EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31974L0063

Richtlijn 74/63/EEG van de Raad van 17 december 1973 tot vaststelling van maximumgehalten aan ongewenste stoffen en produkten in diervoeders

/* Gecodificeerde versie CF 31999L0029 */

OJ L 38, 11.2.1974, p. 31–36 (DA, DE, EN, FR, IT, NL)
Greek special edition: Chapter 03 Volume 010 P. 136 - 141
Spanish special edition: Chapter 03 Volume 007 P. 151 - 156
Portuguese special edition: Chapter 03 Volume 007 P. 151 - 156
Special edition in Finnish: Chapter 03 Volume 005 P. 196 - 201
Special edition in Swedish: Chapter 03 Volume 005 P. 196 - 201

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 03/05/1999; afgeschaft en vervangen door 31999L0029

ELI: http://data.europa.eu/eli/dir/1974/63/oj

31974L0063

Richtlijn 74/63/EEG van de Raad van 17 december 1973 tot vaststelling van maximumgehalten aan ongewenste stoffen en produkten in diervoeders /* Gecodificeerde versie CF 399L0029 */

Publicatieblad Nr. L 038 van 11/02/1974 blz. 0031 - 0036
Bijzondere uitgave in het Grieks: Hoofdstuk 03 Deel 10 blz. 0136
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 03 Deel 7 blz. 0151
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 03 Deel 7 blz. 0151
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 5 blz. 0196
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 5 blz. 0196


++++

RICHTLIJN VAN DE RAAD

van 17 december 1973

tot vaststelling van maximumgehalten aan ongewenste stoffen en produkten in diervoeders

( 74/63/EEG )

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap , inzonderheid op de artikelen 43 en 100 ,

Gezien het voorstel van de Commissie ,

Gezien het advies van het Europese Parlement ( 1 ) ,

Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité ( 2 ) ,

Overwegende dat de dierlijke produktie in de landbouw van de Gemeenschap een zeer belangrijke plaats inneemt en haar resultaat in verregaande mate afhangt van het gebruik van goede en geschikte diervoeders ;

Overwegende dat een regeling op het gebied van de diervoeders een wezenlijke bijdrage levert aan de stijging van de produktiviteit van de landbouw ;

Overwegende dat diervoeders vaak ongewenste stoffen of produkten bevatten die schadelijk kunnen zijn voor de gezondheid van het dier of , door hun aanwezigheid in dierlijke produkten , van de mens ;

Overwegende dat de aanwezigheid van deze stoffen en produkten niet volledig kan worden uitgesloten en dat het op zijn minst noodzakelijk is , hun gehalte in diervoeders zo te beperken , dat er zich geen ongewenste , schadelijke gevolgen kunnen voordoen ; dat het onmogelijk is , deze gehalten lager vast te stellen dan de grens van de gevoeligheid van de op communautair vlak vast te stellen analysemethoden ;

Overwegende dat ongewenste stoffen en produkten slechts onder de in deze richtlijn vastgestelde voorwaarden in diervoeders mogen voorkomen en dat zij niet op andere wijze in het kader van de diervoeding mogen worden toegediend ;

Overwegende evenwel dat de Lid-Staten de mogelijkheid moeten hebben , onder bepaalde voorwaarden toe te staan dat diervoeders gehalten aan ongewenste stoffen en produkten bevatten die hoger liggen dan die welke in de bijlage zijn aangegeven ;

Overwegende dat voor zover in de Lid-Staten reeds wettelijke en bestuursrechtelijke voorschriften betreffende de maximumgehalten aan ongewenste stoffen en produkten in diervoeders bestaan , deze op belangrijke punten van elkaar afwijken en daardoor rechtstreeks invloed uitoefenen op de werking van de gemeenschappelijke markt , zodat hun harmonisatie geboden is ;

Overwegende dat de Lid-Staten de mogelijkheid gelaten moet worden , bij gevaar voor de gezondheid van dier of mens , tijdelijk de vastgestelde maximumgehalten te verlagen of voor andere stoffen of produkten een maximumgehalte vast te stellen , dan wel de aanwezigheid van dergelijke stoffen of produkten in diervoeders te verbieden ;

