EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52008DC0760

Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's - Tussentijds voortgangsverslag over de routekaart voor de gelijkheid van vrouwen en mannen (2006-2010)

/* COM/2008/0760 def. */

52008DC0760

Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's - Tussentijds voortgangsverslag over de routekaart voor de gelijkheid van vrouwen en mannen (2006-2010) /* COM/2008/0760 def. */


[pic] | COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN |

Brussel, 26.11.2008

COM(2008) 760 definitief

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD, HET EUROPEES PARLEMENT, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S

Tussentijds voortgangsverslag over de routekaart voor de gelijkheid van vrouwen en mannen (2006-2010)

1. INLEIDING

Vijftig jaar communautair beleid ter bevordering van de gelijkheid heeft de situatie van de vrouwen verbeterd. Er blijven echter nog op verscheidene gebieden ongelijkheden bestaan en de ontwikkelingen, met name in de context van de mondialisering en de demografische veranderingen, hebben nieuwe uitdagingen gecreëerd waaraan het hoofd moet worden geboden om gelijkheid tussen vrouwen en mannen tot stand te brengen.

De Europese Unie en de lidstaten moeten in het kader van een gecoördineerde actie bijdragen tot de bevordering van de gelijkheid van vrouwen en mannen. De in maart 2006 goedgekeurde routekaart[1] heeft de verbintenissen van de Commissie op het gebied van de gelijkheid van vrouwen en mannen voor de periode 2006-2010 gepresenteerd. Ook in maart 2006 heeft de Europese Raad in het Europees pact voor gendergelijkheid[2] de lidstaten opgeroepen om meer met gendergelijkheid rekening te houden en de doelstellingen van de routekaart te ondersteunen.

In deze routekaart heeft de Commissie de acties aangekondigd die zij van plan was op zes beleidsterreinen te voeren: gelijke economische onafhankelijkheid voor vrouwen en mannen, combinatie van werk en privéleven, gelijke deelname aan de besluitvorming, uitroeiing van elke vorm van seksueel geweld, uitbanning van genderstereotypen en bevordering van gendergelijkheid in het buitenlands en ontwikkelingsbeleid. Zij heeft zich ook ertoe verbonden om te zorgen voor de follow-up en de evaluatie van de routekaart. Sinds de goedkeuring daarvan zijn twee werkprogramma's[3] opgesteld. Dit tussentijds verslag beschrijft hoe de acties sinds maart 2006 hebben bijgedragen aan de verwezenlijking van de doelstellingen van de routekaart. Een definitieve evaluatie van de routekaart is gepland voor 2010.

2. UITVOERING VAN DE DOELSTELLINGEN VAN DE ROUTEKAART

2.1. Totstandbrenging van de economische onafhankelijkheid voor vrouwen en mannen

De routekaart heeft opnieuw bevestigd dat de economische gelijkheid van vrouwen en mannen slechts tot stand kan worden gebracht als meer vrouwen aan de arbeidsmarkt deelnemen. De arbeidsparticipatie van vrouwen in de Unie zal in 2010 zeer waarschijnlijk de doelstelling van 60% halen. De loonkloof tussen vrouwen en mannen blijft echter groot (15%). De mededeling " Bestrijding van de beloningsverschillen "[4] heeft onderstreept dat de Commissie vast van plan is om deze verschillen weg te werken en heeft daartoe een aantal actiemogelijkheden voorgesteld. De Commissie heeft zich er met name toe verbonden om het bestaande rechtskader te analyseren om vast te stellen of het nodig is het te herzien om de doeltreffendheid ervan te versterken. Wetgeving zal echter niet voldoende zijn om een einde te maken aan deze complexe situatie, die met name kan worden verklaard door de grotere aanwezigheid van vrouwen in de minder goed betaalde activititeitssectoren of in de meest onzekere banen. Het is ook nodig dat de kwaliteit van de werkgelegenheid voor vrouwen wordt verbeterd, een kwestie waaraan bijzondere aandacht is besteed in het verslag over gelijkheid tussen mannen en vrouwen - 2008[5] .

