EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31999L0041

Richtlijn 1999/41/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 juni 1999 tot wijziging van Richtlijn 89/398/EEG van de Raad betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen

OJ L 172, 8.7.1999, p. 38–39 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)
Special edition in Czech: Chapter 13 Volume 024 P. 50 - 51
Special edition in Estonian: Chapter 13 Volume 024 P. 50 - 51
Special edition in Latvian: Chapter 13 Volume 024 P. 50 - 51
Special edition in Lithuanian: Chapter 13 Volume 024 P. 50 - 51
Special edition in Hungarian Chapter 13 Volume 024 P. 50 - 51
Special edition in Maltese: Chapter 13 Volume 024 P. 50 - 51
Special edition in Polish: Chapter 13 Volume 024 P. 50 - 51
Special edition in Slovak: Chapter 13 Volume 024 P. 50 - 51
Special edition in Slovene: Chapter 13 Volume 024 P. 50 - 51
Special edition in Bulgarian: Chapter 13 Volume 026 P. 246 - 247
Special edition in Romanian: Chapter 13 Volume 026 P. 246 - 247

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 08/06/2009; stilzwijgende opheffing door 32009L0039

ELI: http://data.europa.eu/eli/dir/1999/41/oj

31999L0041

Richtlijn 1999/41/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 juni 1999 tot wijziging van Richtlijn 89/398/EEG van de Raad betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen

Publicatieblad Nr. L 172 van 08/07/1999 blz. 0038 - 0039


RICHTLIJN 1999/41/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 7 juni 1999

tot wijziging van Richtlijn 89/398/EEG van de Raad betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 95,

Gezien het voorstel van de Commissie(1),

Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité(2),

Overeenkomstig de procedure van artikel 251 van het Verdrag(3) en gezien het gemeenschappelijk ontwerp dat op 18 maart 1999 door het bemiddelingscomité is goedgekeurd,

(1) Overwegende dat in artikel 4 van Richtlijn 89/398/EEG(4) wordt bepaald dat de bijzondere bepalingen betreffende de in bijlage I opgenomen groepen levensmiddelen bij bijzondere richtlijnen dienen te worden vastgesteld;

(2) Overwegende dat tot op heden bijzondere richtlijnen zijn vastgesteld voor volledige zuigelingenvoeding en opvolgzuigelingenvoeding(5), voor bewerkte voedingsmiddelen op basis van granen en babyvoeding voor zuigelingen en peuters(6), en voor voedingsmiddelen die bestemd zijn om in energiebeperkte diëten te worden genuttigd voor gewichtsvermindering(7); dat er met het oog op de volksgezondheid redenen zijn om overeenkomstig artikel 4 van Richtlijn 89/398/EEG bijzondere bepalingen vast te stellen voor dieetvoeding voor medische doeleinden en voor voeding die is afgestemd op grote spierinspanning, vooral voor sportbeoefenaars, zoals bedoeld in bijlage I van die richtlijn;

(3) Overwegende dat voor de groep natriumarme levensmiddelen, met inbegrip van natriumarm of natriumvrij dieetzout, en de groep glutenvrije levensmiddelen, de verkoop van en een doeltreffende officiële controle op deze producten afdoende kunnen worden geregeld via de algemene bepalingen van Richtlijn 89/398/EEG, mits de voorwaarden voor het gebruik van bepaalde termen ter aanduiding van de bijzondere voedingseigenschappen van de producten omschreven worden;

(4) Overwegende dat schrapping van deze groepen uit bijlage I van Richtlijn 89/398/EEG in overeenstemming is met het streven om onnodig gedetailleerde wetgeving te vermijden;

(5) Overwegende dat het niet duidelijk is of er voldoende onderbouwing bestaat om bijzondere bepalingen vast te stellen voor de in punt 9 van bijlage I van Richtlijn 89/398/EEG genoemde groep, te weten de groep voeding voor personen bij wie de glucosestofwisseling is verstoord (diabetici);

(6) Overwegende dat derhalve advies moet worden ingewonnen bij onder andere het Wetenschappelijk Comité voor de menselijke voeding, alvorens een definitief besluit over dit vraagstuk wordt genomen;

(7) Overwegende dat het mogelijk blijft om op communautair niveau de voorschriften te harmoniseren voor andere groepen voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen, zulks in het belang van de consumentenbescherming en het vrije verkeer van die levensmiddelen,

HEBBEN DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

Richtlijn 89/398/EEG wordt als volgt gewijzigd:

1. de onderstaande artikelen worden ingevoegd: "Artikel 4 bis

De voorwaarden voor het gebruik van de termen betreffende:

- de verlaging van het natrium- of zoutgehalte of het ontbreken van natrium of zout (natriumchloride, tafelzout),

- het ontbreken van gluten,

om de in artikel 1 bedoelde producten te beschrijven, worden vastgesteld overeenkomstig de procedure van artikel 13.