Overwegende dat het , om te voorkomen dat een Lid-Staat deze mogelijkheid misbruikt , van belang is , volgens een communautaire spoedprocedure aan de hand van bewijsmateriaal een beslissing te nemen omtrent eventuele wijzigingen in de bijlage ;

Overwegende dat een passende communautaire procedure noodzakelijk is om de in de bijlage vastgestelde technische bepalingen aan te passen aan de ontwikkeling van de wetenschappelijke en technische kennis ;

Overwegende dat de voorschriften van derde landen inzake ongewenste stoffen en produkten kunnen verschillen van die van deze richtlijn , en dat de Lid-Staten derhalve in de gelegenheid moeten worden gesteld om deze laatste niet toe te passen bij de uitvoer van diervoeders naar die landen ;

Overwegende dat , om te garanderen dat in de handel van diervoeders aan de eisen met betrekking tot ongewenste stoffen en produkten wordt voldaan , de Lid-Staten dienen te voorzien in passende controlemaatregelen ;

Overwegende dat diervoeders die aan deze eisen voldoen , met betrekking tot het gehalte aan ongewenste stoffen en produkten slechts mogen worden onderworpen aan de in deze richtlijn vastgelegde handelsbeperkingen ;

Overwegende dat ter vergemakkelijking van de uitvoering van de overwogen maatregelen een procedure dient te worden ingesteld waarbij een nauwe samenwerking tussen de Lid-Staten en de Commissie tot stand wordt gebracht in het bij het besluit van de Raad van 20 juli 1970 ( 3 ) opgericht Permanent Comité voor veevoeders ,

HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD :

Artikel 1

1 . Deze richtlijn heeft betrekking op het vaststellen van maximumgehalten in diervoeders , aan de ongewenste stoffen en produkten die in de bijlage zijn vermeld .

2 . Deze richtlijn geldt onverminderd de voorschriften betreffende :

a ) toevoegingsmiddelen in diervoeding ;

b ) de handel in diervoeders ;

c ) de vaststelling van maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen op en in produkten die voor dierlijke voeding zijn bestemd .

Artikel 2

In deze richtlijn wordt verstaan onder :

a ) diervoeders : organische of anorganische stoffen , enkelvoudig of gemengd , met of zonder toevoegingsmiddelen , bestemd voor dierlijke voeding langs orale weg ;

b ) enkelvoudige diervoeders : de verschillende plantaardige en dierlijke produkten in natuurlijke staat , vers of verduurzaamd , en de afgeleide produkten van hun industriële verwerkingen , alsmede de verschillende organische en anorganische stoffen , als zodanig bestemd voor dierlijke voeding langs orale weg ;

c ) dagrantsoen : de totale hoeveelheid diervoeders , omgerekend op een vochtgehalte van 12 % , welke een dier van een bepaalde soort , leeftijdsklasse en prestatievermogen gemiddeld dagelijks nodig heeft om in zijn algehele behoefte te voorzien ;

d ) volledige diervoeders : mengels van diervoeders die door hun samenstelling op zichzelf een totaal dagrantsoen vormen ;

e ) aanvullende diervoeders : mengels van diervoeders , die een hoog gehalte aan bepaalde stoffen bevatten en ingevolge hun samenstelling slechts samen met andere diervoeders een totaal dagrantsoen vormen .

Artikel 3

1 . De Lid-Staten schrijven voor dat de in de bijlage vermelde stoffen en produkten slechts onder de in deze bijlage vastgestelde voorwaarden in diervoeders worden toegelaten .

2 . De Lid-Staten kunnen toestaan dat de in de bijlage voor diervoeders vastgestelde maximumgehalten worden overschreden :

- indien de diervoeders uitsluitend zijn bestemd voor erkende diervoederfabrikanten en , na menging , voldoen aan de in de bijlage gestelde voorwaarden ;

- en indien elke andere bestemming voor een daartoe strekkende aanduiding wordt uitgesloten .

Artikel 4

De Lid-Staten schrijven voor dat aanvullende diervoeders , voor zover daarvoor geen bijzondere bepalingen bestaan , geen hoger gehalte aan de in deze richtlijn genoemde stoffen en produkten mogen bevatten dan voor volledige diervoeders is bepaald , een en ander met inachtneming van de voor het gebruik ervan vastgestelde verdunning .