Er zijn talrijke in de routekaart vermelde initiatieven genomen om beter rekening te houden met de gelijkheidskwesties in de nieuwe cyclus 2008-2010 van de strategie voor groei en werkgelegenheid . Uit de analyse van de nationale maatregelen die zijn genomen om het gelijkheidsbeleid in de Lissabonstrategie ten uitvoer te leggen, is gebleken dat te weinig aandacht aan dit beleid is besteed. In deze context is de publicatie van een handleiding voor de integratie van de gelijkheid van vrouwen en mannen in het werkgelegenheidsbeleid[6] door de lidstaten zeer positief ontvangen.

Om de arbeidsparticipatie te vergroten is het nodig dat het door vrouwen gevormde arbeidspotentieel ten volle wordt benut en dat alle economische actoren blijk geven van een groter engagement. De Commissie heeft de moeilijkheden bestudeerd die vrouwen ondervinden als zij bedrijfsleider willen worden en zij heeft met name het netwerk van vrouwelijke ondernemers ondersteund. Zij heeft onlangs een verordening vastgesteld, die de verlening van staatsteun in beginsel uitbreidt tot met name nieuwe, door vrouwen opgerichte ondernemingen[7]. De praktijken ter aanmoediging van een grotere gelijkheid van vrouwen en mannen zijn ook ondersteund in het kader van de maatschappelijke verantwoordelijkheid van de ondernemingen.

De vergrijzing van de bevolking, die met name de levensvatbaarheid van de stelsels van sociale bescherming aantast, vereist een modernisering die rekening houdt met de situatie van vrouwen en mannen. Uit bezorgdheid daarover heeft de Commissie de wijze bestudeerd waarop de doelstelling van de gelijkheid van vrouwen en mannen in acht is genomen in de nationale programma's van de open coördinatiemethode (OCM) op het gebied van sociale bescherming en sociale integratie[8] en is een handleiding opgesteld om de actoren beter in staat te stellen de gelijkheid op deze beleidsgebieden te bevorderen[9].

De behoeften van vrouwen en mannen op het gebied van de gezondheid en de toegang tot de gezondheidszorg zijn in beschouwing genomen in de context van de OCM in de sector van de gezondheid en de langdurige gezondheidszorg. In het gezamenlijke verslag over sociale bescherming en sociale integratie[10] is gewezen op de verschillen tussen vrouwen en mannen op het gebied van de algemene verbetering van de gezondheid en de toegang tot de gezondheidszorg, afhankelijk van de sociale groepen. In de gezondheidsstrategie van de Unie (2008-2013)[11] wordt de Commissie verzocht rekening te houden met de specifieke dimensies van de gezondheid van vrouwen en mannen. Het actieprogramma op het gebied van de volksgezondheid[12] beoogt de verbetering van de kennis over de behoeften van vrouwen en mannen op het gebied van de volksgezondheid en de ondersteuning van initiatieven om de ongelijkheden tussen vrouwen en mannen te verkleinen.

Vrouwen lopen meer risico's om in armoede te vervallen dan mannen. Daarom zijn zij aangemerkt als doelgroep voor het Europees jaar ter bestrijding van armoede in 2010. Vrouwen behoren tot de kansarme groepen en zijn vaak het slachtoffer van verschillende vormen van discriminatie. De bezinning over de toekomst van het beleid ter bestrijding van discriminatie[13] is uitgegaan van de tijdens het Europees jaar 2007 van gelijke kansen voor iedereen opgedane ervaringen om de noodzaak van de bestrijding van alle vormen van discriminatie te benadrukken. De acties ten gunste van de Roma-gemeenschap hebben ook aangetoond dat het belangrijk is dat de gelijkheidskwesties in alle toegepaste instrumenten worden geïntegreerd.

