgen van de tweede fase zoals voorzien voor verven en vernissen.

De Commissie heeft tevens een verslag ingediend waarin rekening wordt gehouden met de technische ontwikkelingen bij de vervaardiging van verven, vernissen en producten voor het overspuiten van voertuigen. In dit verslag worden de ruimte en het potentieel onderzocht om het VOS-gehalte van producten die binnen de werkingssfeer van deze richtlijn vallen, nog verder te verlagen, onder meer door eventueel onderscheid te maken tussen verven voor binnen- en buitendecoratie.

De Verfrichtlijn strekte tot wijziging van de eerdere VOS-richtlijn emissies van oplosmiddelen (Richtlijn 1999/13/EG, die inmiddels is ingetrokken door 2010/75/EU, de richtlijn inzake industriële emissies) door de deelactiviteit van het „overspuiten van voertuigen” (het aanbrengen van een laklaag op wegvoertuigen als onderdeel van de reparatie, de bescherming of de decoratie van voertuigen buiten de fabriek) uit het toepassingsgebied ervan te schrappen. Deze activiteit valt nu onder het toepassingsgebied van de Verfrichtlijn.

Als uitzondering („afwijking”) hoeft niet aan de voorwaarden te worden voldaan door verven, vernissen en producten voor het overspuiten van voertuigen, die worden gebruikt:

  • voor de activiteiten die worden genoemd in bijlage VII (deel I) van Richtlijn 2010/75/EU en die worden geregeld overeenkomstig hoofdstuk V van die richtlijn, of
  • voor de restauratie en het onderhoud van gebouwen en klassieke voertuigen van historische en culturele waarde.

De monitoring- en rapportagevereisten worden per 16 juli 2021 ingetrokken en vervangen door Verordening (EU) 2019/1020 betreffende een nationale strategie voor markttoezicht.

VANAF WANNEER IS DE RICHTLIJN VAN TOEPASSING?

De richtlijn is sinds 30 april 2004 van toepassing en moest voor 30 oktober 2005 in de EU-landen in nationaal recht worden omgezet.

ACHTERGROND

Zie voor meer informatie:

KERNBEGRIPPEN

Vluchtige organische stof (VOS): een organische stof met een hoge dampdruk bij normale kamertemperatuur en een kookpunt dat lager ligt dan 250 °C, waardoor grote aantallen moleculen verdampen en in de omgevingslucht terechtkomen.

BELANGRIJKSTE DOCUMENT

Richtlijn 2004/42/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 inzake de beperking van emissies van vluchtige organische stoffen ten gevolge van het gebruik van organische oplosmiddelen in bepaalde verven en vernissen en producten voor het overspuiten van voertuigen, en tot wijziging van Richtlijn 1999/13/EG (PB L 143 van 30.4.2004, blz. 87-96)

Achtereenvolgende wijzigingen in Richtlijn 2004/42/EG werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Verordening (EU) 2019/1020 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 betreffende markttoezicht en conformiteit van producten en tot wijziging van Richtlijn 2004/42/EG en de Verordeningen (EG) nr. 765/2008 en (EU) nr. 305/2011 (PB L 169 van 25.6.2019, blz. 1-44)

Richtlijn (EU) 2016/2284 van het Europees Parlement en de Raad van 14 december 2016 betreffende de vermindering van de nationale emissies van bepaalde luchtverontreinigende stoffen, tot wijziging van Richtlijn 2003/35/EG en tot intrekking van Richtlijn 2001/81/EG (PB L 344 van 17.12.2016, blz. 1-31)

Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging) (herschikking) (PB L 334 van 17.12.2010, blz. 17-119)

Achtereenvolgende wijzigingen in Richtlijn 2010/75/EU werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.

Verordening (EG) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 betreffende de indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels tot wijziging en intrekking van de Richtlijnen 67/548/EEG en 1999/45/EG en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1907/2006 (PB L 353 van 31.12.2008, blz. 1-1355)

Zie de geconsolideerde versie.

Richtlijn 2001/81/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2001 inzake nationale emissieplafonds voor bepaalde luchtverontreinigende stoffen (PB L 309 van 27.11.2001, blz. 22-30)

Zie de geconsolideerde versie.

Laatste bijwerking 25.10.2019

Top