Artikel 5

1 . Indien een Lid-Staat meent dat een in de bijlage vastgesteld maximumgehalte of een niet in de bijlage vermelde stof , dan wel niet daarin vermeld produkt gevaar oplevert voor de gezondheid van mens of dier , kan deze Lid-Staat dit gehalte voorlopig verlagen , een maximumgehalte vaststellen of de aanwezigheid van deze stof of dit produkt in diervoeders verbieden . Hij stelt de andere Lid-Staten en de Commissie onverwijld in kennis van de getroffen maatregelen en geeft daarbij een toelichting .

2 . Overeenkomstig de procedure van artikel 10 wordt onverwijld besloten of de bijlage dient te worden gewijzigd . Zolang door de Raad of door de Commissie geen beslissing is getroffen , kan de Lid-Staat de door hem ten uitvoer gelegde maatregelen handhaven .

Artikel 6

De wijzigingen die in de bijlage moeten worden aangebracht ingevolge de ontwikkeling van de wetenschappelijke of technische kennis worden vastgesteld volgens de procedure van artikel 9 .

Artikel 7

De Lid-Staten zien erop toe dat diervoeders die aan deze richtlijn voldoen , ten aanzien van de aanwezigheid van ongewenste stoffen en produkten aan geen andere handelsbeperkingen worden onderworpen .

Artikel 8

1 . De Lid-Staten treffen alle dienstige maatregelen om te verzekeren dat diervoeders ten minste door steekproeven officieel worden gecontroleerd op de naleving van de in deze richtlijn vervatte voorwaarden .

2 . De Lid-Staten delen aan de overige Lid-Staten en aan de Commissie de naam van de door hen voor de uitvoering van deze controles aangewezen diensten mede .

Artikel 9

1 . In de gevallen waarin wordt verwezen naar de in dit artikel omschreven procedure , wordt deze onverwijld ingeleid bij het Premanent Comité voor veevoeders , hierna " Comité " genoemd , door zijn Voorzitter , hetzij op diens initiatief , hetzij op verzoek van een Lid-Staat .

2 . In het Comité worden de stemmen van de Lid-Staten gewogen overeenkomstig het bepaalde in artikel 148 , lid 2 , van het Verdrag . De Voorzitter neemt geen deel aan de stemming .

3 . De Vertegenwoordiger van de Commissie dient een ontwerp van de te nemen maatregelen in . Het Comité brengt over deze maatregelen advies uit binnen een termijn die de Voorzitter kan vaststellen naargelang van de urgentie der te bestuderen vraagstukken . Het Comité spreekt zich uit met een meerderheid van eenenveertig stemmen .

4 . De Commissie stelt de maatregelen vast en legt deze onmiddellijk ten uitvoer , wanneer zij in overeenstemming zijn met het advies van het Comité . Wanneer zij niet in overeenstemming zijn met het advies van het Comité of bij gebreke van een advies , doet de Commissie onverwijld een voorstel betreffende de te nemen maatregelen aan de Raad toekomen . De Raad stelt de maatregelen vast met gekwalificeerde meerderheid van stemmen .

Indien na verloop van een termijn van drie maanden , te rekenen vanaf de indiening van het voorstel bij de Raad , deze geen maatregelen heeft vastgesteld , worden de voorgestelde maatregelen door de Commissie genomen en onmiddellijk ten uitvoer gelegd , tenzij de Raad zich met eenvoudige meerderheid van stemmen tegen genoemde maatregelen heeft uitgesproken .

Artikel 10

1 . In de gevallen waarin wordt verwezen naar de in dit artikel omschreven procedure , wordt deze onverwijld bij het Comité ingeleid door zijn Voorzitter , hetzij op diens initiatief , hetzij op verzoek van een Lid-Staat .

2 . In het Comité worden de stemmen van de Lid-Staten gewogen overeenkomstig het bepaalde in artikel 148 , lid 2 , van het Verdrag . De Voorzitter neemt geen deel aan de stemming .

3 . De Vertegenwoordiger van de Commissie dient een ontwerp van de te nemen maatregelen in . Het Comité brengt over deze maatregelen binnen twee dagen advies uit . Het Comité spreekt zich uit met een meerderheid van eenenveertig stemmen .