De ongelijkheden betreffen met name tot etnische minderheden behorende vrouwen en immigrantenvrouwen , die de meerderheid van de migrantenbevolking in de Unie uitmaken[14]. Bij de vaststelling van de strategie voor het migratiebeleid[15] is rekening gehouden met deze situatie, met name wat betreft de participatie van vrouwen op de arbeidsmarkt en de bescherming van vrouwen die het slachtoffer zijn van vrouwenhandel. De Commissie heeft bijzonder gelet op de positie van vrouwen bij de follow-up van de omzetting van de richtlijn[16] betreffende de aan onderdanen van derde landen afgegeven verblijfstitel en bij de opstelling van de kaderrichtlijn[17] betreffende de rechten van de in de EU toegelaten migrerende werknemers met het oog op een hooggekwalificeerde baan.

Voor de bevordering van de gelijkheid van vrouwen en mannen moeten alle middelen worden ingezet. De Europese fondsen 2007-2013 voor het cohesiebeleid[18] [19] [20], de plattelandsontwikkeling[21] en de visserij[22] zijn essentiële hefbomen voor het gelijkheidsbeleid op verscheidene gebieden. In het kader van de onderhandelingen over de programma's heeft de Commissie de lidstaten verzocht de gelijkheidsdoelstellingen in de programma's te integreren om de toegang tot werkgelegenheid, onderwijs en opleiding te vergemakkelijken, de deelname aan de besluitvorming te bevorderen en de combinatie van werk en privéleven te versterken.

2.2. Verbetering van de combinatie van werk, privé- en gezinsleven

Ondanks een evenwichtigere participatie op de arbeidsmarkt blijven vrouwen het grootste gedeelte van de gezins- en huishoudelijke taken vervullen. Voor de verwezenlijking van de doelstellingen op het gebied van de werkgelegenheid is een versterking van het beleid ter bevordering van de combinatie van het beroeps-, privé- en gezinsleven nodig om het arbeidspotentieel van de Unie te benutten. De Commissie heeft gemeenschappelijke beginselen inzake "flexizekerheid"[23] voorgesteld ter bevordering van meer open, soepelere en voor iedereen toegankelijke arbeidsmarkten waar vrouwen en mannen gelijke toegang hebben tot hoogwaardige banen en die mogelijkheden bieden tot combinatie van het beroeps- en het gezinsleven.

De bezinning over de nieuwe demografische uitdagingen had betrekking op de noodzaak van een grotere gelijkheid van vrouwen en mannen en de modernisering van het gezinsbeleid om de solidariteit tussen de generaties beter te bevorderen[24]. De Commissie heeft ook het door de Europese alliantie voor het gezin opgezette uitwisselingsproces aangemoedigd[25].

Ten slotte heeft de Commissie een nieuw beleidskader gepresenteerd voor " meer steun voor het combineren van beroep, privéleven en gezinsleven "[26] om de doelstellingen van de Unie voor groei en werkgelegenheid te bereiken.

Er zijn wetgevingsvoorstellen[27] goedgekeurd om enerzijds het recht van werkneemsters op moederschapsverlof[28] te versterken en anderzijds te zorgen voor de gelijke behandeling van zelfstandigen en meewerkende echtgenoten[29]. De Commissie heeft melding gemaakt van de door de lidstaten geboekte vooruitgang wat de verbetering van de beschikbaarheid van opvangstructuren voor kinderen betreft (voor 90% van de kinderen tussen drie jaar en de schoolleeftijd en voor 33% van de kinderen jonger dan drie jaar)[30]. Zij heeft in haar verslag[31] geconstateerd dat slechts een minderheid van de lidstaten dit doel heeft bereikt. Er zijn maatregelen voor de ontwikkeling van de kinderopvangstructuren voorgesteld en deze zijn met name in het cohesiebeleid opgenomen. De sociale partners zijn geraadpleegd over de noodzaak van de verbetering van de wetgeving over verscheidene vormen van verlof en zij hebben het startsein gegeven voor onderhandelingen over het ouderschapsverlof.