Artikel 4 ter

Uiterlijk op 8 juli 2002 brengt de Commissie, na raadpleging van het Wetenschappelijk Comité voor de menselijke voeding, verslag uit aan het Europees Parlement en de Raad over de wenselijkheid van bijzondere bepalingen betreffende voeding voor personen bij wie de glucosestofwisseling is verstoord (diabetici).

In het licht van de conclusies van dit verslag stelt de Commissie ofwel overeenkomstig de procedure van artikel 13 de desbetreffende bijzondere bepalingen op, ofwel dient zij overeenkomstig de procedure van artikel 95 van het Verdrag passende voorstellen voor de wijziging van deze richtlijn in."

2. artikel 9, lid 5, wordt als volgt gelezen: "5. Uiterlijk op 8 juli 2002 en vervolgens om de drie jaar doet de Commissie, het Europees Parlement en de Raad een verslag toekomen over de toepassing van dit artikel."

3. bijlage I wordt vervangen door:

"BIJLAGE I

- Voor bijzondere voeding bestemde groepen levensmiddelen waarvoor bij een bijzondere richtlijn bijzondere bepalingen worden vastgesteld(1):

1. Volledige zuigelingenvoeding en opvolgzuigelingenvoeding

2. Bewerkte voedingsmiddelen op basis van granen en babyvoeding voor zuigelingen en peuters

3. Voeding gebruikt in energiebeperkte diëten voor gewichtsvermindering

4. Dieetvoeding voor bijzondere medische doeleinden

5. Voeding die is afgestemd op grote spierinspanning, vooral voor sportbeoefenaars

- Voor bijzondere voeding bestemde groepen levensmiddelen waarvoor bij een bijzondere richtlijn(2) bijzondere bepalingen worden vastgesteld, afhankelijk van het resultaat van de in artikel 4 ter beschreven procedure:

6. Voeding voor personen bij wie de glucosestofwisseling is verstoord (diabetici).

(1) Deze richtlijn heeft geen consequenties voor producten die reeds in de handel zijn op het moment waarop de richtlijn wordt vastgesteld.

(2) Deze richtlijn heeft geen consequenties voor producten die reeds in de handel zijn op het moment waarop de richtlijn wordt vastgesteld."

Artikel 2

De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk op 8 juli 2000 aan deze richtlijn te voldoen. Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis.

Deze bepalingen worden zodanig toegepast dat:

- de handel in producten die aan deze richtlijn voldoen, uiterlijk op 8 juli 2000 wordt toegestaan;

- de handel in producten die niet aan deze richtlijn voldoen, uiterlijk op 8 januari 2001 wordt verboden.

Wanneer de lidstaten deze bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen naar de onderhavige richtlijn verwezen of wordt hiernaar verwezen bij de officiële bekendmaking van die bepalingen. De regels voor deze verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

Artikel 3

Deze richtlijn treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Artikel 4

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Luxemburg, 7 juni 1999.

Voor het Europees Parlement

De voorzitter

J. M. GIL-ROBLES

Voor de Raad

De voorzitter

E. BULMAHN

(1) PB C 108 van 16.4.1994, blz. 17 en

PB C 35 van 8.2.1996, blz. 17.

(2) PB C 388 van 31.12.1994, blz. 1.

(3) Advies van het Europees Parlement van 11 oktober 1995 (PB C 287 van 30.10.1995, blz. 104), gemeenschappelijk standpunt van de Raad van 22 juli 1997 (PB C 297 van 29.9.1997, blz. 1) en besluit van het Europees Parlement van 18 december 1997 (PB C 14 van 19.1.1998, blz. 123). Besluit van het Europees Parlement van 5 mei 1999 en besluit van de Raad van 11 mei 1999.

(4) PB L 186 van 30.6.1989, blz. 27. Richtlijn gewijzigd bij Richtlijn 96/84/EG (PB L 48 van 19.2.1997, blz. 20.

(5) Richtlijn 91/321/EEG van de Commissie van 14 mei 1991 inzake volledige zuigelingenvoeding en opvolgzuigelingenvoeding (PB L 175 van 4.7.1991, blz. 35). Richtlijn gewijzigd bij Richtlijn 96/4/EG (PB L 49 van 28.2.1996, blz. 12).

(6) Richtlijn 96/5/EG van de Commissie van 16 februari 1996 inzake voedingsmiddelen op basis van granen en babyvoeding voor zuigelingen en peuters (PB L 49 van 28.2.1996, blz. 17).

(7) Richtlijn 96/8/EG van de Commissie van 26 februari 1996 inzake voedingsmiddelen die zijn bestemd om in energiebeperkte diëten te worden genuttigd voor gewichtsvermindering (PB L 55 van 6.3.1996, blz. 22).

Top