4 . De Commissie stelt de maatregelen vast en legt deze onmiddellijk ten uitvoer , wanneer zij in overeenstemming zijn met het advies van het Comité . Wanneer zij niet in overeenstemming zijn met het advies van het Comité of bij gebreke van een advies , doet de Commissie onverwijld een voorstel betreffende de te nemen maatregelen aan de Raad toekomen . De Raad stelt de maatregelen met gekwalificeerde meerderheid van stemmen vast .

Indien na verloop van een termijn van vijftien dagen , te rekenen vanaf de indiening van het voorstel bij de Raad , deze de maatregelen niet heeft vastgesteld , worden de voorgestelde maatregelen door de Commissie genomen en onmiddellijk ten uitvoer gelegd , tenzij de Raad zich met eenvoudige meerderheid van stemmen tegen genoemde maatregelen heeft uitgesproken .

Artikel 11

Deze richtlijn laat onverlet het recht van de Lid-Staten om de bepalingen daarvan niet toe te passen op diervoeders die voor uitvoer naar derde landen zijn bestemd .

Artikel 12

De Lid-Staten doen op 1 januari 1976 de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden , die nodig zijn om zich te voegen naar deze richtlijn . Zij stellen de Commissie hiervan onverwijld in kennis .

Artikel 13

Deze richtlijn is gericht tot de Lid-Staten .

Gedaan te Brussel , 17 december 1973 .

Voor de Raad

De Voorzitter

I . NOERGAARD

( 1 ) PB nr . C 10 van 5 . 2 . 1972 , blz . 35 .

( 2 ) PB nr . C 4 van 20 . 1 . 1972 , blz . 3 .

( 3 ) PB nr . L 170 van 3 . 8 . 1970 , blz . 1 .

BIJLAGE

Stoffen , produkten * Diervoeders * Maximumgehalte in mg/kg ( ppm ) van de stof als zodanig *

A . Stoffen ( ionen of elementen ) * * *

1 . Arseen * Enkelvoudige diervoeders met uitzondering van : * 2 *

* - gemalen groenvoeder , luzernemeel en klavermeel * 4 *

* - fosfaten en diervoeders , verkregen door verwerking van vis of andere zeedieren * 10 *

* Volledige diervoeders * 2 *

2 . Lood * Enkelvoudige diervoeders met uitzondering van : * 10 *

* - fosfaten * 30 *

* - gist * 5 *

* Volledige diervoeders * 5 *

3 . Fluor * Enkelvoudige diervoeders met uitzondering van : * 150 *

* - diervoeders , verkregen door verwerking van dieren * 500 *

* - fosfaten * 2 000 *

* Volledige diervoeders met uitzondering van : * 150 *

* - volledige diervoeders voor runderen , schapen , geiten * *

* - zogend * 30 *

* - overige * 50 *

* - volledige diervoeders voor varkens * 100 *

* - volledige diervoeders voor pluimvee * 350 *

* - volledige diervoeders voor kuikens * 250 *

* Minerale mengsels voor runderen , schapen en geiten * 2 000 ( 1 ) *

4 . Kwik * Enkelvoudige diervoeders met uitzondering van : * 0,1 *

* - veevoeders , verkregen door verwerking van vis of andere zeedieren * 0,5 *

* Volledige diervoeders * 0,1 *

5 . Nitriet * Vismeel * 60 ( uitgedrukt in natriumnitriet ) *

* Volledige diervoeders * 15 ( uitgedrukt in natriumnitriet ) *

Stoffen , produkten * Diervoeders * Maximumgehalte in mg/kg ( ppm ) van de stof als zodanig *

B . Produkten * * *

1 . Aflatoxine B1 * Enkelvoudige diervoeders * 0,05 *

* Volledige diervoeders voor runderen , schapen en geiten ( met uitzondering van melkvee , kalveren en lammeren ) * 0,05 *

* Volledige diervoeders voor varkens en pluimvee ( met uitzondering van jonge dieren ) * 0,02 *