2.3. Bevordering van de gelijke deelname van vrouwen en mannen aan de besluitvorming

De deelname van alle burgers, zowel mannen als vrouwen, aan de beleids- en besluitvormingsprocessen is een democratische en economische noodzaak, alsook een prioritair criterium waaraan moet worden voldaan om deel te mogen uitmaken van de Unie. Een grotere betrokkenheid van vrouwen bij de democratische processen is een van de prioriteiten van het programma Europa voor de burger[32]. Er zijn initiatieven genomen[33] ter ondersteuning van de debatten over de Europese kwesties en de deelname van jongeren en vrouwen om hen in staat te stellen uiting te geven aan hun verwachtingen ten aanzien van Europa.

Op grond van de meest recente gegevens heeft het verslag over "vrouwen en mannen in de besluitvorming in 2007" aangetoond dat, ook al is onmiskenbare vooruitgang geboekt, vrouwen nog steeds ondervertegenwoordigd zijn in alle machtssferen in de meeste lidstaten, alsook in de instellingen van de EU. De Commissie heeft de actie van de lidstaten op dit gebied ondersteund: zij heeft vergelijkbare gegevens verzameld, geanalyseerd en verspreid en de vorming van netwerken tussen de betrokken partijen aangemoedigd. Daartoe is een Europees netwerk voor de bevordering van vrouwen in politieke en economische beleidsfuncties opgericht. Het netwerk heeft voor de eerste keer de vertegenwoordigers van de Europese netwerken op dit gebied samengebracht met als doel om in synergie samen te werken.

In de publieke onderzoeksector wil de Unie bereiken dat 25% van de hoge beleidsfuncties door vrouwen wordt bekleed[34]. Ter verwezenlijking van dit doel is een reeks acties uitgevoerd. De onderwijs- en opleidingsprogramma's [35] omvatten maatregelen om het gebrek aan evenwicht tussen vrouwen en mannen in beleidsfuncties in het onderwijs en de wetenschappelijke en technische loopbanen te verminderen. Het 7e kaderprogramma voor activiteiten op het gebied van onderzoek[36] houdt rekening met de gelijkheid van vrouwen en mannen. De loopbaanontwikkeling van vrouwen is geanalyseerd om de positie van vrouwen in de publieke onderzoekinstellingen te bevorderen, met name door de werkzaamheden van de deskundigen in verband met de besluitvorming in het wetenschappelijk onderzoek[37].

Er is op gewezen dat de meeste werknemers in de sector van de nieuwe communicatietechnologieën (NCT) mannen zijn[38] en er is een strategie voorgesteld om vrouwen aan te moedigen zich toe te leggen op een loopbaan in de nieuwe communicatietechnologieën. De Commissie heeft ook met de nationale actoren samengewerkt in het kader van een campagne om vrouwen ertoe aan te zetten te kiezen voor een wetenschappelijke loopbaan of een loopbaan als ingenieur.

2.4. Uitroeiing van seksueel geweld en mensenhandel

De Commissie is zeer bezorgd over het aantal vrouwen die het slachtoffer zijn van huiselijk geweld, de omvang die vrouwenhandel en prostitutie hebben aangenomen en het voortbestaan van misdaden die worden begaan onder het mom van tradities en godsdienst.

De acties ter voorkoming en bestrijding van alle vormen van geweld , met name tegen vrouwen, zullen worden voortgezet dankzij het programma Daphne III[39], dat de inspanningen van de lidstaten en de ngo's ten behoeve van de slachtoffers en de plegers van gewelddaden ondersteunt. De talrijke gewelddaden onder jongeren hebben de Commissie ertoe bewogen de bestrijding van het geweld tegen vrouwen op te nemen in de projecten van het programma Jeugd in actie[40].

Het actieplan van de Unie ter bestrijding van mensenhandel moedigt het gebruik van alle instrumenten aan. Er is een gemeenschappelijk kader voor de vaststelling van indicatoren en de verzameling van gegevens over mensenhandel[41] opgesteld om de omvang daarvan beter in kaart te brengen. De Commissie heeft bovendien aanbevelingen gedaan over de identificatie van en de verlening van hulp aan slachtoffers van mensenhandel en steun verleend aan de belangrijkste actoren en acties zoals de Dag tegen de mensenhandel.

2.5. Uitbanning van genderstereotypen

De routekaart, waarin de bestrijding van stereotypen als prioriteit wordt aangemerkt, heeft erop gewezen dat vrouwelijke en mannelijke stereotypen de oorzaak van talrijke ongelijkheden zijn. De Commissie heeft onlangs opnieuw bevestigd dat de gelijkheid van vrouwen en mannen in het jeugdbeleid moet worden geïntegreerd[42]. Het schoolonderwijsprogramma, dat de samenwerking tussen scholen beoogt, heeft de vermindering van de ongelijkheden tussen vrouwen en mannen in zijn doelstellingen opgenomen.

De genderstereotypen beïnvloeden de onderwijskeuzes en zoals de Commissie heeft onderstreept[43], hebben zij tot gevolg dat vrouwen het talrijkst vertegenwoordigd zijn in de minder goed betaalde beroepen. De door de Europese Raad vastgestelde doelstellingen beogen de verhoging met 15% van het aantal afgestudeerden in wiskunde, wetenschappen en technologie en tegelijkertijd de vermindering van het gebrek aan evenwicht tussen vrouwen en mannen[44]. Om deze doelstellingen te bereiken en om de stereotypen in het algemeen terug te dringen, is de gelijkheid van vrouwen en mannen als specifieke prioriteit opgenomen in de communautaire programma's op het gebied van onderwijs en opleiding[45].

De stereotype percepties, met name over het vermogen van vrouwen om bepaalde functies in bedrijven uit te oefenen, hebben de Commissie ertoe gebracht bewustmakingsacties in bedrijven te voeren.

2.6. Bevordering van de gendergelijkheid buiten de EU

De routekaart heeft opnieuw het engagement van de Commissie bevestigd ten aanzien van de beginselen inzake de gelijkheid van vrouwen en mannen die internationaal zijn erkend in de Millenniumverklaring inzake ontwikkeling en het Actieplatform van Peking .

De strategie van de Unie voor de gelijkheid van vrouwen en mannen in het ontwikkelingsbeleid [46], die door een actieplan zal worden gevolgd, heeft er met name toe bijgedragen dat in de ontwikkelingssamenwerking en de externe betrekkingen van de EU meer met de gelijkheid van vrouwen en mannen rekening wordt gehouden. De bevordering van de gelijkheid in de voor elk land in het kader van het 10 e Europees Ontwikkelingsfonds opgestelde strategieën[47] is ondersteund door de opstelling van richtsnoeren voor de programmering en door de follow-up van de gelijkheidskwesties in de nationale plannen.

De gelijkheid van vrouwen en mannen is ook versterkt in het kader van het Europees-mediterrane partnerschap en het actiekader van Istanbul heeft geleid tot een aantal verbintenissen en de inzet van middelen ter bevordering van de rechten van vrouwen en hun deelname aan het civiele, politieke, sociale, economische en culturele leven.

Het nieuwe Europese instrument voor de bevordering van democratie en mensenrechten [48] voorziet in de ondersteuning van de gelijkheid en de rechten van vrouwen op verscheidene gebieden, met name de deelname van vrouwen aan de politiek en de bestrijding van huiselijk geweld en genitale verminkingen.

De " initiatieven voor vredesopbouw " en het partnerschap tussen de EG en de VN voor ontwikkeling en vrede hebben het mogelijk gemaakt diverse acties te ondersteunen met betrekking tot de situatie en de rol van vrouwen tijdens en na gewapende conflicten en de toepassing van Resolutie 1325 van de Veiligheidsraad van de VN. Met name de organisatie door de Commissie van de internationale conferentie over de rol van vrouwen bij de stabilisatie van een onzekere wereld heeft concreet gestalte gegeven aan de politieke steun op deze gebieden.