* Andere volledige diervoeders * 0,01 *

* Aanvullende diervoeders voor melkvee * 0,02 *

2 . Blauwzuur * Enkelvoudige diervoeders met uitzondering van : * 50 *

* - lijnzaad * 250 *

* - lijnzaadkoeken * 350 *

* - maniokprodukten en amandelkoeken * 100 *

* Volledige diervoeders met uitzondering van : * 50 *

* - volledige diervoeders voor kuikens * 10 *

3 . Vrij gossypol * Enkelvoudige diervoeders met uitzondering van : * 20 *

* - katoenzaadkoeken * 1 200 *

* Volledige diervoeders met uitzondering van : * 20 *

* - volledige diervoeders voor runderen , schapen en geiten * 500 *

* - volledige diervoeders voor pluimvee ( behalve legpluimvee ) en kalveren * 100 *

* - volledige diervoeders voor konijnen en varkens ( behalve biggen ) * 60 *

4 . Theobromine * Volledige diervoeders * 300 *

5 . Vluchtige mosterdolie * Enkelvoudige diervoeders met uitzondering van : * 100 *

* - koolzaadkoeken * 4 000 ( berekend als allylisothiocyanaat ) *

* Volledige veevoeders * 150 ( berekend als allylisothiocyanaat ) *

* met uitzondering van : * *

* - volledige diervoeders voor runderen , schapen en geiten ( met uitzondering van jonge dieren ) * 1 000 ( berekend als allylisothiocyanaat ) *

* - volledige diervoeders voor varkens ( met uitzondering van biggen ) en pluimvee * 500 ( berekend als allylisothiocyanaat ) *

Stoffen , produkten * Diervoeders * Maximumgehalte in mg/kg ( ppm ) van de stof als zodanig *

6 . Vinylthiooxazolidon ( Vinyloxazolidine thion ) * Volledige diervoeders voor pluimvee * 1 000 *

* met uitzondering van : * *

* - volledige diervoeders voor legpluimvee * 500 *

7 . Moederkoren ( Claviceps purpurea ) * Alle diervoeders die geen gemalen graan bevatten * 1 000 *

8 . Onkruidzaden en niet gemalen of verpulverde vruchten die alkoloïden , glucosiden of andere giftige stoffen bevatten , afzonderlijk of te zamen , waaronder * Alle diervoeders * 3 000 *

a ) Lolium temulentum L . , * * 1 000 *

b ) Lolium remotum Schrank * * 1 000 *

c ) Datura stramonium L . * * 1 000 *

9 . Zaden en van verwerkte zaden afgeleide produkten * Alle diervoeders * nul ( 2 ) *

Abrikoos - Prunus armeniaca L . * * *

Bittere amandel - Prunus amygdalus ( Batsch var . amara ( DC . ) Focke * * *

Beuk , ongeschilde zaden - Fagus silvatica L . * * *

Vlasdodder - Camelina sativa ( L . ) Crantz * * *

Illipe , Mowhrah , Bassia - Madhuca indica Gmel . en Madhuca longifolia ( L . ) * * *

Macbr . en andere giftige variëteiten van Illipe , Mowhrah of Bassia * * *

Sheanoot - Butyrosperum parkii ( G . Don ) Kotschy * * *

Purgeernoot - Jatropha curcas L . * * *

Purgeer-croton - Croton tiglium L . * * *

Chinese mosterd - Brassica cernua Forbes en Hemsl . * * *

Indische bruine mosterd - Brassica juncea ( L . ) Czern . en Coss . ssp . integrifolia ( West ) Thell . * * *

Sareptamosterd - Brassica juncea ( L . ) Czern . en Coss . ssp . juncea * * *

Ethiopisch raapzaad - Brassica juncea ( L . ) Czern . en Coss . ssp . carinata * * *

Zwarte mosterd - Brassica nigra ( L . ) W.D.J . Koch * * *

10 . Ricinus - Ricinus communis L . * Alle diervoeders * 10 ( uitgedrukt in ricinusdoppen ) *

11 . Crotalaria L . sp . * Alle diervoeders * 100 *

( 1 ) De Lid-Staten kunnen ook een maximumgehalte aan fluor voorschrijven gelijk aan 1,25 % van het fosforgehalte .

( 2 ) Verwaarloosbare hoeveelheden die onder de grens van de gevoeligheid van de kwantitatieve bepalingsmethoden liggen , worden toegelaten .

Top