Een pijler van het thematische programma " Investeren in mensen "[49] is gewijd aan de bevordering van gendergelijkheid door bijvoorbeeld het uitvoeren van projecten met betrekking tot de deelname van vrouwen aan de besluitvorming of de mainstreaming van de gendergelijkheid. Samenwerkingsprogramma's met derde landen hebben ook de rol van vrouwen in de samenleving of mobiliteitsprojecten voor jongeren ondersteund[50].

De EU heeft de beginselen met betrekking tot de gelijkheid van vrouwen en mannen opnieuw bevestigd in de Europese consensus over humanitaire hulp [51] en heeft zich in haar actieplan[52] ertoe verbonden de deelname van vrouwen en de bescherming tegen seksueel en seksistisch geweld in de noodhulp te bevorderen.

De bevordering van de gelijkheid van vrouwen en mannen in het handelsbeleid van de EU maakt deel uit van het bredere kader van de duurzame ontwikkeling en moedigt de toepassing van fundamentele arbeidsnormen in de handelsonderhandelingen en de samenwerking met de IAO in verband met menswaardige arbeidsomstandigheden in de ontwikkelingslanden aan.

Het uitbreidingsbeleid heeft de kandidaat-lidstaten en de potentiële kandidaat-lidstaten ertoe aangezet om zich aan het acquis communautaire en de Europese normen inzake gendergelijkheid aan te passen en adequate institutionele en administratieve structuren op te zetten.

3. VERBETERING VAN DE GOVERNANCE

De gelijkheidsdoelstellingen kunnen niet worden gerealiseerd zonder het engagement van alle belanghebbenden . De Commissie heeft met de lidstaten samengewerkt in het kader van de groep op hoog niveau van vertegenwoordigers voor gelijkheidskwesties, in de context van de werkzaamheden van de Raad (met name de "trojka's" van de voorzitterschappen), voor de organisatie van de conferenties van de voorzitterschappen en in het Raadgevend Comité. De sociale partners op Europees niveau hebben verslag gedaan over de tenuitvoerlegging van hun actiekader voor de gelijkheid van vrouwen en mannen[53]. De representatieve maatschappelijke organisaties zijn gefinancierd om de dialoog voort te zetten en hun actie ter bevordering van de gelijkheid van vrouwen en mannen te ondersteunen.

Er zijn talrijke activiteiten uitgevoerd ter versterking van de instrumenten ten behoeve van de gendergelijkheid. Er is een communautair netwerk van met de gelijkheid van vrouwen en mannen belaste organen[54] opgericht om te zorgen voor de uniforme toepassing van het Europees recht op dit gebied. Juridische deskundigen hebben elk jaar de vooruitgang op het gebied van het Gemeenschapsrecht en de doeltreffendheid van de wetgeving , met name op het gebied van de gelijke behandeling, geanalyseerd[55]. Bovendien worden aan de burgers informatie en advies over hun rechten op het gebied van gendergelijkheid verstrekt.

De Commissie heeft vooruitgang geboekt wat de mainstreaming van de gendergelijkheid in alle beleidsmaatregelen en alle programma's van de Unie betreft. Daarbij heeft zij rekening gehouden met het effect op vrouwen en mannen en de mogelijkheden van de integratie van de gelijkheid van vrouwen en mannen in het begrotingproces onderzocht.

De Commissie heeft ook gezorgd voor de bevordering van de gelijkheid van vrouwen en mannen in haar eigen administratie in het kader van haar 4e actieprogramma ten behoeve van de gelijkheid van vrouwen en mannen[56].

Met de werkzaamheden in verband met de indicatoren zijn de internationale verbintenissen van de lidstaten over het algemeen nagekomen. De Commissie heeft met de lidstaten samengewerkt bij de ontwikkeling van de indicatoren in verband met het kader van het actieplatform van Peking.

Om de beschikbaarheid van geharmoniseerde gegevens op Europees niveau te vergroten en de bestaande indicatoren aan te vullen[57], zijn met name werkzaamheden verricht in verband met het gebruik van de tijd, de loonkloof en de opstelling van een Europese gelijkheidsindex.

Verscheidene acties van de routekaart zijn gefinancierd door het Progress -programma[58], met name acties in verband met de coördinatie en de transversale tenuitvoerlegging van de gelijkheidsdoelstellingen, en de verbetering van de communicatie over het gelijkheidsbeleid.

Ten slotte wordt momenteel een Europees Instituut voor gendergelijkheid [59] opgericht.

4. CONCLUSIES

De routekaart vormt een ambitieus beleidskader voor de bevordering van de gelijkheid van vrouwen en mannen in alle beleidsmaatregelen en activiteiten van de Unie. Zij heeft gezorgd voor de samenhang en de zichtbaarheid van de door de Commissie gevoerde acties en heeft ook gediend als referentie voor de lidstaten, die hun eigen werkzaamheden hebben verricht in verband met de gemeenschappelijke doelstellingen, als vastgesteld in de routekaart, het pact voor gendergelijkheid en de internationale verbintenissen van het platform van Peking.

Er is aanzienlijke vooruitgang geboekt en er is veel concreter rekening gehouden met de gelijkheidsdoelstellingen in alle in de routekaart vermelde beleidsmaatregelen. De belangrijkste vorderingen lijken verband te houden met de politieke verbintenissen van de Unie, wanneer de communautaire actie door gekwantificeerde gemeenschappelijke doelstellingen wordt aangestuurd.

Uit de follow-up van de routekaart is gebleken dat vooruitgang is geboekt bij de uitvoering van bijna alle in de routekaart opgenomen acties. De geboekte vooruitgang is echter niet altijd even groot, wat erop wijst dat de inspanningen tot 2010 moeten worden voortgezet. Bij de tenuitvoerlegging van het gelijkheidsbeleid is het met name moeilijk om de betrokkenen het belang daarvan te doen inzien. De bewustmaking en de inachtneming van het sociale en economische belang van de gelijkheidsdoelstellingen moeten worden versterkt, wat een sterke politieke wil vereist.

Het gaat hier bijvoorbeeld om de ondersteuning van de integratie van de gelijkheid van vrouwen en mannen en met name het beleid in verband met de combinatie van werk en gezin in de cyclus 2008-2010 van de Lissabonstrategie en de OCM op het gebied van sociale bescherming en sociale integratie, en om de evaluatie van de nakoming van de verbintenissen inzake gendergelijkheid in de programma's van het cohesie-, onderwijs- en onderzoekbeleid. De belangrijke vooruitgang die is geboekt op het gebied van de gendergelijkheid in het buitenlands beleid moet worden voortgezet. De evenwichtige deelname van vrouwen in alle besluitvormingsinstanties, zowel economisch als politiek, moet op het niveau van de Unie en in de door de Commissie beheerde structuren worden bevorderd. De waakzaamheid tegen genderstereotypen moet ook worden verbeterd, met name door een dialoog met de media en de burgers. Het Europees Instituut voor gendergelijkheid moet zo spoedig mogelijk operationeel zijn. Ten slotte moeten extra inspanningen op het gebied van de communicatie ervoor zorgen dat de belanghebbenden beter bewust worden gemaakt van het belang van het beleid inzake gendergelijkheid. Vóór de verkiezingen voor het Europees Parlement in juni 2009 zullen de communicatieactiviteiten in het bijzonder op vrouwen worden gericht.

De Commissie wil een nieuwe impuls geven aan de sociale dimensie van de Europese Unie met een vernieuwde sociale agenda[60], waarvan het beleid ter bevordering van de gelijkheid van vrouwen en mannen integrerend deel uitmaakt. De vernieuwde sociale agenda voorziet er met name in dat de Commissie de integratie van de gelijkheid van vrouwen en mannen in haar beleidsmaatregelen en activiteiten versterkt.

Beleidsmaatregelen hebben altijd een effect op vrouwen en mannen, wanneer zij betrekking hebben op de burger, de economie en de samenleving. Met dit effect wordt echter vaak te weinig rekening gehouden op bepaalde gebieden van het communautaire beleid. Het is op de gebieden waar traditioneel minder aandacht aan de gelijkheidskwesties wordt besteed, dat bijzondere waakzaamheid vereist is en de belanghebbenden bewust moeten worden gemaakt van het belang van de gendergelijkheid. Bij het nemen van politieke en budgettaire besluiten moet rekening worden gehouden met de behoeften van mannen en vrouwen door systematischer aandacht te besteden aan het effect dat die besluiten op alle personen zullen hebben.

De Commissie zal in 2010 de behaalde resultaten evalueren en een strategie voor de follow-up van de routekaart opstellen. In het voorjaar van 2009 zal een conferentie worden georganiseerd om een balans van de uitvoering van de routekaart op te maken, de politieke instanties te mobiliseren en de actoren bewust te maken van het belang van de gelijkheid van vrouwen en mannen.

[1] COM(2006) 92 definitief.

[2] Raad 23/24 maart 2006.

[3] SEC(2007) 537 en SEC(2008) 338.

[4] COM(2007) 424 definitief.

[5] COM(2008) 10 definitief.

[6] Manual for gender mainstreaming of employment policies, 2007.

[7] Verordening (EG) nr. 800/2008.

[8] COM(2005) 706 definitief.

[9] Manual for gender mainstreaming of social inclusion and social protection policies, 2008.

[10] COM(2008) 42 definitief.

[11] COM(2007) 630 definitief.

[12] Besluit nr. 1786/2002/EG.

[13] COM(2008) 420 definitief.

[14] Advies van het Comité van de Regio's van 15 december 2007 over de situatie van migrantenvrouwen in de Europese Unie.

[15] COM(2008) 359 definitief.

[16] Richtlijn 2004/81/EG.

[17] COM(2007) 637 definitief.

[18] Verordening (EG) nr. 1083/2006 Structuurfondsen (EFRO en ESF) en Cohesiefonds.

[19] Verordening (EG) nr. 1081/2006 Europees Sociaal Fonds.

[20] Verordening (EG) nr. 1080/2006 Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling.

[21] Verordening (EG) nr. 1698/2005.

[22] Verordening (EG) nr. 1198/2006.

[23] COM(2007) 359 definitief.

[24] COM(2007) 244 definitief.

[25] Raad 8/9 maart 2007.

[26] COM(2008) 635 definitief.

[27] COM (2008) 636 en 637.

[28] Richtlijn 92/85/EG.

[29] Richtlijn 86/613/EG.

[30] Raad 15/16 maart 2002.

[31] COM(2008) 638 definitief.

[32] Besluit nr. 1904/2006/EG.

[33] COM(2005) 494 en COM(2008) 158.

[34] Raad van 18 april 2005.

[35] Besluit nr. 1720/2006/EG.

[36] Besluit nr. 1982/2006/EG.

[37] Mapping the maze: getting more women to the top in research, 2008.

[38] Women in ICT, status and the way ahead, 2008

[39] Besluit nr. 779/2007/EG.

[40] Besluit nr. 1719/2006/EG.

[41] COM(2006) 437 definitief.

[42] Investeren in de jeugd: een responsabiliseringsstrategie, 2007.

[43] COM(2007) 498 definitief.

[44] Raad 5/6 mei 2003.

[45] Besluit nr. 1720/2006/EG.

[46] COM(2007) 100 definitief.

[47] Verordening (EG) nr. 1905/2006.

[48] Verordening (EG) nr. 1889/2006.

[49] COM(2006) 18 definitief.

[50] Besluit nr. 1719/2006/EG.

[51] PB C 25 van 30.1.2008, blz. 1.

[52] SEC (2008) 1991.

[53] Framework of actions on gender equality second follow-up report 2007.

[54] Richtlijn 2002/73/EG.

[55] Richtlijn 2004/113/EG.

[56] SEC(2007) 1506/2.

[57] COM(2006) 92.

[58] Besluit nr. 1672/2006/EG.

[59] Verordening (EG) nr. 1922/2006.

[60] COM(2008) 412 definitief.

Top